Men vraagt Schoenmakers
HOFSTEDE
EEN WOONHUIS
BIJ FAGOO,
V1LLE D'YPRES.
P. GELEIN-LOWAGIE
marktprijzen!
Vei'schillige Tijdingen.
Rijselstraat, 16, te Belle, (Frankrijk).
Blinde-Liedenslraat,
TE IJPEREN.
1. A 90 C. GROND ERF
TE WYTSCHAETE.
OM BIJ DE STUKKE TE WERKEN;
L'Administration locale prévient
les habitants que le röle pour le re-
couvrement de la taxe provinciale
sur les chevaux, bêtes a cornes,
moutons, muiets, bardeaux et anes
pour l'exercice 1877, est provisoire-
ment arrêté et déposé au Secretariat
a rinspection des contribuables.
Ceux qui se croiraient lésés sont
admis a faire valoir leurs reclama
tions devant le Collége des Bourg-
mestre et Echevins en déans les 8
jours.
Les Bourgmestre et Echevins
L. VANHEULE.
Le Secretaire,
BUITENGRONDGEBIED VAN IJ PEREN
aldaar openbaarlijk te koopen.
Den Notaris V E Y S, resideerende
te Vlamertinghe, zal te koop bieden
eene goede HOFSTEDE, inhoudende
volgens kadaster onder bebouwden
Grond, Land en Gras, H. 8-81-86 C.,
gelegen op het buitengrondgebied
van IJperen, wijk St-Nicolaas, ge
bruikt door Dèsiré Lemahieu, aan
1,350 fr. bij de jare, boven de lasten,
met recht van pacht tot ln October
1881, verdeeld in 9 loten van welke
verschelde schikken voor bouwgron
den en hovingen, palende bijzonder
lijk van zuiden aan den steenweg
van IJperen naar Dickebusch, en
wezende voor een groot deel op klei
nen afstand van dengenen leidende
naar Vlamertinghe, alles zoo blijkt
uit het grondplan zich op de plak
brieven bevindende.
De verkooping dezer Hofstede van
welke de tegenwoordigen pachtprijs
onderhevig is aan eene groote ver
meerdering, zal geschieden in twee
zittingen vastgesteld te weten
INSTEL, Woensdag 30 Mei,
OVERSLAG, Woensdag 13 Juni
1877.
Deze verkooping zal plaats hebben
ter estaminet Hötel des Pays-Bas,
Elverdingstraat, nr 8 te IJperen, tel
kens om 3 ure namiddag.
BLOEM EN FRUITBOOMKWEEKER,
achter den gewezen Lombaard,
Den Notaris BUTAYE, resideerende te
Meessen, ten overstaen van M. den Vrede
rechter van het kanton van 't zelve Meessen,
zal op Donderdag 24 Mei 1877, om 5
uren namiddag, in de herberg Het Oud
Staenyzer,te Wytschaeteopenbaerlyk
verkoopen, overeenkomstig de wet van 12
Juny 1816
Een Woonhuis met 1 a. 90 c. Grond,
gelegen te Wytschaete, op de plaets, aldaer
bekend op het kadaster sectie A', nummers
8 en 9.
Laetst bewoond door de weduwe Delvoye-
Adam en heden ledig.
Om door den kooper in gebruik te gaen
met den overslag.
De tytels van eigendom en de voorwaer-
den van verkooping zyn berustende ter in
zage van eenieder, ter studie van den
Notaris BUTAYE, voornoemd.
De vrijmelSelaarslogiè'n van Brussel richten
een groot liefdadigheidsfeest in, dat in het begin
der inaand jiifi zal plaats hebben.
De ontvangst zal verdeeld worden onder al de
Kinderkrihben die Ie Brussel en in hit omliggen
de heslaan.
Terwijl de klerikalen hun geld naar Rome zen
den aan den armen bedelaar van het Vatikaau,
geven de liberalen hunnen penning aan de ware
armen van hun land.
Een schrikkelijk ongeluk is maandag mor-
gend nabij de sluis les Grands-Malades te
Namen voorgevallen.
