Stads Nieuws. PÜPERIMirlIE, Briefwisseling der Toekomst. BURGERSTAND Sterfgevallen. IJperen, 7 Maart 1874. FEEST BIJ DE Vf.AAMSCIIF, STEK. Zondag laatst heeft de Vlaanische Ster een dnjdtibbel feest aan tiare leden opgedragen. Ieder lid was met zijne damen uitgenoodigd. Het lokaal was geschikt opdat de hoeren met het kaartspel en de damen met tiet bolspel zich zonden kunnen verlustigd hebben. Schoone prijzen waren er te winnen. Va het spel, den dans. tien uitgelezen orkest onder het geleid van den kondigen meester M. J'ére, speelde zeer eigenaardige 'dansen. Of de leden een sprongsken gedaan hebben, moet men niet vragen, want allen zijn geestige knapen en als het er op aankomt men mag verzekerd zijn dat zij te huis zijn. Mogen wij hel gezegde gelooven van eenige damen die de gelegenheid gehad hebben op dit familje-feeslje tegenwoordig te zijn, nooit beeft men zich meer vermaakt, en allen zijn even voldaan over de goede orde en weiovereenkomst dat er aldaar geheerscht heeft. De kinderen onzer burgerij kennen het ook um leute te houden. Vóór wij eindigen, wij mogen niet laten M. Pére, onze hartelijke complimenten te maken over zijne goede directie rn zijn kundig spel op de clarinet, hel is een ware artiest liftlf-Vasteu. - Men verzekert ons dat eenigen, aangeprikkeld door het groot sukces van vasten-avond behaald door eenige groepen verkleede geestigaars, vier verschillige maatschappijen van zin zijn erne kavalcade in te richten en den Zondag namiddag en s avonds in stad eene ronde te doen. De vier mastschappijen zijn: 1° De Koormaatschappij, 5* de Visgchers van Blankenberghe, 5° de Lyre Ouvrière en 4" <le Witte Pelitwmülsen. Men noemde er nog de Vlaamse/te Ster bij, maar wij hebben moeite om bet te ge looven daar deleden dezer laatste maatschappij, bijna allen deel maken van de vier eerst genaamde maatschappijen. VVat er van zij, wij zijn vanafaan verzekerd dat wij op Baff-Vasten een dag zullen te beleven hebben, weerdig der faam van't oude IJpre, van over 100 jaar, toen er meer maskers dan nieuwsgierigen waren. Sapeiirs-Fomipiers. - Door Koninklijk besluit van 5 Maart 1874 wordt het ontslag aanveerd, genomen door H. Lapiere, als luitenant van bet Korps Sapeurs-Pompiers, on zer stad. gn -m. Van den 27" lehrnari tot deu Maart 187-S. /.rnnniiwM Mannelijk geslacht 4) ,n GEBOORTEN Jr..u J te zamen10. Vrouwelijk 0) Debiirck, Petrus, 47 jaren, dagloorier, echtgenoot van tdementia Morrie, Lange Thouroutstraat. Treve, Clemen- ti-a, 32 jaren, kantwerkster, ongehuwd, Meenenstraat. 4 Maart 1874. J)E KWAKZALVERS JEU BE KAR Y\ V \L. Het vuilbladje, in zijn laatste nummer, zwaait lof aan M. den commissaris van politie omdatliij(volgensditSiuuiztqoa.) bind) door zijne agenten de maskers heeft doen aftrekken van drij onbejarige jongheden die men, mét bedreiging der bloote wapens, tot de wacht geleid had. 'l Is lang dat gij, o verbasterde abbéfjes, de leering verge ten hebt vau Christus die zeide: geeft aan Cesar 't gene aan Cesar toekomt, enz., want anders gij zoudt weten dat uwe .loftuitingen geenszins aan M. den commissaris toepasselijk zijn, maar dat zij wel toekomen aan uwen burgemeester die bier het hoofd der politie is en die, zonder reden noch recht, en zonder zijne geadministreerden ervan te verwittigen, ver boden heeft te maskeren. 