Veujine, 23 October 1878. 1774. jaar. >3 34e Dit blad verschijnt den Woensdag, onmiddelijk na de graanmarkt. Inschrijvingsprijs. 5 fr. ’sjaars; met de post S fr. Annoncen 20 cenlinien per regel. andere houding aan een dagblad dat nogtans het nieuwe regiem niet vijandig is. Er zijn weinig landen, zegt dit blad, waar men zich, in theorie, meer dan bij ons bezig houdt met het openbaar onderwijs. Men zet zelfs van tijd tot tijd een stap op hel praelisch gebied alzoo heeft men eene wet gestemd om het on derwijs verplichtend te maken. De geldelijke toestand onzer gemeenten maakt die wet onuit voerbaar, doch niettemin bestaat de wet, als eene onvergankelijke getuigenis van de moderne denkbeelden onzer wetgevers. Wij bekennen dat wij veel bewondering ge voelen voor die behoefte om de boeren te leeren lezen; doch wij zullen vragen of het niet zou betamen hen eerst le leeren eten, want, zooals liet nu gaat is het stellig dat zij, bij gebrek aan gewoonte, verleerd hebben hoe men eet en hoe men de spijzen verteert. Het volk onderwijzenedele zending. Een ieder houdt er zich meê bezig. Hem te eten ge geven en hei» toelaten wat beter te leven dan de honden, daaraan denkt niemand. En nogtans, wij hebben het meer dan eens gezegd, de toe komst van Italië berust in den builen en niet binnen in hel paleis van Monleciletio. Wij hebben hier onder de oogcn eene offi- cieëele brochuur van eenige bladzijden, welke voor ons honderdmaal meer beteekenis en waar de heeft dan al de lijvige verslagen, welke ieder jaar in de beide Kamers werd opgemaakt. Dat heet La pellagra della provincial di Mentova, rela tione della tommissione provinciale. Men nemo in aandacht dat de feiten in deze brochuur aange haald niet eigen zijn aan de provincie Mantua. De pellagra is eene ziekte die wellicht eigen is aan deze en aan de naburige provinciën, maar de verschrikkelijke toestand van ellende en verwor penheid, waarin de landlieden verkeeren, is gemeen aan de drie vierden van Italië. De pellagra is eene verschrikkelijke ziekte, voortkomende van liet bovenmatig werken, het gebruik van slecht voedsel, kortom van eene uiterste ellende. In 1856 waren er in Lombardië 30,000 personen ziek van de pellagra, vandaag zijn er 40,000. Men ziel dat de plundering der kerkgoederen en de verkoop der kloosters in 't geheel geen overvloed heeft gebracht in de streken waar die goederen gelegen waren. Humbert I heeft geene reden om zich daar over te beklagen. Men bewijst hem zelfs eene groote gunst door zoolang le wachten van tol hem te zeggen Heer opperhoofd der uitvoe rende macht, wij hebben uwe diensten niet meer noodig! De Italiaansche linkerzij en het ministerie dat er uit is voortgesproten zijn volbloed repu blikeinen. De eerste minister, M. Cairoli is een veteraan der republikeinsche partij. Waarom wachten zij dan om de brug over te gaan? Om dat zij vreezen dat langs den anderen kant der brug de grond nog niet vast genoeg is. Indien de Fransche republiek zich recht houdt, zegde onlangs een politiek persoon, die opgekomén is met de verandering van den toestand, in 1870, zullen wij den eenen of den anderen dag dien strooien Honing kunnen over boord wer pen. Voor het oogenblik vreest men dus dat de vrucht nog niet rijp is; men vreest de beweging der socialisten en nihilisten, welke zich van uil Duitschland lot in het diepste van Rusland uil- breidt. Frankrijk is het eenige land dat zich daaraan niet stoort, doch Italië oordeelt zich nog te jong om zulk een waagstuk aan te gaan. Overigens bestaan er elementen van scheu ring lusschen de verschillende declen van bet rijk, Turijn schrijft zich de eer toe Italië één ge maakt te hebben, doch het is Napels dal op dit oogenblik hel schiereiland regeert. Wat zou er in zulke omstandigheden gebeuren, indien men van het koningdom lol de republiek moest over gaan? Een tiental dagen geleden zegde