Volksgezind weekblad der Vrijzinnige Vereeniging van Yper en het Arrondissement. Donderdag, 15n Aogusti 1907. 5 centiemen. Derde jaar. Nrs 59-40. De overneming der Spoorwegen van Wesl-Vlaanderen. Eendracht maakt Macht. er schijnende des Stonderdltf/s. Vires acquirit eundo. INSCHRIJVINGSPRIJS Voor den buiten: Een jaar, Fr. 3-00. Voor stad Een jaar, Fr 3-50 Men handelt bij overeenkomst. Men schrijf! in bij den Uilgever, bixfmidestraat, nr 53, te Yper. De aankondigingen van gansch België en 't buitenland evenals de Notariale en Rechterlijke aankondigingen mogen gezonden worden ten bureele van dit blad. Men wordt vriendelijk verzocht alle hoege- naamde artikels uiterlijk tegen Dijnsdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. AANKONDIGINGEN Aankondigingen 15 c. den drukregel. Reklamen 25 c. Rechterlijke aankondigingen 1 fr. id. (Vervolg- der redevoering uitgesproken door M. Nolf.) De achtbare verslaggever zegt het ons en ik ben het eens met hem Onze kusten nera6n van dag tot dag meer uitbreiding, zij trekken elk jaar een groeiend getal bezoekers aan, hetgeen maakt dat men de overneming van bet net van Vlaanderen mag aanzien als een natuurlijk gevolg der opofleriugen dat het land zich opgelegd heeft om onze nieuwe nationale haven in waarde te doen winnen Het is, Mijnheeren, eene reden te meer om het ontwerp te stemmen dat ons onderworpen is. Er is, voor hetgeen mij betreft, een andere reden die mij aanmaant eene bevestigende stem uit te brengen Het is dat ik hier gezonden ben door be volkingen die vuriglijk de overneming begeeren. Verscheidene malen hebben de volks vertegenwoordigers van West-YTaan- deren zich de echo gemaakt in deze Kamer, van de klachten der reizigers die verplicht zijn de lijnen der ven nootschap te ontleenen. Ret ware onbillijk te zeggen dat niets waard was in de uitbating onzer lijnen door deconcessionnaris vennoot schap. Men mag van haar zeggen, ten voordeele van deze, dat zij vele treinen ter beschikking van het publiek stel de. En de vergelijking te dien opzichte is ten haren voordeele wanneer men hare uuranwijzende tabellen met deze van den Staat vergelijkt. Het is te hopen dat onder dit opzicht niets zal veranderd worden ten gevolge dor overneming. Ik heb daarover vrees hooren uitdrukken en ik zou gelukkig zijn dezelve te zien vernietigen door eene geruststellende verklaring van den achtbaren minister der Spoorwe gen. Maar nevens dat voordeel, hoeveel hindernissen De Compagnie baat uit met rijtuigen die min gemakkelijk zijn dan deze vau den Staat beter nochtans dan deze gezegd lichte treinen. De afdee- lingen zijn slecht verlicht, slecht ver warmd in den winter. De treinen gaan maar tnet eeno tot wanhoop brengen detraagheid vooruit eindelijk de ge meenschappen zijn kwalijk ingericht. En het zij mij toegelaten aan te drin gen op deze laatste grief want bet is juist, omdat onze bevolking eene veran dering verhoopt onder dat betrek dat d6 overneming zoo gunstig onthaald wordt, bijzonderlijk door de bevolking van hot zuiden onzer provintie. Het zuiden van West-Vlaanderen is geheel overgelaten aan de uitbatingder Spoorwegen der concessionnaris Gom pa- gnie ook is de toestand die haar ge maakt is onder oogpunt der gemeen schappen met, het binnenste des lands, beweenlijk. De uurtabelleu der treinen komen bijna nooit overeen met deze van den Staat. De