VAN IJPEREN.
Grootmoeders mijmeringen.
4 FRANKEN JAARS
j\r 638. Dertiende Jaar.
Politiek. Stads,- Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen.
MOORSLEDE.
VOOR IJ PEREN Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD.
Aankondigingen: 12 cenlimen den regel.
Reklamen: 25 centiincn.
ZONDAG. 14" JUNI 1874.
Bdreei. Dixmude&lraal. 59.Alle inzendingen vrachtvrij.
IJZEREN-WEG.
VERTREKUREN VAN IJPEREN
De kiczingen zijn uitgevallen gelijk wij er ons
aan verwacht hadden. In de waalsche provinciën
is het nog al wel afgeloopen, maar te Gent. in de
stad welke destijds aan het hoofd was om de onaf
hankelijkheid van het land en de vrijheden der
bevolking te verdedigen, is de uilkomst zeer bckla-
gelijkde vlaamsche hoeren en de minst vermogen
de kiezers, de eerste uit dommigheid en de andere
uit persoonlijk belang, hebben aan de bevelen der
jesuiterij beantwoord, en Senateurs en Represen
tanten, door den Bisschop aangeduid, zijn aldaar,
ter schande van het land, gestemd geworden. -
Wij zijn er niet bij bedrogen, men verbiedt aan
de landslieden van de nieuwsbladen te lezen die
hun de waarheid zouden kunnen doen kennen, en
men beschikt van merkelijke sommen om de minst
bemiddelde kiezers om te koopen men verzekert
dat het te Gent zooverre is gegaan, dat men lot
1200 franks heeft geboden en betaald om zommige
stemmen, welke uit overtuiging aan de liberale
partij toekwamenvoor de klerikalen te doen
kiezen.
Er volgt daaruit al dal het land1 bestemd is om
door het onwetende deel der bevolking, die blin
delings aan de bevelen der jesuiterij gehoorzaamt,
beheerd te worden, en dat iedereen, tot den koning
toe, onder bunnen invloed het hoofd moet buigen.
En men is alsdan verwonderd dat eenen Bismark
maatregels neemt om Duitschland aan zulk eenen
verderllijken[i»vIoed Ie onttrekken.
beurtelings alle landen in verwarring beeft gebracht.
Het Nieuwsblad verwijt ons dat wij altijd een
verschil maken, en bovendien een groot verschil,
lusschen de Kerk van Christus en die der jesuiten,
en het vraagt ons dat wij een enkele keer de ware
Kerk van Christus zouden aanwijzen.Wij gclooven
ten vollen aan deze vraagfin ons laatste nummer te
hebben geantwoord, maar wat haat keersen licht
en bril ais den uil niet zien en wil Wij hebben
honderd maal en nog bewezen dat de handelwijze
der geestelijkheid, door hare politieke driften ver
blind, meer en meer van de grondstelsels des Evan
gelies afwijkt. Dat zij tot dezelve terug keerc dat
zij eindige met nijd en tweedracht te zaaien dat
zij afzie van zich met de politiek te bemoeien en
door leugens en lastertaal de eerzaamste ambtena
ren te vervolgen; dat zij geene mirakels meer
aanbevcelc welke door de rechtbanken zelfs valsch
verklaard werden, alles om de eenvoudige sukke
laars nog meer te kunnen verdweepen in een
woord, dat zij afzie van al de verderllijke grond
stelsels der jesuiterij die niet anders is dan eene
omwentelaars bende, welke sedert haar bestaan
Het schijnt dat een groot deel der zwitsersche
bevolking de jesuilieke kerk verlaat om naar het
oud kalholijk geloove terug te keeren. Tc Berne,
de oud katholijken vragen de nieuwe Kerk van
S' Pieters; te Geneven zij doen pogingen om in be
zit ie worden gesteld van Onze-Licve-Vrouwe
kerk in een woord de afscheiding van een gedeelte
der getrouwigen om een nieuwen Godsdienst te
slichten, welken moet vergeleken worden aan de
inrichting van de hervorming, is zeer te beklagen:
maar aan wien de oorzaak? is het niet aan de
jesuiterij die met nieuwe geloofpunlen daar te
stellen den twijfel in veel harten heeft doen ont
staan en door een groot getal Zwitsers en Duilschen
heeft doen onderzoeken wat oorsprongelijk deu
katholijken Godsdient was en er zich aan hebben
vervoegd
Het is stellig dat de positie van het ministerie
niet zeer schoon is; het heeft zedelijker en stoffe-
lijker wijze een groote nederlaag gehad.
De meerderheid der Kamer, die vóór 9 Juni van
22 stemmen was is nu maar van 14 stemmen meer.
In den Senaat is het nog slechter gesteld met de
klerikale partij. Er waren daar vóór 9 Juni 56 kle
rikalen en 26 liberalen; dat is meerderheid van
10 stemmen.
Er zijn nu in den Senaat 35 klerikalen en 29 li-
BE TOEKOMST
Naar POPERINGHE-HAZEBROUCK. <3-30. - 12-05. - 3-57.
- fi-50.
Naar POPERTNGHE. 9-07. - 8-43. - 9-50.
Naar KORTJUJK. 5-34. - 9-49. - 11-18. - 2-33. - 5-25.
Naar ROUSSÉLAERE. 7-50. - 12-23. - (5-43.
