71
n
Nr 206.
28« Jaar.
Zondag, 8" December 1889.
Zond agsblad van Stad en Arrondissement YPEIVEN.
Men echnjft in
Te Yperen, DIXMUDESTRAAT, 18, cn op al de postbureelen van't land
Alleaffiehen bij den drukker van dit blad gedrukt,
worden onvcrgeld in hetzelve geplaatst tot den dag der verkooping.
Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikelen
uiterlijk tegen Vrijdag middag, vrachtvrij en onderteekend, toe te zenden
ABONNEMENTSPRIJS VOOROP BETAALBAAR:
3 fr. jaars voor «le atnd; fr. 3-50 voor geheel Bclgifc,
Buitenlandsche verzendingen, 't port daarboven.
5 CENTIEMEN IIET NUMMER.
Aankondigingen: 10 centiemen den regel.
Reklamen: 2o id. id. id.
Rechterlijke eerherstellingen 1 frank id. id.
Akkoord per maand of per jaar.
De personen die een abonnement
voor '1 jaar 1890 op deTOEKOM ST
nemen,en hetzelfde op voorhond voldoen,
krijgen ons Zondagsblad kosteloos, van
beden tot Nieuwjaar.
EEK TEEKEKMACHIESJ.
Wanneer een koning zijn plicht vol
brengt, is hij geen onnuttig wezen wij
zeggen niet: onmisbaar! -en kan hij
veel goeds verrichten; en Y koninksehap,
ofschoon het in deze lijden van zucht naar
zelfregeering eene ouwerwetsehe, uitge
diende instelling blijkt, en veel, ja, zeer
veel zijns aanziens heeft verloren, ware
daarom nog niet lot spoedige verdwijning
veroordeeld, indien de koningen wis
ten, of wilden weten, dat hel der Vorsten
plicht is, in gevaar de voorsten en in
hel goede de eersten, te zijn.
Vele koninkrijken vielen, en allen gaan
onvermijdelijk ten gronde, minder om de
gebreken van de instelling zeiven en der
onrechtvaardige neveninstellingen daar
mede verbonden,dan door de eigen schuld
der vorsten.
Men nocme eene monarchie die viel,
wier hoofd een oprecht volksgezind,recht
vaardig en eerlijk man was; een vorst,die
zijn plicht deed en wiens eenig streven
was zich een eerzuil in het hart zijns volks
op te richten
Onnoodig te zoeken; want de omwente
lingen, al komen ze van beneden, worden
alleos door de onrechtvaardige handelin
gen der regeeringen of de stijfhoofdigheid
der vorsten verwekt.
Bclgië's ontslaan als onafhankelijk land
had geen anderen oorsprong.
Koning Willem was een stijfhoofdige
-orst; en diens minister Van Maenen, een
volkslergende minister.
Al wat Van Maenen deed, werd door
Willem bekrachtigd.
De vrienden van 't Huis van Oranje
hadden schoon voor de gevaren le waar
schuwen: niets hielp Willem steunde
zijn minister, en zijn minister bracht hem
in 't verderf.
De omwenteling borst uit. België vocht
zich vrij. Willem werd uil het land gedre
ven en verloor de helft van zijn konink
rijk door de schuld van Beer..., neen,
van Van Maenen.
De geschiedenis herhaalt zich, zegt
goed van de
Kan dit niet even zoo
stijfhoofdigheid der vorsten gezegd wor
men
.ij
den, die zich boven de natie wanende,
geen rekening houden van de wenschen,
jvan den wil dér volken, en alles naar hun
uitsluilelijken wil doen.
Zij moeten het weten cn er de ge
volgen vandragen: wie zijne billen brandt,
moet op de blaren zitten.
Ja, de geschiedenis herhaalt zich'; want
de toestanden, die we thans in B Igië be
leven, zijn nagenoeg dezelfde als in i 829,
toen Van Maenen hier den baas speelde.
Sedert Beernnert en Devolder regeeren,
zou men zeggen dal Leopold II zich de
gegronde klachten des volks niet meer
aantrekthij onderteekent, met geruslen
geest, alles wat hein door del'ourbaisisten
wordt voorgelegd.
Sire, zegt liet klerikaal ministerie,
hier is eene wet, welke het Staatsonder
wijs vernietigt en duizenden onderwijzers
broodeloos stelt: geliet er uw handteeken
onder te plaatsen.
Goed, zegt Sire; en hij bekrachtigt die
schandelijke wel, zonder zich le bekom
meren over de verontwaardigde protesta-
ties van het land en de klachten der on
derwijzers.
Sire, hier is eene wet, tot bescher
ming van den landbouw, een inkomrechl
heffende op het buitenlandsch vee en het
vreemd geslacht vleesch.
Andermaal gaan er prolestalies op. De
dagbladen loonen aan, dal eenige groote
veefokkers de klerikale volksverte
genwoordigers Dumont, Simons en con-
soorten die wel lot hun persoonlijk
profijt doordrijven, en dal de volksklas er
zeer door benadeeld wordt.
Sire wordt al doover en doover, ver
gist zich in het verward gerucht dat tot
hem komt en welk hij voor volksgejubel
houdt en... teekent de uithongeringswet.
Sire, de vrijzinnige partij alsmede
de werklieden, bij mor.de hunner pers en
hunner redenaars, veroorlooven zich dc
daden der' regeering te beknibbelen en bet
volk tot verachting onzer nationale instel
lingen aan le sporen: hier is eene wet om
de vrijheid van spreken en schrijven te
beperken en de overtredingen, zoomede
de opruiingen zelfs die, welke geene
gevolgen hebben streng le straffen.
