Gazette vast 't arrondissement IJperen. Nr 46. 25e Jaar. Zondag 14n November 1886. Politiek. Stads-, Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen, Markten, Bekendmakingen. tie Troonrede. Staatsfinanciën Ec ii woord over den landbouw. Siireci: Oiimudcstraat, IS. AANKONDIGINGEN 10 centiemen den regel. SkECEAMElV 95 centiemen den regel. Brieven en pakken moeten vrachtvrij toegezonden worden. ABONNEMENT te. 4-0© jjnnr® voes* de stad; te. 4-5© veor gefcceJ SeSgie. Buitenlasdsche verzendingen, 't port daarboven. 1© centiemen feeê sarammer. Men schrijft in op al de postbureelen. De lang verwachte en de zoo druk be sproken Troonrede is eindelijk versche nen Die koninklijke redevoering werd met veel nieuwsgierigheid te gemoed ge zien, want iedereen dacht, dat zij belang rijke dingen zou bevatten en ons bekend maken met het klerikaal program. Al de liberale dagbladen van het land zijn het eens om de Troonrede, het onbe- duidenste, het kleurlooste en belache lijkste werk te vinden, welk ooit op eenen koninklijken troon is afgelezen. Er wordt in die redevoering van alles gesproken, dat is waar, maar op eene wijze also! men niets gezegd had. Geen enkel denkbeeld, geen enkel ontwerp, wordt vrijmoedig voor uitgesteld, alles is met eene doorschijnende slof overtrokken, ten einde de echtheid van wat men wil vertoonen niet te veel bloot te stellen. Wat is daaruit te besluiten dat de klerikalen, ondanks hunne groote meer derheid, gevoelen dat zij machteloos, dat zij onbekwaam zijn iets gewichtigs te on dernemen. Zij gevoelen hel land legen zich te hebben en enkel te bestaan, ten gevolge der tweedracht in liet liberaal kamp; maar zij gevoelen ook dat bij het minste doorslaande achteruit kruipers- ontwerp, zij omverre zullen liggen. De klerikale dagbladen vinden de troonrede goed.Dat verwonderd niemand; al wat de ministers, slaven der bisschop pen, voorstellen, is voorop door dc kleri kale penlakeien goedgekeurd. Wij zijn kurieus om het antwoord op het adres in discussie te zien. Ze verdweenen gelijk sneeuw voor de zon, de éénen nu de anderen later, al die hoopvolle, troostende en zaligmakende beloften, al die schilferende en overheer lijke vooruitzichten, die de clericalen zóó stoutweg vóór de oogen der natie toover- den, eer zij aan hei bewind geraakten. Onder andere beloften en vooruitzich ten, zou de geschokte financiëele toe stand als bij looverslag gered worden. De twaalf miliioenen nieuwe belastingen door het liberale Ministerie gestemd waren nut teloos en overbodig ze zouden afgeschaft worden met den dag dat de clericalen zouden bovenliggenendoor spaarzaam heid in de onkosten voor het Staatsonder wijs zou de deficit verdwijnen om plaats te maken aan eenen boni, aanzienlijk ge noeg om tot de afschaffing van andere be lastingen nog te kunnen overgaan. Na de zegenpraal van Juni 4884 klonk het in alle clericale dag- en weekbladen, in alle meetings, in alle toasten, dat eindelijk het Ministerie van den algemeenen wel stand de leiding van 's lands belangen in handen had gekregen. Of de algemeene welstand nu heerscht De twaalf miliioenen belastingen worden gebeft juist als vroeger hoe nutteloos ze ook waren in de oogen der clericalen, wanneer deze nog aan de deur van het Ministerie stonden te wachten. De spaarzaamheid op schoolgebied is zoo ver gedreven, dat de gelden der cleri cale gemeenten naar de clericale aangeno men scholen vloeien, gelijk het water naar de zee bij voorbeeld in Brugge, waar de raad der Kerkmeesters uit het Stadhuis, een jaarlijksch giflje van 32,000 fr. aan de scholen van paters en nonne tjes schenk. En de deficit dan, die zou verdwijnen, de gevaarlijke, wraakroepend deficit Welnu hij groeit aan, dag bij dag op aanhoudende wijze en met verdubbelde snelheid. Hel Ministerie rekende dat 203 millioen in de kas van den Staal zouden gestort worden, gedurende de negen eerste maan den van dit jaar. De negen eerste maan den zijn voorbij en er zijn