reizigers eens afgestapt te Kortrijk, waar zij de lijnen van den Staat moeten nemen, verliezen er een aanzienlijken tijd. Het is alzoo dat wij van Yper naar Brussel (langs Oudeuarde) dagelijks over vier treinen beschikken die ons toelaten de rechtstreeksche van den Staat te benuttigen te rekenen van Kortrijk. Het zijn deze die van Yper vertrekken ten 5 u. 4 m., 7 u. 53 m 10 u55 m 16 u. 59 m.. en aankomen de te Brussel ten 8 u. 10 m 11 ure, 14 ure 18 m 20 u. 30 m. Geen een dezer treinen is in gemeenschap niet deze van den Staat met den trein van 5 u 4 m. van Yper, is de stilstand teKortrijk van 41 minuten, met dezen van 7 u. 53 na., staat men 33 m te wachten, met deze van 10 u. 55, 38 minuten, met dezen van 16 u. 59 m 58 minu ten. Wij hebben twee goede treinen en het is al. De eene vertrekt uit Brus sel ten 8 u. 10 m., en komt ten 8 ure 47 m. te Yper aan de andere verlaat Brussel ten 9 u. 09 enkomtin de statie van Yper ten 11 u. 43 m. die treinen doen de reis in 2 uren 32 m. en 2 u. 34 m wanneer met al de andere treinen de duur van den overtocht van 3 u. 06 m. tot 3 u. 31 m. is. üuze gemeenschappen naar Gent en Antwerpen zijn even slecht behalve voor den trein vertrekkende uit Yper ten 16 u. 59 m en die in gemeenschap is met den rechtstreekschen trein 2933, hebben de reizigers geen voordeel van de rechtstreeksche treinen loopende tusschen Kortrijk en Gentzij moeten te Kortrijk eenen stilstand houden verschillende van 28 m. tot 1 u. 04 m. Bij den terugkeer iade toestand dezelf de, de stilstanden zijn van 24 tot 43 m. zonder te rekenen dat wij geen voor deel trekken uit zekere rechtstreek sche treinen, zooals deze het nr 2894 dragende,die uit Gent vertrekt ten 8 u. 18 m. en dezen het nr 2910 dragende, vertrekkende uit Gent ten 8 u. 47 m. Onze gemeenschappen naar Doornik en Henegouw zijn redelijk in het gaan behalve voor den trein die ten 14 u. 29 m. uit Yper vertrektendie de reizigers verplicht tot eenen stilstand van 1 u. 54 m. te Kortrijk. Maar bij den terug keer zijn de gemeenschappen slecht. Uitgezonderd de treinen die van Door nik vertrekken ten 5 u. 2 m. 's morgens en ten 16 u. 51 m. 's avonds, die in rechtstreeksche gemeenschap zijn te Kortrijk, doen de andere vijf treinen van den dag de reizigers eenen stil stand ondergaan te Kortrijk van 25 minuten tot 1 u. 45 in. Er is geen een behoorlijken trein om 's morgens te Ype>' aan te komen. Deze van 6u. 19 m. doet 56 m. verliezen te Kortrijk en de ze van 8 u. 33 m., 1 u. 19 minuten. Deze voorbeelden kunnen voldoende zijn. Welke ook de richting zij die de rei zigers nemen van Yper vertrekkende, dat zij naar Brussel gaan of dat zij zich naar Gent of naar Heuegouw be geven zij hebben bij het gaan gelijk bij het terugkeereu lange en vervelen de stilstanden te ondergaan in de statie van Kortrijk. Is het noodig te zeggen hoezeer deze toestand rampspoedig is en hoe rechtvaardig da protestatiën zijn van dezen die zich eiken dag op weg begeven en er de slachtoffers van zijn Indien men denkt aan het getal reizi gers die dagelijks onze lijnen ontlee nen, en het is talrijk, want het zuiden onzer provincie iszeer bevolkt en zijne inwoners zijn bedrijvig en werkers, hoeveel uren dagelijks verloren gaan Welke som van werk vertegenwoordigt dat niet t' einde het jaar Hot is gemakkelijk te begrijpen dat zulkdanig beheer verfoeid zij. Het