De dagbladen prolesteeren krachtdadig
en doen de hatelijkheid der wet, door
jPourbaix aan Devolder ingegeven,
'uitschijnen; maar Sire leest geene Bel
'gische dagbladen; die uit Congo zijn veel
aantrekkelijker, en alweer teekrnt hij de
wet.
Sire, wij beginnen op te merken dal
de bekwaamheidskiezers ons den rug toe-
kueron. De groote sleden worden van dag
tot dag liberaalgezinder. Wij zullen een
groot getal van die kiezers afschaffen en
er eene nieuwe categorie bijvoegen, op
welke wij kunnen rekenen.
Sire hoort niet hoe die politieke deug
lïielu'ij door gansch hel land afgekeurd
werd; hij hoort niet hoe dc groote steden
prolesteeren, want er zijn belangrijkc-
berichten uit Congo gekomen, die gansch
zijné aandacht vergen.
Toch pakt hij naar de pen om te teeke
nen...
Wacht even, Sire; de wet moet nog ge
slemd worden.
Sire, wij, Beernaert en Devolder,
mintslejs uwer Majesteit, hebben met
fnouchards onderhandeld onschuldige
werklieden doen vervolgen, opruiers naar
liet Walenland gezonden, door tusschen
komst van Pourbaix, een revolulionnair
manifest door een werkman doen teeke
nen, dit alles om de vreedzame inrich
ting der werklieden ten gronde te helpen,
de volksklas tol geweld te drijven en de...
maatschappij le kunnen redden. Gautier
de Rasse heeft ons verraden! Gansch Bel
gië noemt ons nu het mouchards ministe
rie. Gelief, Sire, de afstelling van Gautier
de Rasse te onderleekcneu.
Sire onderteekent alweer.
Men ziel dat er daar knarzing der tanden
is als men de annalen en de gazelten leest.
Ziehier een staaltje der zitting van
Donderdag laatst, 5 December, o\er de
Mouchardskwestie:
Zou liet, dan toch waar wezen, dat een
grondwettelijk vorst
;s
31. Lejeune, minister van Justicie, maakt
eene vergelijking tusschen Pourbaix en CoR*
saert.
M. Bara. Deze was ook aan de Veiligheid.
M. Lejeune. Zij werden te samen ingelijfd.
31. Bara. Op bevel van den minister.
l)e Voorzitter. Onderbreek niet.
31. Bara. Het is onmogelijk van een minis
ter niet te onderbreken die geen woord
kent van zijn dossier. (Hevige onderbrekin
gen rechts).
31. Bara wordt tot de orde geroepen.
31. Lejeune. Waarom zooveel ontroering'
Verklikkers moeten immers verraden. W&t
ik gister heb veropenbaard komt uil de stuk
ken die inde Veiligheid gevonden werden
Wat heeft 31. Janson daarop te zeggen?
31. Janson. 3Vees gerust, ik zal niet zwij
gen.
31. Lejeune. Ik ben benieuwd.
31. Janson. Gij zult bij het wachten niets
verliezen.
31. Janson neemt het woord over de tot
orderoeping van M. Bara.
M. Lejeune.
de verklikkers.
31. Bara. GIJ ZIJT EEN LASTERAAR EN
GIJ LIEGT.
(Een lievig remoer onstaat bij de woorden.
De linkerzijde juicht toe met daverend hand
geklap, terwijl rechts gehalkt wordt gelijk
een leckenmachieiveeK hondenbende waar men met de zweep
zoude tusschen slaan).
De Voorzitter bedreigt de zitting te schor-
31. Bara verechtvaardigde
!sen.
En zijn we niet teruggegaan tot liet
jaar 1829 met dit verschil dat Willem jp Lejeune vraagt of het woord liegen
wordt staande gehouden.
31. Bara. Indien men zegt dat ik ver
klikkers heb verrechtvaardigd dan liegt men.
De ministers zijn veel te stout.
31. Lejeune. Het woord wordt dus niet
thans Leopold heel, en Van Maenen door
Beernaert is vervangen
TïEEJ
MI3LJGERT VOOR DIK
CONGO.
Men zegt dat liet klerikaal minislerie|'n»etro'<1;en; 's genoeJ> Aatl m'j blijft te
hel eens is met den koning om eerlang z'en wat m'i *e t*(>ea staat-
een nieuw wetsontwerp aan te bieden ten
van
einde den Congostaol eene
toelage
tien miljoen te verleenen.
Zou het alzoo zijn dat het ministerie
Pourbaix de al le groote goedwilligheid
van den koning wil afkoopen
Het zijn de belastingschuldigen die
daarover niet te vreden zullen zijn.
Het is nogal
dig in onze Bei
KAMERS.
kuricus wal er legenwoor-
dsche Kamers gebeurd
(De rechterzijde vindt die woorden zoo
prachtig dat zij toejuicht.)
De Voorzitter. lk houd de ter orderoe
ping van 31. Bara staande.
31. Janson. Als men zulk systeem als mi
nister heeft in zwang gebracht dan heeft men
het recht niet aan een lid der oppositie^
der eenige reden te verwijten dat het de vei
ligheid heeft verrechtvaardigd.
31. Eeman vali op zulke plompe boertige
wijze de heerenBaraen Janson aan,dat gansch
de Kamer den Gentschen hansworst met ge
lach begroet. Het ventje woelt u-s ecu btze-