Het Gestolen Kind,
Mengelwerk. 13)
En de ministerieele
omzendbrief
Vlaamsch loooeel.
Liberale Jonge Wacht,
Hofbouw Maatschappij.
Indien gij het stelsel van open-
bare aanbesteding wilt uitbreiden,
zegt hij, het zal kunnen gebeuren
dat eene machtige vreemde maat-
schappij het monopolium der leve-
ringen bekomt.
Het zal ook kunnen gebeuren
dat eenige groote nijveraars zich
van geheel den koek meester ma-
ken.
Dit zijn hindernissen welke men
kan vermijden met het lastenkohier
te wijzigen en er onder andere een
artikel in te brengen volgens het
welk allen zouden kunnen aanveerd
worden om mede te dingen tot de
aanbesteding, de gepatenteerde nij
veraars en handelaars wonende te
Yper, en gekend als fabrikanten die
gewoonlijk de artikelen opdoen en
verkoopen voor dewelke zij inschrij
ven.
Alzoo ware alle vreemde mede
dinging verwijderd.
Het is zeer te vreezen, zegt onze
tegenspreker nog, dat het voedsel
en de onderstand der onderhoori-
gen van de Hospicen alles zullen
te verliezen hebben bij den afslag
der prijzen van voedsel eener over-
dreven mededinging.
Dat zou niet gebeuren met de
schikkingen van het lastenkohier
stipt te doen naleven.
De wet van rekenplichtigheid van
den Staat van den 15 Mei 1846 zegt
in zijn artikel 21 Al de koopen
in den naam van den Staat worden
gedaan met mededinging, rucht-
baarheid en aanbesteding.
Wij vragen ons af waarom het
stelsel, uitgeoefend door den Staat,
voor al de openbare gestichten die
er van afhangen, niet zou kunnen
toegepast worden aan de Hospicen.
Het is waar dat er voor den Staat
eene ernstige en krachtige kontrol
bestaat, terwijl zij in de Hospicen
nul is of overgelaten is aan onderge
schikte bedienden.
Ongelukkiglijk te Yper heeft de
politiek den voorrang over alles en
aide daden onzer klerikalen hebben
maar hun behoud aan het bewind in
't zicht.
Herhalen wij het hier nog, onze
bestuurders der Hospicen willen
geene openbare aanbesteding uitge
breid op al de artikelen van eenig
belang, omdat zij in dat geval hunne
vrienden niet zouden kunnen begun
stigen, noch bestellingen doen, in
kiestijd, aan al dezen die omkoop
baar zijn.
Het is noodig dat het manna welk
de Commissie der Hospicen door
Tafereelen uit het
Rotterdamsche Volksleven.
IV.
Armoede en wanhoop.
Nauwelijks was ik gehuwd, of mijn ge
luk nam een einde, en allerlei lijden, kom
mer en zorg kwamen mij bezoeken mijne
vrouw was onophoudelijk ziek, en hare
verzorging verslond hare en mijne spaar
penningen mijne kinderen stierven allen,
nog voor zij een jaar oud waren zeven
moest ik er naar het kerkhof dragen
thans is mijn achtste geboren, en na zijne
geboorte begint het onmiddellijk den hon
gerdood te sterven. Of ik nog niet genoeg
leed, moest ik nog door de huiselijke twis
ten bezocht worden mijne vrouw, in
plaats van mij op te beuren en te troosten,
had altijd aanmerkingen en was nimmer te
vreden hare niet te verdrijven zwaar
moedigheid lag als een looden dak op mijne
woning...
s Om Godswil, Willem, smeekte de
vrouw, breekt mij toch hethart niet lijd
ik niet genoeg
Maar de man ging onmeedoogend voort
nu zit ik met een half verhongerde vrouw
en een wegstervend kind in een woning,
die nauwelijks goed is voor een dier
mijn huisraad is verdwenen zelfs mijn bed
heb ik moeten verkoopen om brood te heb
ben nu kan ik mij op zwart stroo nsder-
leggen, als ik vermoeid ben van een gan-
hare bestellingen stort, billijk uitge
deeld worde, ten besten van het be
lang van allen, er onder begrepen de
ypersche liberalen, welke onze kle
rikale politiekers in alles en voor
alles uitsluiten.
Het is alzoo dat wij het recht en
de billijkheid verstaan.
Een onderwijzer goed gekend door
zijne fotografische voortbrengselen,
begunstigd door onze meesters voor
bewezene diensten in kiezingtijd,
huisvest en voedt op dit oogenblik
t'zijnent, in een huis dat aan de stad
toebehoort, eenen staadsbediende,
en dat voor den neus van vele bijzon-
deren die kwartieren te verhuren
hebben en vöör dezen van hotelhou
ders die zouden gelukkig zijn hen
als kostganger te hebben.
