P9FERINGHR.
De woorden van Mgr Siliour.
Stads Nieuws.
Briefwisseling der Toekomst.
AY.ELG1IOÏ,
t
De redactie van het Nieuwsblad,
heeft, in een artikel van Zondag laatst,
over de prijsdeeling van de Lamotle-
sciiool, zich zelve overtroffen in beleefd
heid en vriendelijkheid jegens de Damen
onderwijzeressen van dit geslicht.
De bovengenoemde redactie moet zeer
te vreden zijn, daar zij eens en voorgoed
de verheven,e opvoeding en de schrandere
geleerdheid harer medewerkers heeft
kunnen ten loon spreiden.
Deze Vrijbusschers, niet te vrede met
hunne politieke tegenstrevers gedurig
door den modder te slepen, zij vallen de
leermeesteressen derLamolle-school aan,
de faam dezer damen, welke onberispe
lijk en voorbeeldig van gedrag zijn en
met zooveel ijver en zelfsopoffering aan
de opvoeding der kinderen van den arme
en deze der werkende klasse arbeiden.
Onder den dekmantel der religie en de
aanroeping van God en al zijne heiligen,
bij name en toename door laster en leu
gen den haat en de ruien op hunne
halen noemen
maar de eer en
de faam van de vrouw aanvallen, wij
noemen deze daad eene lafhartigheid
Indien de redactie zich zóó geern bezig
houdt met hel gedrag der damen, zij
moet waarlijk niet uit den
politieke gezindheid zoeken
En omdat het ons walgt over dit
onderwerp te schrijven, omdat het geen
politiek is en zulke personnaliteiten
onweerdig zijn van alle blad dat zich
zelve en zijne lezers eerbiedigt, men
moet daarom niet denken dat wij hel
verledene vergeten hebben en dal wij op
den huiden handel en wandel der katho
lieke thans geen merkzaam oog houden.
—Dat zij zich daarop niet bedriegen: dat
de onvoorzichtige en laffe, krabbelaars
van het Nieuwsbladhunne lasteringen
tegen de onschuld wat bedaren, want
indien wij eens waarheid tegen hunnen
laster moesten plaatsen zij zouden
moeten zeggen med culpa.
politieke tegenstrevers
wij een snood gedrag
kring harer
Twist en tweedracht.haat en nijd zijn
thans de plagen die in Belgie, in steden
en dorpen hunnen zetel hebben gevestigd.
De politieke twisten hebben ons op
eenen hoogst gevaarlijken weg geplaatst,
die ons voorwaar regelrecht naar den
burgeroorlog kan geleiden.
Het volk wordt onophoudend aange
hitst door de klerikale dagbladen die
durven schrijven dat Belgie rot is en in
een bloedbad moet genezen worden,
wanneer de priesters teenemaal hunne
zending miskennen en den stoel der
waarheid gebruiken om de geloovigen
eene heilige gramschap in te blazen die
gewonelijk op de straat uitbarsten schan
delijke vechtpartijen veroorzaakt.
De geestelijken spelen in Belgie eenen
zeer gevaarlijken rol, zij die bun ganseh
leven aan den godsdienst toegewijd en
van alle wereldlijke zaken hebben afge
zien. doen thans juist het tegenoverge
stelde van hetgene zij aan den Heer
gezworen hebben.
Het ware inderdaad te wenschen dat
de bisschoppen aan dit alles een einde
brachten en het voorbeeld wilden vol
gen van zijne collega MSI' Sibour, aarts
bisschop van Parijs, wanneer dezen
prelaat in 185*0, aan de geestelijken van
zijn bisdom eenen omzendbrief zond,
waarin hij onder anderen het volgende
zegde
Wanneer er wanorders in een land
ontstaan dan is het de plicht der pries-
ters hun teenemaal buiten alle partij—
n schappen te houden om hun bij 't volk
te kunnen aanbieden als de ware en
oprechte discipelen van Hem, die hun
voor zending gaf de rus! en vrede op
aarde te handhaven.
