Stadsnieuws. Veel erger, ze werd beschuldigd te zeggen en te gelooven Dat onze moeder de H. roomsche en apostolieke kercke niet en es de waarachti- ghe kersten kercke maar de hoere van Babyloniën Item dat de paus van Roome niet en es stadhouder van christus kercke op deze werelt, maar eenen antechrist Item dat 't kinderdoopsel dat men ghe- bruuctin devoors, roomscne kercke, onnudt en van onweerden es, nemaer dat men eerst ghedoopt moet worden als men ghelooft en verstand heeft Item dat men deur 't doopsele oock met verstande ontfaen, salicheyt en ver«ryght, maar dat 't selve alleenlic es een teecken van ghehoorzaamheit ende goeder conscien- cien, ende dat die kinders sonder doopsel stervende, niet min zalich zijn Item dat Christus-Jesus niet en es waar- achtich in vleesch ende bloede onder 't sa crament des autaers, maar dat 't selve sacra ment es een afgoderie 't zelve te aanbiddene Item dat 't Sacrificie der messen eene menschelicke inzettinghe es, en afgoderie messe te hooren Item dat men niet schuldich en es zijn i zonden voor den priester te biechten om vergheff'enesse te vercryghene, ende dat de priesters gheen macht en- hebben van Godt, de zondeghe menschen hem behoorlicken biechtende, van zonden te absolveren in Christus name Item dat de afgoderie es dat men Mariam de moeder Christi oft ander godsheylegben, om voor ons te biddene, aanroupt, en de dat men ter eeren van hemlieden voor de beel den daar deur zij ons gherepresenteert worden, eere en revenrentie doet, ofte oock in pelgrimagien gaat Item dater geen vaghevier en es der zielen naar dit leven, en de dat men te ver geefs messe bedynghen oft almoessen doet voor de overledenen, en de zielen die schee den van deze w»ereldt, ghaen in rustte totten uutersten oordeele Item dat wij diegheboden van de heylige roomsche kersten kercke van den vasten vleesch te derven, zondaghen en de H. dae- ghen te vierene, niet schuldich en syn te onderhoudene Item dat niet geoorloft en es te zweerene ofte^eedt te doene, alwaar men oock bij jus titie daar toe bedwongen, om ghetuyghe- nisse der waarheid te gevene Item dat Christus-Jesus zijn menschelic ke nateure niet aanghenomen en heeft uut die substancie van ghebenedyde moeder en maghet Maria Item datter maar een persoon en es in de goddelichQfr't, te wetene Christus den zone Godts. Vrouwe Soetkin Van den Houte was dus eene bejaarde, deftige vrouw, die als martelares voor de vipj heid van geweten sterven zou. Ziehier het merkwaardig testament dier edele ziel, getuigend van zachtste gevoelens en van een rein hart, zooals stellig hare beulener nooit een in hun binnenste ronddroegen David, mijn lieve kindt, ghy zyt de outste. Leerdt wysheyd, op dat ghy uw sus- terkens een goed exempel geeft ende wacht h van quaedt gheselschap, ende achter de strate te spelen met de quade knechten maar leert wel lesen en schrijven, en op dat ghy verstandigh wordt, ende hebt malkan deren lief, sonder twist ofte ghekyf, maar syt vriendelyk d'een den anderen de wyste sal den slechten verdragen en vermanen met vriendelykheitde stercke zal met den krancken medelyden Jiebben de rycke sal den aermen bystant doen uyt broeaerlycke liefde de jongste sal den oudsten gehoor- saëm syn in 't geede. Vermaent deen den anderen tot neerstigheyt om te werken, opdat ghy meught bemint syn vermaent malkandèren tot goede werken, tot sedig- heyt, eerbaarheid ende stiiheydt. Lydt lie ver onreght, dan dat ghy een ander onrecht soudt doen, lydt liever verdriet, dan dat ghy een ander verdriet soudt aandoen wordt liever versmaedt, dan dat ghy een ander versmaden zoudtwordt liever beloghen, dan dat ghy een ander belieghen soudtlaat u liever het uwe benemen, dan