POPERINGHE,
RENINGHELST,
WESTÖIJTER.
AVELGHEM.
BECELAERE.
Verschillige Tijdingen.
Nieuwkerke, Donderdag, 28 Januari,
ten een ure namiddag.
Waasten, Maandag, 25 Januari, ten
twaalf en half.
Wervicq, Dinsdag, 2 Februari, ten
twaalf ure.
Burgerwacht. Maatschappij Cijbelschut-
ters. Schieting
van den Zonndag 2
7 Dec-
Hoogst getal.
Boedt, Leon,
25 20 25 15
20
105
Deweerdt, Charles,
25 15 10 25
20
95
Swekels, Leon,
5 25 20 10
15
75
Leegst getal.
Butaye, Arthur,
15 1 1 10
5
32
Podevyn, Auguste,
5 5 10 15
4
36
Ligy, Felix,
10 5 5 5
15
40
De artikels uit Poperinghe zijn ons te
laat toegezonden geweest zij kunnen
dus maar binnen acht dagen ingelijfd
worden.
den 30 December 188'i.
Beminde lezers en lezeressen. Jan wensch
u allen een gelukkig en voorspoedig nieuw
jaar, voornaamlijk aan zijne kalanten.
Zooals, baas, haring, bijna weggewaaiden
raadsman, stintje de juisten met zijne nieu
we route, overgewaaiden franschman, het
rost haantje en zijn hennege,God den Vader,
God den Zoon en God den H. Geest, zijne
vischmande, de kruiswegjode en de portaal-
dibbe, Charles-Louis en roosje uit de dalen,
o, pattate, Benootje en Ferminck, en Jan
verhoopt dat baas en haring den wensch van
zijnen besten vriend met liefde zullen aan
vaarden, en dat zij hem van dit jaar nog ne
keer veel werk zullen geven.Zoo ga ik over
tot de
Mededeeling van Jan Straal uit
Zitting van den 24 November 1885.
Er_zijn drie weken verloopen sedert het
bez ^k van den Commissaris en nog is er
Jen verandering geschied. Daarom hebben
kwilslabbe en Pé besloten de gemeenteraad
te doen vergaderen.
De zitting wordt geopend om 5 uren.
Pé overhandigt beuterpander een brief,
waarvan er lezing gegeven wordt. Het is
eene vraag, door Pé en kwilslabbe ondertee
kend, om de helft der gemeenteschool tot
het gebruik der nunnen te hebben.
Beuterpander. Wie van u weet er iets
op te zeggen.
De heer V vraagt het woord.
V.ik weet waarlijk niet waar gij naar
toe wilt en wat gij nog al zult uitvinden om
menschen te plagen. Indien gij de helft der
gemeenteschool aan de nunnen afstaat wat
zult gij dan met de onderwijzeres van het
handwerk doen?
Beenen ezel. Wij zullen ze naar Renin-
ghelst zenden.
V. Ah! Gij zult haar naar Reninghelst
zenden,weet gij niet dat zij officieel genaamd
is.
Droogen ezel. Ja maar het is tegen on
zen zin geweest en gij weet dat wij moeten
luisteren naar de stem ons herders, want hij
is de bekwaamste mensch der gemeente.
V. Zoo, zoo gij als raadsleden geeft uwe
macht in de handen uws herders en zoo laat
gij de gemeente besturen door iemand die
strijdig is met de algemeene welvaart!Neen,
neen het is niet mogelijk dat de helft der
school aan de nunnen gegeven wordt.
pé brji, Al hetgeen kwilslabbe voor
stel is niet wel voor u en ik geloof dat het
toch eene bespreking is.
Y,ik geloof het wel,want gij en kwils
labbe zijn het die een plan gemaakt hebben
om de meesteres weg en wie weet wat nog
Beuterpander. Gij moet het Pé niet
kwalijk nemen, want het is om besparingen
te doen dat hij de meesteres zou weg willen.
V. Ja, besparen! En het is met het
handwerk af te schaffen dat gij zult 2000 fr.
sparen! Ja gij kunt besparingen doen als gij
wilt. Waarom schaft gij de 2000 fr. die uwe
katholieke scholen als subsidiën ontvangen
niet af!
Beuterpander. (Iet is mijn wensch om
te besparen.
V. Uwen wensch of niet gij kunt geene
200 fr. besparingen doen aangezien gij de
onderwijzeres van het handwerk niet kunt
wegzenden, want het moet van hooger over
heden komen.