is niet dat de reclamatiën en de protestatiën ontbroken hebben. Maar wat gebeurde er Wanneer wij ons wendden tot den achtbaren minister der spoorwegen, hij antwoordde ons Het zijn de com pagnies wier net weinig uitgestrekt is in Belgie die hunne uurtabellen moe ten toepassen aan deze van den Staat, zooniet deze zou belet wezen door de compagnies van allen vooruitgang te verwezenlijken. (Zitting der Kamer van 21 Maart 1905), en wanneer wij ons wendden naar de sociëteit der spoorwe gen van West-Vlaanderen, deze wierp de vorantwdbrdelijkheid van den toe stand op den Staat. Het is alzoo dat de achtbare Bestuurder dezer maatschap pij, wien eene klacht toegekomen was nopens gemeenschappen op de lijn van Yper naar Brmsel, deu 4 November 1905 schreef De gemeenschappen tusschen Yper en Brussel zouden kun nen verbeterd worden, indien de Staat de uren van aankomst zijner treinen te Kortrijk kon vereenzelvigen of dezelve veranderen. j> MLiebaertminister van financien. Het balspel is gemeen in België. [Gelach.) M. Nolf. In alle geval, de Staat en de Compagnie spelen het met veel behendigheid zij wierpen zeer wel den bal terug, maar het publiek leed en lijdt er nog door. Welnu, denkt dat de beweging der reizigers op onze lijnen, volgens de documenten zelve die ons gegeven zijn geweest, aangewezen is voor een cijfer van 3,337,721 fr en dat deze beweging dezelfde alle jaren is. De zaak verdient dus al de aandacht van den achtbaren minister der spoorwegen. De overuemitig zal dus voor ons dit nuttig uitwerksel hebben dat wij voor taan zullen weten tot wien ons te wen den. Wij zullen maar één persoon meer vóór as hebben, maar ik geloof geer- ne dat wij hem niet meer zullen moe ten interpelleeren, dat hij onze begeer ten zal voorkomen met recht te doen aan onze billijke eischen. De hulpmiddelen bestaan. Men heeft het gezegd de toestand zou reeds merkelijk kunnen verbeterd worden door eenvoudige wijzigingen te bren gen aan de uurtabel der treinen, door het inrichten van nieuwe treinen die door het publiek gevraagd worden. Maar het is zeker, van een anderen kant, dat indien men waarlijk goed werk wil maken, men zal moeten be sluiten-werken uit te voeren die zich met eene gebiedende noodzakelijkheid opdringen. De memorie van toelichtingen spre ken van werken die zullen moeten uit gevoerd worden. Wij lezen er inderdaad dat ouder de beweeggronden die pleiten ten voor deele der overneming, er deze is be trekkelijk de uitbreiding der weder- landsche betrekkingen tusschen Frank- ij k en de be'gische kust, betrekkingen dia het leggen van het dubbel spoor noodzakelijk maken tusschen Brugge en Kortrijk, om al de zekerheid te bekomen die noodig is voor de ex- prestreinen die heen en weer rijden tusschen Parijs en Rijsel van dea eenen kant. Oostende, Blankenberghe, Hejst van den anderen kant. Het is klaarblijkelijk eene beweeg reden, maar nevens deze is er eene an dere die ons meer ter harte houdthet is de verbetering onzer betrekkingen met het overige van het land. Daarom ware het noodig dat men op al de lijnen van West-Vlaanderen de noodige werken uitvoere, het is te zeg gen dat de Staat toestemme om de sporen te verdubbelen, daar waar de geweldigheid van den handel het ver- eischt. Het is het geval voor de lijn van Hazebrouck naar Kortrijk. Ik heb eens aan deu achtbaren mi nister der spoorwegen gevraagd