De priesters of de dienaars des Hec-
n ren zijn ook de dienaars van het volk,
zegt Mgl" Sibour, zij moeten zich voor
allen goedwillig en zachtmoedig toonen,
juist gelijk vaders voor hunne kinderen.
n In hunne predicatiën mogen zij geen
hoegenaamd polilick met het woord
Gods mengelen en zij moeten ook
n zonder onderscheid aan al de geloo-
vigen toelaten de heilige tafel te
naderen, niettegenstaande den aard
hunner politieke denkwijze.
De wijze raadgevingen dienen voor
waar door menigen priester in acht
genomen te worden en onze geestelijken
mogen dezelve op hunne beurt ook eens
rijkelijk 0vei wegen.
Wij betreuren dat wij in Belgie geenen
Mgr Sibour bezitten om onze dienaars
des Heeren hunne wezenllijke zending
voor oogen te leggen en hun te doen
verslaan dat hunne hedendaagsche han
delwijze ganseh tegenstrijdig is met het
leerstelsel van Hem, wiens woord zij
hierop aarde moeten verkondigen
Jesuitës0-50
BURGERSTAND
Huwelijken.
Welk noemt men wraakroepende
zonden? Antwoord: 1° Vrijwillige dood-
slag; 2" Onkuischheid tegen de natuur
(de zonde der slokkebroers); 3° Verdrukking
van armen, weduwen en wezen; 4° ACH-
1LRHOUDEN den loon der werklieden
«UI
- m*—-fff?- -
Uperen, 26" Juni 1875.
Schoolpenning;. - Lijst des ksiuiteits.
Vorige Lijst, fr. 216-89
Afgesneden beurs (zesde storting)
S'-Sebasliaan 1-80
Brief uit Brugge A bas les
Afgesnedrne beurs (S'-Sébasfiann)
zevende slorling. 3-55
Total 222-54
Pompiers - Maandag namiddag,
met den trein van 7 ure is alhier aangeko
men ons Korps-Pompiers, muziek voorop,
komende van Tourcoing (Frankrijk) alwaar
hetgegaan was om deel te nemen aan de
internationale schijfschieting.
Ons korps is afgekomen met den vijfden
prijs, bestaande in een gouden uurwerk.
De behendige schotter is de heer Cornet,
Pompier.
Het zelfde korps heeft eensgelijks den
eersten prijs van schoonsten tenue behaald.
Door koninklijk besluit van 17 juni 1875,
zijn benoemd bij het korps Sapeurs-Pompiers
van Yperen
Luitenant, M. Brunfaut, Auguste.
Onder-luitenant, M. Vergracht, Louis.
Zclfsuioord. - Genaamde Bruno
Sioen, oud 68 jaar, zonder beroep, (rente
nier), geboren te Passchendaele en wonende
te S'-Jan-bij-Yperen, is zaterdag 19 dezer,
uit zijne woning verdwenen. Des anderdaags
ontdekte men zijn lijk hangende aan een
boomtak van eenen boschkant niet ver zijner
woonst. Hij had zich verhangen bij middel
eener wijdauwwisse men vondt nog ver
schelde wonden aan den hals, toegebracht
bij middel van zijn mes dat zich nog ganseh
bebloed in den zak bevond.
Weinigen tijd te voren had men denken
te bemerken dat die manteekens van krank
zinnigheid gaf.
Van den 18" lot den 25" Juni 1875.
GEBOORTEN .-
Mannelijk geslacht 1)
Vrouwelijk 4) ezam,n>'J-
Riem. Alphonsus, schoenmaker, en Van-
denbulcke, Emma, naaister. Lauwers,
Henricus, hovenier, en Tytgat, Mathilda,
dienstmeid.
Sterfgevallen.
Legrou, Karolus, 26 jaren, Wever, onge
huwd, Meenenstraat. Longhin, Barbara,
83 jaren, zonder beroep, weduwe van Ber-
nardus Didier, Bollingstraat. Dewulf,
Amatus, 46 jaren, boogmaker, echtgenoot
van Emma Vankemmel, Thouroutstraat.
Nevelstyn, Joanna, 75 jaren, zonder beroep,
weduwe van Ferdinandus Leroy, Thourout
straat. Degenef, Jacobus, 86 jaren,
marktkramerweduwenaar van Joanna
Cavaei, Meenenstraat. Spinnewyn, Maria,
27 jaren, kantwerkster, ongehuwd, Recol-
lettestraat. Vergracht, Amandus, 62
jaren, gepensionneerde lieutenant, echtge
noot van Catharina Vencrayelinghe, Groote
Markt.
