Gazelle van 't arrondissement IJperen.
Hoc de geestelijken hun gedroegen
toen zij gansch meesier waren.
liet verleden en 't tegenwoordige.
Nr 674.
Politiek. Stads-, Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen, Markten, Bekendmakingen.
Bericht aan onze abonnenten.
Politieke berichten.
AANKONDIGINGEN
REKLAMEN
ABONNEMENT
Daar onze TOEKOMST altoos regel
matig den Zaterdag van IJperen verzon
den wordt, verzoeken wij dezen die hun
nummer niet ontvangen, het ons dadelijk
te laten weten, opdat wij een einde stel
len aan dien staat van zaken.
Frankrijk verkeert op dezen oogen-
blik in eenen zeer zeldzainen, en voor
zeker bedroeveisden toestand. Een re-
geerings-vorm ontbreekt aan het land:
immers de volksvertegenwoordiging
welke zeide: Frankrijk is een repu
bliek, beeft eenige dagen later bet
ontwerp van wet, waarin deze verklaring
voorkomt, verworpen.
Ministers ontbreken: zij die aan het
bewind zijn beschouwen zich natuurlijk
als tijdelijke funklionarissen, in afwach
ting van de nieuwe die hen moeten ver
vangen, en wel hoe eerder hoe liever,
want reeds dikwijls hebben de aftreden-
den op hun ontslag aangedrongen.
Het hoofd van den Staat heeft ten
litel van président der (niet bestaande)
republiek doch doel alles om de repu-
bliek tegen te houden. Aan de monar
chale partijen, de royalistische zoowel
als de impérialislische, is deze schande
lijke toestand te wijten; hare koalitie
heeft, met voorkennis en goedkeuring
van Mac-Mahon en van zijne raadsman
nen, de instelling van een nieuwen, ge-
regelden en bestendigen slaat van zaken
verhinderd.
En wat ziet men nu? De partijen,
welke de afkondiging van de republiek
beletten, zijn niet hij machte het eens te
worden, en hoe langer de onderhandelin
gen duren om een terrein te vinden
waarop zij gemeenschappelijk kunnen
arbeiden, te ernstiger worden de moei
lijkheden zoo zelfs dat redding uit dien
chaos onmogelijk schijnt.
De maarschalk-president was, naar
men meende te moeten aannemen, eer
gisteren geneigd aan den voorloopigen
toestand nog niet een einde te maken en
tot het benoemen van een ministerie niet
over te gaan vóór dat de nationale ver
gadering over de konstitulionneele wet
ten beslist zou hebben, in welken geest
dan ook.
Maar zal de Kamer tot hel verlangde
besluit kunnen geraken? De meest ge
matigden twijfelen er aan, en onder die
twijfelaars bevinden ziclt zelfs zij die
legen de dringendheid van Brissons ont-
bindingsvoorstel gestemd hebben, ten
einde het uiterste te doen om van verzoe
ning en zelfverloochening blijk te geven.
De kuiperijen houden inmiddels niet
op Depeyre, mededinger van de Broglie
als vertrouwde raadsman van Mac-Ma
hon, zou de meerderheid van 24 mei
(die den val van Thiers bewerkte) willen
herstellen, op voorwaarde dal een derde
van de bestaande kamer om de twee
jaren aftrede lol dat het septennaat afge-
loopen is, en dat de voorzitter het recht
van veto en van ontbinding hebbe.
Deze schikking wordt echter door de
bonaparlislen geweigerd, en bij de uiter
ste rechterzijde vindt zij insgelijks geen
bijval. Volgens sommigen zou er wel
eenige kans beslaan op de aanneming
van liet Senaats-onlwerp-Vaulrain
althans door de leiders der groepen, het
geen echter nog volstrekt geen grond
geeft om te vermoeden dat de Nationale
Vergadering het zal goedkeuren.
Geene bijzondere tijdingen uil Spanje.
Men meldt dat de carlisten het leggen van
den onderzeeschen kabel te Fonlarabie
beletten; zij hebben op helengelscli schip
Carolina vuur gegeven.
Londen, 16 februari
Hel oorlogsbudget van Engeland voor
1875 zal, ten gevolge der buitengewone
inkomsten, van 14,177,700 pond ster
ling verminderd worden tot 15,480,200
pond. Het engelsche leger met al zijne
instellingen bevat 129,281 mannen.