't Is waarschijnlijk om de verantwoordelijkheid van dezen zoo dommen als onwettelijken akt van uwen wijdvermaarden burgemeester af te schudden en de gevolgen er van te doen onderstaan door M. den commissaris, dat gij nu dezen amb tenaar looft, na dat gij hem anderzins gedurigiijk in uw vuil- blad aanrandt. Maar men kent uwe jesuile-trekken,gekruinde kwakzalvers, en iedereen schandvlekt hier de manier op welke ntre mannen gehandeld hebben ten opzichte van eenige jon gelingen die maskerden en welke men, wij herhalen het, zonder i-eden noch recht, en erger als dieven of moordenaars in hechtenis genomen en tot de wacht geleid heeft. Waarom geeft men nu geene gevolgen aan deze zaak Of wel die jongens waren plichtig en men moet ze vervolgen, of wel zij waren onschuldig, en dan is het de burgemeester die rnet willekeurigheid en machtinisbruik te werk gegaan heeft. Waren wij de ouders dezer onbejarige kinders, wij zouden eene aktie inspannen tegen de politie-agenten voor willekeu rige gevangenneming en mishandelingen, en liet zou dan blijken wie dezen hatelijken maatregel genomen heeft en op wiens neus gij uw wierookvat moogt breken. De karnavalfeest gevierd bij de Tuiters door eene represen tatie g?!a van den betoovmlen Keern, den gevvenschten uit slag niet gehad hebbende onze gekruimde en gezalfde kwakzalvers hebben in algemeene vergadering besloten van zelve eene representatie gala te geven van den Verloren Zoon of de Bederfenis der Jeugd door de maatschappijen en (lansvergaderingen. De bijzonderste akteurs waren de heeren Havermuis, Jochem, Krullebolle, Tweetander en Lacordaire II, en de looneelmeester tertio loco Vuilstreul. liet vreemd pluimgedierte van Proven, aldaar tegenwoordig, geen deel mogende nemen aan dit spel, was zoo razende dat hij al zijne slagpennen uit zijne vlerken en zijnen steer! getrokken heeft en zich nu in de onmogelijkheid bevindt van voortaan nog te zwerven boven de buizen der kiezers. Wat groot verlies Deze representatie, die plaats gehad heeft Zondag laatst, is bovennatuurlijk geweest, en heeft meer dan haren gewensch- ten bijval bekomen. Ook 't zijn akteurs van een ander kali ber als Pierlala. In de kiuchlkundè ervaren door hunne groote en hooge studiën, en daarenboven verlicht door de stralen van den II. Geest, zij hebben hunne aanhoorders doen lachen dat iedereen zijnen buik vasthield en dat zij aan malkander vraagden is het eene farce of is hel serieus? 't Is gelijk, riep men mét luider stem, 't zijn van de beste akteurs van 't bis dom. Noglans moet iedereen ook bekennen dat er een dier kluchtspelers wat door de boonen geloopen heeft, 't Was de Krullebolle met al zijne armen en beenen, die in zijne rol uit riep: <i Ja, beminde toehoorders, de vrouwspersoonen zijn puide-rnoedernaakt near de dansvergaderiug vail den uit— zolder gegaan enz. Wij vragen of zulks mogelijk is in dit saizoen, om zich bloot te stéllen aan alle slach van vérko'eldheden al voorenen achter, en misschien ook aan de zweepslagjrs >an den Vuil— streulenden tertio loco 't Havermuizetje was Zondag uit zijnen graan der gekropen en dit bevallig beestje heeft met zijn koplje en zijne pootjes zoodanig van zijne perten gespeeld dat men de oinstaanders langs alie kanten hoorde lachen. Hier is een staal van 't gene het, met zijne schreiende en door den neus sprekende) stem, uitgekraamd heeft Lieve christenen, Niettegenstaande al onze pogingen om u van de slechte vergaderingen te verwijderen, gij blijft nogfans loopen tot die verderfelijke muziek- en dansfeesten waar zoo veel kwaad gebeurt. Vox clamuns in deserloOnze stem is niet meer aanhoord, en gij hebt liever de tijdelijke vermaken eener ver kankerde wereld dan, na uwe dood, te genieten van de eeuwi ge rust die wij alleen kunnen geven. Ja, lieve toehoorders, gij loopt daar blindelings tot den put dér verdoemenis! geleid door mannen die n den slechten weg aantoonen, door chiefs (sic) die later zware rekening zullen moeten geven van u alzoo op den weg des kwaads ge