De majoor Mt urice, van het 1® lanciers, deed
een wandeling te peerd, toen zijn peerd ver
schrikte en den ruiter uit den zadel wierp. On
gelukkiglijk bleef zijn voet in een der stegels
zitten en hij werd alzoo een geruimen lijd mede-
grsleept, waardoor hij erge wonden bekwam.
In een jammerlijk toestand opgenomen en naar
het huis van M. Borlée gedraden, gaf hij weldra
den geest.
Die lijding heeft een pijnlijken indruk gemaakt
te Namen, waar 11. Meurice vele vrienden telt.
Dij waste Nederbrakel, den 23 april 1828
gebori n.
Een bewoner van Gilly was sedert den 29
maart laatst verdwenen en zijne vrouw beweerde
een brief van hem ontvangen te hebben, uit Duin-
kerke, in welke hij zijn toekomend vertrek naar
Amerika aankondigde.
Het publiek nain moeilijk de gezegdends dier
vrouw aan en eene menigte geruchten liepen
rond. Dit kwam ter kennis van de overheid en
maandag ging men lol de aanhouding dier vrouw
over, alsmede lol die van drie andere personen.
De overheden gingen alsdan lot het nauw
keurigst onderzoek over en zij stelden vast dat zij
zich voor eene misdaad bevonden.
Het onderzoek bewees Vooreerst dal de vrouw,
door hare medeplichtigen geholpen, wie zij eene
nog al groote som gegeven had, 1300 fr. zegt
men, haren echtgenoot vermoord had en dat men
'tlijk in den kelder hunner woning begraven had.
Daar men waarschijnlijk die begraving te weinig
verzekerd vond, ontgroeven de misdadigers het
lijk om het in den hof van 't huis te begraven.
Eenigen tijd nadien, ging die vrouw in het
voorgeborchte van Charleroi eenen hof huren, en
maandag avond begaven zich de heer oppercom-
missaris van Fleuryen die van Gilly, als mede de
gendarmerie en den grafmaker naar dien hof en
daar, na wat grond omgedolven te hebben, vond
men het lijk van den ongelukkige, die een meter
diep in de aarde begraven was. Men vervoerde
hem onmiddelijk naar de morgue onzer stad.
Het onderzoek duurt voort. De plichtigen doen
bekentenissen.
P. S. 't Is het lijk van den genaamden Jozef
Vanhoven, lampmaker, 33 jaar oud, die maandag
om 8 uren s'avonds in eenen zak gevonden werd.
Het is reeds drie weken dal zijne vrouw naar
dien hof gekomen was, ten 4 uren 's morgends,
om het lijk te begraven.
Eene vijfde aanhouding is gedaan. Ziehier de
namen der eerste beschuldigden Louisa Fraikin,
echtgenoote van het slachtoffer,Theodoor Yehent,
Leonard de Wilde en Emiel Beniers. Een der drie
eersten was, naar't schijnt, de minnaarder echt
genoote Vanbove. Progrès de Charleroi.)
Op nieuw stond eene geestelijke zuster, als
onderwijzeres fungeerende op eene openbare
school, voor de rechtbank terecht wegens het
moedwillig branden van een meisje. Het geval
heeft zich voorgedaan te Digoin (departement
Saöne-et-Loire). De geestelijke zuster, de kachel
oppookende, zag een der kinderen een ander
kind omhelzen en kussen. Daar gij zooveel van
kussen houdt, voegde de onwijzeres het kind
toe, zoo kus ook eens dien pook. En meteen
bracht zij het den pook heel dicht bij haar ge
zicht.
Het kind, de hitte gevoelende, bracht de hand
voor haren mond om zich te vrijwaren voor de
gevaarlijke aanrakingdoch de onderwijzeres
drukte haar den pook tegen hel gezicht, zoodat
het kind renige brandwonden kreeg op den neus,
de bovenlip en de wang. Toen de kinderen naar
huis gingen, gaf zij aan het mishandelde kind een
bewijs van gord gedrag en zeide het volgende
Gij zegt aan uwe moeder, dat ge in de school
tegen de kachel gevallen zijt en dat ge u op die
wijze gebrand hebt.