L>e inschrijvingen voor het Nieuw
jaar van den paus, hebben dit jaar
in het bisdom van Gent alleen
61,818 fr. 35 c. opgebracht, dat is
4000 fr. meer dan 't verleden jaer
De klerikale gazetten deelen dat
nieuws mede en toonen er zich zeer
verheugd over.
Het is niet voldoende dat zij de
arme lieden, welke onder hun be
dwang staan, geld afpersen voor den
S'-Pieterspenningzij schooien nog
voor het Nieuwjaar van den paus en
wat later zal men voor den besteek
van den paus geld vragen.
Wat de paus met dat geld doet,
wel te verstaan als hij het in handen
krijgt, weten wij niet; maar men
zegt dat de klerikale drukpers, die
zoo arm is in abonnenten, daar niet
slecht mede vaart.
O mijne Vlaanderen 1 wanneer ik
denk aan nw verleden, dan zwelt
mij fier de borst hij het aanschouwen
uwer grootheid een gevoel van aan
doening stroomt mij het hart binnen
als ik herinner, o mijne dappere va
deren, aan de liefde welke gij uw
land toedroeghoe gij als een' man
opstond, toen de franschen u van
het kleine plekje grond, dat gij van
uwe voorvaderen geërfd hadt en als
Bureel: Dixuiiidestraat, 39.
10 centiemen den regel.
25 centiemen den regel.
Brieven en pakken moeten vrachtvrij
toegezonden worden.
fr. <4-00 jaars voor de stad,
fr. 4-50 voor geheel België.
Builcnlandsche verzendingen 't port daarboven.
10 centiemen het nummer.
Men schrijft in op alle de poslbureelen.
DE TOEKOMST
IJZEREN-WEG.
VERTREKUREN VAN IJPEREN NAAR
Poperinghe-IIazebrouck. 6-50. - 12-05. - 3-57.
- 0-50
Poperinghe. 9-07. - 8-45. - 9-50.
Kortrijk. 5-34. - 9-49. - 11-18. - 2-35. - 5-25.
Roeselare. 7-50. - 12-25. - 6-45.
Langemark-Oostende. 7-15. - 42-06. - 6-20.
Be zeden del- geestelijken waren in de mid
deneeuwen tot zulk een punt van losbandigheid
gekomen, dat men er geen geloof zou aan geven,
indien de eenparige getuigenissen der ernstigste
en godvruchtigste schrijvers daar niet waren, om
de waarheid te bestaligcn. Sedert de kerkvaders
der 5" eeuw lot onze minnezangers en rederijkers,
is er maar eene stem ten dien opzichte. Niemand
ontkent dat die ongeregeldheid der geestelijkheid
een der bijzonderste oorzaken is geweest der
Hervorming der 16° eeuw.
De praal,de hoogmoed,devrekheid,deontucht,
de onwetendheid zijn de gewone ondeugden,
welke de geschiedenis-schrijvers hen verwijten.
In eene capitularie van 't jaar 769, verbiedt
Karei-de- Groote aan de bisschoppen op jacht te
gaan, het bloed der menschel) (heidenen of chris
tenen) te vergieten, en verscheidene vrouwen
(plures eooores) te hebben.
In eene capitularie van 801, verbiedt dezelfde
keizer dat de geestelijken militaire wapens dra
gen, dat Zij vreemde vrouwen in huis houden, dat
zij in de herbergen zitten,dat zij zich zat drinken,
en andere dwingen hun voorbeeld na te volgen.
(Balusii capitul. t. 1, col. 191.)...
Karel-de-Groote, in zijne capitularie van 811,
verwijt aan de bisschoppen dat zij met slechte
vrouwlie leven, dat zij zich met wereldlijke zaken
bemoeien en het geweld gebruiken, om de men-
schen te verplichten priesters, kanonikken of
kloosterlingen te worden. (Ibid. col. 479.)
In eene andere capitularie, verwijt de keizer
aan de bisschoppen hunne gulzigheid en zatlap-
perij: die menschen zegt hij, die den kwezelaar
en heiligen spelen, zijn niet beschaamd aan tafel
te blijven tot in het midden van den nacht; en
dan, van wijn en eten overboft, gaan zij in dien
slaat naar de kerk.
