önweêrhoudelijke kerkverdrukking.
Stads Nieuws.
POPERINGHE,
u Men noemt dit liberalij. Zulke vrijheid is slavernij.
Daarom moei gij de liberalerij bestrijden al waar gij kunt
De bloei van ons geloof hangt er van af.
Met zulke drogredens kan men verre gaan, niet waar,
lezers der Toekomst Nogtans onze tegenstrevers durven
zulks drukken
De tweede fricadelle het Plaatselijk Nieuws is
walgelijk en daarom wordt ze niet gelust van de gewone le
zers van 'tkruinebladje zelve.Geheel het artikel is een samen
hang persooneele laster tegen twee onzer eerlijkste mede
burgers.
Men schildert ze af als beulen en dwingelanden! Publieke
vervolgers der arme menschen Als mineedigen
Oude ellendigaard oude lasteraar! valschaard! leu
genaar! snoode basser! en nog eenen lieelen hoop dergelijke
lieflijke woorden uit den klerikalen vuilput
Pouah men moet niet vragen of ze schuimden.
En om te eindigen het Jesuitenbladje spot met den toe
stand der Spaansche bevolkingen juicht nog altoos toe aan de
heidendaden der Carlisten Ten verwondert ons niet.
Het klaagt wel over de zoogezegde vervolgingen tegen
de opspelers in den Jura. Ziedaar het gevolg van de fameuze
onfeilbaarheid; wij hebben het altoos gezegd: qui trop em-
brasse manque le train
Tot Zaterdage. De Magister.
1I-» W-SBt.
IJperen, 21 Februari 1874.
Wij hebben Zondag laatst een oprecht aangcnamen
avond beleefd.
De Vlaainsche Ster heeft haar Tooneeljaargetijde met allen
luister gesloten. Niettegenstaande hel in twee plaatsen soiree
was, dat de openbare dansfeesten wel bezocht warei» en dat
er te Poperinghe eene feest was waar eeltige der gewone be
zoekers der Slerre naartoe waren, niets heeft belet eene volle
zaal le hebben. Ook het publiek verwachte zich aan iets dat
der moeite w'eerd was en heeft zich niet te leur gesteld gevon
den.
Men opende met de Visschers van Blankenberg/ie. Nog
nooit werd een stuk van M. Sleeckx beter op de planken ge
voerd en de Vlaamsche Ster mag zich overtuigd houden dat
indien zij het niet beter, zij het ten minste zoowel doet als de
beste Tooneelmaatschappijen.
De Molenaarster van Lakenis een goed stukje, de
akteurs en aktricen waren er zeer wel in hun schik. Het
publiek heeft wel gelachen.
De uitvoering op de Saxophone, als lusschenstuk, he<ft
veel bijval gevonden, en M. Em. Boddaert, heeft blijkens ge
geven van veel talent. Wij maken hem er ons hertelijk com
pliment over.
Louisette, was hervraagd en heeft ten vollen aan de ver
wachting beantwoord. Cesar en Louisette, waren oprech goed;
Jules de Longy, Salsman en Floreska ondersteunden weerdig-
lijk hunne makkers, en de bijrollen wei den niet verzuimd.
Het orkest was insgelijks goed, en men zag, niet tegenstaan
de, de moeite om op zulke dagen het noodige personeel te
vinden, dat de maatschappij niets gespaard had om een alge-
mernen goedgelukten avond te geven.
