POFERINGH Runderpest. Stadsnieuws. loonde hij zich gedurig een vijand van hebzucht, van valsehheid en schijnhei ligheid, en spaarde onder dat opzicht niemand, zelfs niet de priesters. Eertijds ging Dr Bouten naar de mis, en had eene plaats in het zitten Maar, ten gevolge eener oneenigheid met den pastor, wierd hij er uit gedreven. Hij hoorde dan mis op het hoogzaal, doch daar ook deed men hem moeilijkheden aan, en vervolgens ging hij niet meer naar de kerk. Nochtans verzekert men, dat hij iederen zondag eenen werkman betaalde, om eene mis te zijner intentie te hooren. De heer Bouten overleed schielijk, in zijne woning, den 7 dezer, om 10 ure 's morgens. Zoohaast als dit sterfgeval gekend was, vertrok de koster van Alve- ringhem tnel eenen brief naar het bis dom, en s'anderdags liep het gerucht, dat de overledene in de gewijde aarae niet rnogt begraven worden. Dit was nu ook hel gevoelen van den heer Dcmol- der, burgemeester der gemeente. De heer Bouten had slechts verre bloedverwanten, zoodanig dal al de schikkingen der begraving om zoo te zeggen aan deoverheid waren overgelaten. De zinking van het lijk was bepaald op den dag na het overlijden, om 4 ure 's namiddags. Daar de heer Bouten te Alveringhem zeer gaarne, gezien was, daar de grove onverdraagzaamheid van den burgemees ter Demolder zeer goed gekend is en men zich dien ten gevolge aan iets bui tengewoons verwachtte, daar de grafput reeds van 's morgens, omtrent den kerk hofmuur, in den verlaten of verdoemden hoek was gemaakt en hel gerucht was verspreid, dat men het lijk over den muur in den put ging werpen, bevond er zich in de dorpplaats, op het uur der begraving, buitengewoon veel volk om dat treurig schouwspel bij te wonen. Dc burgemeester, drie gendarmen en twee veldwachters volgden de eersten hel lijk. De kerkhofbarriere was nog gesloten. Doch als de burgemeester door 20, 30, 50, 100 stemmen vernam, dat men zich met geweld tegen zijne inzich ten ging verzetten, en men ging beginnen met de kerkhofbarriere in den grond te leggen, dan wierd hij bleek en benauwd, hij deed de barriere openen en het lijk wierd over den kerkhofmuur niet ge worpen. Aan den put gekomen, wierd de lijk kist gezonken. Een werkman verhief alsdan de slem en zegde tot de menigte mensehen, laat ons allen een gebed doen voor onzen braven doctor 1 Ort- middelijk ontstond er eene doodsche stilte elk nam hoed of klak af, en bad in diepe ontroering. De burgemeester hield zijnen hoed op en smoorde zijne cigaar voort. Die handelwijze van den burgemeester verwekte onder de aanwezigen de grootste verontwaardiging en het misnoegen tegen hem steeg ten top wanneer hij, aan den grafmaker beval, dat alles plat moest zijn, en er geene verhevenheid op het graf mocht gemaakt worden. Des avonds, lussehen 7 en 8 ure, werden er door vrienden van den doctor twee brandende keersen en een houten kruis op zijn graf geplaatst doch om 9 ure werd alles weggenomen door twee personen, zegt men, die daartoe geen het minste recht hadden Twee mouwvagers der geestelijken hebben zich ook op deze treurige begra ving onmenschelijk onderscheiden, na melijk -1° een kwezelaar uit de nieuwe reke die 's morgens meermaals op de straat aan de voorbijgangers vroeg gaan ze 't zwijn nog niet begraven dan 2° de veldwachter Jan Claeys, die gesta dig grinsde en lachte, die scheen ver maak Ie scheppen in de oneer die den doctor door den burgemeester werd aan gedaan, cn die. als het lijk besteld was, spottend zegde, daaaar zie't spelleken is effent. Op den burgemeester van Alveringhem weegt de groole verantwoordelijkheid in deze zaak en wij aarzelen niet hel te zeggen, zijn gedrag is niet alleen grof en hatelijk, maar ook laag en onchristelijk. Ea indien wij kunnen aannemen, dal hij niet veel van de lessen over welgema nierdheid onthouden heeft, noch geene grondige kennissen bezit over zijne plichten als burgemeester, verwondert liet ons toch groolclijks. dat die pastor man de lessen van den catechismus volkomen schijnt vergeten te hebben. Wij zullen ons veroorloven hem van die lessen een drietal vragen en ant woorden te herinneren, v. Volgt daaruit, dat wij de ketters en