Gazelle vaa 't arrondissement 1*1 peren.
JUBILEE
Zij worden vervolgd
lij is weg
T zijn vcpkens
\r 671.
14e Jaar.
Zondag 31n Januari 1875.
Politiek. Stads», fLunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen. Marktea, Bekendmakingen.
Bericht aan onze abonnenten.
Politieke berichten.
Bureel: Dixmndestraat, 39.
ABONNEMENT
AANKONDIGINGEN
REKLAMEN
illMSl
Daar onze TOEKOMST altoos regel
matig den Zaterdag van iJperen verzon
den wordt, verzoeken wij dezen die hun
nummer niet ontvangen, het ons dadelijk
te laten weten, opdat wij een einde stel
len aan dien staat van zaken.
De Nationale Vergadering heeft beslist
de verslagen, over het gouvernement van
4 September 1870, na de stemming der
constitutioneele wetten, op liet dagorde
te brengen. Dat zullen nogmaals zeer
woelige zittingen zijn.
De leening der stad Parijs zal uitge
geven worden aan 440 fr. par titel; 40
fr, moeten gestort worden bij de inschrij
ving; 70 fr. tijdens de verdeeling; I 10
fr. in de eerste vijftien dagen van Octo
ber; 110 fr. in de maand April 1876;
110 fr. in de maand October van het
zelfde jaar.
De jaardooding zal in 75 jaar geschie
den en de uilkeering aan 500 fr. zijn.
De (Irijmaandelijlksche trekkingen maken
een totaal van 225 duizend fr. uit,
waarvan een lot van 100 duizend fr. De
eerste trekking heeftop I Mei plaels De
eerste koepon zal den 15 October betaald
worden.
De gezant van Spanje heeft den 23
aan het engelsch ministerie eenen eigen-
handigen brief van Alfonsus XII over
handigd, waarin hij aan de koningin
zijne troonbestijging bekend maakt en
haar verzekert het inzicht te hebben de
burgerlijke en geestelijke grondwettelijke
vrijheid in zijn koninkrijk te bevoordee-
ligen.
M. Mozoz, gezant van Spanje bij het
hof van Weenen, heeft gisteren aan den
keizer van Oostenrijk een brief van
koning Alfonso overhandigd, zijne troon-
bcstijliing bekend makende.
De koning van Spanje heeft aan de
ingezetenen der baskische gewesten en
van Navarre eene proklamalie gericht.
Eene depcche uit Madrid meldt dat de
beweging om Pampelune te verlossen
zich meer en meer afteekent. Men ver
wacht zich aan een groot gevecht voor
Zaterdag.
Zekere dagbladen van Parijs spreken
van de onderhandelingen, die er zouden
bestaan om den burger-oorlog in Spanje
te doen eindigen.
Het Duitscli Parlement heeft in laatste
discussie de wel op het burgerlijk huwe
lijk aangenomen met 207 stemmen te
gen 72.
Uit Munehen wordt gemeld dat al de
beiersche bisschoppen een adres hebben
gezonden aan den koning tegen de invoe
ring van het burgerlijk huwelijk in dat
rijk. De bisschoppen willen nog altijd
eenige eeuwen achteruit blijven.
De zitting der fransche nationale ver
gadering zijn geheel onbeduidend.
Het dagorde, Zaterdag in ds ilaliaan-
sehe Kamer voorgesteld en een blaam
behelzende voor bel gouvernement,
werd verworpen met 232 stemmen te
gen 121
De Kamer heeft zich nogmaals
bezig gehouden met de gemeente-
sekretarissen, dat is eene eere voor
die nuttige ambtenaars, maar... 't is
er ook al mede, want zij hebben
niet anders bekomen.
M. Delcour, minister van binnen-
landsche zaken, zegt dat het gouver
nement niets kan doen voor de
sekretarissenwaarop M. Defuis-
seaux antwoordt, als net ministerie
geen wetsontwerp wil voorstellen,
een minimum van jaarwedde vast
stellende voor de gemeente-sekreta-
rissen, hij en zijne vrienden van hun
recht van initiatief zullen gebruik
maken om aan de Kamer een voor
stel in dien zin te doen.
De Moniteur van Maandag deelt
verscheidene koninklijke besluiten
medé, volgens welk er aan de ver-
schillige kerken van Belgie voor
niet min dan twee honderd, zes en
veertig duizend zeven honderd negen
en-negen franken subsidiën worden
toegestaan.