Tevens ^gelastte zij de andere kinderen niet
uil de school te klappen, en mitsdien het voor
gevallene voor zich te houden.
De rechtbank heeft de geestelijke zuster tot eene
boet van vijf franken veroordeeld.
Men weet dat de politie van Laeken zekere
Joly heeft aangehouden, die zegde Abdullah-ben-
Ali el Guinavori te heeten en prins van Maroka te
zijn. Hij is maandag voorden kamerraad gekomen,
diezijoe aanhouding behouden heeft.
Hij beweert nooit Joly geheeten te hebben en
nooit agent van politie te Parijs te zijn geweest.
Zijne verdedigers zijn, M" Huysman en M"
Eug. Robert.
Zijne vrouw, die men zegde overleden te zijn,
leeft nog en zij is gihoord geweest.
Zij zegt Emelie d'Ouville te heeten, geboren te
Londen. Zij is getrouwd geweest met den baron
de Presle, als zij 16 jaar oud was, en haar echt
genoot is een maand na hun huwelijk gestorven
ten gevolg eens vals van zijn peerd.
Die dame verklaart dat de gevangene, haarman,
werkelijk de keizerlijke prins van Maroka is en
da! hij te Tanger wordt verwacht om keizer te
worden uitgeroepen, in de plaats van zijnen neef,
die tegenwoordig door overweldiging op den
troon zetelt.
Die vrouw zou aan het gerecht papieren hebben
overhandigd, vaststellende dat zij op dit oogen-
blik 263,000 fr. ter hare beschikking heeft in de
Consignatiekas van Parijs, op naam van den prins
en de prinses Abdulluh-ben-Ali. Dit geld moet
van eene erfenis komen. De beschuldigde zegt
dat hij het slachtoffer is van eene politieke samen-
zwcering.
Over eenige dagen stapten een Engelschman
en eene engelsche vrouw in een der hotels der
Rivolistraat, te Parijs, af, beiden jong en zeer
onderscheiden.
Men badde gezegd, dat het twee jong gehuw
den waren, die een speelreisje te Paiijs kwamen
doen.
De namen door den jongeling opgegeven en in
het hotelboek aangeterkend, waren deze
"i Sir Charles Houpton, esquire van het graaf
schap Sussex en zijne vrouw.
Zondag morgend, zeer vroeg, boden zich drie
Engelschmans in het hotel in kwestie aan en
vroegen om 11. Harlington te spreken.
Wij kennen dien man niet, zegde de
bediende tot wien men zich gericht had.
ii Ik weet, vervolgde degene die het woord
genomen had, dat die heer in uw hotel logeert
misschien is hij er onder zijnen waren naam
niet welnu, ziet hier zijn signalement.
En hij maakte het juiste portret van den huuraar
des hotels.
ii 'T is M. Houpton, riep de bediende uit.
De vreemdeling maakte eene bevestigende
beweging. Men loonde hem de kamer van het
jonge koppel hij ging er met zijne twee gezel
len in.
Na verloop van eenige oogenblikken hoorde
men eensklaps een groot gerucht, welhaast door
eene groote stilte gevolgd vervolgens riep de
vreemdeling een bediende, gaf bevel een rijtuig te
halen en er de koffers der jonge vrouw op te
laden, die niet wachtte al weenende te vertrekken
van den vreemdeling vergezeld.
Deze betaalde de nota van het hotel en zegde
aan den koetsier hen naar de Noorder-statie te
voeren.
Kort nadien gingen de anderen weg, sir
Houpton vergezellende, waarvan de neerslachtig
heid eenieders aandacht trok.
De heer Houpton was niemand anders dan de
sekrelaris van lord F..,, wiens vrouw hij ge
schaakt had.
Wat de twee gezellen van lord F... betreft,
het waren twee engelsche policiemannen, die
door de overheid ter zijner beschikking gesteld
waren.