Eenige van die geestelijken, zegt de keizer,
blijven aan tafel zitten en vallen er op in slaap,
en zij doen noch in den dag noch 's avonds den
heiligen dienst waartoe zij verplicht zijn. Alvo
rens zij priesters worden, zijn zij arm, maar
weldra daarna koopen zij erfleenen, slaven en
en andere goederen... (Ibid. col. 531, 532.)
Gérard, bisschop van Kameryk, schreef in
1030 aan Lidiun, abt van St-Vaast te Atrecht:
Ziehier wat men zegt over ons, dienaars der
kerk: degenen die zich de herders van 't volk
laten noemen, zijn geene ware herders: ze zijn
wolven; de dagelijksche imposten welke bij inpal
men, zijn een der inkomsten der kerk, en zij
houden zich geenszins bezig met te bidden en te
preeken. En gelijk Sint-Gregorius zegt, de we
reld is vol priesters, maar als den oogst des
Heeren zal geschieden, zal er slechts een klein
getal gevonden worden. (Recueil des histoi-
resde Francet. 10, p. 511.)
Oderic Vital zegt in zijne kerkelijke geschiede
nis: ii Naar de aankomst der Noordmannen, wa
ren de zeden der geestelijken zoo dusdanig be
dorven, dat priesters en bisschoppen, publiek
met vrouwliè aanhielden, en zich roemder; over
hun groot getal kinderen.
De paus Leo kwam in 1049 in Gallië... en
verbood aan de priesters wapens te dragen en te
trouwen. (Ibid. t. 10, p. 246.)
Petrus Diacre; in zijne redevoering, uit name
van den paus Leo IX, in hetconcilium van Reims,
uitgesproken, beschuldigt de geestelijkheid van
Simonie, van oorlog te voeren en te plunderen,
van onrechtvaardig de arme menschen in hun
gevang te houden, van Sodomieterij te doen, enz.
(Vabbei concil. t. 9.)
De kerkvergadering van Parys van het jaar
4212, waarvan Dulaure den inhoud geeft, bewijst
door de menigvuldige verbiedingen aan de gees
telijken opgelegd, hoe zeer ten dien tijde hunne
zeden bedorven waren. (T. 2, p. 354.)
ii De bisschoppen en priesters zegt Gaillard,
met degen aan de zijde, met guide sporen aan de
hielen, waren fier met hunnen vorst oorlog gaan
te voeren eu zooveel menschen als mogelijk te
dooden. Zij verlieten hunne kerken;onderwijs,
eerediensten, gebed, dit alles werd van kant ge
zet, en de geloovigen, aan de beestachtigste
onwetendheid overgelaten, kenden niets meer
dan de bijgeloovigheid, en 't was van toen mis
schien dat de eeredienst der beelden van hun
nentwege eene ware afgoderij werd (1). (Hist,
de Charlemagne, t. 3, p. 70.)
Karel-de-Groote poogde vruchteloos door
zijne capitularie van 769, een einde aan dit mis
bruik te brengen. Toen in de 40" en 44e eeuw,
verscheidene bisschoppen en abdijheeren lot de
weerdigheid van wereldlijke prinsen verheven
werden, droegen deze, opvolgers der ootmoedige
apostels, gulden gordels en bandeliers, poignards
met gesteenten versierd, sporen en kleeren van
den hoogsten prijs. Vele van die prelaten deden
de mis, met gespoorde botten, en hunne ijzere
handschoenen nevens hun op den autaar neder-
gelegd. De prinses-bisschoppen van Luik maak
ten deel van die priestersoldaten. De abten van
Gembloux, als zij mis lazen, kwamen op den
autaar met twee pistolen in de handen, pistolen
die, gedurende de mis, op den autaar bleven
l'8'Sen- (Wordt voortgezet.)
(4) In de eerste eeuwen, wilden de christenen
geene geschilderde noch gebeeldhouwde beelden
in de kerken. Later, werden de beelden inge
bracht, die niet alleen als zinnebeelden werden
geëerbiedigd, maar zelfs het voorwerp werden
van eene aanbidding en eenen eerediensl: Keizer
Leon l'Isaurien en zijne opvolgers schaften die
voorwerpen van afgoderij af. Men heeft onder
den naam van Karel-de-Groote, eene verhande
ling tegen den beeldendienst.