Met moed en volharding komt men tot alles. Over eenige
jaren was het eene tooneelmaatschappij onmogelijk het vierde
der zaal vol nieuwsgierigen te krijgen nu is het anders. Ook
de verbeteringen, de grootere opofferingen, benevens de
kleine prijzen, die voor iedereen den toegang der zaal
mogelijk maakt, kwamen hierin veel medehelpen. Wal er nog
dalen! Welke ongehoorde belediging! Waarom heeft de
Paus den Pastor de macht niet verleend iemand in den ban
le slaan? Het ging nog al schuimender toen de kerkhof-
kwestie in den Provincialen Raad le berde kwam. M. Yerlez
deelde juist het gedacht niet der geestelijkheidhij wilde
zelf vertegenwoordiger zijn, wel wetende dat het volk in den
Provincialen afgezant den Moorsleedschen notaris en niet den
Bisschop bedoeld had en bijgevolg hij moest handelen volgens
zijn goeddunken, zijn geweten. Doch nu ging de kal voor
goed aan 't dansen en men hoorde oenen De Meulenaere zeg
gen Ah nu is het gedaan mei Yerlez, nu heeft hij tegen
de priesters gesproken, nu toont hij dat hij liberaal
is. (Kón ik maar zelf in de plaats.komen, dacht De Meule
naere in zich zeiven). Het sein was dan gegeven, en kost wat
kost, Yerlez moest weg. En inderdaad, in de eerste gemeente
slemming was de Burgmeester zijn mandaat kwijt. Spot
schriften, nu nog li de boekskens genaamd, werden rond
gestrooid, daarin werd «de afgekookte Burgmeester» als
een grvaur voor de samenleving afgeschets, en nogal meer
dat ik uit eerbied voor den geaclilen notaris verzwijg. Met
zijne gewone bedaardheid onderzocht de gewezen Burgmees
ter de zaak, en men weet te wel wie er al in dien oven gebak
ken had opdat ik het hier nog herhale.
Weinig iater wierd den liberaal uit den Provincialen Raad
gedaan en M. De Meulenaere in zijne plaats gekozen. Nu was
M. de Pastor er boven op. De geestelijkheid en de adel waren
in hunne rechten hersteld, de klokken werden geluid, een
algemeene biddag ingesteld om den Heer van hierboven jle
bedanken voor die onverdiende en uitstekende weldaad.
Wordt voortgezet.
groolendeels medeliielp tot het sukses der Vlaamsche Ster,
waren de artikels uit het Nieuwsblad. Noch spot noch lastri-
kan eene goede zaak hinderen, en allen die in het veld trekken
voor de vlaainsche zaak, gelijk onder welken eerlijken vorm,
verdienen lof, in plaats van Ezelgeschreeuw. Dal Iret Nieuws
blad hel goed begrijpe, iedermaal het eerlijke werkmanskin
deren als de Stervelingen zal willen bezeeveren, het publiek
hem spottend zeggen zal als in de Molenaarsterd'ander
kake tante
Zondag aanstaande hebben wij nogeens een feest,
zooals er weinig in IJperen plaats hebben.
De heer Voorzitter der Koormaatschappij geeft,ter gelegen
heid van 't Groot Carnaval, aan al de leden en eere-leden een
gedeguiseerd Bal, alwaar alles in 'l beste orde is ingericht. Dc
genoodigden hebben het begrepen en de goede inzichten van
den heer Voorzitter willende vveerdiglijk doen doorgaan, zijn
druk bezig ieder van zijnen kant te werken. Dat men schoone
kostumen en groepen zal te bewonderen hebben valt niet aan
te twijfelen.
Er is maar de Koormaatschappij alwaar echt schoone feesten
worden gegeven.
De eerste drij dagen van onzen carnaval zijn zeer orden
telijk voorbij geloopen.
Hier en daar kwam men groepen goed gekleede maskers
tegen, die allen even lusiig waren. Een groep van een dertigtal,
allen gelijk gekleed, was zeer aardig zij waren geheel in "t
witte met zwarte hoed. masker en handschoenen, op de maat
van 't muziek trokken zij d'ecneiherberg in en d'andere uit,
alwaar zij kooren en dansen uitvoerden. Alles is zeer wel
vergaan.
Onze neringdoende burgerij heeft nogeens een goede stui
ver gemaakt. De bals, zoo als wij hooger zegden, waren goed
bezocht. Onder ander was er een, bij inschrijving, alwaar er
oprecht vermaak le vinden was. Wij spreken van het bal in
den Zwarten Leeuw, den Maandag gegeven; veel vermaak en
voor iedereen geen groot verteer een waar burgerbal.
Asschen-Woensdag was er veel volk in stad gekomen.
De Peerdenfeest was levendig en welbezoclu. Veel schoone
beesten zijn op de markt geweest.
Lijst der heeren Jureë'n, toëbehoorende aan het rech
terlijk arrondissement I Jperen, geroepen zijnde om te zetelen
in de 2e reeks der lc zitting van 1874, van het Assisenhof van
Weslvlaanderen, waarvan de opening zal plaats hebben op
Maandag 23 dezer onder het voorzitterschap van M. Coevoet,
raadsheer
1Titeca, G., brouwer, te Langemarck.