welke de vereischte voorwaarden waren om het leggen van een dubbel spoor te be- komeu. Hij heeft mij geantwoord als volgt Er is geen wiskundige formuul om de noodzakelijkheid te bepalen de lij nen met eeu dubbel spoor te leggen, Er is rekening gehouden niet alleen van de belangrijkheid van den handel van elke geconsidereerde lijn, maar van de diensten die zij zou kunnen be wijzen aan het geheel der uitbating indien het tweede spoor er gelegd ware (vrijmaking van naburige sporen die te veel overlast zijn, enz.) In deze laatste jaren heeft men de volgende lijnen met een dubbel spoor gelegd Waveren - Leuven - Aerschot- Mortsel... M. Olaes. Men zou wel doen dat werk te voltooien. M. Nol/. Lier naar Herenthals, Ransart naar Gourt-S'-Etienne, Pepin- ster naar Spa en Marche naar Marloie, lijnen op dewelke wederzijds elk jaar omtrent 19,000, 13,500, 14,000, 11,600 en 14,000 treinen heen en weer rijden. De werken van dubbel spoor zijn thans bezig op do afdeelingen van Ta- mines naar Fleurus, Bomal naar Mar che en Rivage naar Comblain-au-Pont, elk jaar wederzijds doorloopen daar omtrent 11,900, 12,000 en 14,000 trei nen. Onder de te dubbelen lijnen mag men deze aanhalen van Herenthals naar Hamont, Antoing naar Peruwelz, Aerschoot naar Diest en Bomal naar Comblain-au-Pont, op dewelke weder zijds 13,000, 11,500, 9,600 en 14,000 treinen heen en weer rijden. Er volgt daaruit dat de handel-ma- ximum, aangehaald door den achtbaren minister van 19,000 treinen per jaar is. Lij nen zij n verd u bbeld geweest waar het verkeer van 11,900 treinen was. Welnu de lijn van Yper naar Kor trijk laat toe, zonder den buitengewo nen loop en bijzondere treinen te re kenen, een verkeer vau 19,345 treinen per jaar. Er zijn 53 treinen daags, bet is eenen der meest overlade lijnen van het net. Er dieat zonder vertoeven over te gaan tot de werken van Bchikking wel ke dusdanigen toestand toelaat en zon der dewelke geene verbetering zal kunnen gebracht worden aan onze correspondentiën naar het centrum van het land. Ik durf dus hopen dat de Regeering zich niet zal bepalen bij de werken alleen aangekondigd in de memorie van toelichtingen van het ontwerp. Een woord, Mijnheeren, over den toestand der agenten en der werklie den ten dienste der Compagnie. Het ontwerp, zegt het verslag, doet 234 beambten en bediendeu en 1,321 bezoldigde agenten deel hebben. Tot hiertoe is het personneel maar zeer weinig ingelicht op den toestand dat hem gemaakt is door de overne ming. Het vraagt om ingelicht te wor den. De achtbare minister zal begrijpen hoezeer deze begeerte billijk is. Er is eerst da kwestie van het ver blijf die tevens de beambten, de kan toorbedienden en de bezoldigden ten dienste der Compagnie bezig houdt. Vele onder hen hebben den wensch uitgedrukt behouden te worden in hun tegenwoordig verblijf. De kwestie is niet zonder belang. Een zeker getal agenten dri j ven han delanderen zijn eigenaars vau hun huis anderen wonen bij hunne ou ders anderen hebben schikkingen als huurder genomen en alles aangewend om eene vaste woonst te behouden. Verplaatsingen opgedrongen in zul ke voorwaarden aan agenten, die bij hunne aankomst in den dienst der Compagnie, hebben kunnen rekenen dat zij eene vaste woonst zouden be houden, in dezelfde provincie, met ai CALIH

HISTORISCHE KRANTEN

De Weergalm (1904-1914) | 1907 | | pagina 1