Olifant. Zoo wij hebben hier niets te
zeggen, als er iemand van ons het woord
neemt, worden wij seffens op onze plaats
gezet, het is dan niet te verwonderen dat
men ons uitmaakt voor ezels tot zelfs de kin-
ders roepen het ons.
V. Ja gij zijt te beklagen, uwe schoone
daden zijn uwe prijzen en ik ben zeker dat
den naam ezel van mijne daden niet komt.
Beuterpander. Laat ons zoo niet dis
puteeren men zou er schande van spreken.
Pé bril. Voor ons bestaat er geene
schande als wij maar overwinnaars zijn.
V. Overwinnaars zult gij dezen keer
niet worden, ik vraag omdat er geene ver
anderingen zouden gedaan zijn.
Beuterpander. In de zitting van 27 Mei
heb ik verklaard dat alles zou blijven als te
voren en ik zou nog liever mijn ontslag ge
ven als mijn woord te eten, alles zal blijven
zooals het is.
Beenen ezel. Nonde, nonde milliard!
wanneer zullen wij maar onze goeste hebben
(hij verlaat de zaal).
Smeerbuik. (In kolerie). Ik heb nog niet
een woord kunnen spreken. Zoo als ik te
Reninghelst woon, wilde ik nog de laatste
zitting bijwonen. Ik zie dat het vruchteloos
is en ik ben juist gekomen omdat vrouwken
buiten te heffen. Nu heb ik veel gedaan voor
Westouter, namelijk voor de laatste kiezin
gen. Ik heb gezegd dat den gewezen burge
meester 5000 fr. schuld gemaakt heeft en nu
zie ik dat beuterpander meer liberaal is dan
katholiek, nu, adieu tot in der eeuwigheid.
V. God beware u en uwe schoone da
den, zij zijn het waard.
Beuterpander. Nu er niets meer te be
spreken valt, verklaar ik de zitting gesloten.
JAN STRAAL.
Het police-reglement van Avelghem be
vat, onder het kapittel feesten en vermake
lijkheden, een artikel bij hetwelk het verbo
den is te tromrhelen of eenig welkdanig
speeltuig te laten hooren in de straten der
gemeente, zonder daartoe voorafgaandelijk
toelating bekomen te hebben van de plaatse
lijke overheid.
Deze schikking is genomen krachtens de
wet van den 16-24 Oogst 1790, titel XI,
artikel 3, tertio, meldende dat de Gemeen
teraden police-verordeningen mogen maken
betrekkelijk het behouden van het goed or
der ter plaats en alwaar ^bijeenkomsten van
menschen geschieden, zooals op foiren,mark
ten, vermakelijkheden en openbare plechtig
heden, in spektakels, spelen, cafés, kerken,
enz.
De wet van 1790 niet kennende, verstaan
de tegenwoordige hoofdmannen van Avel
ghem ook de ware beteekenis niet van de
hiervooren aangehaalde schikking van hun
police-reglement, en zien anders niet dan
dat het verboden is muziek te spelen in de
straten der gemeente, zonder toestemming
van de Overheid. Zij weten niet, de uutsen,
dat de grondwet ons de vrijheid van spelen
waarborgt en dat er dus ten zij in bijzon
dere gevallen door de wetten voorzien
geene reglementen op sorties van muziek
maatschappijen kunnen gemaakt worden.
Hunne bijzichtigheid wij gingen haast
zeggen hunne onkunde, hunne domheid
is de oorzaak dat de liberale Phare de l'JEs-
caut zich nooit meer op straat kan toonen
zonder mogen zijn of niet in contra-
ventie genomen te worden. Wel is waar, de
muziekanten komen er telkens met eene vrij
spraak van af, doch dit brengt altijd tijd
verlies en kosten bij.
Maar terwijl de police bezig is plannen te
smeden om het muziek ten onder te bren
gen, en haren tijd gebruikt om vreedzame
burgers te plagen, hebben de dieven schoon
spel en nemen de onachtzaamheid van de
overheid te baat om hier en daar hunne nij
verheid uit te oefenen.
Zoo komt het dat de diefstallen binnen de
gemeente zich opvolgen, zonder dat er zelf
ooit een onderzoek geopend wordt.
Ten einde de Overheid hare plichten voor
oogen te leggen en haar hare ware zending
indachtig te maken, heeft een inwoner van
Avelghem, aan den heer police-commissaris
het volgende smeekschrift gezonden, dat wij
met genoegen mededeelen
Smeekschrift aan den heer August Van-
dennieuwenborgcommissaris van politie, te
y> Avelghem.
t> Gestrenge heer,
Terwijl gij op liberale muziekanten zit
te loeren die gewis ons geen kwaad berok-
kenen, rooft en steelt men hier ten allen
kant: gij wilt de misdaad zien in zaken
waar alleen vermaak te vinden is, en ont-
waart de euveldaden niet van booswichten
die den schroom tot in het hert der ge-
meente brengen.