de ongeioovigen tot de hel ver- oordeelen a. Neen want schoon wij voorze- ker houden, dat de ketters en de ongeioovigen niet kunnen zalig worden, ten zij dal zij zich tot het waarachtig geloof bekeeren, noch- v. Hoe moeten wij onze naaste be- minnen a. Gelijk ons zeiven. v. Wat is onze naaste beminnen als ons zeiven? a. Zoo beminnen, dat wij hem geen kwaad doen dat wij zeiven niet zouden willen lijden, en hem het GOED ZOEKEN TE BEWIJZEN DAT WIJ ONS ZELVEN WENSCHEN. Dat C. Demolder, burgemeester van Alveringhem, die vragen en antwoorden weloverwege, tot betere gedachten kome, en wel slapc als het hem nog mogelijk is. Wij zijn streng geweest ten opzichte van De Molder, maar met nog veel grootere strengheid wordt hij te Alverin ghem en in de omliggende gemeenten beoordeeld. Waarom ook was hij voor nemens het lijk over den kerkhofmuur te werpen? Waarom ook, als eenieder eerbiedig bad, stond hij, uit minachting, het hoofd gedekt te smooren voor het graf? Waarom mocht er op het graf geene verhevenheid gemaakt worden? Waarom mocht er geen kruis op staan O onverdraagzaamheid hoe bederft gij toch de menschen. De Gouverneur der provincie West- Vlaander en, Aan de Gemeentebesturen, aan de Heeren Arrondissements-Commissarissende Rijks-veeartsenden kapitein Bevelheb ber der gendarmerie, aan de provin ciale Landbouiccommissieaan de Landbouwcomicen en Maatschappijen. Mijne Heeren De Gouverneur, B. VRAMBOUT. Inbreuken betrekkelijk de veeziekten. Art. 319. Alle houder of hoeder van dieren of vee, verdacht aangedaan te zijn van be smettelijke ziekten door het staatsbestuur bepaald, die den burgemeester der gemeente, waar dezelve zich bevinden niet zal hebben terstond gewaarschuwd, of die, zelfs eer de burgemeester de waarschuwing heeft bean twoord, dezelve niet zal hebben opgesloten gehouden, zal gestraft worden met eene gevangenzitting van acht dagen tot twee maanden en eene geldboet van zes-en-twin tigtot twee honderd frank. Art, 320. Zullen met eene gevangenzitting van twee tot zes maanden en eene geldboet van honderd tot vijfhonderd frank gestraft worden, zij, die niettegenstaande het verbod van het bestuur, hunne besmette dieren ot hun besmet vee met andere zullen hebben laten in aanraking komen. Art. 321. Indien, uit de aanraking bij liet voorgaand artikel vermeld, eene besmetting onder de andere dieren is ontstaan, zullen zij, die het verbod van de bestuurlijke over heid zullen overtreden hebben, gestraft worden met eene gevangenzitting van zes maanden tot drie jaar en eene geldboet van honderd tot drie duizend frank. BURGERSTAND Huwelijken. Sterfgevallen. tans VEROORDEELEN WIJ NIEMAND IN HET BIJZONDER, OMDAT WIJ DE IN- WENDIGE GESTELTENIS DER MENSCHEN NIET KENNEN. GOD ALLEEN DIE DE HARTEN DOORGRONDT, KAN OORDEE- LEN WELKE MENSCHEN ALS HARDNEK- KIGE KETTERS OF ONGELOOVIGEN STERVEN. WEST-VLAANDEREHf. Luidens de onderrichtingen van den heer Mi nister van Binnenlandsche zaken, heb ik de eer u hierachter eenen omzendbrief mede te deelen van 15 dezer, Besluur van Landbouw en Nijver heid, nr 52,228a, waarbij deze hooge ambtenaar mij verzoekt de aandacht der inwoners van deze provincie en van de rijks-veeartsen in te roepen op het gedrag dat zij te volgen hebben, ten einde de regeering in staat te stellen spoedig de plaatsen van besmetting uit te dooven, indien de runder pest in het land ontstond. Gelieft onverwijld aan deze voorschriften de grootste ruchtbaarheid te geven en uwe be stuurden te verwittigen dat de art. 319 tot 521 van het strafwetboek hierachter opgenomen, stipt moeten nagekomen worden, namelijk rakende de verklaring van hel besmette vee en de onmid- delijke requisitie van eenen veearts. Ik beveel aan allen, Mijne Heeren, de uitvoering der door de regeering voorschrevene maatregelen te verzekeren. De rijks-veeartsen zullen bijzonder lijk de meeste waakzaamheid op het vee uitoefenen en overal, hoop ik, de hand houden aan de spoe dige toepassing van gemelde schikkingen. Brugge, den 14 Februari 1877, 5e Afd., Nr 59,oo7 lJperen, 24 Februari 1877. Wij hadden over het ongeluk, overgekomen aan den uilgever der catholijke Nieuwsbladen onzer stad, niet gesproken, maar