DE KEMPENA^^ScÏÏ"
HET WILDE SVIEISJE.
État-Civil cTYpres.
Geweldig onweder.
'F to
s
s
Markten.
Ken gewfildig on weder is Donderdag
0nd der verledene week over onze
Whiten.
£)0 bliksem heeft geene schade in de
tad verricht maar het ging er anders
|e jn de omstreken en namelijk te
Dfielen waar ceu muldersknecht van
jfin heer Parret dood gebliksemd werd
n het oogenblik dat hij wilde zijne
feilen strijken. Verscheidene boomen
5jjn ontworteld geweest.
Tugschen Meeuen en Gheluwe werd
jene pachthoeve in brand gesteken
j0or het vernielend element.
ELSXIlt B'AiWERS stilt
maag- en buikpijn
Burgerwacht van Yper.
Sehieting van 8 Februari '1906.
BurghoA. 20 25 20 20 15 100
Dehollander H1' 25 20 20 20 15 100
Masschelein A., 5 25 20 25 20 95
GaimantA, 15 25 15 20 20 95
pinteion M., 20 25 15 20 15 95
Vaudevyver A., 25 15 25 15 15 95
Salooié A 20 15 15 25 15 90
Ferryn G 25 10 20 20 15 90
Koninklijke Maatschappij
der Vrije Kruislioog-chiillers van Yper
Maandag 12 Februari 1906
GEMENGD BLAZOEN
Hoog totaal, Thirifays Xavier.
Laag totaal, Vermeulen Henri.
Mtddan totaal, Lion, J.-B.
BALSA M, zuivere kina
wijn, verwekt eetlust.
INLEIDING.
II.
(4de Vervolg
Het Vertrek.
Van 's anderendaags vestigde zi<h Gas
pard Tavance, kapitein van den driemaster
de Geduchte, in de plantaadje van M de
Flessigny, met den jongen matroos üie
Humbert den brief van den abt R^'gis be
haudigd had.
Gaspard Tavance was leelijk in het volle
betr. k des woords, indien men kan zeggen
opeens volstrekte wij eleeiijk zijn, wanneer
in het aangezicht eene volle rechtzinnigheid
en een onverschrokken moed afstralen.
Het was een dappere, die bewijzen zijner
onversaagdheid gegeven had tegen de En-
gelschenen niets zoo vurig wenschte als
hun nog eens temogen bestrijden. Van zijne
kindschhcid af had de abt Régis hem geleerd
al zijn betrouwen te stellen op God, zonder
blozen zich tot de Ster der Zee te wen len
in het gevaar en de beloften te volbrengen
dis hij gedurende den schrik van het onwe-
der zou g daan hebben. Veel gezien en goed
gezien hebbende, sprak hij op eene leerzame
wijze. Gelijk het meestendeei der zeelieden,
beminde hij de kinderen, en hij legde er zich
aanstonds op toe om de gunsten der kleine
Dolorès te winnen.
hit was wel het bekoorlijkste kind der
wereld, en hu.ine liefde verblindde noch
Humbert noch Flaviana, wanneer zij het
me' alleen'ijk schoon achtten als de engelen
Jier verrukkelijke gelaatstrekken de schil-
e£s °P hunne schilderijen pogen af te
'chetsen, maar goed als de goedheid zelve,
vruolijk als een vogel. Haar medelijden voor
6 lijdenden deed alhaast de tranen uit
are schoons blauwe oogen vloeien hare
a'den openden zich gedurig voor de aal
moes. Niet één dag ging voorbij zonder dat,
a orès naar de plantaadje terugkeerde, het
J net een armen ouden neger, met een
eggeIoopen slaaf die de zweep eens mees-
s vreesde, of met uitgeh mgerde e.i naak-
6 lnderen van het zwarte geslacht.
I bediende hen met hare witte handjes,
zichr hen t00' na,erde haar liefelijk aange-
le van hun zwart wezen en sprak hun
laar betoovereml en engelachiig stem-
J-aao: 'n afwachting dat Norilla, da
a 111 die haar gevoed had, haar kwam
dr' !p'eil.om^at z'j a' de de'aars v<»n Islas
sin 'r' c'e plantaadje des graven de Fies-
Si?ny bracht
ernst' ^aar Norilla, antwoordde Dolorès
s 'Si ik heb eenen plicht volbracht.
