Uperen Bock- en Steendrukkerij van ENGEL VANEECKHOUT, Dixmudestraat. 59. Onder de fantaisie-werken, bemerkten wij vooral in haak werk (crocfee% staffers, mutsen, kinderschoentjes, tabak beurzen, venster- tafel- en stoeltapijten, beddespreien, enz.; de netwerken (filoches) voor zaalversieringeu, stoelkussens, gordijnboorden, enz.; frivoliteit, bestaande namenllijk in vol maakte garnituur, mouwen, kragen, parasoloverdeksels, enz.; borduurwerk op zakdojeken, kragen, voorhemden, oorkussens; in garen gemaakte korfjes (vide-pochcs), die men zou ge meend hebben in strooi gevlochten; stflontapijten,bestaande in fraaikleurige bloemen verspreid in met handgemaakte mos, enz., enz. Het ware te lang over deze tentoonstelling breedvoeriger te handelen. Daar zij twee dagen voor het publiek open is geweest, mogen wij rekenen op de getuigenis der nieuws gierigen en liefhebbers, welke in zoo groot getal die werken zijn gaan bewonderen. Het oogwit der stichting was het oprichten eener school onder liet opzicht van het Gemeentebestuur om daar eene goede opvoeding en geleerdheid teverschafTen,aan de meisjes onzer stad en haar te onderrichten in alles wat noodig en nut tig is aan eene goede huishoudster. Dit oogwit is teenemaal bereikt. 11 11 Maandag, 51 Augustus, was het de beurt der knechtjes stadsschool. De leerlingen begaven zich, muziek voorop, naai de Halie, en defileerden onder het voorbijtrekken op de Groote Markt. Iedereen bemerkte de goede houding dier vijf honderd jongelingen, voorltredende in de beste orde, met blij en open gelaat; op hun wezen zag men die edele fierheid uitschijnen welke in de jonge herten met het gevoel van eigenwaarde ontluikt 't is immers in de school dat de jeugd zich zelve leert achten, daar verbergt men haar niet dat zij bestemd is om vrije burgers te wezen,en geenszins eene kudde slaven der dwingelandij en schijnheiligheid. Meer dan twee duizend personen woonden die schoone plechtigheid bij. Met de levendigste voldoening hebben wij de tegenwoordigheid bemerkt van Mijnheer den Staatsminister Vandenpeereboom en van Mijnheer den Baron Mazeman, die beide reeds zoo menigvuldige bewijzen gegeven hebben van genegenheid voor onze gestichten van openbaar onderwijs. De muziekafdeeling der harmonie heeft verscheidene stukken uit haar repertorium uitgevoerd, en nogmaals bewezen dat zij meer en meer voortgang doetde zangstukken zijn niet min wel voorgedragen geworden. premie van 5 franks ontvangen,als belooning barer medewer. king met de overheid om het regelmatig schoolgaan te ver zekeren en de straatlooperij der jonge kinderen te voorkomen, welke zoo droevige gevolgen heeft, en meestendeels eindigt met zulke kinderen voor de correctioneele rechtbank te leiden. Wij achten het niet ongepast onze lezers eenige omstandig heden mede te deelen,welke wij in die plechtigheid vernomen hebben, en welke betoonen wat uitstekende diensten de school, genoemd de Loije aan de werkende klasse bewijst. Sedert driejaar is daar eene bibliotheek geopend ten dienste der leerlingen van de Adultenschool, der leden van de Mu ziekafdeeling en der versigevorderde leerlingen der Dagschool. Het eerste jaar, 1872, zijn er 486 boeken in lezing gevraagd en gegeven geweest, in 1875, 847, en in 1874, is dat getal tot 1253 geklommen. Gedurende het schooljaar 1874, hebben de leerlingen der Adultenschool, der Muziekafdeeling en de verstgevorderden der Dagschool, te zamen in de Spaarkas de som van 414 franks gestort. In 1875, beliep het totaal dier storting maar tot 550 franks, en in 1872, alleenlijk tot 149 fr. 50. De inschrijvingen op de Spaarkas, als belooningen verleend, leveren voortdurig de beste uitslagen op. De jongelingen voegen er wat van hun spaargeld bij, en