Kinderen beneden Mannelijk geslacht 1)
de 7 jaren: (Vrouwelijk idem 0)
25 Juni 1875.
Zondag laatst heeft onze Philharmonie het
internationaal festival vanTourcoing bijgewoond,
waar zij met eenparigheid van stemmen der jury,
den eersten prijs van schoone kleeding behaald
heeft dit is zooveel te loffelijker daar onze
maatschappij moest kampen tegen zes-en-vijftig
verschillige muzieken.
Onze schoone sociëteit heeft te Tourcoing het
gunstigste onthaal ontvangen en overal, op haren
doortocht, werd zij door algemeene toejuichingen
begroet; het prachtig vaandel welke zij hand-
gifte en dat zij in geschenk heeft ontvangen van
haren milddadigen voorzitter, verwekte de be
wondering van eenieder; men sprahookjmel veel lof
over de verrukkende pas-redouhfés, met begelei
ding van trommels en clairons, die zij liet hooren.
Onze philharmonisten waren afgestapt in het
bijzonderste hotel der stad, waar zij een lekkeren
maaltijd deden, en leegden eene fijne flesch wijn,
teneinde adem tehebben om wel te kunnen blazen.
Door oorzaak van het slecht weder, de kom
missie der feest had des anderdaags ter schikking
van ons muziek gesteld de zaal der meijery en een
talrijk publiek was loegeloopen om hetzelfde
te hooren. De uitvoering der stukken werd met
een onophoudend handgeklap en met de kreten
van bis vereerd, onze muziekanten wierden ver
plicht tot twee maal toe te herbeginnen en zij
ontvingen de vurigste heilwe'nschingen der kom
missie welke hun den wijn van eer offerde.
Op de terugkomst van Tourcoing, eene aange
name surprise verwachtte onze philharmonisten
in de statie van Kortryk, waar men moest twee
uren verblijven om den train op Yper te nemen.
Eene afvaardiging der Kortryksche sociëteit van
het Pare S'-Georges was aan het afstappen
van het convooi en noodigde onze muziekanten
een bezoek te doen tot haar lokaal, 't gene men
met welwillendheid aanvaardde.
Een vijftigtal leden waren daar verzameld om
onze philharmonisten te ontvangen en men schonk
hun wijnen en andere ververschingen. M. den
Voorzitter der Kortryksche maatschappij wenschte
hun den wellekom en vormde de hoop dat de
Philharmonie wel zon willen aanveerden eens een
concert daar te komen geven.
Men doorwandelde dan het prachtig pare en
men verbroederde met de kortrykzanen die het
muziek uitgeleidde tot de statie.
Onze muziekanten zijn ten hoogste voldaan
over hunne reis en bereiden zich al om wederom
zondag, 27 dezer, het festival van Passchendaele
te gaan bij wonen, alwaar zij met een bijzonderen
train er zich naartoe begeven.
Brugge, 21 Juni 1875.
Heer opsteller,
T'huis gehouden gisteren door helslecht weder,
heb ik mijnen tijd doorgebracht met oude boe
ken te doorsnuisteren. Hier onder zend ik u een
mijner ontdekkingen daar ik overtuigd ben, dat
uwe lezers van den buiten niet genoeg zulke
voorbeelden kunnen aantreffen, om hun te doen
verstaan welke schoone dagen wij zouden bele
ven, indien de jesuiten geheel en ganseh meester
van ons land kwamen.
Het is de levendig begraving van Anna Vanden
Hove, op 19 Juli 1597, omdat zij het piotestan-
tismus niet wilde afzweeren.
