PERU-GUANO
OPGELOSTE PERU-GUANO van OHLENDORFF
ALLEEN ECHT
14Ö,Ö(IÖ franken,
Mengelingen.
MARKTPRIJZEN.
Nieuwe concessie
Groote prijsvermindering
Frey schalidekker, woon achting in de rue du
Commerce, te Grenelle, en Jos. Rivière, rook
verdrijver, woonachtig in de voorstad St-An-
toine.
Frey droeg op het voorhoofd geprikt de woor
den Pas de chace
Van het oogenblik zijner aanhouding, legde
hij de grootste onbeschaamdheid aan den dag
en hij gaf te kennen dat hij niet aan zijn eer
ste stuk was.
In den loop van het onderzoek gaven de twee
moordenaars de volgende inlichtingen over de
wijze waarop zij de misdaad gepleegd hadden
Zij hadden zich rond een uur bij Mad. Des-
hayes aangeboden en haar eens kamor gevraagd
om den nacht door te brengen. Daar er nog ka
mers beschikbaar waren, werden zij aangeno
men, en de arme vrouw had zich nedergezet
om hunne namen in het policieregister te schij
ven. Het is van dien gelgenheid dat de schur
ken gebruik maakten om zich op haar te werpen
en haar bij middel van eenen halsdoek te ver
wurgen.
Zij waren bezig met de meubelen open te bre
ken loen de drij italiaansche muziekanten ter
plaats verschenen.
Ziehier nu eenige inlichtingen over de hals-
rechtingen van de twee moordenaars.
De halsrechting der veroordeelden was ver
traagd omdat zij beloofd hadden gewichtige be
kentenissen te doen over ander misdaden, die
zij zouden gepleegd hebben. Doch men was alras
gewaar geworden dat zij dit middel enkel uit
gevonden hadden om tijd te winnen.
Ten 4 ure, was de guillotien op de Place de
la Roquette opgetimerd.
Ten o ure, trad M. Beauquesne, bestuurder
der gevangenis met den magistraart, dc ambte
naren en priesters Colomb onderpastoor der
kerk van St-Sulpice in de cel van Rivrière,
daar hij niet had kunnen slapen was hij op
gestaan.
Moed Rivière zegde hem de bestuurder.
Het oogenblik dat gij uwe straf moet boeten is
aangebroken. De president der Replubliek
heeft uwe genadevraag niet kunnen aannemen.
De veroordeelde werd doodsbleek. Hij ver
zwakte een oogenblik, doch dadelijk hield hij
zich weer kloek.
Priester Colomb raade hem daarna aan zich
kalm te onderwerpen aan zijn lot.
Ik zal kloek blijven, mijnheeren, zegt hij
met krachtige stern.
Toen hij aangekleed was, werd hij naar de
toiletkamer geleid. Men bood hem een glas
brandewijn aan dat hij ledigde.
De beul sneed alsdan zijnen hemdsband uit
om den hals te ontblooten. Hij vroeg alsdan of
zijn medeplichtige Frey er met mij doorgaat.
Op het oogenblik dat hij gebonden werd,
sprong hij eensklaps recht en rood van woede
riep hij uit
Père Grévy is waarlijk niet goedertie-
rend, maar toch ben ik te vrede dat die smeer
lap (Salop) van Frey er met mij doorgaat
Smeerlap van Frey 't Is hij die mij hier
gebracht heeft... Ah Indien ik hem onder mij
ne handen had
De aalmoezenier trad nader om hem te beda
ren, doch de veroordeelde stiet hem weg
Er is geen God. Laat mij gerust, ik geloof
aan niets meer
Terwijl de beul zich bezig hield niet Rivière,
begaven de heeren bestuurder, de magistraat en
de aalmoezenier Faure zich naar de cel van Frey.
Daar deze laatste verklaard had dat hij het
hoofd zou verbrijzelen aan degene die hem zou
komen halen om naar het schavot te brengen,
waren er voorzorgsmaatregelen genomen.
Hij was diep ingesluimerd toen de heeren in
zijne cel traden. Men was verplicht hem op den
schouder te tikken om hem te doen ontwaken.
Eh wel is 't er op. Is dat alles
Priester Faure kwam n aderbij om hem over
godsdienst te spreken.