aldus zijn er reeds onder hen eenigen,die omtrent 200 franks vergaderd hebben. Daar zij de gestorlte sommen niet kunnen terugtrekken voor zij zekeren ouderdom bereikt hebben,en alleen onder de goed keuring der overheid, heeft geen storter tot hiertoe zijne sommen terug bekomen dan om er het beste gebruik van te maken; (enigen, om de vereischte'waarborg te kunnen storten bij hunne benoeming tot bediende; anderen, om het noodige alem te koopen als zij zich stelden om voor eigen rekening te werken; een leerling heeft al zijn gestort geld gebruikt om zijne moeder te helpen, een ander, om de begraveniskosten van een lid van het huisgezin te betalen. Die maatregelen boezemen dus niet alleen gevoelens van voorzienigheid en spaarzaamheid in, maar hebben daarenboven den gehikkigsten invloed op de vorming van het hert. Eindelijk het getal premiën aan de behoeftige ouders verleend, ten titel van belooning over het regelmatig schoolgaan hunner kinderen, groeit niet min snel aan. In drie jaar is dat getal van 97 tot -159 geklommen. Wel is waar is thans de bevolking der school veel gi-ooter, want, in vergelijking met 1872, is het getal leerlingen der Dagschool van ruim 100vermeerderd. wachting verzekerd is; die school is nu geopend om er de meisjes der werkende klasse te aanveerden en, daar het pro gramma zoodanig opgemaakt is dat men, nevens hel spelde- werken, ook de voornaamste vakken van het lager onderwijs kan aanleeren, zullen wij ongevoeliglijk hel doel bereiken dat wij ons voorstellen, zonder plotseling de vooroordeelen en de gewoonten te willen verbreken, welke nog zoo diep bij onze bevolking ingeworteld zijn. Wij meenen dus iiet karakter der oude school te moeten bepalen, en klaar de scheidingslijn afteekenen welke ze van de nieuwe onderscheiden zal. Opk denken wij dat het tijd is om dien voorloopigen toestand te verlaten en opentlijk te doen kennen,dat van nu af de nieuwe school de lagere kostelooze school zal wezen, terwijl de oude eene betalende zal zijn. In de nieuwe, zal bet lager onder wijs gegeven worden, volgens de begeerte der ouders, bij of zonder het aanleeren van het speldewerken; in de oude zal het onderwijs ingericht worden volgens"'de noodwendig heden van de meer begoede klas der samenleving. Bij deze school zal een zoogenaamde kindertuin gevoegd worden, voor de kinders die nog den vereischlen ouderdom niet bereikt hebben om in de lagere school aanveerd te worden, en, als voltooiing van het werk, zal er een cursus ingericht worden voor. dochters welke begeeren middelbare studiën te doen. Dit gesticht, alzoo hervormd en voltooid, zal noodzakelijk zich uitbreiden en bloeien, mils onze vrienden het voorbeeld geven en èenë zöo krachtdadige medewerking feenen, als wij bij onze tegenstrevers eene hardnekkigheid ontmoeten om alle uitbreiding van hét openbaar onderwijs van zijne geboorte af tegen te kanten, en alle inrichting uit te dooven,welke bestemd is om het volk aan de onwetendheid te onttrekken. Des te meer vertrouwen hebben wij daar de ondervinding ons bewezen heeft, dat wij mogen staat maken op het wijs be leid, de dienstwilligheid en den iever der damen-onderwijze- ressen, die alle pogingen zullen aanwenden om het hart en den geest der jonge dochters te vormen, en dat .in alle om standigheden het Gemeentebestuur, getrouw aan de kenspreuk zijner zending, de bescherming welke het aan het openbaai- onderwijs verschuldigd is, als de grootste en heiligste zijner plichten aanziet. U, hartelijken dank, geachte ouders, over het vertrouwen dat gij ons bewijstU dank, wel achtbare dames, over de eer die gij ons aandoet met deze plechtigheid bij te wonen. Uwe deelneming in ons werk verzekert er den goeden uilslag van.» Na deze