Eenen plicht, nina, en wie gebiedt u
de woning uws vaders in een gasthuis van
oude negers en zieke kinderen te veran
deren
Het is ie Heer Jesus,Norilla.... herin
nert het u u niet dat hij. arm was en dat hij
tingeren koud had Indien ik ooital-
leen op de wereld was, verlaten gelijk de
kleinen die ik van de kust medebreng, en
wier vaders meesttyds door de tintoreras
verslonden zijn geweest, zou ik niet zeer
gelukkig zijn dat mij eene behulpzame hand
toegereikt is?. Zekerlijk gebeurt het mij
dikwijls eene soort van afkeer te gevoelen,
wanneer ik hunne lompen aanraak, maar
ik denkdat de ongelukkigen des Zaligmakers
broeders zijn, en aanstonds bemin ik hun
genoeg om hen te omhelzen Ofwel, ik
denk dat men mij ver, zeer verre in het
bosch te midden der rotsen gelaten heeft.
dat ik honger en dorst lijd.... dat ik ter hulp
roep, zonder dat men mij antwoorde en
hoezeer ik zou wenschen dat men voor m;j
doe wat ik voor die weezen doe.
Nina, nina, gij z jt eene kleine heili
ge een engel
Norilla, de engelen hebben vleugelen.
Nina, ik zie de uwe groeien.
Z°g het aan moeder niet. Norilla zij
zou donken dat ik ga wegvliegen naar den
hemel, en zij bemint mij zoo zeer, Norilla,
dat zij zou sterven indien ik sterven moest.
De mulattin drukte het kind in hare ar
men met eene bijna wiide teederheid 's
avonds, in het gezelschap verhaastte zij zich
de gebenedijde woorden van het kind aan
de dienstboden en aan de slaven der plan
taadje te vertellen En meer dan eens vloei
den tranen uit de oogen der zwarten, op het
gedacht dat de lieve ziel des kinds in teeder-
.heid voor de lijdenden en de onterfden uit
vaarde.
Somtijds, maar Dolorès bekwam
slechts die gunst als eene belooning, tr ad
zij in eene der hutten waar het avondgezel
schap vergaderd was. Op de eereplaats, op
eenen hoop welriekende boomtakken geze
ten, aanhoorde zij de eenvoudige legenden
die de oude vrouwen verhaalden, en de ge
schiedenis der Incas, die weleer dit land be
stuurd hadden in hare inbeelding wandel
de zij i.i de gouden hoven van Atahualpa of
drongte Cuzco in den tempel der zon, waar
van do he./gsels in zuiver goud waren. Hare
inbeelding vaarde bij die verhalen uit.
Zij liet zich nog de dood der duikers ver
tellen, welke door de mantas en de verstik
king omgekomen waren, en zwoer dat zij
nimmer zou peorlen dragen, aangezien die
peerlen zoovele menschenlevens konden kos
ten. Wanneer de zwarten en de oude wijven
hunne lege den uitgeput hadden, bad men
Dolorès te zingen. Het kind raakte met zijne
lichte vingertjes de snaren eener guitar aan
en, met zijn helderen kristalen stemmetje
zonghet eenen lofzang. Wanneer zij ophield,
a zoo rechtstaande, met hare schoone blauwe
oogen ten hernel gericht, hare kleine handjes
over hare borst gekruist, en in heur lang
zwart haar, als in eenen mantel, gehuld,
was zij /oos choon dat aldie haar zagen
hetzelfde gedacht hadden
Dolorès kan niet blijven Ipvert, zij is
te schoon, te goed en te volmaakt.
Van den dag af dat Gaspard Tavance en
zijn matroos Marszeil zich in de plantaadje
vestigden, vroeg Dolorès zoo dikwijls niet
meer om de avondgezelschappen der war-
ten te mogen bijwonen. Eene nieuwe stof
tot nieuwsgierigheid was haar aangeboden.