En nog roepen de geestelijken dat
zij vervolgd en verdrukt worden.
Er zijn er veel die alzoo zouden
willen vervolgd worden
Men schrijft ons uit Brugge dat de
zoo zedelijke pastoor van Coolkerke,
de hoogweerdige priester Van Liere,
den 16 dezer door het Hof van Be
roep van Gent, tot 5 maanden gevang
en twee boeten van 3 frank veroor
deeld, voor openbare beleediging te-
gen de zeden, de vlucht heeft geno
men, om zich aan zijne, straf te ont
trekken.
Wat moed hebben toch die schijn
heiligen
Ongetwijfeld houdt die onzedige
en vérachtelijke personaadje zich in
het een of ander klooster op, waar hij
lessen over de zedelijkheid zal geven.
Wij begrijpen niet waarom men
niet aanstonds dien kerel heeft aan
gehouden, als het arrest uitgespro
ken is Wie was daarmede gelast
Voor eenige dagen, heeft een pro
fessor van de schooi der mijnen van
Bergen, zijne plichten zoo verre ver
geten van tegen zijne leerlingen, van
in zijnen leerstoel, te zeggen dat al
degenen die naar de mis niet gaan
ver kens zijn.
Een enkwest is gedaan en de leer
lingen hebben de feiten bevestigd,
welke hij den gemeenteraad waren
aangeklaagd.
Wat doet nu de Bien Public? Vol
gens zijne gewoonte zegt hij geheel
het tegenstrijdige met de waarheid
het bisschoppelijk blad schrijft dat de
professor in kwestie gézegd heeft, dat
al degenen die naar ede mis gaan,ver-
kens zijn, en hij voegt er bij
Men moet op die officieele vast
stelling niet aandringen. De christe
lijke ouders zijn verwittigd tegen
de godsdienstige strekkingen van
het officieel onderwijs.
Zij weten nog eens te meer hoe
de onderwijzende Staat de onzijdig
heid in zake van godsdienst behan
delt, hoe hij zijnen eerbied voor al de
SO C C 8! t 1 C E55 C Sï <1 e lil 1' C g C 1
25 centiemen den regel.
Brieven en pakken moeten vrachtvrij
toegezonden worden.
ana
i\ liTFi frïïü
fr. S-00 's jaars voor de stad,
tV. 4-50 voor geheel Relgie.
Builenlandsche verzendingen 't port daarboven.
Ü0 ceailicMien het nummer.
Men schrijft in op alle de postbureelen.
IJZEREN-WEG.
VERTREKUREN VAN JJPEREN NAAR
Poperinghe-Hazebrouck. G-oO. - 12-03. - 5-37.
- <>-30
Poperinghe. 9-07. - 8-45. - 9-30.
Kortrijk. 5-34. - 9-49. - 11-18.'- 2-53. - 3-25.
Roeselare. 7-50. - 12-23. - (5-45.
Langemark-Ooslende. 7-15. - 12-06. - 6-20.
De katholijken hebben 't woord jubelium
ontleend aan de Ilebeeërs. Het komt, naar men
gelooft, van een Ilebreeuwsch in verband met de
aankondiging van 't eigenaardige feest dat de
Joden om de negen-en-veertig jaren vierden. Dit
feest, of feestjaar, der Joden was intusschen
geheel iets anders dan dat der katholijken. Bij de
Joden was 't een tijdperk van vrede en rust bij
uitmuntendheid, dat elke zeven maal zeven jaren
terugkeerde, gelijk de Sabbath, de rustdag, elke
zeven dagen terugkeert; het beteekende in
Israël 't kwijtschelden van schulden, 't,loslaten
van slaven en gevangenen, 't teruggeven van
goederen (in lijden van grooten nood onteigend)
aan de wettige eigenaars.
Bij de katholijken, daarentegen, heeft 't nooit
iets anders beteekend dan 't vullen van de geld
kisten van 't Valikaan, en in't nederzinken van
geheel 't menschdom voor den troon van een
enkel persoon, die zich omkleedde met de eigen
schappen der Godheid.