een artikel ver schenen in het Nieuwsblad over deze pijnelijke zaak, genoodzaakt ons onze slilzwtjgénheid te verbreken. Wij zien in dit artikel eene gelegenheid waar genomen om ons Stadsbestuur aan te vallen en bij de IJperlingcn hatelijk te maken. Iedereen kan begrijpen dat het vastnemen van een woedende krankzinnige, zooals de heer V. was, niet gemakkelijk is en men moet houden wat men heeft om alle verdere ongelukken te vermijden. Waarom hebben de schrijvers van dit artikel zich zelve niet de moeite gegeven hem in het Zothuis te brengen, dan ware alle praats ver meden geweest; maar neen, er was gevaar en de mannen die moed genoeg hebben om tegen poli tieagenten uit te vallen die eenen pijnlijken en tevens gevaarlijken plicht te vervullen hadden, hebben zich voorzichtig uit de voeten gemaakt Het ingesteld onderzoek zal weldra den mond stoppen aan al deze onnoozele zagerijen. Wij zullen daarop terug komen. Kooriïiaatflcliappi.j. - Een schitte rend Concert heeft Zondag laatst plaats gehad in de groote zaal van den Gouden Arend. Een groole toeloop en glinsterende toiletten gaven aan de zaal een schoon uitzicht. Madame Vansanten, MM. Beyer en Ligy, hadden hunne welwillende medewerking verleend en zij hebben veel bijgebracht tot hel verluisterlijken van dit schoon feest. Het programma telde niet min dan 12 stukken. Artiesten en liefhebbers werden allen met even veel geestdrift door de leden en hunne damen onthaald, in een woord, allen zijn zeer voldaan geweest over hunnen avond. De koorzangen, bestierd door M. Devos; de syraphoniéslukken, onder het beleidvan M. Beyer, zijn allen met even veel juistheid en gevoel voor gedragen. De plaats ontbreekt ons hier om over de bij zondere talenten uit te breiden; doch men mag bijzondere melding maken van Mevr. Van San ten, en van de heeren Devos, Beyer, Ligy, Gaï- mant, Valeke, Fivet, Malhieu,Vergracht, Dumon, enz. Bericht. - Eenige Maatschappijen dei- stad hebben zich vereenigd en eene Kavaleade ingericht ter gelegenheid van Ilalf-Vasten, om den 11 Maart toekomend uit te treden. Het inrichtings-bestuur heeft de eer het publiek ter kennis Ie brengen dat eene inschrijvingslijst in hel lokaal der Fanfaren-Maatschappij de Wilte-Klakken, Hondslraat, zal berustende zijn, ten einde de handleekens te ontvangen der persoonen welke nog zouden willen deel maken van den Stoet. ijFrauscli theater. - De 4° vertooning van hel franseh tooneelgezelschap van Brugge zal plaats hebben op Dinsdag aanstaande en be staan uit Voor begin: La Tasse de Thé, opérelte en 1 acte. Le DominoNoiropéra comique en 2 actes. 'naga o-acxBn van den 16 tot den 25 Februari 1877. GEBOORTEN Mannelijk geslacht 5) Vrouweiljk id. 7) zanten 10. Lombaert, Constanlinus, meester schoenmaker en David, Calharina, winkelierster. Mallhieu, Joannes, 57 jaren, werkman echtge noot van Julia Verhulle, Meenenstraat.Plaesen, Maria, 41 jaren, kantwerkster Meenenstraat. - Coffvn, Amelia, 48 jaren, koopvrouw echtgenoote van Alphonsus Santy, Boterslraat. Mote, Hele na, -16 jaren, S'-Christoffelstraat. Kinderen beneden Mannelijk geslacht 2) de 7 jaren: (Vrouwelijk id. 1) 20 Februari 1877. BEKENDttAKlIVG. Armens-en-beenen heeft verklaard dat voor 't oogenblik alle gevaar van een ongeluk verdwe nen is. Weliswaar, de puls slaat nog 273 per minuut, maar al dal slaan en kloppen heeft menigvuldige oorzaken die in hun zelve niet doodelijk zijn. I» Eene overmatige ontzenuwing en uitgeput van krachten, spruitende uit langdurig vasten en derven van wijn, vleesch, eiers, suiker, taarten, knuisten, hondebroodjes, muilestoppers, krakers, babbelaars en alles wat van aard is om de driften van eenen jongeling aan le prikkelen. Zijne fijne, schoone, welgekm pene taillie en zijn melkbleék aangezichlje zijn de wereldlijke belooning van die godsdienstige soberheid. 2° Den onophoudenlijken strijd om, even als zijnen H. patroon 8int-Antonins t vleesch te onderwerpen aan den geestrf Satan die maar een deugeniel is, weel wel dat hij bij velen zich mag betrouwen op de krankheid van 't vleesch,-en dat d heiligste principaaltjes zelve tot zeven keeren daags vallen. Daarom had de schobbejak, Sint-Antonius zwijntje verkleed in eene aanlokkende danseres. Maar 't en heeft niet geklopt, want Toontje heeft 't helsch gespuis uitgelachen en zich vastgehouden aan zijn kruis, gelijk M. Berien 'T schijnt nu dat de schalke duivel Juilljes geest ook dag en nacht bezig houdt, met de inbeelding der schoonste juffers onzer Philbarmonie. 