Stadsnieuws.
dagTTlTs^ed.
Volksgezind weekblad der Vrijzinnige Vereeniging van Yper en het Arrondissement.
Donderdag, 25n April 1907.
Derde jaar. J\r 24.
De val van hel ministerie.
De twee amendementen.
Wal gaan wij
nog al liooren
De nieuwe Gouverneur
van Wesl-VIaanderen.
Onze Gemeenteraad.
Eendracht maakt Macht.
Verschijnende des MMonderdays.
Vires acijuirit eundo.
INSCHRIJVINGSPRIJS:
Voor den buiten Een jaar, Fr. 3-00.
Voor stad Een jaar, Fr. 2-50.
Men handelt bij overeenkomst.
Menigeen twijfelde er Donderdag
nog aan, na de stemming van het
amendement Reernaert, of de ministers
er zouden van onder trekken.
Zoo dikwijls reeds hadden zij met
hun ontslag gedreigd, zoo zij hun zin
niet kregen, zoo veel kaakslagen had
den zij zich door hunne eigen vrienden
laten toebrengen, zonder zich noch
tans terug te trekken, zooals. bij voor
beeld voor de wet op de spelen, voor
de wet op de zondagsrust, voor de wet
op de nieuwe forten en, onlangs nog
voor de Kongokwestie, dat men zich
afvroeg of de regeering nog wel eemge
waardigheid had en of men nu ook
niet moest gelooven aan een ijdel
kwakzalverachtig maar weinig veree-
rend gebaren.
En waarlijk, in 't begin der zitting
van Vrijdag, kon men gelooven dat de
ministers, ondanks het nieuw aöront
hun door hunne vuenden toegebracht,
zich nog aan hunne portefoelie gingen
blijven vastklampen Zelfs de vriende
lijke houding van den heer Hellepntte
tegenover den voorzitter, M. Schollaert,
gaf grond aan dit vermoeden.
Maar langs den anderen kant zag
men aan de v-ormiog van de groepen
langs de katholieke rechterzijde de
vijandschap tegenover het ministerie
zoo duidelijk algeteekeud dat de mi
nisters zich voortaan geene iliusie meer
konden inakeu.
Overigens, de stemming over het ge-
zamentlijke van de wet liet aan het
kabinet de Smet de Naeyer niet de
minste illusie meer over.
De wet op de mijnen, met bet fa
meus amendement Reernaert, bestre
den door de regeering, werd aangeno
men met 84 stemmen tegen 32 (de mi
nisters en een deel der rechterzijde en
25 onthoudingen, leden der rechterzij
de.)
De ministers stemden dus tegen eene
wet welke zij zeiven voorgesteld had
den
Meer nog de wet werd opgesteld
door minister Francotte... en hij stem
de er tegen.
Geen wonder dat zijne stemming op
spotgelach werd onthaald en dat men
hem toeriep a 't is belachelijk zijn
wij hier in 't zothuis
Nu was toch de maat vol. Voor het
land en voor gansch de wereld in zulk
een potsierlijken toestand gebracht,
verlaten en bespot door zijne eigen
vrienden, bleef er het kabinetshoofd,
M. de Smet de Naeyer, niets anders
over dan de ontreddering en verdeeling
van de katholieke Kamermeerderheid
vast te stellen en het gezamentlijk
ontslag van het ministerie aan te kon
digen.
Onmiddelijk trokken de ministers er
vanonder, hunne portefoelie onder den
arm, terwijl men hun toeriep Goede
reis en de wind langs achter
Wij hebben Vrijdag avond kunnen
vaststellen dat het nieuws va*h den val
der clericale ministers in alle kringen
en in de herbergen met eene oprechte
blijdschap werd vernomen.
Men ziet er de voorbode in van de
algemeene verlossing
Wat hier in 't bijzonder dient vast
gesteld te worden, is dat het ministe-
,le de Smet de Naeyer eigenlijk niet
valt op een kwestie van grondbeginsel.
Men schrijft in bij den Uilgever, biximidestraat, nr 53, le Yper. De aankondigingen van
ganse!) helgië en 't buitenland evenals de Notariale en Rechterlijke aankondigingen mogen
gezonden worden ten bureele van dit blad. Men wordt vriendelijk verzocht alle hoege-
naamde artikels uiterlijk tegen Dijnsdag middag vrij en onJerteekend toe te zenden.
Wij geven verder den officteeleu
tekst der amendementen Boernaert eu
Van Oleemputte Op de aanvaarding
van dit laatste had minister de Smet de
Naeyer Woensdag, in de vergadering
der rechterzijde, de kabmetskwestie
gesteld.