Onnoodigd almoezenier, zegde hem de
veroordeelde. Men heeft u niet noodigd. Dat
heeft mij niets gedaan oh la la maar hoe
genaamd niets
En bij ging voort met zich aan te kleeden,
terwijl hij een schertsenden blik op de aan
wezigen wierp. Die glimlach is tot op bet
laatste oogenblik op zijne lippen gebleven.
De almoezenier deed nog eene poging,
doch hij werd door den ellendeling op de
brutaalste wijze afgewezen,
Toen Frey gereed was, werd hij naar eene
zaal gevoerd," palende aan die waarin zich
Rivière bevond.
Hii ging met vasten stap door de gangen.
Nadat zijn toilet gemaakt was, werd hij ge
bonden. Toen dit gedaan was stond de ver
oordeelde recht, schudde met de beenen om
te beproeven of zij vrij genoeg waren en riep
alsdan uit:
't Is waarlijk niet gemakkelijk daar
mede te gaan. Onnoodig mij vast te houden;
ik zal wel alleen gaan 1
Toen de gewone formaliteiten voltrokken
waren, begaf de akelige stoet zich naar de
plein der strafuitvoering.
Zoodra de veroordeelden ter plaats ver
scheen trokken de gendarmen en de repu-
bliekeinsche wachten den sabel.
Rivière naderde het schavot. Hij werpt
eenen stouten blik op de aanwezigen. Op
eenige stappen van het schavot blijft de ver
oordeelde staan. De beul Deibier stond ge
reed. De beulenknechten willen den veroor
deelde vastgrijpen, doch hij werpt zich ach
teruit en roept met krachtige stem
Allcz... Gij moogt aan père Grevy
zeggen dat hij een moordenaar is!
Bij het hooren van die domme uitroeping,
sprong Deibier toe en wierp de veroordeelde
met geweld op de wipplank neder. Een dof
gerucht liet zich hooren.
Het was de bril die neergelaten werd en
rond den lials van Rivière sloot.Twee secon
den daarna liet zich een harder gerucht
hooren: rt was het mes dat nederviel. Het
hoofd rolde in den bak en een straal bloed
bevlekte den grond en de guillotien.
Middelerwijl woonde van onder de poort
der gevangenis do tweede veroordeelde,
Frey, onbeweeglijk dit schrikkelijk tooneel
bij met een onbegrijpelijken glimlach op de
lippen.
Toen Rivière op de wipplank geworpen
werd wilde ne aalmoesenier Faure hem aan
dit schrikkelijk tooneel onttrekken, door
zich voor hem te plaatsen, doch de schurk
maakte eene ongeduldige beweging, uitroe
pende
Maar ga dan toch weg dat ik zien kan!
Het nedervallen, van het mes liet hem on
beweegbaar.
Deibier deed na de onthoofding van Ri
vière het van bloed druipende mes weder
ophalen, dat met eene natte spons afgewas-
schen werd. Hij zag dat werk na alsof hij
een eenvoudige toeschouwer was.
Toen hij de brigadier der gevangenbewa
kers bemerkte, riep hij hem toe:
Tot we der ziens, brigadier, tot weder-
ziens
De glimlach is nog altijd op zijne lippen,
doch zijne oogen werpen stralen.
Hij stapt vastberaden naar het schavot, en
ziet met aandacht naar het mekanism van
het akelig tuig.
Op het oogenblik dat hij door den beul
Deibier vastgegrepen wordt, riep hij met
krachtige stemadieu aux vrais hommes!
Die woorden zegt een blad van Parijs zijn
zonder twijfel gericht aan de vrienden van
den moordenaar; want in de hedendaagsche
dieventaal, zijn les vrais hommes de moor
denaars en de dieven.
Het mes valt op nieuw neder en bet lichaam
van Frey word in de mand bij de romp van
Rivière geworpen.
Eenige oogenblikken daarna werden de
lijken der twee gehalsrecliteri met eenen
fourgon, in galop, en vergezeld van gendar
men te paard naar het kerkhof gevoerd.
PoPERMGIIE,
den 6 October 1880.