Marszeil wist historiën te vertellen die
anders belangwekkend waren dan de een
voudige legenden der oude negerinnen. Hij
sprak van zijne gevechten tegen de Engel-
schen, van de onweders die hij doorstaan
had, van de beloften die hij aan Onze-Lieve-
Vrouw had gedaan, van zijne bedevaarten,
die hij blootsvoets en met eene koord om
de lenden deed, eene keers van twintig
ponden in de hand dragende
Hij vertelde fantastische jachtpartijen,
wonderlijke vischvangsten, en deed voor
het lieve kind eene beschrij ving van .lieren
en planten die het in het land der droom
beelden vervoerde.
De graaf de Flessigny, ver van zich te
verzetten tegen die vooringenomenheid wel
ke Dolorès voor Marszeil gevoelde, moedig
de die uit al zijne krachten aan. Hij zou ge
wild hebben dat elke zeeman der Geduchte
een beschermer voor zijne dochter wier-d.
Het duurde niet lang eer h j eene leven
dige samenneiging voor Gaspard Tavance
opvatte. Dezelfde gevoelens van dapperheid
en liefde tot Fra krijk bezielden hen. Hum
bert's hart trilde van vreugd wanneer hij
met geestdrift van zijn vaderland hoorde
spreken.
Na acht dagen verblijf verlieten de graaf
de Fiessigny en Gaspard Tavance malkan
der niet meer. De eerste oppersturman der
Geduchte bleet met de inscheping eener
nieuwe lading gelast, en de kapitein dacht
slechts aan ééne zaak zich gedurende de
overvaert met het welzijn der gravin de
Flessigny en van Dolorès bezig te houden.
Eene schuit met sierlijke meubels gevuld
vervoegde de Geduchteen de kajuit van
den driemaster bracht if> 't kleine de sierlij
ke kamer der jonge vrouw te voorschijn.
Deze poogde het gedacht der scheiding te
vergeten door duizend noodzakelijke zor
gen.
Na aanvaard, ja zelfs gewen--cht te heb
ben eenen plicht te volbrengen waarvan zij
zooveel blijdschap voor haar, voor haren
ech'genoot en voor Dolorès verwachtte, ge
voelde de gravin de Flessigny haar hart met
droefheid bevangen.
Zij vreesde min de gevaren iter reis dan
de eenzaamheid waarin Humbert blijven
zou. Sed rt zeven jaren hadden zij malkan
der nooit verlaten welke beproeving voor
beiden Om zich te versterken trachtte zij
zich den huiselijker] haard voor te stellen
zooals hij twee jaren later zijn zou, wan
neer de markgraaf, door de kinderachtige
bevalligh-i 1 van Dolorès overwonnen, ver
genoegd van alles, vermoeid van de een
zaamheid, hun zijne armen zou openen om
hen te zegenen. Zij bekwam alsdan weder
den moed om te lijden, zij keerde kalm en i
glimlachend bij haren echtgenoot terug en
sprak over de reis met eene volkomene
vrijheid van geest.
Het was eene algemeene droefheid wan
neer men in de plantaadje vermoedde dat de
gravin de Flessigny zich met Dolorès van
Islas del Rey verwijderde.
In iedere Gkoias stortte men rechtzinnige
tranen
De visschers raadden dat de graaf zijne
visscherij ging verkoopen.
Wie zou er de nieuwe meester van wor
den Zouden zij ooit eenen vriend, eenen
beschermer vinden in den toekomenden eige
naar der grondstelling'
Men zou hen afkoopen als eene koopwaar,
men zou hen behandelen ais lastdieren. Een
medelijdende meester zou zich niet meer
over alles bekommeren, hij zou geene kinde
ren meer in zijne armen nemen waarv n
hij het peterschap aanvaard had.
De tintoreras zouden tie duikers mogen
verslinden en de mantas hen in hunne
plooien versmachten, niemand zou aan de
weezen en aan de weduwen denken.
De graaf had nog zijne inzichten niet la
ten kennen en reeds was de droefheid alge
meen.
Flaviana had talrijke dienstboden kunnen
medenemen, zij nam slechts Norilla.
