VAN IJPEREN. 4 FRAKKEN 'S JAARS K>" 1135. Dertiende Jaar. ZONDAG. 24" MEI 1874 Politiek. Stads,- Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen. Stads Nieuws. VOOR IJPEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD Aankondigingen12 ccntimen den regel. Reklamcn: 25 centimcn. Bureel: Dixmndestraal. 5!).Alle inzendingen vrachtvrij VERTREKUREN VAN IJPEREN Het Nieuwsblad is grootelijks mis met te willen doen gelooven dat het inzicht der wereldlijke volks scholen is van vijandschap op te wekken tegen de II. Kerk; het weet genoeg dat het hierin strijdig is met de waarheid. Ilad het gesproken over de poli tieke of Jesuitiekc Kerk, het ware iels anders, deze heeft niets gemeens met de H. Kerk, die ge trouw was aan de voorschriften van het Evangelie, die de eendracht, de onderdanigheid aan 's lands wetten en den eerbied der kinderen aan hunne ou ders, enz., bevoolterwijl de Jesuitiekc Kerk ge heel verschillige grondstelsels bewerkt. Deze heeft voor enkel doel macht en geld te bekomen, en het beste middel om haar doel te bereiken is van laster en leugentaal tegen alle andere dan hunne scholen uit te braken, in hoop van cindelinge hun van de zelve meester te kunnen maken, om, gelijk voor maals, de bevolkingen onwetende te laten en ze alzoo gemakkelijker te kunnen overmeesteren. Op deze wijze spant men alle middels in om de ouders te bedriegen en hun te bewilligen om hunne kinders aan geene wereldlijke meesters toe te ver trouwen; men bewerkt de pratieken om het werk af te nemen dergenen die meer betrouwen hebben in vaders des huisgezins dan in broeders, en met reden Het gaat zoo verre dat men zelfs van de H. Sakramenlen somtijds misbruik maakt om de ou ders te dwingen hunne kinders naar geestelijke geslicbten te zenden; men werpt alle slach van moeilijkheden op om de kinders hunne eerste com munie te laten doen: er bestaan gemeenten in ons arrondissement alwaar men de jeugd, vóór den ouderdom van 14 jaren, de eerste communie niet laat doen om ze te beletten een geschikt onder wijs te ontvangen, daar, aan die jaren in het alge meen. de kinders moeten beginnen werken en naar de school niet meer kunnen gaan. Het voorgevallene met eene moeder, welke over eenige dagen door eene Dame in volle straat werd aangesproken, heeft aan de schrijvers van het Nieuwsblad eenige vertellingen ingegeven, waar van geen een met de waarheid overeenkomt. Hier is hetgeen wat plaats gehad heeft Vrouwtje, ik ken u, zegde Madame, gij hebt verscheidene meisjes. Waar gaan die te school De oudste gaat bijJVI..., was het antwoord. Gij moet, zonder aarzelen, uw kind naar de Lamoljes zenden. Maar, Madame, ik kan niet, ik ben nog veertien franken schuldig aan de school vrouw, die moeten eerst door Mietje afgewonnen worden. Dat is niets. En des anderdaags de veertien franken werden aan de moeder behandigd. Wij verhalen dit slechts om te loonen hoe de klerikalen in de gewoonte zijn hunne lage streken, waarvan zij zich plichtig maken, op den rug hun ner politieke vijanden te leggen. De daden in drie opvolgende vertellingen van het Nieuwsblad van Zondag 9" Mei herhaald, zijn des te valscher daar de WARE Lamottcschool reeds een honderd twintigtal kinders telt, en dat de aanvragen gedaan, door de ouders die voor het wel zijn hunner kinderen zorgen en verlangen dat zij niet uitsluitelijk het kantwerken lecren, maar ook een geschikt onderwijs ontvangen, niet al kunnen ingewilligd worden, daar tot nu toe het getal meesteressen niet toereikend is om een grooter ge tal leerlingen aan te nemen. Het Nieuwsblad zegt'k weet wonder wan- neer er zal restitutie gedaan zijn van al wat er in 't Lamolte-klooster aangeslagen is. De antwoord is eenvoudig: zoohaast alsdat de nonnen zullen kunnen bewijzen welk de voerworpen zijn die hun loebehooren. Het ware te verlangen dat de stad ook op de zelfde voorwaarden de wedergaaf zou kunnen be komen van de 50,000 franken die wezcntlijk zijn gestolen geweest. a SBaffiEpEaMaMeMUMnamBHMaaBBEisBBaDQBS BI TOEKOM» IJZEREN—WEG Naar P0PER1NGI1E-HAZEBR0UCK. 6-50. - 12-03.- 3-57. - 6-50. Naar POPEIUNGHE. 9-07. - 8-45. - 9-50. Naar KOMRIJK. 5-54. - 9-49. - 11-18. - 2-55. - 5-25. Naar ROUSSELAERE. 7-50. - 12-23. - 6-45. Naar LANGEMARCK. 