I
I
5
38e jaar.
iV 5977.
Dit blad verschijnt den Woensdag, onmiddelijk na de graanmarkt. Inschrijvingsprijs. 5 fr. 'sjaars; niet de post G fr. Annonce» 20 centimen per regel. Do -noote letters
Men schrijft ons heden uit Bevcrcn-op-
dcn-User
Niets is veranderd in Veurnambacht.
Wij hooren nog alle dagen dat liedje
zingen van bedriegers of bedrogene on-
noozele menschen. Zij zeggen wel niet
openlijk en met dezelfde woorden
niets is veranderd, maar ’t komt
toch altijd op ’t zelfde uit die mcnsch
officiële schoolmeester, wel te ver
slaanleert daar niets dat slecht is, zij
loeren daar den catechismus gelijk vóór
de wet, en andere dommigheden van
de onnoozele menschen geern geloofd,
omdat het geuieadommigheden zijn
Maar, a propos van niets is veran
derd, o 'k stel eene vraag
't W; s hier immers het geval dat moed en
zelfopoffering alles vermogen. De Blauwe
Zusters hebben hun voorzeker vele moeite
en ruzie moeten getroosten in het aanleeren
dier liedjes en kleine vertooningen, maar
dal alléén geeft het schoonste bewijs van
hunne zelfopoffering; daarbij hebben zij die
gelukkige onderscheiding gemaakt tusschen
liedjes en stukjes die onder het begrip val
len der kinderen, cn andere die vreemde en
onbekende zaken aan jong verstand der
kinderen voorstellen. Spreekt aan een kind
van liefdadige werken, van eenen engel cn
en den boozen geest, of ook nog, spreekt
hem van t enen boer die zaait en maait cn
dorscht, het kind zal u verstaan, zal weten
waarvan gij spreken wilt. Indien men dan
zulke onderwerpen neemt om er kleine vei-
tooningen van te maken, de kinders. met
die eenvoudigheid en die onbeschaamdheid
eigen aan hunne jaren, zullen gemakkelijk
in state zijn om u een aangenaam tijdver
drijf te verschaft’) n. Die cn gclijkdanige
onderwerpen hadden uitgekozen geweest,
en alzoo hebben de Blauwe Zusters er in
gelukt om met die kinders eene alleraange
naamste feestc te geven.
Eene derde prijsdeeling was zondag voor
de knechten der lagere school.
Wij zijn gelukkig van te mogen zeggen
dat de leerlingen in het spreken en spelen
eenen groolen stap vooruit gedaan hebber..
Van de jare waren het niet slechts alléén- en
tweespraken, maar de kinders hebben ons
van dezen keer vergeestigd met een klein
blijspel, waar men loonde dat eenen char
latan altijd verkennelijk is aan zijne grooto
klaps en zijn beslag.
Wij lu bben ook met belang de aanspraak
aanhoord van den ondermeester Bruwaert,
waarin hij zoo wel zei dat de ongelukswet
nog niet geheel en gansch toegepast en
wordt uit veeze van volstrekt geene kinders
meer te hebben, en dat men
aan ergere dingen moet verwachten, als de
nieuwe anlipasloors en antipastooressen uil
de nieuwe normaalscholen zullen gekropei
den naain der katholieken don verdienste
lijken heer Pinte te bedanken over zijnen
moed en zijne zelfsopoffering in hel op
voeden der jeugd. Is schoone van te
werken voor God en zijne Kerk, als men in
de volle kracht zijner jaren is: maar het is
edel, als men voor dien God en die Kerk
werkt gelijk een jongheid, als men zijne
krachten alreeds voelt begeven.
Wij bedanken hier ook de katholieken
van Veurne over hunne milde almoesen.
Er zijn meer kinders in de scholen dan over
jaar, en er zijn ook nog meer prijzen
boeken en kleedingstukken, toegestroomd
als over jaar. Bij de Eerw. zusters Annun-
ciaden alléén zijn er meer dan 300 klee
dingstukken uilgedeeld geweest. Als men
dat ziet, men moet zeggen dal er nog zeer
vele góe volk moet zijn in Veurne. Een
dingen alleen is te verwonderen, en 't is
dat de katholieken, onder politiek opzicht,
zoo weinig vooruitgang doen; en kan het
aan iets anders toe te schrijven zijn dan aan
de onvolmaaktheid der organisatie Wij
peizen van neen. Het volk is goed, maar
het dient bewrocht te worden.