Ik bid, gestrenge heer, stel uwe driftige
vervolgingen tegen het liberaal muziek uit
tot dat gij de schelmen zult aangehouden
hebben die onzen eigendom aantasten, en
lever aan het gerecht,niet degenen die een
onschuldig airken blazen, maar dezen die
leven van rooverijen en diefstallen,
En gij zult toonen dat gij uwe bediening
d verstaat. L. F..
Avelghem, den 29 December, 1885.
Mochte het hoofd der plaatselijke police
van Avelghem dit schrift gunstig bejegenen,
wij zouden denken, door onze openbaarma
king, de gemeente eenen waren dienst be
wezen te hebben. BIBI-TAPIN.
Voor eenen nieuwen leugenaar.Hij gelijkt
als twee druppels water aan onzen adjudant
en hij kan juist preken gelijk hij ook; dezen
leugenaar heet. Miel Nikkelkiste.
Hij trekt zicht noch politiek noch scholen
aan; hij heeft het toch zoo gezeid bij onzen
burgemeester M. Bayart. Zou het wel waar
zijn? Hoort liever; het is stellig en vast dat
i hij in één jaar al zes jaar schoenen versleten
heeft.
De schepen Gryson was tegenwoordig in
de verpachting van het gemeentehuis, zegt
hij; wie heeft er u zulks wijs gemaakt Miel?
Dat ls ook 'ne groote leugen,verstaat gij het;
want voor het oogenblik van de beraadslaging
werliet de brouwer de zaal. Zoo is 't en
anders niet; wij zullen hierop ook nog we-
derkeeren.
Dat hij liever spreekt van den 6 Februari
als E. Hollevoet steunde voor de aanvaar
ding van zijnen zoon den kaloteschoolmees
ter. En van den 14 April daaropvolgende als
H. Ryckeghem eene som van 400 franks pro
poseerde voor zijne eigene installatie en
dan op de tegenspraak van A. D. de 350 fr.
hielp stemmen. Wie heeft er op dien zelfden
dag en in dezelfde zitting het gemeentehuis
gepacht voor 135 fr Was het Ryckeghem
niet; of is hij misschien geen raadslid
Wanneer is de schepenzaal verpacht ge
weest en voor hoeveel? Of zal Petrus den
lanteerenman er misschien voor niets mo-
wonen.
Gij hebt gelijk ook, de gemeentekas is ge
noeg voorzien; hier is voorzekers geen geld
noodi; breekt het maar met ijzere hamers.
Overpeist n eerst wat beter. Miel, gij zult
dan misschien de waarheid kunnen zeggen.
Hoe durft gij de Toekomst lezeD; zijt gij niet
benauwd dat de majoor u gaat verdoemen
en naar de helle wenschen Of meugen de
eene menschen ze lezen en de andere niet?
Alle Belgen zijn gelijk voor de wet.
Eenen goeden raad, leugenaar, als ge
meent dat er driedubbele pachtbreuk is,
waarom spannen uwe mannen dan geen
proces in Het zal hun niets moeten kosten,
want zij hebben de permissie gevraagd en
bekomen om te procedeeren. Er is geld, ik
wil zeggen schulden genoeg in Becelaere,
bet ware maar dat bij de reste.
Als gij zou in uw recht zijt, waarom zet
gij onzen baas niet buiten Draagt gij nu
geenen bril, wij zouden u dan eenen grooted
op den neus zetten.
Maandag laatst, op het grondgebied
der gemeente Staden, is Rosalie Vanden-
wynckel, 62 jaar oud, wonende te Clerken,
door het locomotief van den trein verplet
terd geworden, willende de baan van den
ijzeren weg overstappen dat van IJperen
vertrekt op Cortemark om 12 ure 22 m.
's middags.
Het schijnt dat deze vrouw van geestver
mogens beroofd was.
Eene vrouw,woonachtig te Molenbeek,
heeft zich Zaterdag, te Schaarbeek, bij mid
del van eenen revolver door het hoofd ge
brand. De ongelukkige bleef op den slag
dood. Die vrouw had onlangs een einde aan
haar leven willen stellen door in de vaart te
springen, doch zij werd daaruit gehaald in
tijds.Huishouden verdriet schijnt de oorzaak
van die wanhopige daad te zijn.