nog een der bijzonderste organen van het ministerie dat de vernietiging van de Italiaansche eenheid I. zeker zou zijn. Het gouvernement moet daarenboven afreke nen met de godsdienstige kwestie. Het is stellig dal de 11. Vader voornemens is vriendschappe lijke betrekkingen aan te knoopen met de mo gendheden. Zijne pogingen schijnen zelfs met goeden uitslag le mogen bekroond worden. Wellicht zullen Engeland, Duitschland, Zwitser land en Rusland eerlang op goeden voet staan, met het Valicaan. En welke zou de uitslag zijn van die herstelling van den godsdienstigen vrede? Dat Italië alleen voor gansch Europa in vijandschap zou zijn met den H. Stoel. Welnu, men vreest dal de goede uitslag der onderhan- delingen van den Paus, juist invallende met den overgang van het koningdom tot de republiek, eene tusschenkomst der vreemde mogendheden of eene scheuring zou kunnen verwekken. Men verwacht zich echter bijna algemeen aan eene aanstaande krisis. Het ministerie Cai roli heeft geene meerderheid meer in de lin kerzij en de rechterzij verkeert in slaat van ont binding. Haar aanleider, M. Sella, heeft geen programma meer. Overigens is er weinig aangelegen of het bewind aan de rechter-of aan de linkerzij toe behoort. De vijandelijke toestand van Italië tegenover de Kerk zou niettemin voortduren. In den beginne vonden de republickeinsche denkbeelden weinig ingang bij de lagere klas sen. Doch het slechte voorbeeld heeft vruchten gedragen en thans is er geen dorp of gehucht waar geen rcpubliekeinsch comileit beslaat. De Secolo, rcpubliekeinsch dagblad van Milaan, wordt op meer exemplaren getrokken dan de tien bijzonderste dagbladen der monarchie. De naam der republiek is op alle lippen. Het oogenblik nadert waarop de republiek als van zelfs de plaats van het koningdom zal innemen, zonder dat iemand het zal kunnen beletten. En bel zal geene omwenteling zijn zooals in 1830, in 1818 of in 1870; hel zal zoowel ten gevolge der verdeeling van den eigendom als van de Er is niet eén vijandschap lusschen Kerk en Slaat de vernieu wing zijn der bloedige tooneelen welke in 1793 de wereld met schrik hebben geslagen. Wil men thans, na een oog geslagen te heb ben op den polilieken toestand van het ééne en vrije lialie, ook eens weten hoe hel er met de stoffelijke belangen der bevolking gesteld is, men leze de volgende uittreksels uit de Italië, Al de dagbladen van het land, die niet aan het ministerie verslaafd zijn, vallen uit tegen bel nieuw projekt, van militaire hervorming dat de liberalen ons gaan opdringen. Volgens wel ingelichte bladeren is het tegen woordig voorstel slechts een begin. Zoo haast de tegenwoordige wet zal in voege zijn, zal men eenen pas verder gaan tol dat wij geheel en al op zich Pruisisch geranseld en gepinhelm zul- zijn. Is bet niet verschrikkelijk van te denken dat een klein en onzijdig landje, hetwelk nooit geenen oorlog kan of mag maken, hetwelk alles bezit wat noodig is om rijk, voorspoedig en ge rust te leven, dat ons schoon vaderland op zulke wijze onder de lasten moet gebukt worden? Ziehier hoe zich het Fondsenblad van Gent uit drukt Acht jaren lang zullen ai de jongelingen van beneden de 28 jaar en welke niet in hel actief le ger dienen, jaarlijkse!» gedurende 4o dagen, dat is bijna zeven weken in de kazerne moclcti over brengen. Het zal natuurlijk in den zomer zijn, tijdens het werk op den akker, dal de oproeping zal plaats hebben; al de mannen beneden dc 28 jaar zullen mogen bun werk laten staan en, zonder een dag uitstel, naar de kazerne vertrekken. Hel werk dat begonnen is zal maar moeien wachten tot dat de jongens lerugkceren. In de fabrieken, werkbuizen en tiijverheids- gestichlcn zal die jaarlijksche oproeping de grootste stoornis te weeg brengen. De mannen van 20 lot 28 jaar zijn juist de kern van hel ar beidend personeel van eene fabriek of werkhuis. l?c toestand