POPERIN GIIE, Verschillige tijdingen. BURGERSTAND Sterfgevallen. sa Lamotjes. - Ten einde zooveel geld mogelijk te slaan, men vindt alle slach van vertelselkens en middels uit ten voordeele der Lamottenunnen. Onder ander men vertelde dat M. Carton en verschillige andere liberalen voor groote sommen zouden geteekend hebben. Men voelt dit aan zijnen elleboog dat zulks een uitvindsel is derclericale leutemakers Iedereen kan gemakkelijk beseffen dat M. Carton en al de li beralen allijddeLamolteschool aanzien hebben als eene groote speculatie op de kinderen der arme werklieden. Het is nogtans met zulke middels dat zij er meenen te ko men 1 Concert. - Zondag, 2 November, zal er in de groote Hallezaal, een Concert-Wandeling plaats hebben van 12 tot 1 ure 's middags, ter gelegenheid der overhandiging van het geschenk door de leden der Concorde (buiten stad) aan den heer Alph. Verschaeve, voor zijn onvermoeibaren en onbaalzuchtigen ijver dien hij tot heden aan den dag gelegd heeft om de zomerfeesten in het genoemd Lokaal te verluis- terlijken. Ylaasiische Ster. - Zondag, 2 November, zooals het ons de aankondigingen melden, geeft de Viaamsche Ster hare eerste winter vertooning, zie onze annoncen. Het stukje het Wachtwoord isRonken dat ons over een jaar zoo hertelijk deed lachen zal voor opening stuk dienen, de andere zijn twee nieuwe welke wij nooit alhier vertoond zagen. Indien de heeren liefhebbers zoo als verleden jaar zich met hert toegelegd hebben tot het bestudeeren hunner rollen, mogen wij verzekerd zijn dat, wat het muziek en de kostumen betreft, alles onberispelijk zal zijn. Volgens genomene inlichtingen zouden de leden der maat schappij niets gespaard hebben om hun succes van over een jaar nog te overtreffen. Dus opgepast, liefhebbers van het viaamsche schouwburg, men begint juist ten 6 ure. Solo slim. - Donderdag laatst, 30 October, in de eslaminet Sint Sebastiaan, alhier, is er een Solo Slim gespeeld door den heer R. De L't merkwaardigste is dat het den eersten deel was. 7e Zoon. - De vrouw van den onder-brigadier der Douanen te Gheluvelt, heeft haren 7e zoon ter wereld gebracht. Als naar gewoonte heeft Z. M. Leopold II het peter schap aanveerdt en M. Keingiaert de Gheluvelt, als zijn afgeveerdigde bij de plechtigheid des doops aangesteld welke den 28 dezer plaats had. Van den 24" tot den 31" October IS73. GEBOORTEN yJouwdljk'5)te zameD> i3" Huwelijken. Knockaerl, Gustavus, schoenmaker, en Vandevoorde, Julia, kantwerkster. Odent, Polijdorus, werkman, en Deweerdt, Valeria, kantwerkster. Derathé, Henricus, 59 jaren, gepensionneerde militaire, echtgenoot van Carolina Durnez, Tempelstraat. Jove, Carolus, 53 jaren, hotelhouder, echtgenoot van Maria Lamoot, Dixmudestraat. Samyn, Maria, 84 jaren, zonder beroep, weduwe van Joannes Geldhof, Hondstraat. Noyez, Amelia, 64 jaren, werkvrouw, echtgenote van Petrus Breyne, Meenen- straat. Florentyn, Clementia, 57 jaren, zonder beroep, ongehuwd, Kleine-Markt. Laire, Petrus, 81 jaren, zonder beroep, echtgenoot van Natalia Sohier, Meenenstraat. Vanderghote, Melania, 65 jaren, zonder beroep, ongehuwd, Hondstraat. Kinderen beneden de 7 jaren" Mannen geslacht 51 J Vrouwelijk idem. 1) 27 October 1875. AU WIJ ZIJN ER. De religiemannen mogen de kerk verlaten om tot over het hoofd in de politiek en in de wereldlijke zaken te springen, zij mogen zich van den autaar naar de markt begeven om, door de gedwongene stemmen van het onwetendste volk, burgmeesters en representanten aftezetten en de bestaande gouvernementen omver te werpen; maarzoo haast de libera len, die de ware nationale partij van het land uitmaken, het minste puntje der religie