't Was Bonifacins VIII, die 't heilige jaar in
stelde; want zoo heette 't feest in den aanvang;
de be
van jubileum kwam eerst later in
zwang. Bonifacins VIII grondde zijne extrava
gante van den 22 Februari 1500 op een legende,
die ik u hier maar niet mededeelen zal. Genoeg,
dal hij de viering van 't heilige jaar om de hon
derd jaren gebood, en met eens zijn banvloek
slingerde tegen een iegelijk, die in deze schik
king of in 't door hem voorgeschreven ceremo
nieel verandering zou durven brengen.
't Eerste heilige jaar slaagde boven verwach
ting. De kerkelijke geschiedschrijvers spreken van
niet minder dan twee miljoen pelgrims, uit alle
landeq vau Europa naar Rome gevloeid. Mis
schien is dat cijfer overdreven; doch zeker is 't,
dat de menschenmassa groot moet geweest zijn,
daar verscheidene personen in 't gedrang werden
doodgedrukt of platgetreden. Ook zeker is 't
(volgens den zeer geloofwaardigen kroAteksehrij-
Villani, een ooggetuige), dal op 't altaar in de
St-Pieterskerk meer dan 30,000 goudguldens
(een reusachtige som in die dagen) werden geof
ferd, mitsgaders zooveel koperstukken, dat twee
mannen een dag en een nacht bezig waren om
ze met harken op een hoop te schrapen.
Deze stortvloed van gouden en koperen mun
ten deed natuurlijk den wensch ontstaan om 't
feest eens wat spoediger dan na eene eeuw te
herhalen. Zoo schreef dan Clemens VI, pas negen
en-veertig jaren later, een nieuw heilig jaar uit,
bepalende (in zijne extravagenti: Uuigenilus),
dat voortaan't feest oin de vijftig jaren gevierd
zou worden. Om den banvloek van zijn voorgan
ger Bonifacius VIII bekreunde hij zich daarbij in
'l geringst niet. Een voorbeeld maar uit honderd,
höe de heilige vaders zelf wat gelachen hebben
met dien donder, voor welken zij wilden dat 't
heelal sidderen zou
Ook met dit tweede Heilige jaar werden uit
muntende zaken gemaakt. Weer stroomden
pelgrims en penningen naar de Eeuwige stad.
Lodevicus I, koning van Hongarije, bracht alleen
een buidel met 4,000 goudguldens voor den
Paus meè.
Maar't derde Heilige jaar, in 1590(want men
had zelfs vijftig jaren wachlens nu al te lang
gevonden) was een mislukte onderneming. Boni
facins IX, de toenmalige Paus, wachlle te ver
geefs; de geloovigen bleven l'huis, en hun
goudguldens hieven bij hen.
Daarop moest toen iets gevonden worden.
Bonifacius, een man van vernuft, had een van
die gelukkige invallen, die Alexander Dumas
placht te bestempelen als les idees de d'Ar-
tagnan.
Hij deed der Katholieke wereld weten, dat men
de moeite van persoonlijk naar Roine le komen
zich gerust besparen kon, wijl de Paus bij deze
bijzondere gelegenheid vollen aflaat verleencn
zou aan allen, voor alle mogelijke zonden en
misdaden, op voorwaarde dat men 't bedrag
van de anders te maken reiskosten aan den op
volger van Petrus schenken zou. Dit was nu
eene recht knap en pracliscli bedacht I Men moet
zich maar welen te redden!
Tien jaren later, in 1400, alweer een Heilig
jaar. In 1423 nog een. Urbanus VI verordi
neerde toen dat 't voortaan om de 55 jaren
gevierd zou worden, ter gedachtenis van de
levensjaren van Christus.
Maar aau deze verordening van Urbanus VI,
hoewel zij met bankiiksems elke schennende
hand bedreigde, stoorde zich weer niemand:
want zeven-en-twinlig jaren later, in 1450, nam
weer Paus Nikolaas zijn heilig jaar er van. Sixlus
IV hield 't daarop in 1475; en van dit tijdstip
dagleekent de benaming van jubileum, cn de
vaste viering van 't feest om de vijf-en-lwinlig
jaren.
Inmiddels had de kunstgreep van Bonifacius
IX langzamerhand ook al uitgediend. De geloo
vigen bleven niet slechts zelf t'huis, maar lieten
ook hun reiskosten niet langer de stad uitgaan.
De tijden begonnen zeer bedorven te worden,
de aflaten daalden geweldig op de markt; en
straks zou het geheel uit zijn geweest met de