dat ghy een ander het syne benemen soudtende alsoo voort. Voorts, myn lieve kinderen, Betkin ende Tannekin, myn lieve schaepkens, ick vermaene u lieden in al dit selve, als dat ghy gehoorsaem wilt syn den geboden des 11 eeren, ende voort uwen oom en de moeye gehoorsaem syt, ende alle die u tot de deugd onderwyzen. Diens brood dat ghy eet, moet ghy onderdanig syn, in al dat teghen Godt niet en is. Syt neerstigh, u selven altyt ver manende om u werck wel te doen, soo sal men u lief hebben waar dat ghy woont ende en syt niet kyfachtigh noch klapachtig, noch ligtveerdigh, noch stout, noch stuer van spreken, maar vriendelyck, eerlyck en stille, gelyck de jonghe dochteren toebe hoort Ziet, myn alderminste, als ghy tot uwen verstande kqpit, soo siet dogh toe, dat ghy u verciert met goede werken, te weten de wercken des gheests, dat is allerley goetheyt, vriendelykheyt, sachtmoedigheit, ootmoedigheyt, gehoorsaemheydt, lydsaem- heyt, gerechtigheyt, zedigheyd, eerlykheyt, reinigheyt. vreedsaemheyt, standvastigheyt, bermhertigheyc, wysheyt ende neerstigheyt tot goede werken, gheloove, hope, ende liefde... Mijn lieve broeder ende zuster, ick be- dancke u hertelycken seer van alle de vriendschap, die ghy my oyt ghedaan hebt, ende noch doen suit, zoo ick hope aen myn drye schaepkens die icx achterlaatick beelse den heere ende dien daer toe stieren sal door syn genade. Hier mede neme ick noch eens oorlof. Ick dencke dattet nu de laetste is, en wy zyn zeer wel gemoed om onse offerande te doen, dat ick niet uytspre- ken en kan. Dit is geschreven als wy ons laetste avondtmael ghedaen hadden.' Hier mede zegh ick adieu aan alle myn broeders en zusters. Ick en Martha (Baerth) myn suster in den heere, doen u seer groeten metten vrede des Heeren om de laetste reyse... Myn lieve schaepken, gedenkt mal kanderen altydt in der liefden, ende leert seer lessen ende schryven, ende syt gehoor- zaem eenen eygelycken in 't goede... Hier segh ick adieu myn lieve kinderkens David ende Tanneken, adieu myn lieve broeders ende zusters alle te samen, en noch seggen wy eens adieu groet myn oom ende moeye seer met eenen kus des vredes, uyt mynen name. Geschreven by my Soetkin van den Houte, u moeder in banden. Geschreven met haesten (al bevende van koude) uyt liefde van ulieder allen. Amen. We dagen de klerikale bladen uit 'ons de echtheid van dit testament en dat vonnis te betwisten Zullen zij nog durven zeggen dat de Inkwisitie in ons land niet heeft beslaan In het vervolg zullen wij onze leze- ren het kortbondig verslag mededeelen der zittingen van onzen Gemeente- Raad. Wij denhen het publiek eenen dienst te bewijzen door het bekend te maken met al de beraadslagingen en maatregelen die eenig bijzonder belang opleveren Sedert de aankomst op het Stadhuis van het nieuw Schepenkollegie waarvan de inhuldiging plaats had op 27 Februari laatst, hebben eenige zaken, gebracht op het dag orde des Stedenraadsplaatselijk belang genoeg om dezelve in den vergeetboek niet te laten. Wij zullen er een kort overzicht van geven. I. Herziening der stedelijke Reglementen. De policie-reglementen zijn verspreid in verschillige boeken en oorkonden, die in het bereik van iedereen niet zijn. Het onderzoek der verschillige nog invoege zijnde verorde ningen is niet altijd gemakkelijk, en kan dezen die er zich mede moeien in groote dwalingen brengen, omdat er op dezelfde materien verordeningen bestaan waarvan de eene de andere zijn komen vervangen of verbeteren. Van een anderen kant het Strafwetboek van 1810, is thans vervangen door dit van 1867, en verschillige schikkin gen onzer Reglementen zijn onnoodig ge worden of zijn niet meer in overeenstem ming met de nieuwe wetgeving. De onder vinding heeft ook geleerd dat er leemten aan te vullen zijn. Het algemeen welzijn vergt dat iedereen gemakkelijk wete wat ae Wet en de Reglementen hun voorhouden. 