slechts 191 miliioenen binnen gekomen 't zij een verschil van 12 miliioenen. Blijft de toe stand voortduren, dan zal op het einde van liet jaar de deficit tot zestien miliioe nen beloopen. Waar is de oorzaak van dien vreeselij- ken deficit Vreeselijk ja, want de Staat zal gedwongen zijn, ofwel liet betalen zij ner loopende schulden te verdragen of wel nieuwe belastingen te heffen. Ja waar is dus de oorzaak Het Ministerie rekende dal de ijzeren wegen zouden opbrengen fr. 88.900.000 Zij hebben opgebracht 82.400.000 '1 Zij een tekort van 5.500.000 De rechten op bier, wijn, bran dewijn moeten opbrengen fr. 26 300.000 Zij hebben slechts opge bracht 24.000.000 't Zij een tekort van fr. 2.300.000 Op de erfenisrechten beslaat er een te kort van 700.000 fr. Waar zijn we nu met den beloofden algemeenen welstand De toestand van 's lands geldmiddelen is erger dan ooit, ondanks al de bespotle- lijke, kinderachtige spaarzaamheden op vet, de petroleum, en dagloon van de werklieden der ijzeren wegen dooi den vromen Van den Peereboom uilge vonden. Hoe zullen de clericalen nu handelen Zullen zij eenvoudig en stoutweg den stijgenden deficit loochenen Zullen zij zeggen dat het de schuld is van de geuzenscholen 't Ware wat al te moeilijk en te kras. Honderde en hon- derde zoogenoemde geuzenscholen zijn afgeschaft en gesloten de afgedankte onderwijzers staan te wachten naar hun wachtgeld. Bekennen zij het werkelijk bestaan van den deficit, dan zijn ze gehouden naar de middelen uit te kijken om den deficit af te keeren, en zoo niet in eens te doen verdwijnen, dan toch te verminderen in aanzienlijze male. Naar middelen zoeken, dat valt niet gemakkelijk aan eene partij, die in haren schoot weinig mannen bezit, die met de financiëele weienschap vertrouwd zijn. Ook is de spanning groot, 't Is niet met naar mis, biecht, communie, lof en ser moen te loopen, dat onze vrome en god vruchtige minister het zullen te welen krijgen. Om raad gaan bij Frère-Orban en Char les Graux? Er valt niet aan te denken. Langs waar nochtans kunnen zij uit hunne verlegenheid geraken Hunne verlegenheid is des te grooter, daar zij het enkwest over den toestand der werkers bevolen hebben, die zulke schreeuwende onrechtvaardigheden, zulke wraakroepende misbruiken, zulke diepe en gapende wonden heeft veropenbaard, die allen herstelling of genezing eischen en niet morgen of overmorgen, maar onmiddellijk, zonder verder aarzelen noch weifelen, op gevaar af de bloedige en hart verscheurende tooneelen van de maand Maart op nieuw te zien krijgen. Welnu wat zal er dan gebeuren met dien deficit, die als eene nachtmerrie al diegenen kwelt die zich bekreunen met den welvaart en met de toekomst van de natie? Laat ons er van overtuigd zijn. Onze ministers zullen den deficit laten bestaan, laten aangroeien, tot op den dag dat de toestand niel meer te houden zal zijn en dan het bewind verlaten, gelijk zij gedaan hebben vroeger, in 1857 en in 4878, zij zuilen aan de liberalen den zwaren last laten, weêr orde te brengen in den ver warden toestand en slechts iets vergeten, de verantwoordelijkheid vin dien toe stand voor hen te houden en rondborstig te bekennen dat zij de schuld zijn van de ontreddering van 's lands geldmiddelen. En dan zuilen wij weêral dit stichtend tooneel bijwonen: De liberalen te liooren uitschelden voor geldverbrekers en geld- schuimers, door diegenen juist die door onkunde, in de financiëele weienschap en door vrijgevigheid tegenover kerken en kloosters de kas wisten te ledigen. Br. Beiaard. Onbegrijpelijke onverschilligheid van wege onze landbouwers! Zij klagen putten in de aarde en te recht, maar roep hen bijeen om hen iets te leeren dat hun voorde'elig kan zijn in hun bedrijf en kan bijdragen om hun nen toesiand te verbeteren, zij komen niet! Wat zien wij in het landbouwonderzoek, dat tegenwoordig in onze provincie plaats heeft? Overal wordt geklaagd dat de land bouwers verslaafd blijven aan den