Men leest in den Journal de Ville-
franche
Wij ontvangen goede tijdingen uit de wijn
streken, die de beste hoop opleveren. In het kan
ton Beaujrn, zijn de botten zeer schoon, de
vormen zijn dik en talrijk. Nogtans werden renige
botten in de laatste nachten bevrozen, doch dit
zal niet hinderen aan den oogst, wanneer dit niet
meer voorkomt. Het graan, het koolzaad, de wei
den, leveren overal een prachtig groen op en de
oogst beloofd overvloedig te zijn. Wanneer geen
tegenslag onze streken bezoekt, mogen wij mel
den dat de overvloed de schaarste der laatste
jaren zal vergoeden.
MENGELINGEN
Het was kermis in de gemeente Sint-Job.
Iedereen was in vollen gang en amuseerde
zich om het meest.
De Bazinne van eene herberg was nog inaar
opgestaan en het sloeg 7 op de kerke, maar dat
kwam omdat zij zeer late gaan slapen was, of om
beter te zeggen, zeer vroeg, want het was viere
van den nuchten toen de laatste koppelkens hare
heiberg verlieten.
Wij zeggen koppelkens, niet uit oorzaak van
den dans, neen, de pastoor had het verboden,
en de Bazinne, die in den rechteren arm van den
pastoor ligt had zich liever laten vierendeelen dan
iets te doen legen zijne begeertewij zeggen dus
koppelkens, omdat men aldaar geheel den nacht
met eenigen had zitten vrijen dat hel een plezier
was, he ja beentjen overkruist, zooals men op
den buiten zegt, maar dal is geen zonde, als men
niet en danst.
Op de gemeente St-Job woonde er eenen man
die den vriend van den pastoor niet was, of liever
in de mauwe zat van zijn meissen, en dat komt
overeen uit. Die man was de briefdrager der
gemeente en had de gunsten van 's pastors meis
sen verloren omdat hij de namen der geabonneer-
den op de Toekomst haar niet had geleverd.
Wat zij daarmede ging uitmeten is niet moeilijk
om raden.
Nu de briefdrager, die alzoo niet weinig zijn
botten vaagt aan het meissen van M. den pastor,
had haar vierkant uitgelachen en haar zenden
wandelen.
Dit ongehoord schelmstuk moest gestraft wor
den en zie hier hoe men het aanboord gelegd
beeft om hem een publiek affront aan te doen.
Rond elf ure des morgens was onze briefdrager
op wandel met zijne vrouw (want hij had dien
dag congé) en na eerst wat rondgedraaid te heb
ben op de plaats trokken zij eene herberg binnen
wat wil men anders op eene buitengemeente is
er weinig of niets anders de doen.
Aldaar ontmoetten zij eenigen hunner kennis
sen en het gesprek viel op het amusement van
den avond te vooren. Eenigen van de vrijers
bevonden zich daar die er met hun lief geweest
waren en herinnerden zich nog met welbehagen
de aangename uurkens overgebracht en de sma
kelijke kusjes gegeven cn genomen te hebben.
Onze briefdrager die 's avonds te vooren getuige
geweest was van eenige liefdelooneelen (in fraaiig
heid gaf eenige stekken onder 't water aan
eenen of twee der vrijers. Men praatte en lachtte
om het meest, toen eensklaps de bazin den brief
drager eene gevraagde pinte bier weigert te geven
voor reden inbrengende dat zij geen slechten klap
in hare herberg duldt..en, niet tegenstaande
alles bleef zij bij hare weigering.
En met deure te gaan was hij strrke.
Nogtans de tafeteelen van verleden nacht
bewijzen wel dat de bazin, die van het eerste niet
dood is, zoo nauw niet ziet maar den briefdra
ger moest eene straf hebben en zij had er zich
mede gelast.
En na hare dood zal zij recht naar den hemel
gaande pastor heeft het haar beloofd.
De pastoor eener naburige gemeente had sinds
langen tijd goesting op een slach van kiekens, die
een pachter zijner parochie hield, maai die wei
gerde, aan w ie het ook zij, die kiekens of zelfs
eieren er van te verkoopen.