2. Carpentier, J., grondeigenaar, te IJperen.
5. Vandevyver, E., koopman, te IJperen.
ii"
18 Februari 1874.
Even als men den stroom eener rivier niet kan stuiten zon
der dat het water zijdelings zijnen weg zoeke, zoo ook kan
men de natuurlijke en vooruitgaande neigingen van het
menschdom niet bedwingen zonder dat men dezelve, nevens
de hinderpalen hiertoe gebruikt, zie losbersten. Men heeft
schoon, lot het welvaren der hcdendaagsche kerk,de vrijheid-
zucht van hel volk te muilbanden, men heeft schoon te predi
ken en te tempeesten tegen de vrijheid van vereeniging en
bijzonderlijk tegen de vergaderingen der verschillige geslach
ten, al deze maatregels zijn vruchteloos voor de redenerende
menschen, en al wie niet volstrekt uit de handen moet eten
van onze eerweerdige dwingelanden of niet uit spekulatie
hunne slaaf is, neemt zijne onafhankelijkheid te baat om aan
het genot zijner vijf zinnen den vrijen toom le geven.
'*t Is alzoo dat de toeloop der onpartijdige burgers tot onze
prachtige muziekzaal, die men den tempel der vrijheid mag
namen, van langs om grooler wordt, en dat dit uitgestrekt
lokaal, ter gelegenheid van het groot concert en het baI
Zondag laatst door de Philharmonie gegeven,door een getal
van niet min dan 750 heeren en damen opgepropt is geweest.
Ook de feesten dezer maatschappij zijn van langs om aantrek
kelijker niet alleen door hunnen luister, maar door het vreed
zaam vermaak, de goede orde, de broederlijke eendracht en
de rechtzinnige menschlievendheid dic in dezelve heerschen,
't geen de uillegging geeft van haren steeds aangroeienden
voorspoed en bloei. Maar, indien wij bijna in iedere feest tc
bestatigen gehad hebben dal wij nooit te vooren hare weèrga
gezien hadden,'t is bijzonderlijk in het tegenwoordig geval
dat wij mogen zeggen dat het concert van Zondag laatst al
de voorgaande in kunsten luister overtroffen heeft.
Niet alleen dc vreemde artiesten, die door hunne medewer
king de feest opgehelderd hebben, maar ook onze Harmonie
en hare soiisten hebben uitgeschenen in al wat schoon en
kundig was. Het ware ons onmogelijk al de stukken van het
rijk programma te ontleden, en, oin ons eerst bezig te houden
met de zangpartij, wij bekennen vooraf dat wij de uitdruk
kingen niet vinden om de buitengewoone talenten van Mev.
Vansanten en M. J. Lefebvre van Gent afle malen.
De heldere, verhevene, klankvolle en buigzame stem der
eerstgenoemde kunstenares is een wonder van menschelijke ta
lent, en die van M. Lefebvre, welke wij nog het voordeel gehad
hebben van te hooren, is in zuiverheid, teederheid, zoet
vloeiendheid en verstaanbaarheid onovertrefbaar. Beide heb-
zen in hunne wederzijdsche arias de bewondering vau bet
publiek ten top doen stijgen, en in den Duo des Dragons de
Villars mogen wij zeggen dc volmaaktheid der zangkunde
gehoord te hebben. Ook was de algemeene geestverrukking
onstoorbaar tot dat zij, als door eene stuiptrekkende weder-
werking, in de hevigste en de geesldrifligste toejuichingen
uitborst.
Deze deftige en verhevene zangstukken werden op eene
gelukkige wijze afgewisseld door de vrolijke kluchtliederen
van M. Coryn die, door zijne goede stem en zijne natuurlijke
gebaarden, aan het gezelschap een nieuw vermaak kwam
opleveren.
Al de deelen van het muziekaal vak werden uitgevoerd door
de leden der maatschappij.
Dc fantazij voor klarinet: Fleur des Alpesdie, door hare
moeielijkheid, voor M. Al. Devolder eene stoute onderneming
was, is met veel gemak en behendigheid afgeblazen geweest,
en heeft met recht aan onzen ervaren kunstbroeder de
vleiendste toejuichingen verworven.
Wij mogen met eveu veel lof spreken van M. J. Bruynooghe
die eeri polka voor piston (Le Trompette de M. le Président)
uitgevoerd heeft met de kundigheid van een waren artiest, e»
van M. J. Depuydt in wiens fantazij voor trompet (La
Favorite) wij een bewijs gevonden hebben van groote be
kwaamheid.