ouden sleuter en daarbij voor de lessen en wenken die hun gegeven worden de ooren sluiten. Waarvan verwachten zij hun heil'' Van beschermende rechten op net graan, op het vee, op het vlas, op de suikerij, op het bier, die ons uit den vreemde komen, beschermen de rechten op schier al de producten van den landbouw. Wij hebben niet te onderzoeken welke de uitslagen zouden zijn van die beschermende rechten, maar zeker is het dat, zoolang de landbouwer onverschillig zal blijven aan den vooruitgang, zoolang hij niet zal begin nen denken dat hij zich zeiven moet helpen, door meer voort te brengen en aan goedkoo peren prijs, hij niet zal kunnen strijden tegen de voortbrengselen van den vreemde. En er is middel om meer voort te brengen. Men heeft het hun bewezen met onbetwist bare cijfers. De heer Tydgadt is de eerste geweest om in den Akkerbouw de aandacht te vestigen van de landbouwers op eene graansoort, de Shireff tarwe, dat meer dan eene dub bel opbrengst geeft. Onder de middelen om meer en beter koop voort te brengen, komt ook voor het gebruik van den doeltreffend gerief. Het was juist otn de landbouwers over een st.uk landbouwersgereedschap te spreken.dat zij Vrijdag laatst door den lieer Marlet te Gent waren bijeengeroepen, namelijk over een rijen-zaaituig. Het gouvernement heeft een dergelijk zaaituig ter beschikking van zijne landbouw kundige in deze provincie gesteld, met het doel het zaaien op rijen in te doen voeren. De voordeelen van het zaaien in rijen met dergelijk tuig zijn: gebruik van minder zaai zaad dus mindere uitgave min verlies van zaaizaad; het leggen van het zaad-op de behoorlijke diepte om te schieten; het zaaien op regelmatigen afstand, hetgeen bijdraagt tot de ontwikkeling van de plant; grooter gemak om het land te kuischen, dan wanneer met de hand is gezaaid geworden. Al die voordeelen zijn stellig niet te ver smaden. Een rijen-zaaituig waarmede van twee tot negen rijen ineens kan gezaaid worden, kost -'00 frank; de landbouwers zouden zich met drie of vier kunnen vereenigen om het te koopen. De uitgave zou aldra ingewonnen zijn, door de besparing van het zaaizaad, die op een derde kan gerekend worden, en vooral door de meerdere opbrengst, welke er door verkregen wordt, daar, tengevolge van niet gepaste dieplegging, zooveel zaad niet verloren gaat, als bij het zaaien met de hand. Met gemeld tuig kan men ook in hoopjes zaaien. Het gebruik van het zaaituig ontslaat den landbouwer niet van denken en men moet niet gelooven dat men het al dadelijk, zonder voorbereiding, in banden kan geven van den eersten den besten boerenknecht. De meester zelf zou zich in den beginne moe ten gelasten met het invoeren van dit tuig en het niet van den beginne af aan anderen overlaten. Vroeger waren de zaaituigen te kostelijk en da inrichting was niet volledig om zich naar alle gelegenheid te schikken. De heer Marlet, na de werking van liet tuig uitgelegd te hebben, heeft een perceel van den proeftuin bezaaid, om te toonen hoe regelmatig die zaaier werkt. Vervolgens heeft hij medegedeeld welke proeven er in den gezegden tuin gaan gedaan worden. De lieer Tydgadt heeft den geleerden voor drachtgever deze vraag gesteldAls de landbouwer geen geld meer wint met eene of andere teelt, kan hij dan niet eene andere teelt beproeven? Men heeft gezegd dat de tabak maar in zekere streken kan geteeld worden; welnu, zou er geen geld te verdienen zijn met de tabakteelt in andere streken in te voeren De heer Marlet heeft, op die vraag beves tigend geantwoord en gezegd dat men in alle streken, mits men maar aan den grond de gepaste vette geeft, groote opbrengsten kan bekomen. Men heeft eene proef in den tuin der Land- bouwmaatschappij van Oost-Vlaanderen ge daan. De opbrengst is verbazend. Nooit zag men schooneren groei. Het zijn de Connecticut-en Marylandsoor- ten die men geplant heeft. DE TOEKOMST e»»--

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1886 | | pagina 1