En nochtans, men moet meer dan
advokaat zijn om eenig verschil van
strekking tusschen beide amendemen
ten te vatten. Het verschil bestaat meer
in de woorden dan in den zin en het is
in alle geval niet principieel.
Overigens, in de zitting van Donder
dag, eene voorgaande verklaaring van
zijnen collega de Smet de Naeyer ver
loochenend, riep minister Francotte
uit DAT DE RKGEER1NG NIET
WEIGERT DEN ARBEID VAN VOL
WASSENEN te beschermen.
Het is bijgevolg niet een kwestie van
princiep die den val van 't ministerie
bewerkt heeft. De oorzaak zit dieper
en zij is schamelijker voor de clericale
partij.
Het is de verdeeldheid, de afgunst,
de heerschzucht, ter eener zijde, de
lamlendigheid, de karakterloosheid en
de kromme sprongen van de ministers,
ter andere zijde, die ia de katholieke
rangen zooveel nijd en wederzijdsche
onderkruiping hebben doen ontstaan,
dat de ministers het niet langer tf/eer
konden volhouden.
Men mag zich wel aan eene clericale
herplaastering verwachten, waardoor
een nieuw katholiek ministerie zich
nog voor eenigen tijd aan 't bewind
zal kunnen houden, maar de scheur ia
er m en de verfoeide clericale over-
heersching -zal in de modder verzinken
tot algemeene vreugde en ontlasting
van 't land.
en dan zal de beiaard spelen,
van alle torentransen.
Ziehier den tekst van het amende
ment Reernaert
Art. 17. Teh einde te beletten
dat er misbruik wordt gemaakt van
de lichaamskracht der arbeiders, eu bij
gebreke van eene bijzondere wet be
treffende dit onderwerp, zal een ko
ninklijk besluit, gehoord den Mijnraad,
den Hoogeren Arbeidsraad en de be
voegde afdeelingen c^er raden van Nij
verheid en Arbeid, het dagelijksch
getal uren bepalen, gedurende welke
do werklieden ondergronds mogen ar
beiden aan de werkelijke ontginning
van brandstofmij nen in het Noorder
bekken.
Het amendement Van Gleemputte
luidt als yoigt
De regeering zorgt er voor, dat bij
de ontginning van mijnen waarvoor
vergunning is verleend voor 7 Februari
1905, de duur van den dagelijkschen
arbeid binuen in de mijn met schade
lijk zij voor de gezondheid der werk
lieden.
Zij beslist daarover bij koninklijk
besluit, na den ontginner te hebben
gehoord en het advies te hebben iuge-
wonnen van den Mijnraad, van de be
voegde afdeeling der Raden van Nij
verheid en Arbeid, alsmede dit van den
Hoogeren Arbeidsraad.
Het is voldoende den tek-t, van deze
twee amendementen van nagenoeg ge
lijke strekking te vergelijken, om te
begrijpen dat het maar een voorwend-
is om de ware reden van het ministe
rieel ontslag te verbloemen.
De ware reden is dat de clericale
partij zoodanig verdeeld is,d"at wij met
rasse schreden naar de outbinding
ga a u
Liberalen, maakt u vaardig tot den
strijd. Het uur vau de revanche en
den zegepraal nadert.
Vrijzinnige werkliedenen burgers,
hoog de blauwe vlag
Treffelijke menschen, luistert aan
dachtignaar de woorden van Dageraad,
een klerikaal gazet je van Rousselaere,
en print ze diep ui uw geheugen en in
uw hert Ziehier wat hij schrijft
Moesten wij overtuigd zijn dat er noch
hemel noch hei iswij zouden pakken, ste
len, roovenalles waar wij de hand kunnen
opleggen. Voor niels dal ons hel geluk de
zer wereld kan versperren, zouden wij
achteruil wijken tenzij voorloopig voor de
politie en gendarmen.
Wij richten ons nu tot alle treffelij
ke lieden want hier isgeen kwestie van
liberaal of klerikaal, - er is kwestie
van treffelijkheid, eu wij vragen
hun
Is het whI mogelijk,dat een men<ch,
met gezond verstand begaafd, zulke
taal voere Gij treffelijke man, tot
welke partijtot welken godsdienst gij
ook behooret, ga eens in uw hert on
derzoek uw geweten, en stel u de
vraag
Waarom moord ik niet Waarom
steel ik met Waarom laster ik niet
En uw geweten zal u antwoor
den Ik moord niet, ik steel niet, ik
laster niet, omdat moorden, stelen en
lasteren, diugeu zijn die slecht zijn, en
dat ik, voor nietster wereld,wetens en
willens, iets zoude willen doen dat
slecht is.
Zoo zal het geweten van ieder tref
felijk man spreken.
Er zijn nogthausgeweteus die anders
zullen spreken.