Douimc praat.
’t Advertentie-blad, in antwoord zeker
op onzen artikel, heeft nog eens cenigc
kolommen overgenomen uit eene andere
geuzengazette, die de pretentie heeft de
zaak over de jaarwedde der onderpas
toors klaar uiteen te doen. Maar die
pretentie is op niets gesteund en ge
heel haar gezwetst komt uit op domoren
praat.
Inderdaad, de jaarwedde der onder
pastoors, zegt het blad, moet niet aan
zien worden als eene schuld, welke de
Staal aan de Kerk te betalen heeft! En
waarom? O ndat er een onfeilbaar libe
raal van 1831 bet gezeid beeft Daar
is geheel de reden; enden inboud van
het concordaat en de omstandigheden
te bewijzen 't geuzenministerie
maar moeten eene jaarwedde van 500 fr.
toeslaan aan de geuzenschoolmeesters
en de geiuitcmanlooide mamzels, en
hel zou zien welk smoelken zij zouden
trekken.
Men ziet dan, moest het gouverne
ment de jaarwedde der onderpastoors
verminderen, geheel het art. 117 der
grondwet zou op niets uikomen cn bij
gevolg geene reden van bestaaiijbobbon.
Zoo, de confrater is er nog keer
nevens. De opsteller van dit scherpzin
nig bladje zou bijgevolg wel doen wat
zinnelijker te zijn in den keus der arti
kels welke hij uit het Verbond en andere
j geuzegazetten wil overnemen; ’t zal een
I middel zijn om hem niet belachelijk te
maken en om alle dommigheden te ver-
I mijden.
l*r ijsdeelingen.
De voorgaande week was eene piijsdee-
lingweck de geuzen hebben de gedwon-
gin of verblinde ouders en kinders met
eenen boek of stuk goed trachten te paaien
of meer en meer te verblinden, en de katho
lieken, niettegenstaande al de geldelijke op
offeringen die zij reeds gedaan hadden, heb
ben nog liefdadig genoeg geweest om de
ouder» en kinders hunner scholen met eene
rijke belooning aan te moedigen in hunne
standvastigheid en hunne gehoorzaamheid.
De dinsdag was er prijsdeeling bij de
Zusters Annunciaden.
De feesln wierd geopend door eenen
koorzang die gevolgd werd door een drama
in 3 bedrijven. Dit drama verbeelde den
strijd van hel christendom in de eerste tij
den der Kerk tegen al wat barbaarse!) en
goddeloos was. Niettemin de Kerk zegeviert
in de bekeuring eener vorstelijke familie.
Het stuk, zoo welgekozen voor den heden-
daagschen strijd der zelfde katholieke Kerk,
wierd overtreffelijk uilgevoerd, en men
heeft bijzonderlijk en met reden, het ge
mak. de vrijheid en de natuurlijkheid in
spreken cn spelen bemerkt van de vorstin
en hare dochter.
Proficiat aan de jonge speelsters, cn bij
zonderlijk aan deze laatste; proficiat ook
ran de Eerw. Zusters die niet alleenlijk op
den eersten rang mogen slaan, zoo M. Ger
main sprak, voor wat het onderwijs aan
gaat. maar daarbij behendig genoeg zijn om
de kinders hunner school zulke sierlijke
vertooningen te doen geven.
Donderdag moesten wij gaan zien naar
Blauwe Zusters, cn, gelijk over ja; r, heeft
iedereen hem in die kinderfeest aiderbest
verzet. Hoe is het mogelijk zal men zeg
gen. dat kinders, waarvan de oudste nauwe
lijks 7 jaar tellen, binst twee gestegen uren
eene geheele zale volk bezighouden. Hoe
moeielijk het ook were, het was toch alzoo,
en zoodanig dat die kinders hunne ver
tooningen tot twee maal toe voor een ver-
scbillig publiek hebben moeten herhalen.
VrmE, 6 September 18&2.