Ma ir de pastoors zijn immers slimme vogels en
welen altijd een middel te vinden om te bikomen
wal zij begeeren.
De pachter ging met den laatsten Paaschen te
biecht etr zegde dal hij op verboden dagen eieren
geetrn had. Hij werd daarover erg berispt van
den zielherder, die hem zegde dat eieren of vleesch
eten hetzelfde was, daar er van de eieren kiekens
voortkomen.
De pachter betwistte dat hij vleesch geeten had
en de pastoor zegde: Eb wel breng mij eens
eenige eieren, van uwe kiekens, ik zal hetu bewij
zen.
De pachter om de absolutie te krijgen bracht
een half dozijn eiers en de pastoor daarmede in
zijn schik zijnde, legde die eiers in den nést zijner
hennen, zeggendeop die wijze zal ik nu toch
van dat slach van kiekens hebben, welke die stijf
hoofdige pachter mij weigert te geven.
De hennen van den pastoor broedden op die
eieren dagen en weken, maar er kwamen gerne
jongskens van en de pastoor begreep er niets van.
Eindelijk neemt hij een der eieren en slaat hel
aan stukken. Hel was een gekookt ei Hij brakt
ze allen open, het waren al gekookt eieren!!
Hij onbiedt de pachter en zegt:
Maar pachter ik heb u gezegd dat ik u
zou bewezen hebben als gij eieren eet, dat het
vleesch is dat gij nuttigt, maar de tieri n die gij
mij gezonden hebt waren gekookt.
Ehwel M. de pastoor deze die ik geëeten
heb waren ook gekookt
En de pastoor gevoelde dat hij gefopt was.
IJPEHEN, 12 Mei.
GRANEN ENZ.
verkoclMte
kwantiteit.
middenprijs
p. iOOkilü.
Tarwe
Rogge
Haver
Erweten
Boontjes
Aardappelen
Boter
21,300
4,800
2,200
1,000
1,600
9,000
VEUIiNE, 10 Mei.
Tarwe per 145 liters fr. 37
Rogge, id. 28
Sucrioen, id. 24
Haver, id. 16
Boonen, id. 27
Erweten, id. 29
KORTRIJK, 14 Mei.
Tarwe, per hectoliter, fr. 26
Rogge,
Haver,
Aardappelen, per 100 kilos,
Eieren, per 25,
Boter, per 1/2 kilo,
LEUVEN, 14 Mei,
Tarwe, per 100 kilo, fr.
Rogge,
Voederhaver,
Aardapp.
Boter, de kilo
Eiers, de 26,
ROESELARE, 15 Mei.
Tarwe, 150 liters,
ld. van Australië,
ld. roode,
Rogge,
Haver,
Boekweit,
Boonen,
Aardappelen, de 100 kilos,
Boter, per kilo,
Eieren, de 26,
DENDERMONDE,
Lijnolie, 100 kilos, fr.
Koolzaadolie,
Kempolie,
Lijnzaad,
Koolzaad,
53-75
25-25
24-00
25-00
26-00
13-00
270-00
40 25
30
18
30
52
27
fr.
9
1
1
36
26
24
10
3
2
33
32
26
25
60
40
12
2
1 54
26
5
3
3
14 Mei.
71
91
58
75
50
50 a 35
33
27
22
27
6
3
3
50
57
20
50 72 50
50
75 33 25
45
OLIEMARKTEN.
ROESELARE, 15 Mei.
Koolzaadolie, 103 kilos, fr.a 83
Lijnolie, 54 50
LEUVEN, 14 Mei.
Koolzaadolie, per 100 kilo. fr. 92
Lijnzaadolie, 78
GOEDE VERGELDING,
Fait a 1'Hótel-dc-ViHe, le 17 Mai 1877.
PAR ORDONNANCE
Ferd. 'VAN" DAELE,
.SCHOONL EN GOEDE
GELEGEN OP HET
Premie van instel 1 O/O.
VERKOOPING
VAN
MET