En welke gewetens zijn dat
Het geweten van den schelm, van
den deugniet zal antwoorden Ik zal
pakken, stelen, rooven, alles waar ik de
hand kan opleggen voor mets dat mij het
geluk dezer wereld kan versperrenzal ik
ach Ier uitwijkentenzij als ik gevaar loop
van betrapt en gestraft le zijn.
■De deugniet zal letter voor letter
spreken gelijk de opsteller van Dage
raad schrijft. Reide laten het kwaad
niet uit afkeer voor het kwaad, maar
uit vrees voor de straf, en bijgevolg,
beide staan op deuzelfden voet.
Ministerieel leven. Van al de minis
ters die de portefeuille van binnen-
landsche zaken verkregen, sedert 1830,
bleel M. De Trooz langst aan. Hij werd
minister den 5 Oogst 1899 eti bleel dus
6 jaar en 8 maanden minister. Na hem
komen Cli. Delcour, met 6 jaar en 6
maanden Alt'. VandeDpeereboom, 6
jaar en 2 maanden; R. Jackemyns, 6
jaar.
De politieke man die de langste mi-
nisteneele loopbaan had in Belgie, is
M Vandenpeereboom, minister van
spoorwegen en posterijen benoemd den
16 Jum 1884 eu aftredend den 5 Oogst
1899, 't zij na 14 jaar, eene maand en
eenige dageu in den raad der Kroon .te
hebben gezeteld.
M. de Smet de Naeyer is minister der
schatkist, sedert 26 Maart 1894, 't zij
gedurende 13 jaar en eenige dagen,
mits eene onderbreking van eenige
maanden in 1899.
AANKONDIGINGEN
Aankondigingen: 15 c den drukregel.
Raklamen 25 c. n
Rechterlijke aankondigingen 1 fr id-
De achturige arbeidsdag. De totale
uitslag der referendums ingericht on
der de mijnwerkers der kolenkommen
van het centrum. Luik, Charleroi, Bo-
rinage en Beneden Samber, omtrent
den 8urigen arbeidsdag, bedroeg voor
de 8 uren, 80,760 tegen 611 witte en
nietige stembriefjes 569.
Dit is een daverende kaakslag voor
den ex minister Francotte die in volle
Kamer durfde beweren dat de meer
derheid der mijnwerkers vijandig aan
de hervorming is.
De overname door den Staat van het
West-Vlaamsche spoor, is door de kle
rikale kandjdaten tijdens de laatste
Kamerverkiezing op schandalige wijze
g( ëxploiteerd geweest.
De katholieke kandidaten wisten
nocatans dat ze de kiezers bedrogen,
mits er van die overname niet eens
sprake was Men is zooverre, gegaan
feesten aan te kondigen die in Septem
ber moesten plaats hebben ter gelegen
heid van de inhuldiging van den staats
dienst. M. de Smet de Naeyer, eerste
minister, moest erbij aanwezig zijn.
M. de Smet is nu naar den politieken
kabeljauwkelder verhuisd en van de
overname des spoor wegs zal er in de
eerste drie jaren geene sprake meer
zijn Misschien duikt het ontwerp bij
de aanstaande verkiezingen tereg op.
De benoeming van baron Ruzette
tot gouverneur, heeft niet veel ver
rassing gebaard te Brugge en in de
provincie, daar ze algemeen verwacht
werd.
De jonge commissaris des Konings
voor West-Vlaanderen had zich sinds
het overlijden van baron Bethune op
die benoemiug voorbereid, want hij
die een der verkleefdste partijgangers
van M. Beernaert was, die werd aan
zien als een apostel der nieuwe rich
ting, wachtte zich wel ter Kamer te
verschijnen wanneer het er op aan
kwam openbare belijdenis te doen van
't nieuwe geloof
Baron Ruzette, geboren te Brussel
in 1866, studeerde te Leuven, waar hij
dokter in de rechten werd. Hij zetelde
tot 1902 in den provincieraad van
West-Vlaauderen en werd daarna naar
de Kamer gezonden.
Te Brugge stond hij bekend als de
boodschaplooper zijuer kiezers. In de
Kamer speelde hij een weinig schitte
rende rol en alleen bij de bespreking
der Autwerpsche forten, nam hjj stand
in een debat.
De jonkheer de Maere d'Aertrijcke,
die hem ter Kamer opvolgt, is zoo mo
gelijk ppgvönbeduidender en zal de
collectie Westvlaamsche genies als Pil,
Van Merris, Van der Huyden en Rey-
naert op waardige wijze completeeren.
In de maand October aanstaande
zal de'reeks die den 31 December
1907 uittreedt moeten herkozen wor
den.
M. Canepeel, bestuurder van het
openbaar slachthuis benoemd, is