Zekeren ouderdom; want zouder te
spreken van slechte boeken, indieii er
sommige gevaarlijk zijn voor sommige
jongelingen, zij kunnen ook slecht en
gevaarlijk zijn voor eenen jongen bi
bliothekaris, en bijgevolg, om dezelfde
reden zouden zij hem moeten, ontzeid
worden.
Inderdaad, neemt eenen jongeling als
bestierder der bibliotheek; neemt hem
in dien tijd op welken hel goed en het
kwaad aan zijn hert de overhand be
twisten, zet hem daar te midden van
slechte boeken, wat zal er van hem ge
worden? Hij zal die boeken lezen, maar
niet om liet welzijn van zijnen even-
mensch, maar om zijne eigene driften
te streden en te voldoen; hij zal ze le
zen, omdat hel zijn ambt is, maar hij
zal er zijn eigen bederf en zijn eigen
ondergang in vinden.
Die jongeling dan, mag die boeken
niet lezen. Maar als hij ze in cons
ciëntie niet mag lezen, hoe zal bij er
dan kunnen over oordeelen? Dal is een.
Ten tweede er worden bij de be-
stieiders van bibliotheken grondige
kennissen vereischt. Inderdaad, het is
den bibliothekaris opgeleid over de
boeken te oordeelen. Welnu, om over
een boek te kunnen oordeelen, moet
men hem kennen en zoowel kennen dat
men met zekerheid kan zeggen wien
zulke boek voordeelig, wien zulke boek
nadcel'g is. En fiat is juist geen kinder
spel; maar het vraagt eene groote
ondervinding, volkomene studiën en
eene aanhoudende werkzaamheid.
Dit zoo zijnde, hoe komt het dat men
hier te Veuitie tweegansch onervare jon
gelingen als bestierders der bibliotheek
heelt aangesteld? Hoe legt dat zich uil?
Elihliutliekaris zijn.
Dat is een ambt van do grootste aan
gelegenheid en vereischt diensvolgens
bijzondere hoedanigheden bij dezen die
het uitoefenen.
Dat bel een belangrijk ambt is, zulks
inoet niet bewezen worden het springt
in de oogen van alle lieden. is trou
wens de bibliothekaris die al de boeken
eener bibliotheek in Landen heeft, die
ze uitdeelt en te lezen geeft. Ja maar, in
eene bibliotheek zijn er verschillige
soorten van boeken daar zijn er die in
hun eigen slecht zijn, en deze boeken
mogen door niemand gelezen worden
zonder eene bijzondere toelating der ker
kelijke Ovciheid; daar zijn er die goed
zijn voor zulk eenen persoon en die
slecht zijn voor eenen anderen.
Welnu, wie moet daarover oordeelen?
En dat men niet zegge de bibliolhe-
karis moet dit hem niet aantrekken; bij
mag gelijk welken boek, gelijk wen,en
persoon te lezen geven. Dit ware rede
loos, omdat zulke handelwijze regel
recht zou strijden met het doelwit eener
bibliotheek.
Inderdaad. welk is het doelwit eener
Ifililiotheek? liet is toch zeker .niet het
vmzedeloozen eener stad; ’t is zeker
niet bet bederven derjonkheden; ’t is ze
ker niet hel ongeluk der huisgezinnen?
Neen, maar bel doelwit eener bi
bliotheek is verhevener zij is ingerichl
om deti ineusch te onderwijzen, om
hem aangename lezingen te vei schaffen
cn om zijn hert en zijne ziel met vaste
waai heden te voeden cn te versiereti.
Welnu, moest de bibliothekaris aan
Jan en alleman gelijk welken boek in de
banden steken, dit doel ware onbereik
baar, en de bibliotheek, in plaats van
goede vruchten, zou er slechte vóórt
brengen en den ond< rgang veroorzaken
van al wat treffelijk en eerlijk is.