Haar vaarwel aan de zwarten, daags
vóór hare inscheping, verwekte een zielroe
rend tooneel. De groote zaal, de oper.e
plaatsen der plantaadje werden geopend en
de slaven kwamen al weenend de hand hun
ner meesteres kussen. Met eene bewogene
bevalligheid bracht ieder duiker, ieder nege
rin de offerande der vriendschap, de op
brengst der herinnering vóór de voeten van
Dolorès.
Het waren vogelen met tooverachtig ge-
vederte, korven, in fijn stroó gevlochten
totoumasin levendige kleuren geschilderd
schelpen zoo glinsterend a's blormen rui
kers van welriskende kelken vliegen, zoo
schitterend als edelgesteenten.
Al die giften, met eene eenvoudige gene
genheid aangeboden schenen het welbemin
de, kind te zeggen
Kl-ine witte geliefkoosde meesteres,
vergeet onder de fransche lucht de arme
zwarten niet die gij vertroost hebt.
En Dolorès te midden dtzer bevallige gif
ten rechtstaande, scheen eene jonge konin
gin die de hulle harer ootmoedige onderda
den ontving. Zij glimlachte van genoegen
en zij gevoelde echter haar hart overstelpt
van opgehoudene tranen. Eindelijk, niet
meer kunnende weerstaan, sprong zij over
de bloemen en de korven heen, en viel in de
armen der weenende negerinnen.
Gij niet meer terugkomen, zeiden de
ze, gij nooit meer wedtrkeeren.
Dan hief Dolorès hare hand ten hemel en
zeide hun
Daar boven
Ja, daar boven in den hemel der oot-
moedigen, der armen, der noodlijdenden,
waar de barmhar tige God de zwarten en de
slaven verwacht daarboven, waar de
Maagd Maria de negerinnen toelacht die een
kruisbeeld op hare borst dragen, waar de
kl ine negert jes, die bet geluk gehad hebben
het heilig doopsel te ontvangen, hunneplaats
te midden der engelen vinden.
Donder en bliksem riep Marszeil uit,
die het einde van dat tooneel had bij ge
woond, ziedaar een kind dat mijn hart on
derst tebovendoetkeeren.zooals de windhet
doet met eene onbruikbaar gemaakte sloep...
Voor eenen niet zou ik weenen gelijk de
duikers de-s graven d Fiessigny en Mars
zeil heeft, nochthans nooit geweend mijne
waardigheid laat het hem niet toe
Wordt vervolgd.)
Déclarations du 2 au 9 Février 1906.
Naissances
Nuytten, Berthe, rue de Ziliebeke.
Wallaert, Oscar, chaussée de Lille.
Kaesteker, Gustave, Zaalhof. Staelens,
Marthe, chaussée de Ketnmel. Jonck-
heere, Madeleine, rue des Plats. Donck,
Etienne, rue du Lombard.
Mariages
Vereist, Gustave, terrassier, et Marvélie,
Sulonie, dentellière, tous deux a Ypres.
Houtens, Arthur, menuisier, et De Buysere,
Eiise, servante, tous deux a Ypres. De-
vers, Maurice, chauffeur au cherain de fer
vicinal, et Gesquiere, Irma, sans profession,
tous deux a Ypres.
Décès
Craeye, Alois, 59 ans, sans profession,
veuf de Astaes, Sophie, époux de Moncarey,
Régine, rue d'Elverdinghe. Verheye,
Elise, 3 jours, rue du Passage. Bui-
ckaert, Bruno, 84 ans, sans prof., époux de
Keppel, IsabeUe, rue de Lille. Techel,
Jules, 30 ans, journalier, celibatairs, rue
Longue de Thourout. Clarisse, Margue
rite, 1 an, rue des Plats. Verkamer, Al
fred, 40 ans, typographe, veuf de Landts-
heere, Géorgine, rue du Corbeau. De-
busschere, Marie, 45 ans, couturière,
célibataire, Cimetière S' Jacques. Van-
damme, Barbe, 73 ans, sans profession,
épouse de Swaenepoel, Frédéric, chaussée
de Poperinghe. Crepeele, Louise, 72
ans, sans profession, épouse de Desimpel,
Edouard, chaussée de Poperinghe. Alle
man, Marie, 64 ans, dentellière, veuve de
Wolters, Augusts, rue S4 Jacques. Le-
leu, Emma, 57 ans, dentellière, veuve de
Latour, Eugène, rue Longue du Marais.
