STADSNIEUWS.
V 217.
2Öe Jaar.
Zondag, 23q Februari 1890.
Zondagsblad van Stad en Arrondissement YPEREN.
Men schrijft in:
Te Yperen, DIXMüDESTRAAT, 18, en op al de postbureelen van 't land.
Allenfïichen bij den drukker van dit blad gedrukt,
worden onvergeld in hetzelve geplaatst tot den dag der verkooping.
Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikelen
uiterlijk tegen Vrijdag middag, vrachtvrij en onderteekend, toe te zenden.
ABONNEMENTSPRIJS VOOROP BETAALBAAR:
2-50 fr, >s jaas's voor de «tad; 3 fr. voor gcbcrl Beigtï
Buitenlandsche verzendingen, 't port daarboven.
5 CENTIEMEN IIET NUMMER.
Aankondigingen: 10 centiemen den regel.
Reklamen: 2o id. id. id.
Rechterlijke eerherstellingen 1 frank id. id.
Akkoord per maand of per jaar.
ALLE MAN SOLDAAT
Dat is wel het grootste schrikbeeld der
moeders, die zoo ongaarne hare lieve zo
nen naar de kazerne zien trekken. Doch,
Alle man Soldaat, zooals de uitstekende
redenaar, Pol de Mont, het ons voorhoudt,
neemt uitnemend veel, zoo niet alles van
dat schrikbeeld weg .Hij bewijst de nood
zakelijkheid vaneene degelijke hervorming
des legers voor België, met te wijzen op
de gebeurtenissen tijdens den Fransch-
Duilsclien oorlog in 1870 en tijdens de
bloedige werkstakingen in 1886. Hij be
treurt het dat hel huidige kiesstelsel in
België nooit mannen naar de wetgevende
Kamers zenden zal, die vaderlandsliefde
genoeg bezitten, om alle partijbelang van
kant te zeilen en 's lands onafhankelijk
heid door eene stevige zelfsverdediging te
verzekeren;want men mag zich niet enkel
op de traktaten berusten.
Uit al de gebeurtenissen van gewicht,
die zich in Europa sinds ruim eene halve
eeuw voordeden, blijkt het ten duidelijkste
dat de waarborgende mogendheden ons
heel graag bij het in stand houden onzer
onafhankelijkheid willen behulpzaam zijn,
op voorwaarde,echter,dat wij onszelvenin
staat stellen onze onzijdigheid te doen eer
biedigen. En heeft Frankrijk in 1870 ons
niet duidelijk genoeg gezegd: «Wij willen
uwe onzijdigheid eerbiedigen, wel te
verstaan, zoo gij zelve in slaat zijt ons
daartoe te noodzaken
Men kome ons nu niet bedodden met
die onvaderlandsche en lafhertige taal:
van den persoonlijken dienstplicht voort- Vlamingen in bet vlaamsch opgeleid wor- van 60 lot 200 frs. 's jaars hun niet het
vloeien moeten. J'deiv erf de walen, door franschsprekendén minste voordeel kan doen, zij weten dat
De begoede jongelingen loopen in liet in 't fransch.
garnizoensleven geen grooter zedelijk ge
vaar dan onze burgers- en werkmanskin
deren. Integendeel, door het aanwerven
:hel stieltje van herbergier moeilijk nog te
Doch om dat model leger Ie kiimien ^ers'ec|llen is. dat de leden der familie die
hun zullen opvolgen en er dus hun dagc-
ini ichlen moeten onze jongelingen van ]ijkscll dan ooit zullensbii
kindsbeen af eene heel andera opleidingverdienen.
van meer ontwikkelde jongelieden, zou ontvangen hebben. In de school, door! 0 u u i -i
Sommige hadden op eene behoorlijke
het verstandelijk gehalte des legers veel liét verplichtend onderwijs en door wa-!som wrekend vóór het overnemen van
toenemen. De standen der samenleving pens- en schietoefeningen, moeten zij tol hunnen Café maar dat nieuw patent nog
zouden er versmelten en allen zouden meer den krijsdienst voorbereid worden. En eens, is oorzaak dat er weinig personen
niet binnen 20 jaar, maar dadelijk moeten'°P gebrekt zijn, met die verhooging van
België is in den huidigen toestand van
Europa niet meer verdedigbaar. Ja,
België is nog verdedigbaar en wanneer
wij op onze begrooting zien dut er jaar
lijks 45 miljoenen aan het leger gehangen
worden en dat het op onzen bodem kri
oelt van slruische, kloeke manskerels,
dan moet men wel verbaasd staan nog
mannen te hooren zulke taal voeren.
Om ons leger op een goeden voet lierin-
lerichten zegt de redenaar,moet de loting,
die bespottelijk en hatelijk is, en hij be
wijst zulks op eene doeltreffende wijze,
en de plaatsvervanging afgeschaft worden.
Hij wijst op de luttel kwade gevolgen en
veel, zeer \eel goede, die uit de invoering
achting en eerbied voelen voor hunne
wederzijdsche rechten. Daarbij de soida-
tenlucht werkt op de jeugd aller heil
zaamst.