Het Sint Jansgasthuis te Antwerpen, is
Donderdag nacht aan een groot gevaar ont
snapt. Een studentapotheker had zich naar
het magazijn begeven om alcool te halen.Hij
beging de onvoorzichtigheid met een bran
dende solferstekje te dicht een vat gevuld
met spiritus van wijn te naderen; de kraan
van het vat geraakte in brand evenals de
spiritus die reeds in de kruik was.
De student, een genaamde G.,wiens armen
gedeeltelijk verbrand zijn, kon nog op tijds
hulp inroepen. Men kwam toegesneld en het
begin vanbrand kon gehluscht worden voor
aleer het vat aangetast was. Het was hoog
tijd, want de kraan was reeds gansch ver
koold.
Van G... en het Sint-Jansgasthuis zijn
aan een groot gevaar ontsnapt.
Een voorzichtig rentenier te Charleroi
die zijn bezit tegen dieven wilde beschermen,
liet aan de achterzijde van zijn huis de bin
den aan den binnenkant met ijzer beslaan.
Terw ijl de werklieden hiermede bezig waren
is door de openstaande straatdeur een dief
binnengekomen, die in de voorkamer eene
secretaire met geweld geopend en daaruit
fr. 3000 in zilver en goud genomen heeft.
MENGELINGEN.
Jan. M. de baron, er wachten in de
voorkamer drie stommen op u, om u te spre
ken.
Baron. Maar, Jan, zijn ze wezenlijk
stom
Jan. Ja, ze zeggen het ten minste.
Pachter Sies had zijn proces gewonnen en
de man had een dankbaar hart. Hij had ook
juist een nest gevonden met drij jonge uilen.
Zie, zegde hij tot zijn zoon, gij gaat
naar de stad, gij belt bij den advokaat en
gij zult hem zeggen Mijnheer de advokaat,
de komplimenten van Vader en hier zijn drij
uilen.
De jongen vertrok.
En toen hij in de stad kwam, belde hij bij
den advokaat en zegde
Mijnheer de Uil, de komplimenten van
Vader en hier zijn drij advokaten
De jongen was ongelukkiglijk, alleen.
En hij vloog ook alleen aan de deur.
Kato was haren nonkel in de stad komen
bezoeken.
Toen zij aan tafel zaten begon het te don
deren dat het kletterde.
Wel Peer-Jan-Oom, zei Kato, zoo'n don
derslagen heb ik nog nooit in mijn dorp ge
hoord.
Dat geloof ik wel, zei Peer-Jan-Oom, in
een klein dorp gelijk bij u, kan het, natuur
lijk, zoo hard niet donderen gelijk in eene
groote stad als Antwerpen.
Jef zat in den peereboom.
Mieke stond er onder.
En het donderde
Och Jef, sprak Mieke, kom gauw naar
beneden, want het dondert.
Och Mieke, zei de andere, laat dat maar
gaan, ik hoor het hier ook.
Anselmus was naar de Expositie van Ant
werpen gekomen en had ook een frank ge
riskeerd om naar de tentoonstelling van
Schoone Kunsten te gaan zien.
Hij stond voor eene schilderij waarop eene
naakte vrouw was verbeeld en schudde be
denkelijk het hoofd.
Potverdorie, zei hij, de vrouwen zijn
overal dezelfde. Zij hebben geen hemd om
aan te doen en toch laten zij hun portret
maken,... S. NUFFELAAR.
OPSCHRIFT.
Alle menschen hebben geen verstand van
bier;
Doch die er verstand van hebben, komen
hier.
Dramas van ellende. Twee mannen die
bet niet breed hebben,ontmoeten elkander in
de straat.De eene heeft een klein dun jasken
aan, de andere een zeer lichten zomer-over-
jas.
- Broohzegt de eerste, wat is het
koud'k heb geen overjas en 'k word het
gewaar
Bahzegt de andere, ik heb er een,
maar ik word het ook niet gewaar.
Voor de korrektionneele rechtbank. Een
getuige die blind is wordt binnen geleid.
De Voorzitter, die wat distrakt is, vraagt:
Zeg ons eens duidelijk wat gij gezien
hebt.
Twee bedelaars ontmoeten elkander.
De eerste. Hebt gij wat ontvangen de
zen morgend?
Ja, bijna een frank? En gij?
De andere met verontwaardiging.
Ik, niets: een broodkaartje.
m-ïii> B l? O <g—|i
Eesi Sjrevet van uitvinding.
OP EEN UITHANGBORD