in Italic. I Het is thans acht jaren geleden dat Victor- I Emmanuel, vader van koning Humbert, door .allerlei middelen en met behulp der revolution- nairen van alle partijen, erin gelukte al de Staten van het Italiaansche schiereiland onder zijnen scepter te vereenigen. Het is niet zonder belang eens een oog te slaan op dat zoogezegde eene Italië en den toe stand eens le onderzoeken van het koninkrijk dat Victor-Emmanuel als erfdeel aan zijnen zoon beeft nagelaten. Ziehier hoe een Parijzcr dag blad dien toestand beoordeeldt Men zou allicht denken dat in dit nauwelijks gevestigde koninkrijk, door de liberale drukpers van Europa zoo hoog opgevijzeld, eene groote genegenheid heerschi voor het koninklijk stam- fhuis, en dat de meerderheid der politieke man nen er koningsgezind is. Dat is nogtans eene dwaling. •r De feesten van 20 September laatstleden, verjaardag der overrompeling van Rome door ■de troepen van Victor-Emmanuel, leveren daar van een duidelijk bewijs. Die feesten waren eene uitmuntende gelegenheid om, te midden der binnen- en builenlandsche verwikkelingen, waarin hel nieuw koninkrijk zich bevindt, de •eensgezindheid en de liefde der bevolking tot het koningdom te toonen. Wal is er gebeuld? De sprekers, die bet woord voerden aan de Porta Pia, en waaronder zich prins Ruepoli, syndic van Rome, bevond, hebben geen enkel woord over den koninklijken persoon gesproken; daarentegen spraken zij veel over de democratie, dal wil zeggen over de republiek. De bevolking onthield zich zorgvuldig van elke botooging. Er werd geen enkel vlag uit gestoken, geen enkel lichtje gebrand, geen enkele vreugdekreet gcuit en de dag ging voor bij in de grootste onverschilligheid. Wal de dagbladen betreft, daar is even min een bewijs van koningsgezindheid te vinden. Men leze de Opinioue, de Perseveranza dc A’u- zione, dc Liberia, de Diritto enz. allen partij gangers van het ééne Italië, en men zal nauwelijks bemerken dat lialie dooreen koning geregeerd wordt. De oorzaken van dien toestand worden door bevoegde personen van verschillende denkwijze, •uitgelegd als volgt Humbert I is minder volksgeliefd dan Victor- Emmanuel, om redenen welke te talrijk en te verschillend van aard zijn om ze hier al te ver melden; doch het feit wordt niet betwist en dat is voldoende. Als kroonprins liet hij ge biedende en geweldige neigingen blijken de ondervinding der gebeurtenissen en dc verant woordelijkheid van het gezag hebben echter die neigingen gematigd. Nauwelijks had hij den troon beklommen, of hij zond zijne groetenis en zijne hulde aan den Paus, dien hij vroeger, men vergeve ons de uitdrukking beloofd had onmiddelijk le zul len aan de deur zetten. Hij zet deemoedig de grondwettelijke politiek zijns vaders voort, al hoewel hij die politiek, ondanks zijne vijandig heid met den II. Stoel, weinig genegen is. Doch, dit punt verdient de aandacht, het rs hem volstrekt ónmogelijk eene andere houding aan te nemen. Toen de geheime maatschappijen, vrijmet selaars of carbonari, zooals men ze noemen wil, de eenmaking van Italië begonnen te onder nemen, waren zij zoo rechtzinnig of zoo stout moedig aan Victor-Emmanuel te verklaren, dal het huis van Savoie niets anders was dan eene brug bestemd om Italic van hel Koningdom tot de iepublick te doen overgaan. I Italiaan aan wie dat onbekend is. Daarom is liet dat hunne ministers, nu zij verlost zijn van den persoonlijken band die hen vaslhechltc aan den Koning, die zwak en ge waagd genoeg was om eene dergelijke zending aan te nemen, thans het gansche gezag lot zich hebben getrokken. Rechterlijke eerherstellingen 1 fr. Een nummer IS cent. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 20 fr. het 100. Men schrijft in bij BONHOMME-RYCKASEYS, drukker-uitgever, Zwarte Nonnenstraat, Nr 4, te Veurne. 7

HISTORISCHE KRANTEN

De Veurnaar (1838-1937) | 1878 | | pagina 1