K i e z i n g. 2 Maten en 2 Gewichten. Bericht. OUD-POMPIERS aan het publiek hoe verstandig deze lieve lingen zijn en de langdurige toejuichin gen dan deze geduurden zeker iedermaal eene halve uur? Het is jammer dat het onmogelijk is om ziel en lichaam te zamen naar den Hemel te dragen waarlijk zou Henrietje daar reeds zijn en zingen hoe hij op de aatrde menschen gek.... heeft Bij het nagerecht stond Henrietje recht op zijn cksterooge en stelde de gezond heid voor vau Z. M. den Koning. Hm sa hoe komt dat Hoe heeft Hen rietje alzoo den Paus vergeten Want iedermaal dat er bijeenkomst is van kalo- ten is het eerste woord van Paus, hunnen koning.Zou Henrietje misschien andere gedachten gekregen hebben Iedereen is er verwonderd over. De Paus, de ko ning er. God der kaloten, van wien zij zooveel ophef maken, en hem vergeten!! Hewel! waar gaan wij naartoe?!! 't ls wel dat de reporter van den Paus in 't avond maal niet was. Ten anderen, wij keuren heel goed dat onzen koning Leopold aan 't hoofd slaat van de heildronken liet is het recht en plicht van ieder Belg maar geen woord reppen van de Paus, dat is niet begrijpe lijk. Er moet daar iets achter schuilen; of drinkt men maar op de gezondheid van den Paus als er priesters tegenwoordig zijn? O! die lichtzinnige gedachten. Henrietje zegt verder, in antwoord van den onder-voorzitter der grrrroooote fan faren, dal de zaal een kunstwerk is.weer- dig van de Yperlingen gemaakt te zijn en te Brussel verdient te staan. (Eigen lof slinkt, zegt een spreekwoord). Zou men waarlijk een kunstenaar moeten zijn, om eene soost van kapel met spiegels te kunnen maken Mij dunkt dat er wel andere gebouwen in Yperen staan, waarover de ijpersche werklieden meer fier zouden mogen zijn. En zulke zaal zoude nog mogen in Brus sel staan? De Brusselaars zouden waarlijk ,eens ferm in de vuisten lachen, Om te eindigen, zegt Henrietje, ik stel de gezondheid voor van onzen weer den Burgemeester en breng hemde hulde van'onzen eerbied en genegenheid! Henrietje zegde dat zeker met een ver kropte keel? Want iedereen herinnert zich nog, in 1890, vóór dc eerste gemeente- kiezing dat de kaloten de naam van bur gemeester gaven aan Henrietje en als den tijd daor was, 't is te zeggen na de zeuring van 1° Februari 1891, men liever Surmont bad dan Henrietje. Wij heb ben alsdan over deze zaak veel gesproken. Surmont antwoordt, maar geeft weinig acht op de woorden noch bedankt Hen rietje niet; (wij gelooven dat Surmont wel gerust is in Henrietje.) Hij antwoordt op de onthaling der woorden en gaat voort met te zeggen dat iedereen de handelwijze goedkeurt van het tegenwoordig bestier!! Ja, Surmont. voor vele van uwe slep- pedragers, maar meestendeel die gedwon gen zijn te gehoorzamen, deze niet. En Surmont zal maar altijd alzoo voortgaan in de handelwijze van zijn beslier; hij wil zeker zeggen dat bij nog meer ontevrede nen zal maken met alles te vernietigen, te breken en te verkwisten Doe maar zoo voort, Surmont, en gij zult oogsten wat gij gezaaid hebt. Verders zegt bij nog dat hij den werk man aanziet als zijn evenmenseti en mits hij eerlijk en treffelijk is, moet bij als onzen gelijke behandeld worden. Er was zeker een rumoer in de zaal.als bij deze woorden uitsprak? want hoe dik wijls zijn de werklieden van do hand niet gewezen door de kaloten, als zij om raad, werk of al moes vragen Eu als wanneer dat Surmont zegt dat een werkman met vrouw en kinders gemakkelijkmet 9 fr. te weke, kan léven, dan moet hij niet zeggen dat zij gelijk staan met zijns gelij ken. Eindelijk drinkt hij op de gezondheid der Yperlingen, op den bioei en den voor uitgang der stad Yperen, en Henrietje was vergelen. Maar niettegenstaande dat Henrietje van den eenen kant vergelen werd, wordt hij van den anderen kant bewierookt. Hel Diieuirsblud geeft zijn portret in pliolo typi, omdat iedereen den niitdigen gever van dc grrrooote zaal der grrrooote fanfaren zou kennen. Terzelfder tijd zal bet publiek ook hem erkennen als een der mannen van 1" Fe bruari 1891. Verleden Zondag was het kiezing voor den Werkrechtersraad van 't arrondisse ment Yperen. Heeft men nog iets aar diger gezien Weinig, zeer weinig liberalen waren op de lijst geplaatst; ten anderen, niets was gereed, noch in orde om de stemming beoorlijk te doen geschie den. In ieder bureel heeft er eene reklaam ingediend geweest, om te protesteeren legen de handelwijze van dat goed, ver nuft, wijs katholi ;k bestier, dat wij mogen zeggen een vies karotelrekkers bestier. En de kaloten zullen zeggen dat alles rechtvaardig gegaan is. Zou Surmor.t mis schien denken dat hij hier de koning is, gelijk Beernaert de koning van 't land. Hij handelt juist alsof de oppermacht niets meer zou Ie zeggen hebben. Wat wilt gij? Als Surmont iets doet is het wel voor de hoogereoverheid en moet wel zijn voor de Yperlingen. Wij hebben verleden jaar eene leeke- ning gegeven dal de Ypersche kinders in slaap gewiegd waren en nochtans is het geen leugen. Wij weten nog den uitslag der stem ming niet. Ecnigen tijd geleden ontstond er brand bij een winkelier op de Botermarkt. Eenige burgers welke zich in de nabij heid bevonden, waren spoedig ter plaatse en, niets dan bunnen moed raadplegende, gelukten zij er in de vrouw des buizes en hare kinderen te redden en wierden dan met groote inspanning den brand meester. Dus, gelijk naar gewoonte, wierd den agent der verzekerings-maatschappij, den heer O..., verzocht een onderzoek in te stellen, ten einde de maatschappij in slaat Ie stellen de moedige burgers te beloonen. En, alhoewel de heer E..., rijtuigmaker, wel moed en zelfopoffering aan den dag gelegd had, wterd hij, door den agent, uit persoonlijken haat, uit de zaak gesteld, ten einde hem te beroven van de belooning hem door de maatschappij als redder toe gekend. Wij laak en de handelwijze van dezen agent die op zoo eene laffe manier zijne wraaklust voldoet en prijzen den heer E. om zijne schoone daad, die nog veredeld, daar zij geschied is zonder belooning. MAATSCHAPPIJ van Yperen. Zondag 10 December, van 12 tot 1 ure, in de groote zaal der Balie, zal er een concert plaats hebben, ten vocfrdeele der Oöslendsche familliën, slachtoffers der laatste stormweêrs die gewoed hebben over onze kusten. Gedurend het concert zullen twee Oös lendsche visschers, in hun zeekostuufm, eene omhaling doen. ji-

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1893 | | pagina 2