of der geestelijke zaken aanraken, aanstonds men valt bun op het lijf, en predikstoel en druk pers worden in het werk gesteld om hunne roekeloozheid te bevechten, te schandvlekken en te verdoemen. Wij hebben gezegd dat de katholieke religie, gelijk zij hedendaags in patriek gesteld is, de ware religie niet meer is, dat zij eene spekulatie geworden is van geld, rijkdom en wereldlijke macht, eene religie van broederhaat, wraakzucht, tweedracht, vijandschap en vervolging. Op deze waarheden hebben onze tegenstrevers niet één woord te antwoorden gehad maar wij hebben er bijgevoegd dat vele klaarziende menschen, geen vertrouwen hebbende in eenen godsdienst die zoo tegenstrijdig is met de princiepen van hel Evangelie, zich hielden aan de oude religie van hunne voorvaders, en dat zij, voorwat hunne concientie betreft, zich gedraagden naar het voorbeeld der eerste christenen die, de oorbiecht niet opgelegd zijnde als een gebod, dezelve aanzagen als facultatif. Ah! dat is afgrijselijk, al de donders en bliksmens vliegen over ons hoofd, wij zijn verdoemd, wij willen eene nieuwe religie (die van onze oude voorvaders) inbrengen, wij loochenen de goddelijke instelling der biecht en de wezenlijke tegenwoor digheid van Jesus in zijn H. Sakrament, wij zijn ketters en schismatieken, en bijgevolgonweerdig van in de kiezingen gekozen te worden. De kathoüjken mogen hel Evangelie met de voeten starapen; en de liberalen mogen niet puren in de mijsterien van hunne nieuwe leerstelsels. Maar, lieve discipels van Roomen, loopt toch zoo zeere niet en ziet hier eerst en vooral de geschiedenis: Christus, toen hij na zijne verrijzenis aan zijne apostels de macht gaf om de zonden te vergeven met de 'vrijheid van dezelve te behouden, is ten hemel geklommen zonder 't volk hiervan te verwittigen en zonder de plicht der biecht bij zijne tien geboden te voe gen de eene geloofden aan deze apostelijke traditie en de andere niet, en hieruit volgde dat er vele christenen liever te biechten hadden aan God zelve dan aan de menschen. Ten anderen het Evangelie spreekt nergens van deze goddelijke instelling, en eerst werd het gebruik der biecht maar ingevoerd in sommige kloosters (vraagt het maar aan den H. Benedictus) als zijnde een akt van onderwerping en gehoorzaamheid aan den abt. Het is maar in het begin der 15de eeuw dat de Paus Innocentius III,ziende dat dit gebruik een goede middel zoude zijn om zich het volk van die domme en barbaarsche eeuw te onderwerpen, hetzelve heeft willen algemeen maken en door een concilie, gehouden te Latranen in 1215, de biecht verplichtend verklaard heeft op straf van excom municatie. De biecht, die men in de tien geboden Gods niet vindt, werd alzoo, ruim twaalf eeuwen na Christus, een gebod der H. Kerk, gelijk in 1855 de Onbevlekte Ontvangenis van Maria, en in 1870 de onfaalbaarheid van den paus nieuwe geloofspunten geworden zijn. Maar het komiekste van al, 't is dat men de mannen die zich niet willen blindelings ondergeven aan al die beslissingen, genomen zoo veel honderden jaren na Christus, uit al de electieve bedieningen wil bannen ten einde den autaar van zoo eene religie op den troon te plaatsen en hare dienaars te doen gebieden over volk en koning.Blijft in uwe kerk, valsche religiemakers en heerschzuèhtige omwéntelaars, herinnert u dat in Belgie geene godsdiensten herkend zijn,dat, volgens de Constitutie, alle Belgen, zonder onderscheid van geloofsbelij denis, gelijk zijn voor de wet en evenveel toegang hebben tot de openbare bedieningenen alsdan zullen wij ook uwen winkel gerust laten. De Kierewijtooge heeft Zondag, 19 dezer, een sermoen gedaan die door zijne gekruinde