bracht te hebben Wat ziet men hedendaags? Vervolgin gen tegen de priesters, die noglans voorbeelden zijn van wijs heid, van zuiverheid en christelijke liefde (hij snuif zich met den voet niét). Ja, 't is afgrijselijk! beminde parocbianen (hier schreit hij), men tracht ons belachelijk te maken in de slechte dagbladen en men drijft den spot tot ons on de muren te plakken O lieve christenen het is nog tijd van u te bekeeren, en van die goddeioozc mannen te vluchten dis gezonden zijn door den duivel en die van hem beloond zijn om u tot liet kwaad te leiden Schuwt dan die slechte bijeenkomsten van ongelijke persoonen waar den geest des kwaads eenen masker aantrekt om u beter te verleiden Ja, en wat geschied er? na het bal men ziet ze vertrekken bij koppeltjes; feet vleesch is flauw en wij gevoelen het aan ons eigen; beminde christe nen hoe gevaarlijk is dit niet en noglans, waï ons aangaat, wij zijn bevrijd van het kwaad door onzen heiligen geest die ons nooit verlaat Vlucht dan die verderfelijke mannen! verfoeit die bedevaart- sloordersveracht die priester-vervolgers en wij zullen u de deuren van onzen Hemel openen opdat gij zoudet mogen genieten van het eeuwig leven. Amen. Onze eerweerdige opperburgers die hier hunne politieke religie hebben doen triomfeeren in de gemeente-kiezing en nu nog laalstmaal in den karnaval, zoeken dezelve ook te doen zegepralen^in de maatschappij der Philharm»nie. 't Is daar voor dat zij eene representatie, gala ingericht hebben ten einde de damen tot zich te trekken en dezrlve af te houden van de schoone feesten die in onze nieuwe muziekzaal gegeven wor den. Maar hier zal het toch niet kloppen. De damen die gewoon zijn onze concerts en balen niet hunne tegenwoordig heid te vereeren, en die welke de voortreffelijkheid dezer bij eenkomsten nog niet hebben kunnen waardeeren. zullen zeker de gelegenheid niet laten voorbijgaan van eene buitengewoone en allerluisterlijkste feest die ter hunner bijzondere intentie door den heer Voorzitter M. Van Merris op den Z-ondag van Halfvasten zal gegeven worden. Een concert waarin zich zes eerste artiesten van Brussel (eene zangeres, eene tenor-stem, eene bas-stem, een klucht- zanger,het fluitje der Guiden en een violoncellist) zullen laten hooren, en eene tombola waarin een groot getal kostbare prijzen door de damen zullen te winnen zijn, zuilen Z'ker machtig genoeg zijn om voor altijd in onze maatschappij} de liberale opinie boven de politieke religie der klerikalen te doen zegepralen, zooveel te meer dat in die worsteling al de sukke laars en onnoozelaars zullen uitgesloten zijn. Üoesinghe, 2 Maart 1874. Heer Opsteller, Het Nieuwsblad je is bezig met zijnen calhechismus te Iee- ren, en het ventje is uitermate verwonderd dat er ezelooren in zijn boekje zijn dat komt uiteen al te langdurig gebruik voort, vriendje zoet Wij ook hebben verbaasd gestaan te lezen, in 't Nieuws blad je van gisteren, dat de twistpartij van Boesinghe, den uitgever van gezegde bladje namenloze correspondentien loe- stiert, die deze niet drukken durft!!! Zoude er misschien eene betrekking bestaan tusschen dien naamlozen correspondent en den lafherligen dader van zekere naamloze brieven en schimpschriften geplakt tot op de deur van de kapellanij zelve?Gij ziel dat men altijd door zijn eigene volk verra den is! Opgepast Hansworst, en gij ook ongekamde Kornette! Kapellaan en Pastor, Pastor en Kapellaan, zijn boven al dien praat, zegt'l Nieuwsbladje het is te bot en te dom daarvan te spreken, want dat liedje is straatoud. Die mannen gelijken aan 't kruideken naakt mij nietzoo men ze nadert, zij vallen in onmacht Maar of zouden wij ze