Is dat toegelaten
Wij gelooven te weten dat een mi
nisterieele onzendbrief het stellig
verbiedt.
Het is waar dat de wetten niet na
geleefd worden bij de klerikalen
van het oogenblik dat iemand, wie
het ook zij, voor hun stemt of hunne
zaken doet, alles is gedoogd, alles is
toegelaten. Gelijk de persoon in
kwestie een bijzonder talent heeft
om van denkwijze te veranderen,
moet men zekere achting voor hem
hebben er is eene verandering van
regeering te voorzien te naaste jare,
de klerikalen hebben er alle belang
bij hem te sparen, hij zou nogmaals
kunnen kazak draaien het ware
voor hun een groot verlies.
Door bijzondere gunst heeft onze
stadsraad, op zijne begrooting voor
1907, «en krediet van 1000 fr. ge
schreven, om de Vlaamsche Ster, ter
gelegenheid van haar vijftigjarig ju
belfeest, te helpen in het inrichten
van een tooneelfestival op acht ver
tooningen bepaald.
Volgens genomene beslissing zal
op dit krediet aan ieder deelnemende
maatschappij, eene toelage van 50
fr. per vertooning verleend worden,
boven de kosten van verwarming en
verlichting der zaal.
Men is niet gewoon aan zulke bui
tengewone mildheid van wege onze
groote komedianten van 't stadhuis
ten opzichte van eene liberale maat
schappij maar ook het was een jaar
schen dag zwervens of na een enkelen, dien
ik onder zwaren arbeid heb doorgebracht.
Neen, ik heb sinds mijn huwelijk geene ge
lukkige dagen meer gekend toen ik mij
met eene vrouw verbond, hechtte zich de
tegenspoed onafscheidelijk aan mijne scha
duw. i)
De ongelukkige vrouw scheen als verplet
terd onder de laatste woorden zij liet het
hoofd op de borst zakken en drukte in bitte
re wanhoop haar kind aan het hart. Daarna
heerschte er geruimen tijd een somber
stilzwijgen in de armoedige woning.
Op eens hief het onschuldige wicht een
jammerlijk geschrei aan de moeder poog
de het te stillen, doch hare pogingen ver
meerderden slechts zijn droevig gekerm
als een razende klemde zij het kind in hare
armen hare blikken wierp zij vertwijfe
lend op haren man, door het vertrek, op de
straat. Plotseling stond zij op, deed wan
kelend eene schrede naar de deur en, op het
punt die te openen, riep zij Kom, ramp
zalig kind, uw moeder zal voor u gaan bede
len wellicht vindt zij iemand, die met een
teug melk uw honger wil stillen.
Maar nu riep de man blijf en keer op
uw stoel de eerste windvlaag zou u en het
kind doen verstijven als er gebedeld moet
worden, zal ik 't doen nog eenmaal zal ik
beproeven brood voor u te krijgen, en
dan... i>
De laatste woorden gingen verloren onder
het toeslaan der deur met het doodzweet
op het gelaat en huiverend van koude ijlde
Van Oosten, zoo heette de man, de straat
in zijne vrouw sleepte zich weder naar
haren stoel, naast den schoorsteen, zette
zich neder en besproeide het gelaat haars
kinds met tranen van smart en wanhoop.
Mijn God, mijn God, heb toch medelij
van kiezing en wie weet voor wat het
■goed kon wezen. Onze klerikale
opperhoofden moesten toch iets kun
nen voor den dag brengen om te zeg
gen ge ziet Yperlingen dat wij
onpartijdig zijn Ook hebben zij niet
nagelaten het uit te bazuinen in het
K. Volkshuis.
Evenwel beknibbelen wij hunne
gifte, hoe gering ook, in 't geheele
niet, verre van daar want liberalen
en katholieken wonen de vlaamsche
vertooningen bij en vinden er een
leerzaam en aangenaam tijdverdrif
in.
Sedert 1890 had de Vlaamsche
Steralle jaren eene aanvraag aan
ons gemeentebestuur ingediend., ten
einde dezelfde voordeelen te mogen
genieten die het aan de fransche
tooneeltroepen verleent. Alhoewel
door een katholiek raadslid onder
steund werd hunne aanvraag telkens
verworpen.
Herinneren wij hier, dat, onder
het liberaal beheer nooit de noodige
toelage geweigerd werd. Het ver
leende zelfs bovendien alle jaren,
eene hulpsom om op een der Tuin
dagen. eene gala vertooning met
vrijen ingang op Stads-schouwburg,
door de Vlaamsche Sterte laten
geven. Dat populaire tooneelfeest
viel in den smaak onzer burgerij die
er naartoe stroomde. Telkens was
de zaal te klein.
Maar met de komst der klerikalen
aan het stadsbeheer, werden deze
zedelijke vermakelijkheden afge
schaft en vervangen door zoo gezeg
de volksfeesten die, gelijk wij jaar
lijks bestatigen, maar strekken kun
nen om de lagere klassen te verbees
ten.