Blanckaert, Francois. 71 ans, sans profes
sion, veuf de Pyck, Sophie, rue Longue de
Thourout. Durnez, Marie, 64 ans, négo-
ciante, veuve de Nolf, Charles, rue de la
Station Dequeker, Rosalie, 6S ans,
sans profession, veuve de Verbaere, Amand,
chaussée de Poperinghe. Paket, Clemen-
ce. 78 ans, sans profession, veuve de Stae
lens, Charles, chaussée de Ketnmel.
Matthieu, Désiré, 53 ans, commissionnaire,
célibataire, rue Courte du Marais.
u
4)
CL
s
a
a
O)
ts
a
s
u
A
O»
-8
CS
8
8
I Verkochte
kwantiteit.
Granen,
Tarwe
Bogge
Haver
Erwten
Boonen
Aardappels
Boter
Eiers.
Alost, 10 Febr. Tarwe, per 132 lit 50 c,
fr. 00-00 tot 00-00 masteluin, 00-00 tot
00-00 rotrge, 00-00 tot 00-00 havei, 00-00
tot 00-00, Aardappelen, de 100 kilos, 11-00
tot 12-00 boter, 3 kil., 9-48 tot 9-30 eieren
de 25, 2-50 tot 2-73. Hoppe, le merk, per 50
kil fr. 00-00 dito 1904, 00-00, 00 andere
merken, tot 00 00 tot 00-00. Vlas, 3 kil.,
0-00 tot 0 00.
Brugge, 10 Febr. Tarwe, 100 kil., fr.
18-25; rogge, 16-50; haver, 19-50; gerst,
18-00 zomergerst, 00-C0. Aardappelen, 100
kil., 10-25 tot 0-00 boter, de kil., 2-75 tot
0-00. Vlas, 1-43.
Kortrjjk, 12 Febr. Witte tarwe. 100
kil., 16-25 tol 00-00, roode id. 15-50 lot
00-00, rogge, 13-00 tot 00 00 haver, 100
kil., 16-50 tot 17-00 veldboonen, 00-00 tot
00-00, Geele aardappelen, 100 kil., 11-50 tot
12-00; roode, 11-50 tot 00-0. Boter, 1/2 kil.,
1-70 tol 1-78 eieren, de 25, 2-50 tot 2-65.
Koolzaadolie, 100 kil., fr. 53-50 tot 00-00
zijnzaad id47-00 tot 00-00 koolzaad, 00-00
tot 00-00 lijnzaad 00-00 tot 00-00 kool-
zaadkoek, 13-00 tot 00-00 lijnzaadkoek.
19-00 tot 21-00.
Suikenjeo fr. 13-00 tot 13-25 pellen,
00-00 tot 00
Kortrijk, 10 Febr VeemarktVerkoop
406 beesten.
Prijs per kilo, gewicht op voet Vaarzen 1«
klas, fr. 0-83 2e id 0-75 39 id 0-66.
Ossen le klas, 0-82; 2'id., 0-74; 3e ld.,
0-65 Koeien L klas, 0-74 2' id., 0-66 3e
id., 0-55. Stiers F klas, 0-80 2' id., 0-70
3e id., 0 64.
Wareghem, 10 Febr.— Men rekent per 100
kil. Vlas, fr. 95-00 tot 150-00 afval 28-00,
tot 52-00.
SCHIETING
AANGEBODEN DOOR HET GOUVERNEUR.
O
b
tm
Sm,
m
C/5
s- A*
Cl
O
OOOOOOOCD
0 20 10000000
i O
O E_
O 03
-c cl
ooooooo®^
<3-} TH -r-1 O O O ao
co
C/5
oooooooo
lOOOOOOOO
C/5
bfc
^5 O-
J2-
oooooooo
-r-< -TH -H O O O O
co
O O O O O O
O O O O O O -5*
00
T-<
tS3
C
03