't Is daarom dat het Kollegie gemeend heeft een nuttig werk te verrichten, binst dat het de verschillige Reglementen over zag en volledigde, van ze te verzamelen gelijk zooveel verschillige hoofdstukken van een en dezelfde Wetboek; van ze te schikken alsof zij maar een en dezelfde verordening uitmaakten, nochtans aan elk Reglement zijn eigen bestaan te behouden. De grond stelsels die de Stedelijke Overheid in dit werk als leiddraad gediend hebben bestaan in zooweinig mogelijk reglementeeren en nieuwigheden in te brengen, de artikels door het Strafwetboek voorzien weg te la ten, alsook degene die onnoodig zijn en de onuitvoerbare. Als gevolg aan deze schikkingen, hieldtde Raad zich bezig met het bijeenbrengen der Stedelijke Reglementenen opvolgentlijk werden beredeneerd en gestemd 1" In zitting van 10 Juni 1876, het Regle ment op de Ontucht-Huizen, bekend ge maakt en aangeplakt,en verplichtend sedert 1 September. 2° In zitting van 19 Augusti laatst, de volgende Reglementen A) Reglement op de dronkaards; B) Verlichting der bouwstoffen gelegd op den openbaren weg G) De herbergen en publieke bals D) Den Vasten-Avond E) De hovingen en openbare wandelin gen F) De spelen en ver«iaken op den openba ren weg G) Het losloopen der dieren. Deze Reglementen zijn reeds aangeplaakt en zullen uitvoerbaar zijn met 1 November aanstaande.. In zitting van 9 September verhandelde de Raad het Reglement der bouwingen. II. Nieuwe Tarijf der Lijk-statièn. In zijne zitting van 10 Juni laatst, nam de Raad een nieuw Tarijf aan voor de Lijk- statiën, verbeterende dien vastgesteld in zitting van 27 Februari 1864, en geplaatst in'het Reglement van 1871 op de begraaf plaatsen. Sedert dien tijd vondt men eenige hervormingen noodig. Men kan ze opsom men in twee punten eene nieuwe verdee ling der klassen inde diensten en een klei nen opslag in eenige zaken, voornamelijk voor wat de bedienden betreft. III. Hoppe-persse. In zitting van 1 Juli 1876, had de Stads- Raad te beslissen over een voorstel strek kende tot het afschaffen der stedelijke Hoppe-pers. Toen de Raad, in zijne zitting van 5 Juli 1873, het Reglement ter inrich ting eener Hoppe-Markt vaststellende, de oprichting eener Hoppe-pers scheen de handelsbetrekkingen te zullen bevoordeeli- gen en dus onmisbaar geoordeeld. De tijd heeft het tegenstrijdige bewezen, onze markt bleef onbeduidend. Onder het stoffelijke oogpunt, was er te vreezen dat de sulfer- achtige uitwazemingen der hoppe schade zou gebracht hebben aan de gebouwen der Halle, waar de pers ingericht was. Al deze redenen hebben den Raad het besluit doen nemen de Hoppe-pers af te schaffen, hetgeen plaats had in zitting van 15 Juli. IV. Hulpgeld aan de Kerkfabriek van St. Pieters. Het orkaan van 12 Maart had verschillige boomen omgeworpen en de afsluiting van het kerkhof vernietigd rond de St. Pieters kerk, de Kerkfabriek besloot de afsluiting te vernieuwen en eene andere boomplanting te doen. Er werd besloten de houten staken door arduinen zuilen te vervangen, voorzien van groote ijzeren staven. De uitgaven die men uit dien hoofde moest doen, de hulp middels der fabriek overtreffende, besloot zij haar te wenden tot 't Stadsbestuur, ten einde eene hulpsom te bekomen. In zitting van 19 Augusti nam de Raad deze vraag in aandacht, en den 9 September, op voorstel van het Kollegie, werdt er een hulpgeld van 500 fr. toegestaan. De reden waarom het Kollegie dit hulpgeld toegestaan heeft, is dat het er belang in vindt eene wandeling wel