medebroeders schrikkelijk beknibbeld is hij heeft al de lezers der Toekomst verwezen tot de hel, en waaronder velé kalholijken zoowel als, libera len. Dit is eene groote onbedachtheid van onze Kierewijt ooge, want hij weet geheel wel dat, ais men tot de hei veroordeeld is, de ziele geene eerste, tweede, derde noch vierde uitvaart meer noodig heeft en zelfs geene jaargetijden, zingende noch lezende missen en ook geene aflaten, hetwelk voor hun zelve zeer schadelijk moet vallen, en voor ma swin dle bijna geene dikke meer zal ontvangen om haren dorst te laven. Had hij toch al deze lezers maar veroordeeld lot het vagevuur hij zoude ten minste voor al de pastoors en de on derpastors keukens en kelders gezorgd hebben, 't Is 't geen Père Leent, zaliger memorie, ten allen tijde openbaarlijk ver klaard heeft dal, zonder vagevuur, het onmogelijk was keu kens en kelders voorzien te houden, en een klein spaarpotje, die men noemt een appeltje tegen den dorst, te vergaderen, gelijk of hij gedaan heeft, niet waar Abbéljes Dit vonnis was in alle geval te straf en onmogelijk zich daaraan te gedragen indien zulke vonnissen uitgesproken waren in de wereldsche zaken, het waTe belachelijk. Neemt nu, bij voorbeeld dal een keizer of een koning een decreet uitgaf bij hetwelk al de politieke rechten van den clergé af geschaft zijn, zoude dit voor onze gekruinde oppei'burgers verdraaglijk zijn en zouden zij niet liever al de staten van die monarken ondermijnen, gelijk de mols, dan zich daaraan te onderwerpen Dit is onbetwistbaar, niet waar Abbétjes? Zondag avond was onze stad, gewoonlijk zoo stil, eensklaps in luidruchtige beweging gébracht, even alsof wij in volle kermis zouden geweest zijn. Gansch de kleine markt en de Reninghelststraat waren overdekt van nieuwsgierigen bij het zien van eenen grooten stoet, samengesteld uit vrolijke wezens en verlicht door talrijke en hoogverhevene lanterns van alle kleuren. Het was de maatschappij der Pliilhurmonie die, vergezeld van hare tambours en clairons en van het voormalig liberaal pompierskorps, eene serenade ging geven aan haren ondervoorzitter M. Ddiont ter gelegenheid zijner terugkomst van zijne huwelijksreis. Iedereen wilde deze .ovatie zien, en het was maar met groote moeite dat het muziekkorps het ge drang van het volk kon doorbooren om zich binnen de tra liepoort van hel kasteel te begeven. De stoet daar aangekomen zijnde en geplaatst voor de vensters van den salon waar de nieuwgetrouwden in gezelschap van andere heeren en damen zich bevonden, hefte het muziek de Brabvnconne aan, die den geestdrift der me nigte door een algemeen vreugdegeroep deed losbersten. Hierop volgden nog eenige andere zoetluidende stukken, na welker uilvoering M. D'hont, aan zijnen arm hebbende zijne liefelijke dame, tot de muziek naderde om haar met zijne ge woonlijke vriendschap zijne erkentenis uit te drukken over het gulhertig onthaal waarmede zij hem vereerde, om haar aan te kondigen dat hij zijne vrouw aanbood als eerlid van het genootschap, en om de werkende leden en de oude pom piers uit te noodigen tot een avondmaal dat hun 's anderdaags in de nieuwe zaal der maatschappij ging bereid zijn. Op deze sijmpatische woorden verhief zich in de lucht een donderend geroep vanLeve onze Vice-PresidentLeve onze Vice- Presidente Deze huldebewijzing gesloten zijnde door een klankvollen pas-redoublé die al de echos van het omliggende in beweging- stelde, de maatschappij is al trommelen en trompetten naar haar lokaal ingekeerd, eenen toer makende rond de Groote- Markt, waar men in de zeldzame huizen die niet openstonden de onverschilligen onder hunne venstersloors zag kijken.Deze algemeene nieuwsgierigheid bewijst dal de liberalen meer belang inboezemen als de katholijke kopstukken het zouden wenschen. 