'T slaat geschreven in dé vermaarde brieftjes, maar 't mannetje spartelt tegen Satans bekoringen, gelijk eene levende tijnke in de sauce-pan. 3° Eene onverzadelijke begeerte van zijne won derbare geleerdheid door gazellebrieftjes aan Jan en alle man te laten kennen en zich aldus, met zekeren Loriquet, als voorvechter der II. Jesuile- kerk te doen bewonderen. 4° Zijne Constitutie zelve die hem gedurig houdt in eenen staat van oploopendlieid, tegen de Philharmonie en d'ongodsdienslige secle des liberalismus. Dat is eene der gevaarlijkste papeziekten die men kent omdatzij ongetwijfeld leidt tot de geel zucht en zelfs, ten laatsten tot hel overvloedig pissen van mieren. Nu, Civiale zegt dat die vier zware krankhe den genoeg zijn om 7o slagen per minute te ver oorzaken. Zoo dat er voor den natuurlijken staat maar 200 slagen overblijven 't geene bij spar- lelachlige en gekortvlerkte abbetjes niet zeer overdreven is. En 't zal misschien nog wat zinken met dé jaren P. S. Gezien de voortdurende betering van den doorluchtigen schrijver en spreker J. Cna- pelljnck, principaal van 't bisschoppelijk kolle- gie, is het tweede donderdag soireetje zeer lustig voorbijgegaan. Tweede P. S. Wij zijn op'l spoor van nieuws nopens 't ongeknabbeld stuk gazelle papier. Poperinghe, den 23 Februari 1877. Een Masker en een vermomd Principaal tj e. Wij hebben reeds door een aangrijpend voor beeld bewezen, hoe en op welke zonderlinge wijze de paperij en hare vuilbiadjes 't recht en de rechters weten te eerbiedigen 'T is dus niet ongepast van te vragen of de nauwkeurige bere kening van 2400 frankjes juist, en voor ieder der beiden, als schadeloosstelling welke de twee belhamels der zwarte bende spolsgewijze van de Toekomst eischten, ook een bewijs van hunnen eerbied geweest is, ofwel eene Jezuitische beledi ging tegen de rechtbanken Maar't maskertje en zijne oolijke tnblazers waren zoodanig door hun ne geldzucht opgeruimd, dat zij misschien niet voorzien hebben tot hoe verre zulkdanige bere kening, in zulkdanige omstandigheden, voor eenieder" verbazend zou voorkomen Laat ons vervolgens op die vraag niet aandrin gen en vragen welke, in 't gedacht van 't ver momd principaaltjc, de ware zin is van deze omgewendene woorden. Mogelijks zal hij een •I twee maal er min wel van afkomen, want van deze keer schijnt hel ventje le vreden over den uitval van het proces hem aangedaan Is dat niet eene schimptaal voor de recht banken Weten t gemaskerd en ongemaskerd princi- paallje niet dat, in zaak van schadeloosstelling, het recht uitsluitefijk bestaal in de vergoeding van die som, welke dadelijk verschuldigd is De rechtbank, beslissende dat de Toekomst alleen lijk de kosten zal betalen, heeft verklaard, niet, zooals f maskertje het zeer stoutmoedig on- derleekend heeft dat zij er wel van afgeko men is maar alleenlijk dat zij inderdaad aan niemand eeriigen hinder of schade had loe- gebracht Diesvolgens, moest de Toekomst een tweede maal in een dergelijk geval ver- keeren, dan zou zij, er juist evenwel moeten van afkomen want, waar geene schade gedaan wordt, daar wil hel recht altijd dat er nooit eene hoegenaamde vergoeding zelfs eene veel mindere dan 2500 frankjes toegestaan zij. Denken de principaal tjes misschien dat een tweede maal en opdat de Toekomst min le vnden zou zijn van den uitval, n de rechtban ken 2400 fr. zouden toeslaan, ofschoon er dadelijk geene schade zou toegebracht zijn Jamaar, dat is eene schandelijke laster legen de rechters Wij verstaan nochtans zeer wel die papentaai en zij zou misschien eenigzins mogen toegepast worden aan zekere katholieke rechters na welke de nieuwmoden paperij zoo vurig verlangt en van den katholieken Delantsheere zoekt le doen benamen. Het ware inderdaad de geld en

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1877 | | pagina 2