Elnvel, boerkens! Wat zegt gij van de Van
den Bergen, van de Vanderheyden en van
de andere vogels der soorte van den buize-
man Felix, voor wien gij zoo onnoozel zijt
geweest te stemmen, verlekkerd dat ge waart
over de schoone beloften u vóór de kiezingen
gedaan
En gij vooral, M. de raadsheer De Corte en
andere landbouwers, die langs de beurtwe
gen van Woesten, van den krommen boom
van Reninghelst, al de Meesenstraat, woont,
zijt gij nu geleerd
Gij, ongelukkigaars, die een groot deel des
jaars, door de straten niei weg kunt, men
had u gekalsijda wegen beloofd en daarvoor
eene leening aangegaan van
hetgeen u eene verhooging op den hals ge
haald heeft van 25 opcentiemen. Wat heeft
men met die groote somme gedaan?
Z-ijn deze nieuwe hulpbronnen misschien
al opgeëteD door het maken der belachelijke
bisschoppelijke Square, waar nog niemand
beeft mogen den voet opzetten, en waarvan
de onderhoud eene eeuwigdurende rente
voor stad kost? heeft men den overschot van
de poke misschien noodig om de zotte ver
kwistingen te betalen die men doet aan de
herberg Balance, of misschien nog, zijn diens-
veerdige mannen, die zich wel willen de
moeite geven de hoppe te waardeeren, binst
dat zij gerust hunne jaarwedde van stads
raadslid in den zak steken, misschien be
nauwd dat de stad geen geld zou hebben om
hunne schandelijke tweeposterij te betalen
Wat er van zij, men hoort geen woord
meer over het maken van wegen die den
landbouw moest bevoordeeligen, door de
vervoermiddelen te vergemakkelijken.
7jj hebben geen geld als zij de boeren
moeien uit nood helpen, maar zij zullen et-
wel vinden om het tekort te dekken, dat zij,
volgens wij reeds dikmaals gezegd hebben,
te weeg hebben gebracht door hun slecht
beslier en welk volgens het budjet, dit jaar
beloopt tot de overgroote somme van
20,000 franken.
Zult gij eindeling begrijpen, landbouwers,
dat degenen die gij door uwe stemming tot
uwe meesters hebt gemaakt en die u nu ex-
ploiteeren, eerst veor hunne beurs zorgen
en in uwe belangen gerust zijn alsof gij op
de wereld niet ware
o
Het slecht bestier der openbare zaken te
Poperinghe, is zoover gekomen dat welhaast
j onze inwoners het lot der wilden uit ümi
Congo zullen benijden.
Dio staat van zaken komt nog te ergeren,
door de ziekte van M. Berten, die, t zijne
bekwaamheden en ondervinding der bestuur
lijke zaken, alleen in state was om het Ge
meenteschip te bestipren, wantons geraeen-
te-kollegie telt in alles maar M. Vanden
Berghe, een geheel eerlijk man, maar niet
tegenstaande al zijne verwaandheid, een O
als bestierder is.
Tot heden heeft er nog geen een raadslid
den moed gehad den voorstel te doen het
schepenkollegie te volledigen. Van de (wee
één, of wel in geheel den raad, die maar
thans uit 12 bestaat, daarin begrepen een
zieke die reeds lang de zittingen niet meer
bijwoont, vindt men geen een bekwaam, het
geen niet zeer vleiend zou zijn voor de voog
den die de zetels van het stadhuis verslijten,
of wel, er is niemand die de verantwoorde
lijkheid op zich wil nemen van het slecht
beheer der gemeentezaken en van den toe
komenden ondergang onzer finantiën; ten
ware er onder degenen die den cherp van
schepene zouden willen aandoen, er zouden
gevonden worden, die door hun rechterlijk
voorgaande, weinig kans zouden hebben
door den koning aanveerd te worden.
Men zal toch moeten eindigen met eenen
schepene te zoeken. Wat ons betreft, wij
vinden nu gelijk over tijd, dat indien MM.
Debaene en De Corte te eenvoudig zijn om
den begouden rok aan te trekken; indien MM.