onderhouden te zien die langst den open baren weg ligt. En inderdaad, doordien de werken door de Kerkfabriek voorgesteld om uit te voeren, veel zullen bijbrengen tot het versieren eener openbare plaats, de gel delijke tusschenkomst der stad wordt ver- rechtveerdigd. V. Herstellingen aan den Koepel van het Belfort en opening van de onderstagie der Halle. De Raad, noodig geoordeeld hebbende dat er herstellingen moesten gedaan worden aan den koepel van het Belfort, wendde zich tot het Gouvernement om zijne tus schenkomst te vragen voor de uitgaven daaruit voort te spruiten, ter zeiver tijde vragende dat de Commissie der Monumenten haar zou willen komen verzekeren over den staat van zaken. Deze kwam naar IJperen en deed verslag aan den heer Minister van Binnenlandsche Zaken, waarvan er lezing gegeven werd in zitting van den 19 Augusti. In dit verslag herkende de Commissie de noodzakelijkheid der door het Collegie ge vraagde herstelling, en er was ter zelfder tijde een gunstig advies gegeven over het voorstel door het Collegie, het onderge deelte van den zuidkant der Halle te openen. De heer Burgemeester, in zitting van 19 Augusti, legde bloot hoeveel schoonheid dit voorstel aan ons stedelijk gedenkgebouw zou bijgebracht hebben en waardoor nog het echte uitzicht er aan zou terug gegeven ge weest zijn. Het voorstel van den Stads-Raad bestond in het ruimen aller tusschenmuren en an dere bouwingen onder de Halle, ten einde de schoone kolonade te laten zien waaróp geheel het gebouw rust. Buiten de kunstzij de van dit werk, is er nog iets anders te ver wezenlijken, want het onderste der Halle, alzoo herschapen, zou onder alle oogpunten zeer wel geschikt zijn tot het inrichten eener overdekte markt, (lie er ons tot nu toe nog ontbreekt. De Raad nam met voldoening kennis van dit voorstel en bemachtigde het Collegie tot de voortzetting der studie. VI. Rechttrekking der Klaverstraat De Raad, in zitting van 19 Augusti, stel de eene nieuwe bouwlijn voor de Klaver straat vast, ten einde een breeden verbin dingsweg tusschen de Rijselstraat en het Zaalhof te verkrijgen. VII. Ontslag van M. B. Van Hollebeke. De Raad heeft op 9 September kennis ge nomen van den brief waarin M. Van Holle beke, studie-meester in het Communaal Collegie en de Middelbare School, aan het Stadsbestuur afvraagt hem ontslag zijner bedieningen te geven. De Raad, na aan M. Van Hollebeke het voorwerp zijner vraag toegestaan te hebben, drukt hem zijne bedankingen uit over zijnen iever en zelfsopofferingen waarmede hij bezield is ge weest gedurend het bekleeden van zijne 'be diening. VIII. Benoeming eener naai-meesteresse in de Lamotte-School. In geheim Comiteit van 9 September heeft 'de Raad Mej. Eugenia Williams als naai- meesteres benoemd in de Stadsschool voor meisjes, gezegd Lamotte-school. (De Liberaal). Yperen, den 30" September '18711. iir—n STEÖKLFJKK HAAI). Openbare zitting van 25 September 187G. Voorzitter SI. Louis Vanheulr, Burgmeester. Itekiiopteu inhoud. Mededeelingen. Goedkeuring der budjetlen van 1877, der kerkfabrieken. Afvraag bij ontslag van ouder dom tot het bekomen eener weduw-provene. De zitting opent ten 5 ure. Tegenwoordig: MM. Vanheule, burgmeester, H. Bossaert, en A. Vanden Bogaerde, schepenen, ridder G. de Stuns, A. Somen, Th. hornette, A. Verschaeve, A. Brunfaul, C. Gravet en J. Vande- vyver, raadsleden. De Secretaris geeft lezing van het proces verbaal der vooiige zitting. De opstel ervan is goedgekeurd. M. de Burgmeester deelt de volgende stukken mi de 1. M.Louis Rabau, brouwer, vraagt om den aankoop te mogen doen van een perceelken grond gelegen Yprreri-buiten, sektie Brielen (bij hel Hoekje). De Raad neemt kennis van het verslag der expei ten gelast met de wedersprakrlijke schatting van den grond, die het als onderzoek verzendt naar de 2° commissie. 