1000 MENGELINGEN. stadsnieuws! flr 362. Zondag, 4n December 1862. Zondagsblad der Stad en bet Arrondissement YPEREN. BERICHT. «Liberale persche zeden 31c al it «i r Men schrijft in: te Yperen,Dixmudeslrait, 18,en op al de postbureelen. Alle affichenbij den drukker van dit blad gedrukt, worden onvergeld in hetzelve geplaatst tot den dag der verkooping. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdagnamiddag,vrachtvrij en onderteekend toe te zenden. Voor de aankondigingen buiten West-Vlaanderen, zich te wenden te Brussel bij V A pence Ilavas ,oü., Magdeleinesti of te'Parijs, 8, Beursplaals. ABONNEMENTSPRIJS VOOROP BETAALBAAR: 2-50 f«*. jaar» voor de stad; 3 fa*.tooi- Belgae. Buitenlandsche verzendingen, 't port daarboven., 5 CENTTÊ.WEN HET Nil'ÏStlEK. Aankondigingen: 10 centiemen den regel. Reklamen: 25 id. id. id. Rechterlijke eerherstellingen'1 frank id. id. Akkoord per maand of per jaar. De personen die een abonnement nemen op de TOEKOMST voor 1893, zullen, van heden af tot 31" Decem ber, ons blad kosteloos ontvangen. Inhoud der 20e aflevering. 462. Om spoediger rond verteld te zijn. 463. Een zwijuefeest. 464. Ko, de tafelknecht. 465. Eene drukfaut. 4(i6. Student en kleermaker. 467. 'T was toch 'nen vuilen zakdoek 468. De tweelingzusters. 469. Een onverwachter» ezel. 470. Hoe men leert. 471. De vriend des huizes. 472. Remedie om nooit geen dorst te hebben. 473. Eene voordracht. 474. Carambol. 475. Zij was ziek. 476. Brood snuiven. 477. Eene wedding om een mirakel. 478. Hoe hij dat toch kon raden! 479. Eene straf van Marietje. 480. Trouwen voor 2 franks. 481. Door haast. 482. Hij kou niet meer. 483. Het verstand in de broekzak. 484. Het brandt! 485. Een godvruchtige beer. 486. Hij pakt liever eene pint langs de route, 487. Hij volgde de remediën van den doktor niet. 488. Toen nog geld toe! 489. De cijfering van een student. 490. Om een kind te doopen. 491. Mevrouw Delfonteino. 492. Iemand doen verschieten. 493. Stelen om eerlijk te blijven. 494. Hooren en rieken. 495. Gebeten door een razende hond. 496. 'T is volgens het getal badgasten. 497. Eene karaf. 498. Het hoorntje aan de visietekaart. 499'. Zij trouwde met een man. 500. Zotten Kotten. 501. Het vierde element. 502. Hij zou wel gewild hebben. 503. Hij had het allang gezien. 504. Hij was verkoud. Yperen, 3n December 1892. Carcasson heeft wederom zijne gal uit gespuwd in het Journal d Ypres van Zaterdag jl. Ziehier hoe de rechtzinnige broodschrijver zich uitdrukt: In de vertooning der Vlciamsche Ster, die verleden Zondag in de tooneelzaal heeft plaats gehad, heeft een onzer vrienden, die zich toegelaten had deze openbare vertoo- ning bij te wonen, in eene openbare zaal gegeven, zich in de noodzakelijkheid be- vonden de zaal te verlaten t'einden het eerste stuk, niet zoo zeer om het schrikke- lijk spel der toonecliston, als ter oorzake ii der beleedigingen en verwijtsels van allen ii aard waarmede hij overvallen werd van wege een half dozijn liberalen, die inde zaal verspreid waren. Wij willen het feit niet waarnemen om eens le meer de wijze te elpen uitschijnen op welke do liberalen de vf riiraagzaamheid verstaan; maar wij verwittigen het bestuur der Ylaamsche Ster dat wij de weigering ii der tooneelzaal aan die maatschappij van de Stad zullen vragen indien dergelijke schandalige tooneelen van onverdraag- d zaamheid enbeestigheid zich moeten vernieuwen in de vertooning door haar op ii den schouwburg gegeven. Ouf! zooveel woorden zooveel leugens Ontleden wij eens dat gezeever en too- nen wij klaar dat Carcasson eenen slag van den molen weg heeft of zijnen gewo nen partijhaat wil voldoen om eene libe rale maatschappij le tergen Een onzer vrienden, zegt Carcasson, heeft zich toegelaten de vertooning der Vlaamsche Ster bij te wonen. Welnu, die vriend was Carcasson zelf, die, niet uit liefde voor liet tooneel maar om iedereen le trotseeren, zich in de laat ste plaats begaf waar hij, arme dwerg, niels zien kon, aangezien er reeds meer dan honderd personen vóór hem stonden. Is één Hij heeft zich verplicht gevonden de zaal te verlaten. Natuurlijk, als men niets zien kan is het zoo vermakelijk niet in een gedrang van volk te staan. Men heeft schoon op zijne teenen te staan, den hals uit te rei ken en zicii te rekken, als er niet een spleetje is, eindigt men met zich le ver drieten. Nochtans had Carcasson zijne kaart van reporter aangeboden in plaats van eene kaart van parterre, wij zijn verzekerd dal men hem toegang in de eerste plaats verleend hadde, en daar ten minste, had hij misschien eenen stoei ge vonden om zich te kunnen zetten ipf er op te staan) en hij zou alles gezien hebben. Is twee. Hij verliet dus de zaal, niet zoo zeer ter oorzaak van het schrikkelijk spel der too- neelisten Die zinsnede laten wij onbeantwoord, want wij en de honderden aanschouwers die in de zaal waren denken er anders over. Is drie. Als ter oorzake der beleedigingen en verwijtsels van allen aard waarmede hij overvallen werd van wege een half dozijn liberalen, die in de zaal verspreid waren. Welke waren nu die beleedigingen en die verwijtsels Na eenige inlichtingen genomen le heb ben bij geloofwaardige personen, verna men wij dat eenige aanschouwers elkan der hunne verwondering mede deelden hem daar te zien en tegen malkander zie denCarcasson is daar Is dit een verwijtsel 't Is immers zijn oor- logsnaam De beleedigingen bestonden hierin, dat men, ingezien zijne kleine ge stalte, hem het aanbod deed hem op te steken opdat hij goed zou kunnen zien, want men had medelijden met hem. En indien dit maar door een half dozijn libe ralen aangeboden wtfns, is Carcasson geen man genoeg om die liberalen te antwoor den als hun voorstel hem niet bevalt, of heeft hij maar moed genoeg om tegen de liberalen uit le vallen als hij verre van hen weg is, en siddert en beeft hij mis schien als hij er een van nabij ziet? Ten andere, er waren policieagenten in de zaal, waarom wendde hij zich lol hen niet die daar opzellelijk gezonden worden om de orde te handhaven?Of zou hij misschien willen dat de tooneebslen het tooneel verlaten om zijne gebulte majesteit le doen eerbiedigen Misschien ware dit niet slecht, maar zij wisten niet dat hij hunne vertooning met zijn geknobbeld persoontje vereerde. Daar hebben wij reeds vier, vijf, zes cn zeven leugens achtereen.. "Wij willen het feit niet waarnemen om ii eens te meer de wijze te doen uitschijnen DE TOEKOMST

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1892 | | pagina 1