redevoering, welker belangrijkheid niet zal ontsnap pen aan alwie de uitspreiding van het openbaar onderwijs in onze stad behertigt, zijn de leerlingen beurtelings op de es trade eene gedachtenis over het schooljaar komen ontvangen, aan allen zonder onderscheid gegeven; daarna zijn de bijzon dere belooningen uitgedeeld geworden, alleenlijk aan deze die zich door voortgang, ijver en neerstigheid meest onder scheiden hebben. Alsdan is men tot de bezichtiging der handwerken overge gaan welke in dezelfde zaal ten toongesteld lagen. Deze werken waren talrijker, voortreffelijker en nog beter opge maakt dan de vorige jaren. De tafels en stoelen waren bedekt met allerlei soorten van werk; van het eenvoudigste breiwerk tot het moeilijkste toe, al wat de burger- of rijkmansdochter moet weten of kunnen was daar met smaak gerangschikt. Brei-, stop-, maas-, naai-, teekenwerk zag men er in over vloed onder den vorm van kousen, zokkên, handebanden, rokken, spreien, voorschooten, kindergoed, mans- en vrouw- hemden, pantoffels, enz, Wij moeten het zeggen, ter'eere dier jongelingen, 't is dank aan hunne vlijt en neerstigheid in het bijwonen der muzieklessen,dat de muziek dezer school tot dien graad van volmaaktheid gekomen is. Het muziek, zegt men, helpt veel bij tol de beschaving daaraan hebben wij nooit getwijfeld, en wij vinden er een nieuw bewijs van in het voorbeeld dezer jongelingen, die allen zich onderscheiden door een allerbest gedragen door de goede gevoelens waarvan zij bewijzen geven. Menigvuldige prijzen zijn aan de leerlingen behandigd ge worden; zij bestonden in kleedingstukken, boekwerken, eer metalen en inschrijvingen op de Spaarkas. Eindelijk, premiën in gelde zijn besteld geworden aan de behoeftige ouders, wier kinderen de school regelmatigs! bij gewoond hebben. De maatregelen tegen het schoolafbiijven genomen, leveren den besten uitslag op; inderdaad, in het programma der prijsdeeling vinden wij dat, op 415 leerlingen die de Dagschool bijwonen, er 512 zijn die belooningen be komen hebben. Gedurende de 500 schooldagen zijn alleenlijk 19 leerlingen, in middelmaat, 2 dagen afwezig geweest 18 hadden eenen halven dag, en 273 niet ééne enkele afwe zigheid. Onder die 275 leerlingen behooren er 159 tot be hoeftige huisgezinnen. Elke moeder dezer kinderen heeft eene Hebben wij aan dit verslag eene buitengewone uitbreiding gègeven, 't is omdat wij eenen buitengewoon hoogen prijs hechtefi aan alles wat strekt tot verbetering van het lot der Werklieden, en tot verspreiding van het onderwijs onder aide standen der samenleving; 't is ook om aan het publiek te be wijzen dat de geldelijke opofferingen welke de stad doet, vruchten dragen. Nimmer is de knechtjes stadsschool door een zoo groot getal leerlingen als nu gevolgd geweest, en, als men inziet dat tót over eenige jaren nog, er geene school, door wereldlijke personen gehouden, voor meisjes bestond, en dat tegenwoordig, ondanks de vereenigde pogingen van alles wat aan het klerikalismus verbonden is, ondanks al de lage listen en kuiperijen van onze machtigste tot onze kleinste tegenstrevers af, meer dan 250 dochters reeds eene goede op voeding en een goed onderwijs, onder het bestuur en het toe zicht der wereldlijke overheid ontvangen, moet men erkennen dat een groote stap gedaan is, en eens zal de geschiedenis zeggen, tot eere onzer stad, dat dank aan het verlicht verstand en het onafhankelijk karakter harer inwoners, zij alleente midden onzer Vlaanderen, verdrukt onder het klerikaal juk, heeft kunnen weerstaan aan den drang van het ultramontanis- mus, dat ons vaderland overweldigt om het te leiden naar de omwenteling of den afgrond.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1874 | | pagina 6