Naar LANGEMARCK. 7-13. - 12-00. - G-20.
DE POSITIE VAN HET MINISTERIE.
En zij kwam van de misEn de oude, brave vrouw zat
weérom in haren breeden leunstoel, de banden over elkander
op de knieën gevouwd, het hoofd neèrgeslagenvan tijd lot
tijd schudde zij hare grijze hairen, de rimpels van 't aanmin-
nelijk gelaat betrokken zich pijnlijk en zoo mompelde zij in
zich zelven Aardig! aardig! 't is toch wonderlijk! als pas
tor Verhelst leefde ging dat toch zoo niet. Hoe zijn die lijden
toch veranderd. Alles ging zoowel alsdan Waarlijk, ik begin
te gelooven dat de wereld op hare laatste beenen loopt. Wat
aardige dingen préken zij nu al nietJaja ik heb het zeer
wel onthouden de parochianen moeten leven, zei pastor
Verhelst, hoe meer neering hoe beter en hij haaste zich om
de goddelijke diensten spoedig gedaan te hebben opdat zijne
brave parochianen den tijd zouden gehad hebben, de eene om
wat winkelware of een pintje te koopende andeae om er wat
te verkoopen. De menschen moeten allen leven zei die
hrave, heilige man alzoo zullen zij hunne kinders kunnen
kweeken en de armoede ontvluchten. En 's anderendaags,
als er iets te doen was geweest, ging hij hun vragen hewel
Karei, hewel Jan, hoe est? je wel verkocht —Goed, Mijn
heer Pastor, we zijn kontent, 't ee wel gegaan. Allons,
't is juldre gejeund, weert je en blijft brave En de win
kelier of herbergier boog zich neder voor zulken man, en de
vrouw leerde hare kinderkens den naam van M. pastor Ver
helst beminnen en eeren en nu (en grootmoeder schudde
bitsig haar grijs hoofd).... neen, neen, ik versta het niet; hoe
is dat al veranderd De religie is dezelfde nogtansaltijd
dezelfde God, dezelfde geboden, dezelfde wetten bestaan nog
en nogtans zij veranderen dit al! Kan onze Heer daarvan kon
tent zijn?... 'k Ben zeker, als mijn oude vriend moest terug-
keeren, dat hij aardig zou staan te kijken op ons Moorslede.
Wat ga ik hem vertellen als ik ginder bij hem kome Nu
zweeg de oude; eenige wijlen scheen zij in diepe gedachten
verzonkenzij richtte eindelijk haar hoofd op en merkte mij
langs haar staan. Ah ge zijt daar? Ja, grootmoeder,
maar gij zit daar zoo neêrslachtig, peinst gij dan weder op
uwen ouden vriend, op pastor Verhelst? Ja, mijn zoon,
telkens dat ik van de misse kome kan ik niet nalaten op hein
te denken. Wat aardige tijden beleven wij al, en weerom her
haalde mijne oude, brave grootmoeder hetgeen zij zoo luidop
kwam te denken
En zegt mij, lieve Moorsledenaren, heeft grootmoeder geen
gelijk?... Hoe vindt gij den grooten doudou en zijn Snoekske
als zij daar omhooge zoo snel staan te huilen, 't is proper, e?
Alle winkels gesloten den Zondag, niets meer te verkoopen,
wat scheelt ons dat gij vergaat van armoê als uij maar kun
nen voortdoen? Groote kostelijke diensten moet ge doen ver
richten, al uw geld naar M. de Pastor bengen, hij maakt er
toch zoo een goed gebruik van Kijkt ne keer naar die geesti
ge steenen paaltjes, 't zijn bijouljes, 't en kost maar 2000 fr.f
maar 't gedacht van eenen eerw. pastor mag wel 2000 francs
kosten zeker? hij, die zoo vele goed doet aan de parochie;
telt ne keer de almoezen die hij geeft, ze moeten hier uit
Amerika het voorbeeld niet komen gevenEn als een arme
sukkelaar een beetje wijn gaat vragen voor zijne stervende
vrouw, doet hij niet wel hem in plaats eenen stuiver te geven
om oud bier te koopen? wijn is goed voor de pastors, maar
voor de arme menschen foei 't Is't zelfde voor 'l geld,
dat deugt maar voor de kerke, die sloore heeft dat noodig
maar de neeringdoende menschen, de winkeliers, de herber
giers, de werkmenschen, allons done! dat goedje is er niet
noodig, zij moeten niet verkoopen,hunnen winkel alleen mag
maar draaien
Ja, ja, grootmoeder, knottert gij maar, nen nieuwen katr-
chismus gaat er komen. Eerste gebod: Geene haantjes meer to
doen vechten waarom, Snoek? omdat ik zelve niet
mag komen kijken. Ticeede gebod Geen duiven meer te la
ten vliegen en waarom, Snoek? omdat de oude dou
dou met wilt dat ik er zelf kweek enz., enz. Maar dat
Snoek ne keer mochte de pinten, de pijpen, de haans, de
duiven zouden te lièn hebben de politie zou zvveeten Maar
nu dat hij zelf niet kan, wil hij niet dat het de anderen doen,
bemint uwen evennaasten gelijk uw eigen zelven, zegt God,
en Snoek doet dat! Daarom is 't ook dat hij roept: weg met de