Meer nog; wanneer het vaderland be
dreigd is, wie zou aarzelen zich rond de
driekleurvaan te scharen om dien dierba
ren grond legen de uitheemsche overwel
digers te verdedigen en er tot zijnen laat
sten druppel bloed voor te vergieten.
Voorzeker niemand van hen allen, die er
wij een goed leger hebben. Daarom drin
gen overgangsmaatregelen zich feitelijk
aan ons op. Als bloem en kern van het
iedereen gedurende eenige maanden onder
de wapens zou men, minstens gedurende
de 20 eerste jaren, eenige tienduizenden
van bestendige troepen of bijzondere korp
sen hoeven onder de wapens te houden.
Ziedaar de korte, ook al dorre, samen
vatting van leeraar Pol de Mont's rede in
jaarlijksche lasten, eene herberg duur
over te nemen.
tier opzijn den naam van Belg te dragen.|de Ligue te Brussel gehouden. Wellicht
Welnu, als die noodlottige omstandigheid za' de lezer hieruit kunnen opmakejï van
zich voordoen kan, dan moet men er zich welk eerlijk, edelmoedig, verbever
op voorbereiden en iedereen in staat stel
len zooveel mogelijk ter verdediging van
't vaderland bij le dragen.
Dus iedereen, elke weerbare man,moet
in de wapens geoefend zijn.
De uilgelezen spreker wikt en weeg1
dan eenige der bijzonderste legerstelsels,
die in Europa in zwang zijn, het aan de
vakmannen echter over latende te beslis
sen welk stelsel bet geraadzaams! en bel
doelmatigst in België zou ingevoerd kun
nen worden. Flij steunt er vooral op dat
er eene groote diensttijd verkorting moge
lijk is en den lijd, die nu door een gering
deel onzer jongelingschap onder de wapens
gesleten wordt, zou heel voordcelig door
allen kunnen gedeeltelijk afgedragen wor
den. De last ware veel lichter, de gelijk
heid volkomen voor allen en het getal
afgerichte manschappen ware wel drie
dubbel.
Hij doet ook uitschijnen hoeverre de
vlamiug, die geen fransch kent of ver
staat, achter den waal blijft, die al zijnen
tijd aan de studie der verschillige vakken
wijden kan, terwijl de vlaming dien be
nuttigen moet om eene vreemde taal aan
te leeren. De Vlamingen moeten dus, door
grootsch standpunt de uitstekende maS's
landsverdediging beschouwt en uiteenzet.
Die edele gedachten diende men onder ons
volk le verspreiden.
Dan, men mager van overtuigd wezen,
door het gezond verstand geleid, zou de
massa des volks zich van lieverlede aan
onze zijde scharen en ons in slaat stellen,
die hervormingen, waarbij hel volk zelve
voorzeker het meeste belang heeft, lot
tand le brengen.
Hel zij zoo! N. P.
HET PATENT OP DE HERSEHGEN.
Wie heeft da! patent in de Kana-rs voor
gesteld?
ledereen weet hel. 't Is ons Mouchards-
Minislerie.
Wie heeft dat patent gestemd?
Iedereen weet het nog; 't zijn de kleri
kale vertegenwoordigers, die in de vijftig
stemmen meerderheid hebben in de Ka
mers.
Zij meenden zeker dat zij, met dat pa
lent op de nieuwe herbergen, al de bazen
op hunnen kant zouden gehad hebben en
waren zij gelukt, zij zouden zeker die
Voegt daarbij dat de eigenaars wier
huizen altijd als bierwinkels gediend heb
ben, als zij nu ledig komen er maar in
't geheel niet meer van afgeraken, tenzij
op voorwaarde van de oude pocht van het
beloop van het nieuw patent le verminde
ren, ofzein bijzondere huizen te herschep
pen, hetgeen zeker veel kosten veroor
zaakt.
En zoo komt het dat de klerikalen, die
meenden in de kiezing voordcel uit dat
patentrecht te trekken, nu beginnen te
bemerken, dat zij zich bedrogen hebben.
En wat zien wij nu in al hun vodden-
gazeljes?
Het is om zich slap te lachen, ware bet
niet zoo deugnielachtig.
Zij durven beweren dat hel de schuld is
van de liberalen, dat zulk patent gestemd
is.
Zij moeten waarlijk benauwd zijn en
een klein gedacht hebben van het verstand
hunner lezers, om zulke brabbeltaal uit te
kramen en te hopen, ze le kunnen doen
aannemen door de kiezers.
Zij durven dus de verantwoordelijkheid
niet meer nemen vóór hel kiezerskorps
van de door hen gestemde wetten.
Zij moeten dus wel van de toekomende
nederlaag hunner bedriegersparlij over
tuigd zijn, om tot zulke domme en lage
middelen hunnen toevlucht te nemen.
Yperen, 22" Februari 1X90.
Brevet.
Door ministerieel besluit van 31 Januari
1890, heeft de heer P.-F. Casicr, wonende in
pluim op den hoed gesloken hebben, zij, de Hondstraat, nr 17, te Yperen, een uitvin-
de weldoeners der oude herbergiers!
Maar wat gebeurt er?
Deze ondervinden dat het nieuw patent
dingsbrevet bekomen voor een geperfec'.ionneer-
de svslema van bakkershoven.
DE TOEKOMST