Ryckewaert en René Devos reeds genoeg heb
ben met hunne TWEE postjes waarvan zij
de jaarwedden in hunnen zak steken; indien
M. Vanderheyde te veel aan het huislijk le
ven houdt om zich van de zijnen te verwij
deren; indien de talrijke klanten M. Dewulf
niet toelaten op geener wijze zich met de
openbare zaken bezig te houden; indien het
belachelijk ware een blancbek, zonder onder
vinding te benoemen tot het bestieren onzer
stad; indien het onmogelijk ware eenen gast
te nemen van de soort van Sire van Fratn-
boisie, dan moest men M. Benoit Degryse
benoemen, die, alhoewel jong, al de noodige
voorwaarden bezit tot bet bekleeden van den
zetel in ons schepenkollegie.
Inderdaad, M. Degryse is sedert lang
raadslid en heeft altijd met veel moed en
toegedaanheid de belangen zijner geboorte
stad behertigd Bezield met een onafhankelijk
karakter, hij houdt veel van de weiovereen
komst, en onder dit oogpunt wordt bij door
al zijne medeburgers zeer geacht.
Is het misschien daarom dat M. Degryse
in de gratie niet staat van zijne medeambte
naren Vanderheyde, Vanden Berghe en Van
Merris, waarvan de minachting onder het
volk nog dagelijks aangroeit.
Wij gelooven waarlijk dat het zoo is.
In eene dierengaarde. Eenige liefheb
bers waren in eene dierengaarde, waar eene
vrouw, dierentemster was.
Is het waar Mevrouw, vroeg een der per-
soonen. dat een leeuw wel twee tot drij duizend
franken kost,
Er kijn leeuwen en leeuwen
De uwe, Brutus, bij voorbeeld
Brutus, oh, die zou ik voor geen tien dui
zend frank geven (met fierheid). Het is hij die
mijnen eersten man verslonden heeft
Anna, zeide een onderpastoor, wat moet
gij vóór alle andere dingen doen, opdat uwe
zonden u zullen vergeven worden
Zonder, begaan sprak Anna.
Kinder antwoord. De kleine Emmanuel
is niet dwaas de meid hem de piot toonende
met wien zij staat te vrijen, zegt
Pas op, Mannetje, die soldaat is een zeer
kwaad mensch.
Als hij zoo kwaad is, waarom kust gij
hem dan
De jacht. Mijnheer V... zegt tegen zijne
vrouw, dat hij des morgends een goed gedacht
heeft gekregen.
Allons done
De jacht gaat open en ik ga mij een goed
geweer koopen.
Maar gij hebt er een, dat van verleden
jaar.
Het geweer dat ik heb is een liefhebbers
geweer, een geweer om musschen te schieten.
Ik wil een goed wapen om hef, wild met hair, om
de groote beesten te dooden.
't Is dat, om u eigen te kwetsen...
IJPEREN
9 October 2 October
Tarwe
57,500
19-50
21,800
20-25
Rogge
13,700
14-50
8,200
15-00
Haver
1,200
14-50
1,900
13-50
Erweten
400
17-50
600
16-00
Boontjes
300
17-50
700
17-30
Aardap.
6,000
6-00
8,000
5-50
Boter
13,920
270-00
14,842
265-00
Talrijke ladingen van de schoonste kwaliteiten zijn reeds van de
eilanden aangekomen, en gedeeltelijk nog in lossing.
Prfju gebaseerd opolildcelc analyse. Ofliciëele vergoeding voor steenen.
Milder controle der landbonw-staticii van den Staat.
'K W A A K B O 5t (i S» CEHiLTE:
7 stikstof. 10 in waler oplosbaar phosphoorzuur. 2,°/0 potasch.
VOORTVERXQQPERS GENIETEN RABAT
indien de balen als volgt geteekend rn gezegeld zijn. en wel de hoorn van overvloed
in roode kleur.
l(OHLENDORFF))
ANGLO—CONTINENTALE (VORM. OHLENDORFFSCHE GUANO-WERKE
SOCIËTÉ ANONYME AGENCE DANVERS
Uitsluitende Êniportcnrcn van de Pera-Gnano in België, Hofland, enz., met
machtiging der regering van Chili
Antwerpen, Juni 1886, 8, Pruinenstraat, 8.
-V"
GRANEN
enz.
verkochtte
kwantiteit
niddenprijs
p. 100 kilo.
verkochtte
kwantiteit
middenprijs
p. 100 kilo.
7X10
C0NT.1
'/*r VORM.
i\<3>. SCHE