nog eens in flauwte zien vallen, zul len wij ons niet te min toelaten een overzicht op het voorle- dene en het tegenwoordige te werpen Wie is de eerroover geweest en wie is het die de zaak ge middeld heeft? Het Nieuwsblad heet eerrooving eeneprvlle; maar de betichte vrouw verstond het alzoo niet, en zonder de goedwillige tusschenkomst van den heer Burgmeester,zetelde Aloïsius op het correctionneel banksken, in plaats van in het Gemeente-Huis Wie is het die sedert meer dan twaalf jaren geene pogingen noch moeite spaart, alle loffelijke middels inspant, ja zijne eigene belangen zelfs somtijds verwaarloost om zich gansch tot het geluk onzer Gemeente op te offeren,en dezelve te doen bloeien, zoo wel onder de zedelijke als onder de stoffelijke betrekking Wie is het die door zijne onpartijdigheid, zijne volksge zindheid en zijne minzaamheid de vrede op de Gemeente weder heeft doen heerschen, daar zij bij zijne aankomst door de twist en tweedracht sedert lang verslooten en vervangen was geweest Wie is liet die onlangs, in hel belang der eendracht, eenen hoogen ambtenaar aanwakkerde de opengevallen bediening van Schepen alhier te doen bekleeden door eenen welgeken- den en vrrstandigen inboorling van Boesinghe; en wie is het die in tegendeel deze bevredigende pogingen den eersten keer tegengekanl heeft om een van zijne slayendè werktuigen in plaats te doen stellen Wilt hij zich nu misschien wreken over deze die dat onbezielde werktuig uit zijne handen gerukt hebben Wie is het die zijnen voorkeur geeft aan mannen die het zoo weinig verdienen? en hoe komt het dat hij in zijné keu zen zoo slecht bezield is Wie is liet die alhier de twist en oneenigheid zaait Wie is het die het schoone werk (de vrede en eendracht) tracht te verbrijzelen, dat de eerste magistraat der Gemeente, met de medewerking van weldenkende parochianen,bedoelt? Die vragen voorstellen is dezelve oplossen. Maar welke booze inzichten bezielen dien geestelijken man, die de godsdienst schaamteloos inroept om tot zijn oogwit te geraken? het is de bijtende en onverzadelijke begeerte iot de heerschappij over geheel de Gemeente, in het inzicht alleen van zijne botte eigenliefde te voldoen Wij betreuren dezen die, om zijn onbedacht doelwit te be reiken, den storm over onze gemeente trekt Wij eindigen, ziende dat wij met het Nieuwsblad accoord zijn op de deftigheid van eenen der twee aangeduide raads- heeren het is.eene verdiende spotterijNieuwsblad, gij zet ze niet waar Aloïsius zal daarover niet danken handje maar danken heertje doen Aanveerdt, Mijnheer, de uitdrukking onzer hooge achting. Avelghem, 2 Maart 1874. Laat «ns vóórop, een kleine feil, een drukfeil, meenen wij, herstellen. Een heilige schrijvelaar wil het publiek doen gelooven dat, op de instelling van den gewijden Sirooptap, de stoet samen gesteld was van honderd vijftig mannen. Hola! gefaalden onfaalbave! Geheel de gemeente heeft ge zien dat er niet meer dan acht-en-vijftig onnoozele sukkela ren, met den ring door den neus, aan den oproep beantwoord hebben. In dit getal acht-en-vij ftig, noch min noch meer, begrijp ik nog de achttien leden van het tuitersrouziek, 18 gemuilbande melkmuillekens. In hel voorbijgaan zal ik aanstippen dat men vertelt dat M. Dopgehouden heeft deel te maken van het corps d'élite x omdat zijne kunstgenoten aan fortuin en opvoeding mangelen. Dat men zich achterlrekke om jongens zonder opvoeding of educatie te vluchten is vergeefbaar. 't Is eene voldoende reden. De andere reden is, zoo niet vergeefbaar ten rnfaste verstaanbaar. In liet verlichtte en beschaafd*

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1874 | | pagina 2