's Anderdags ten 5 ure begaf zich de muziek, al spelende, met hare tombours en clairons, met het oude pompierskorps en een groot getal eerleden op wandeling naar het gehucht van het Wit Peerd, na welk uitstapje zij, met het vallen van den avond, nogeens al spelen de stad ingetrokken is om zich te begeven naar haar lokaal, waar een lekker en buikvullend soupétje haar aan een tafel van 151 servicen afwachtte. Na het dessert rookte men allerbeste cigaren a discrètion, en de medegaande pintjes maakten onze feestelingen zoo geestig dat zij in de grootste broederliefde het gehouden hebben tot 2 ure 's nachts.' Bij den ijver en de kundigheid onzer nieuwe pompiers in den laatsten brand, het Nieuwsblad heeft vergeten eene bij zondere melding te voegen van de groote medewerking van den luitenant Vleeschmest die, met luider stem, gedurig uil- riep ic geeft maar cadé, geeft maar code'. Zonder deze aanmoediging geheel de stad was plat. Burgers, gij zult nu ondervonden hebben wat het is van eenen luitenant cadé te bezitten in zulk een schoon brandkorps, en die in plaats van te kommandeeren zelf water toebrengt, 't is waarlijk eenen schat, bijzonderlijk in de afwezigheid, gedurende de zes win termaanden, van den kommandarit Achille. Men moet ook nog in het bijzonder melden de tusschen- komst van Mond Ryckewaert die zijne twee seultjes overgezet heeft in handen van Cathrientje van de Statie om alles te blusschen. De veronderstelling gedaan door 'het Nieuwsblad wegens het trouwen en het kortzitlen, om beantwoord te worden binnen de acht dagen, kan door ons niet opgelost worden. Men moet, om hierop te kunnen antwoorden, ofwel gekruinde opperburger zijn, ofwel ondervinding gehad hebben van getrouwd te moeten zijn door gedurig binnen gaan en nog altijd staan om binnen te gaan, gelijk Pollepel van Beveren, Opsomer van Woesten, père Dufour, of nog beter al zijne katholijke scholen gedaan hebben, even als Basilius Lacor- daire n° II en de twee katholijke doktoors van Poperinghe. Men schrijft uit Dixmude, 26 October Petroolramp. Woensdag avond is eene afgrijselijke ramp in onze stad gebeurd. De vrouw van den voddenkooper Leo Parmentier zat aan haren haard in de Konijnestraat; de pelroollamp hing aan den zolder; eene gebeurdochler verliet het huis Koleta den goeden avond wenschende, bij het toe trekken der deur kwam eene groote windtocht binnen eri plotseling sprong de lamp aan stukken de petrool vatte vuur en de brandende olie stortte op de huisvrouw neder. In een oogenblik stond de ongelukkige in lichte laaie vlam en het papier aan de schouw brandde ook. De man der rampzalige vrouw verloos het hoofd en in zijne radeloosheid dreef hij haar buiten huis. Als een dwalende vuurkolom liep zij bij de geburen, die verschrikt hunne deur toesloten. Eindelijk kwam er hulp. Een moedig werkman Karei Clarebout sprong toe en drukte de brandende vrouw in de armen, rolde haar ten gronde en gelukte er in de vlam te dooven. Eere aan dien moedigen en menschlievenden werkman. De ongelukkige Koleta is in levensgevaar, geheel haar voorlijf is eene afgrij selijke brandwonde. Een brief aan den Journal de Gand gezonden, bericht dat blad dat een broeder van liefde eerlang in het huwelijk gaat treden. Des te beter. Het is jammer dat al de broeder- kens die gevoelen dat het jongmansleven hun niet gaat, dit niet doen; hunne leerlingen zouden er zich beter bij bevinden en zij zouden de rechtbanken zoo veel werk niet leveren.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1873 | | pagina 2