2. Door depeclie van 13 september, M. de Minister van binnenlandsche zaken, verklaart zich in de onmogelijkheid te bevinden de minste bij lage te doen voor de herstelling aan het boven gedeelte des halletorens. In beteekening genomen. De Raad besluit tot het uitstellen der voorgestelde werken, uit hoofde dat de stad op hare eigene kosten de herstellings-wei ken aan het monument niet kan afdragen. Na een onderhoud over de benaming van eenen muziekmeester bij hel korps pompiers, M. de Voorzitter geeft vervolg aan hel dagorde en legt op hel bureel de budjetlen voor 1877 der kerk fabrieken neder. Verzending naar de 2C commissie. De Raad slaat de vraag toe aan Julie-Octavie Hamand, tot het bekomen van een weduw- provene, bij ontslag van ouderdom, voorzien bij de statuien, inde stichting des H. Gecsts. (Fon- datie Emmanuel De Turck). Geheim Comiteit. De Raad noemt als ouder-instiluleur in Stads— Gemeen te-scbool voor knechtjes, sieur Felix Schoutleten, van Heyst, gediplomeerd leerling der normaalschool van Brugge. ■-- Luchtverschijnsel. - Veel menschen zijn zondag avond omtrent G 1/2 ure getuige geweest van een zeldzaam en overschoon lucht verschijnsel. Al op eens en zonder eenig voorteeken zag men een soort van vuurbal (misschien een gloeiende luchtsteen) zich schuins van de wereld de lucht in wenden, na zich eenen vuursle< rt latende om te gaan ontploffen dicht den gezichteinder, onzen luchtkring verlichtende door eene klaarte veel gelijkende op een schitterende wrêrlicbt. Twee minuten na de verdwijning dezer klaarte, kon men nog een lichtstreep onderscheiden, die als t vyare, de aarde aan den hemel bondt. Weinig later verdween die geheellijk maar alsdan begon het tweede deel van het verschijnsel, nog zonderlinger dan hel eerste in zijne plaats, en alsof de warmte of de elvctriciteit den hangen den damp zou doen ineenpersen hebben, zag men een streep als van witte doom in de lucht, die ook eene schmnsche richting had, van lengde veran derde en zich in 't midden ineenkromp. Het was moeilijk over zijn afstand der aarde te oordeebn eenige aanscbouwers dachtten het verschijnsel maar op twee drij honderd schreden afstand, toen eene massa zwarte wolken uit het westen gedre ven eensklaps de lucht overdekte en het zicht onderschepte van het verschijnsel. Wanneer de wolken verdwenen waren kon men nog de bijna geheel ineengeloopen massa damp onderscheiden. Hel was dan op eene onmeetbare hoogte dit het luchtverschijnsel te zien was geweest. Zijn ver trekpunt kwam juist overeen met den noord-pool, waar men zulke soort van lichten ziet ten voor schijn komen en het is waarschijnlijk dat zijne richting, ons in r chte lijn schijnende, omdat zij begrepen was tusschen den noord-pool en den aanschouwer, een groote cirkel rond onzen bol zal gemaakt hebben. Wij mogen ons verwachten van door de man nen, die in zulke zaken gestudeerd zijn, er de ware beschrijving van zullen geven. Schelmerij. - Eene schelmerij is dezer dagen ontdekt aan eene straat-brievenbus. Deze bestond uit eene geplooide plaat gepast in de opening en beschikt om de brieven te vangen die men er in stak. Het mecanism is zeer eenvoudig: de twee uiteinden maken eene veer die zich in de gaping open houdt en waarvan men niets kan bemerken noch al buiten, noch wanneer de bus geopend is. Men kan dit tuig zeer gemakkelijk plaatsen en wegnemen, doordien het maar eene diepte van 20 a 25 centimeters heeft. Men is het gewaar geworden aan den weinig diepen val der brieven.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1876 | | pagina 2