Wat de uitvoering der harmonie-stukken betreft, iedereen
was bet eens om de uitmuntendheid er van te herkennen zoo
wel in de nuancen als in den ensembleen het is met recht
dat wij eene eervolle hulde bieden aan M. E. Klein voor den
onvermoeibaren en verlichten iever met welken bij ons muziek
korps weet te onderwijzen en te bestieren.
Dit voortreffelijk concert werd gevolgd van een even voor
treffelijk bal waarin de damen niet min talrijk waren dan de
manspersonen, en 't welk in de grootste levendigheid geduurd
heeft tot den 3 ure 's morgens.
Met een woord dit feest is de weerdige voortzetting ge
weest van de luisterlijke plechtigheden welke wij gedurende
dezen winter opvolgelijk te melden gehad hebben, en wij mo
gen met waaiheid zeggen dat wij onder het betrek van feesten
niets meer te benijden hebben aan de groote steden.
't Is jammer dat de zoogezegde godsdienst van onze poli
tieke meestermakers door dit vermakelijk menschenverkeer
zoo le lijden heeft. Maar dit is hel gevolg der laatste kiezing,
want, zonder den misslag welken de klerikalen alsdan begaan
hebben, zouden wij nog misschien altijd in Poperinchina
zijn. 't Is voor ons het geval van te zeggen O felix
pcccalum
De Tuitertjcs hebben ook den Karnaval gevierd,zij hebben
aan hunne leden eene representatie-gala gegeven van den
belooverden keern!'t was afgrijselijk geestig.
Een groot getal damen der Maneblusschers hebben daar
gelachen dat zij er van zijn.... geborsten. Vraagt het maar
aan Mmo Pieter, Mmo Kadé, Mm0 Grvsebolle en M"1" Pierlala.
De burgmeester, de plaats-commandant met zijne dame en
andere groote katten blonken daar door hunne afwezigheid.
De paus-aap Fourt... heeft uitermate wel den duivel ver
beeld, rolle die zeer goed overeenkwam met zijn aangenaam
gelaat. Men ging aan het keeren maar men kreeg geen bo
ter, men wierp van alles in de kuip; verloren arbeid! Een
farceur riep: er is geen melk genoeg,smijt er de batteuse in,
maar zijn goed gedacht werd niet aanveerd.
Eindelijk een tooveraar kwam ten voorschijn en beveelde
aan den duivel, die in den keern verdoken zat, er uit te ko
men. De paus-aap stak er zijnen leelijken kop uit; maar zijn
lijf wilde niet passeerenen vier 'I'uiters moesten hunne
krachten vereenigen om den armen duivel er uit te trekken,
die zweerde, maar wat laat, dat men hem zoo in den zak
niet meer zal steken.
Pierlala de tooneelmeester, heeft veel lof bekomen over
zijne directie, hij heeft ook een tournétje gedaan om kluiten
te verzamelen ten einde een soupétje onvergeld te kunnen of
feren aan zijne leerlingen-akteurs.
En alzoo heeft men zich overal verzet, elk op zijne manier,
t Was wel wat mager-vet bij de Toilers; maar bij gebrek van
't gene men begeert, moet men wel zich vergenoegen met 't
geen men krijgt, en ook onze klerikalen moeten al vele der
vingen ondergaan om volgens hunne gekruinde opperbur-
gers den Hemel te verdienen.
Gelijk er geene feest zonder kandeel beslaat wij zullen er
de toekomende week het verslag van geven.
De akteurs er van zijn de heeren Pierlala en Grysebolle en
het schoon geslacht was in dit kandeel verbeeld door hunne
damen.
Het abbétje dat. als primo loco van 't Nieuwsblad, in de
grrroole omstandigheden deszelfs artikels schrijft, komt van
een n it st apt je te doen naar lleninghelst, en, gelijk het katho-
lijk of algemeen is, en zoo even als d'andere zwartjes overal
recht van domicilie en heerschappij bezit, 't ventje teekent
zijn artikel een Reninghelstnaar.
W ij gaan dit leugentje om beterswille voorbij ten einde
het vuilstreulend mannetje aanstonds in zijne inlichtingen
over den oorsprong van Poperinghe le volgen.
Indien wij het geloofden deze oorsprong zou niet zeer