7-15. - 12-06. - 6-20. Schaamteloosheid zonder weerga. Brave burgers, zegt het Weekblad van Dixmudeeerzame en vredelievende buitenlieden, gij hebt ongetwijfeld het vol gende in de professorsgazet gelezen dat wij hier herdrukken, zonder een woord te veranderen, tot les en waarschuwing van iedereen leest die schaamteloosheid zonder weèrga Bara heeft uitgevallen in de Kamer tegen de Xaverianen. Bravo! Xaverianen,'t moet zijn dat uwe sociëteit goed is... anders en zou er Bara niet tegen bassen. Daar zijn nu de woorden der professorsgazet. Wilt gij nu weten geachte burgerij en buitenlieden, wat de heer Bara over de Xaverianen gezegd heeft? Ilct is nuttig en leerrijk om lezen en daarom deelen wij het hier mede; luistert goed, de lieer Bara heeft in de Kamer het volgende gezegd Wij zien, Mijnheren, in dc klerikale drukpers het fana- tismus zich ontwikkelen. Overal richt men maatschappijen van Xaverianen in. Ik neem een dagblad, la Scmaine reli- gieuse, welk hel orgaan is van het bisdom van Doornijk, en een verslag geeft van eene bedevaart. Weet gij wat die ga zet zegt Luistert, Mijnheercn Ziet gij deze duizende pelgrims, die bijna al de ijzeren ii wegen van Belgie noodig hebben voor hun vervoer. Allen ii hebben een gevaarlijk wapen in de hand den roozenkrans, waardoor Lepante is overwonnen geworden. ii En als gij van dichtbij wilt beschouwen, zult gij er ande- ii ren zien, wier biddende stem deze niet is van lafhartigen; ii wier pelgrimsloltindien het noodig tvas, morgen een ii knods zou worden om de vijanden der orde en der gods- ii dienst te treffen. Toen men vroeger naar Gallicie ging,was ii het om een godsdienstig werk te doen, om oorlog te voeren ii tegen de goddeloozen, om ze te verdelgen en ze uit. te ii roeien. De oude tradition keer en terug. (Langdurige on- derbrekingen.) Ziedaar, Mijnheeren, op welke wijze men het volk aan hitst. Men maant het volk aan gebruik te maken van knodsen. 't Is een gevaar waarmede ik het land bekend maak. In het belang van den katholieken godsdienst en van de geestelijk heid is het tijd dat men ophoude. Die winden zaait zal stor men oogsten. ii Daar zijn de woorden van M. Bara. Nu kunt gij met kennis van zaken oordeelen, burgers. De professorsgazet van Dix mude zegt dal de Xaverianen eene goede sociëteit zijn.... ja, voegt het klerikaal blad, la Semaine religieuse van Doornijk, er bij, om de liberalen met slokken dood te slaan en uit te roeien!!! -Zou de heer Voorzitter ons nu niet weder schrijven dat hij nooit daaraan gedacht had IJperen, 25 Mei 1874. FEEST BIJ BE BURGERWACHT. Zondag laatst gaf het kader der Burgerwacht een schitterend feest. De heeren officieren droegen een groot Banket op aan den heer Smeysters, luitenant bij het eerste Linieregement, om hem te beloonen voor zijnen iever die hij aan den dag legde in het onderwijs van het korps officieren, volgens de instruc tie van 't nieuw reglement. Het feest had plaats in de zalen van het hotel Het Gouden Hoofd. M. de Kommandant der Burgerwacht, als Voorzitter van dat schoon feest, stelde den eerdronk aan den Koning voor. De manhaftige en edele woorden van den heer Majoor ver wierven de algemeene sijmpathie en de zaal donderde van de meest vaderlandsche betoogingen. Dan kwam de beurt van den dronk aan M. Smeysters. De heer Hynderick nam op nieuw het woord en haalde de menigvuldige diensten aan door M. Smeysters bewezen aan het korps officieren en onder-officieren der Burgerwacht, en zich stellende als het orgaan der heeren officieren,bedankte hij in de levendigste bewoordingen den ieverigen held der feest over zijne welwillendheid waarmede hij op zich genomen heeft de theorische en praktische krijgs-onderrictingen te ge ven. Tot bewijs van dankbaarheid werd hem een overschoen tafelstuk opgedragen bestaande in een cristaien fruil-vaas met zilveren voet, vergezeld van twee cristaien karaffen, insgelijks met zilveren voetstukken en stopsels. Deze voorwerpen droe gen allen opschriften, de erkentenis der offeraars vereeuwi gende. Het antwoord van M. Smeysters liet zich een weinig wach ten, daar de aandoening hem niet toeliet hetzelve dadelijk te doen. Toen de gelukwenschingen een einde namen, bedankte

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1874 | | pagina 1