Ziet hier letterlijk het handschrift:
ii Anna Vanden Hove wierd te Brussel veroor
deeld om levendigh in de aerde bedolven te wor
den, gelvck ook geschiedt is, niet (egenstaende
dat zy seer onlfermhertelyck op hare knyen lig
gende, heeft gebeden soo aen de Jesuylen als aen
het magistraet, dat sy haer doch eene andere
straffe wilden opleggen. Sy werdt alvolghens
uytgeleyt tusschen twee Jesuiten, gevolgd door
eenige minderbroeders, tot op eene plaetse ge-
naeral Vueren-heyvelt, liggende tusschen Brussel
en Leuven, daer een kuyl in de aerde gemaeckt
was, daer in de beul haer geleyt heeft, ende naer
dat hy haer met aerde hedeckte, hel selve begin
nende van hare voeten af, soo hebben haer de
Jesuyten altyd gevraeghtof zy nog niet en wilde
afstuen eyndelick tot den mont komende, heb
ben sy het zelve haer wederom gevraeght. Daer
na heeft de beul den mont met aerde bedeckt
ende oock het hooft, alsoo dal haer geheel
lichaem in den kuyl vast met aerde besloten
wert. Dit gedaen synde, sprnnck de beul seer ge-
weldigh op haer toegedeckle lichaem, waer op
sy seer onbermelicke onder de aerde riep, haeren
geest opgevende.
Wat kan men bij dit alles voegen?Geen woord!
Aanveerdt, heer Opsteller, mijne hertelijke
groelenissen. X.
PASSCHENDAELE,
24 Juni 1874.
Mijnheer de uitgever,
Alle jaren is er alhier een Biddag op den
Dinsdag na S' Pietersdag.
Onze MuziekmaatschappijVlijt voor Kunst»
getrouw aan hare leuze en willende den nering
doeners der gemeente een stuiverken jonnen, had
besloten op Zondag aanstaande een Muziekfestival
te geven waaraan veel en kundige Muziekge-
nootschapprn komen deel nemen.
Gelijk of de Kunst aan geene politieke partijen
verbonden is had de commissie van Vlijt voor
Kunst i> géradig gevonden hel Muziek der Con
gregatie van Passchendaele ook te vragen om
deel aan het feest te nemen; maar ja, ge zijt er
wel mede; de koster en wilde niet
Alhoewel zij, om zoo te zeggen, niet bedrogen
is over den uitval der uitnoodiging, was zij ver
van te vermoeden dat men in de sacristij een an
der plan smeedde.
In plaats van,zoo als alle jaren,hunnen Biddag
op den Dinsdag na S* Pietersdag te stellen,hebben
Pastor en koster besloten de Biddag, ditmaal
veranderd in een Jubilé met veel opstel
te stellen op den Zondag voor S' Pietersdag
Juist op den dag der Muziekfeest van Vlijt voor
Kunst, van over zeven weken reeds aangekon
digd
En wat nog het afstootelijkste van al is, 't is
dat men van uit den stoel der waarheid de Libe
rale Muziek van Passchendaele beticht van
door haar Festival een hinderpaal te stellen aan
den Jubilé
Die de fabel van Lafontaine kent heeft geen
verderen uitleg vandoen.
Men moet Jesuiet zijn lot in de ruggrate om
zulke tegenkantingen te zoeken en dan zich als
slachtoffers voor te stellen.
Doet maar uw best, twistzoekers, wanneer den
bol ten einde geloopen is, zal hij van zelf stil
staan.
De pogingen der zwarte revolutiemakers, iB
plaats van het feest te doen mislukken, zal in te
gendeel, nog meer volk er naartoe lokken.
Ontvang, enz., S.
rilMW?"•c" m
WULVERGIIEM,
22 Juni 1875.
Mijnheer de Hoofdopsteller,
Het is nog niet lang geleden dat wij in een
gesprek met eenige vrienden, handelden over het
tijdverloop van eenige jaren, wanneer men hier
te lande eenen palror bezat die het geluk en de
weiovereenkomst in zijne gemeente behertigde
en den vriend van iedereen was. Wij-vergelecken
hem met dezen dien wij thans bezitten en vonden
dat er geene vergelijkenis mogelijk was!
Onze pastor is ver alhier de algemeene achting
te bezitten, omdat hij te veel den meester in alles
wil spelen hij wil van zijne parochianen slaven
maken in plaats van vrienden.
Nu Maandag laatst waren er eenige drinke
broers die zich in eene herberg verlustigden,
hunne geestigheid gaven zij luide lucht toen
M. de pastor voorbij de herberg trekkende er
binnen staarde met een wezen alsof hij iemand
ging opeten en bleef voor het venster staan. De
geestigaars daar binnen, merkten dit op en den
hoed afnemende, riepen zij: Ah dag Louitje
en zij stelden het alsdan op een lachen. Men moet
niet vragen of zij meer of min verwarmd waren.