Zoo oordeelen alle verstandige lieden
cn dit bevestigt de ondervinding. Inder
daad, wat heeft er de oorzaak gegeven
van de l’ranschc revolutie? Waren hel
niet de werken van eenen Voltaire, van
eenen Diderot, Bousseau, d’Alembert
die in de handen van hel volk gewor
pen waren. Welke is de reden nog
hedendaags waarom zooveel jongelin
gen den weg der deugd en der waar
heid verlaten, om aan hunne woelige
driften den vrijen teugel te geven? Zijn
het de slechte boeken niet? Ach! ja; Jen
’t is pijnlijk oin zeggen, maar velen heb
ben wij er gekend, brave kinders, die
de vreugde waren van hunne ouders en
wien eene schitterende toekomst tegen-
loeg; zij lazen gevaarlijke boeken, cn
ziet, hun verstand en hun herte wierden
bedorven, cn, van gehoorzame kinders
wierden zij wederspannig, verloren
hunne vocatie en brandden wierook
voor hunne schandelijkstc driften.
De keus van de boeker, is dan hoogst
noodzakelijk; daarom aarzelen wij niet
te zeggen wilt gij dien keus niet doen,
wilt gij de boeken uitdeden zonder de
hoedanigheden cn kennissen in te zien
van den vrager, vele beter zoudt gij
geene bibliotheek hebben, omdiesw.lie zij
eene pest ware voor de samenleving.
Zoo, indien de keus der boeken van
zulke groote aangelegenheid is, er volgt
daaruit dat deze die aan 't hoofd der bi
bliotheek zijn, in state moeten wezen
om op eene behoorlijke manier dien
keus te doen.
En wat is daarvoor noodig?
Twee zaken Eenen zekeren ouder
dom en grondige kennissen.
volgens plaatsruimte. Rechlcilijkc eerherstellingen 1 fr. Eeh’N’r 15 cent. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 20 fr.' het 100.
De Annoncen voor Belgie (ter uitzondering der Vlaanderen) en 't buitenland worden ontvangen door het Office uf. Pcbucité, Magdalenastraat, 46, te Brussel.
Men schrijft in bij BONHOMME-RYCKASEYS, drukker-uilgever. Zwarte Nonnenstraat, 4, te Veurne.
- -- -
in dewelke het gemaakt is geweest, en
de discussien van hel nationaal congres
zijn van kante gelaten; dit al is van
geene weerde.
Ten tweede,zegt het blad, «degrond
wet verzekert dc geestelijken eene jaar
wedde, maar geen enkel artikel dier
grondwet ontkent den wetgever het
recht ieder jaar de sommen voor de
eerediensten bestemd, te verminderen of
te veranderen; in andere woorden wil
het blad zeggen bel gouvernement heeft
het recht die jaarwedde te verminderen.
Wij zouden daarop kunnen antwoor
den dat dit leugens zijn, aatigezten do
wet van 1837, die niets anders is dan
de uitroeren de bekrachtiging van art.
117 der grondwet, de jaarwedde der
onderpastoors op 500 fr. heeft gesteld;
maar wij hebben liever te antwoorden
dal de vermindering der jaarwedde van
de onderpastoors verboden wordt door
den zin en deti inhoud zelvo van art. 117
der grondwet.
Inderdaad de loden van het congres,
die de grondwet hebben gemaakt, heb
ben door hun art. 117 eene volkomene
jaarwedde aan de onderpastoors geven
en niet een supplement var. traktement,
aangezien zij later de gemeente cn de
kerkfabriek hel recht toegekend hebben
de onderpastoors nog eene hulpsom too
tê slaan.
Welnu, indien het waar is dal de
leden van liet congres eene geheele
jaarwedde voor dc onderpastoors ge
stemd hebben, Ik vraag het u, boe zou
het gouvernement nu nog die jaarwedde
mogen verminderen, aangezien zij maar
eene onvoldoene jaarwedde is.
gansch toegepast
zïch voorzeker lol 500 fr. beloopt, en dat 500 fr. reeds
.•nrtiion nt< rtn 1 eene onvoldoene jaarwedde is.
j Dat 500 fr. reeds eene onbehoorlijke
.,-jn jaarwedde uitmaken, ware gemakkelijk
zijn. Wij kunnen ook niet nalaten van in t,n liewiiz.cn 't. rrAnzAnminicioi-iA zou
s
Den ai September 1882 zal de genaamde Maria»
Joanna-Cecilia Defever, geboren te Haringhe den
20 Augusti 1782, weduwe van Martinus Kockcnpoo,
binnen onze gemeente, haar 100-jarig jubelfeest
vieren.
De bibliothekaris.
Daar is haar doelwit.