De heer pastor, in plaats van stillekens zijnen
weg te vervorderen is eenen venster verder ge
gaan en heeft daaromtrent tien minuten door de
ruiten de drinkers in het aangezicht gekeken, die
om zulke handelwijze hertelijk lachtteden.
Dit is nu wel dat alles alzoo is afgeloopen; maai
had er daar een man moeten zijn die zich verzette
tegen die belachelijke handelwijze des opvolgers
van den ooimoedigen Jesus, indien er scheld
woorden of oorvegen het gevolg waren geweest,
de heer pastor zou zich als martelaar en beledig
de gesteld hebben en die landlieden het hoofd
verwarmd, hadden 's anderdaags aan de alge
meene verontweerdigheid bloot gesteld geweest
en misschien voor het gerecht hun uitgedaagd
gedrag moeten boeten.
En wie ware van dit alles de schuld geweest?
Neen, het is alzoo niet dat men achting en eerbied
verwerft. Ah hoe gelukkig zouden wij zijn,
konden wij, zooals over eenige jaren onze zielen
herders beminnen en hun eerbiedigen. X.
14 Juni 1875.
De Godzalige Vrijheid welker taal wij, zonder
niezen niet kunnen lezen, zóó riekt zij naar de
walgelijkheid, heeft haren cathechismus, dat is
anders gezegd, hare leering, hare kerk en haren
God, indien zij er eenen waren heeft, verlochend.
Ten bewijze Al onze lezers weten dat dit
verachtelijk papenblad, door eenen wilden
boschmensch geschreven, zoo als meester
Coucke zoowel zegde, de Notaris Decock, niet
kunnende politiekelijk bestrijden of vernederen
in de achting zijner medeburgers, hem in zijne
goede faam en eer heeft willen bemorselen met
hem af te schilderen als een' publieke aflroche-
laar. Zij schreef, mannelijk, dal voornoemden
Notaris eene son van 1580 fr. van den armen had
ACHTERGEHOUDEN om de onkosten te betalen
van 't proces ingespannen tegen Tonglet, 't welk
deze laatste nu komt te verliezen en welk hij tot
Ligne beweent en betreurt.
Uilgedaagd om over deze laffe snoodheid
rekenschap te geven zegt zij door den mond van
jjjter Verliest Ik aenzie Mr Decock als nen
mensch die niet en zou willen zakken wat aen
armbestier toebehoort enz., enz. In een woord
M. Decock is de braafste man der wereld zij zal
het aan hare lezers zeggen die het moeten geloo-
ven op doodzonde en op straffe der helle, enz.
En geld ACHTERHOUDEN is geen kwaad. Men
moet het ontvreemden zegt zij die altijd de
STRAATTAAL Schrijft
Neen Vrijheid gij schrijft de stiiaattaal en gij
kunt het woord ontvreemden onmogelijk
gebruiken het straatjesvolk dat u alleen leest
zou u niet verstaan hebben. Geen ander onder
wijs dan dit van uwen geeslverstompenden
Mechelschen Cathechismus geniet men in den
laagsten volksstand voor welke gij bijzonder
geschikt zijt en zonder welken gij geen reden van
bestaan zoudt hebben. Gij wist dus dat gij het
best kon verstaan worden met uwe lezers in hunne
platte en ongeschaafde taal toe te spreken, 't is te
zeggen in de taal van den Mechelschen Cathechis
mus dat liet schoonste handhoek van vlaamsche
cacographie is die men kan uitdenken. Wel
nu, wat zegt de Mechelschen Cathechismus van
achterhouden Sjirekende over de zoogenoem
de doodzonden zegt hij
Is het klaar of duister??
ACH1ERH0UDEN den loon der werklieden, is
eene wraakroepende doodzonde verklaard door
den Mechelschen Cathechismus welke gemaakt en
goedgekeurd is door uwen Aartsbisschop Pri
maat van België' etc etc 1! Hieruit volgt dat
ACHTERHOUDEN meer dan stelen beteekent
Het is onbetwistbaar dat de lezers der Vrijheid,
het zij nog eens gezegd, die nooit anders leerden