Nu tot daar, andere tijden, andere
zeden.
Dit gezegd zijnde, veroorloven wij
ons hier eenige aanmerkingen te
maken met betrekking op het too
neelfestival.
Waarom bij het inschrijven van
hetzelve, niet hebben bedongen dat
uitsluitelijk mochten gegeven wor
den oorspronkelijke drama's en blij
spelen door vlaamsche letterkundi
gen geschreven
Wij bemerken dat verscheide der
reeds opgevoerde en nog op te voe
ren tooneelstukken uit het fransch
zijn vertaald en een vlaamschen titel
dragen, zooals Het wachtwoord is
ronken (La Consigne) en nog andere.
Het mangelt nochtans niet, den
ken wij, aan een voldoende getal va-
derlandsche tooneelstukken.
Wanneer zullen onze vlaamsche
den met mij en mijn kind en schenk ons de
rust des doods ik kan mijn lijden niet
langer dragen het vervolgt mij dag en
nacht het scheurt mij het vleesch van het
lijf, verandert mij in een geraamte maar
doodt mij niet. Hoelang nog zult Gij mij
doen kermen onder de slagen Uwer gram
schap Heb ik dan met een twintigjarig
lijden nog niet voldaan voor eene dwaling
mijner jeugd Of moet ik gefolterd worden
tot de dood zijne prooi teruggeeft
i> 0 ongelukkige die ik ben, vervolgde
zij na eenige oogenblikken, hoe kan ik op
het einde mijner Aampen hopen, daar de
rampzalige gevolgen der misdaad nog voort
duren zoolang de beroofde moeder lijdt,
zullen mijne smarten mij folteren. Al mijne
kinderen heb ik zien sterven op den leeftijd,
dien het arme wicht had bereikt, toen ik 't
voor een ellendig handvol geldstukken over
leverde. en het kind, dat ik nu aan het hart
druk, is evenzeer ten grave gedoemd zijn
doodstrijd is reeds begonnen. Neen, voor
mij geen geluk of vrede, voor mij geen rust
op aarde meer. En toch vind ik geen
kracht, om aan mijn lijden een einde te
maken. Willem zinspeelt op een zelfmoord
ik kan van dit middel geen gebruik maken,
om de wroeging tot zwijging te brengen,
die mij onophoudelijk aan de gepleegde
gruweldaad herinneren neen ik kan niet
sterven... ik kan slechts lijden..Ik ben
aan de verworpelingen gelijk ook deze
zoeken inmiddels de onverdragelijkste pij
nen...
Weder zweeg zij eenigen tijd, aan de
bitterste wanhoop ten prooi daarna ver
volgde zij haar gezucht en gejammer.
a Twee vreeselijke rampen hangen mij
boven het hoofd zij zullen samenwerken,
om mij de ongelukkigste der menschen te
maken. Willem gaat zijn vreeselijk plan
maatschappijen begrijpen dat onze
Belgische schrijvers behooren aan
gemoedigd te worden, willen zij dat
deze nieuwe werken voortbrengen
De vertooning van oorspronkelijke
vlaamsche tooneelstukken door den
Staat aangenomen is immers in 't be
lang der schrijvers zoowel als in dat
van de opvoerende maatschappijen,
vermits aan de eerste een schrijvers-
recht toegekend en aan de tweede
premiën verleend worden.
Dit is hetgeen onze Vlaamsche Ster
in geen acht schijnt te nemen.
K JE RSTF E EST
Jl. Woensdag, met Kerstdag, bood
de Liberale Jonge Wacht de kinderen
der leden een Kerstfeest aan.
Het programma viel in den smaak
van eenieder en het muzikaal gedeel
te zoowel als de komieke voorstel
lingen van M. en Me Marien, zijn
vurig toegejuicht geweest.
Maar de grootste nieuwsgierigheid
der kinderen was wel den langge-
wenschten boom voor hunne oogen
te zien. De milde uitdeeling van
speelgoed en lekkernijen hebben
honderden kinderen verheugd voor
het meest toebehoorende aan de
werkende klas.
Wij zijn gelukkig in hunnen naam
al dezen te kunnen bedanken die zich
met het inrichten van datfeest gelast
hebben, alsook de mildadige perso
nen die, door hunne giften tot het
w'elgelukken van het feest medehiel
pen.
De Hofbouw maatschappij, die
haren zetel heeft in de Getemde Leeuwen,
in deze stad, komt ons haar maande-
lijksch verslag toe te zenden.
Wij bestatigen er dat gedurende den
loop van het jaar, het comiteit dezer
maatschappij, na de gebloemde bal
kons, gevels en vensters in deze stad
nagezien te hebben, de volgende prij
zen uitgeloofd heeft
1" prijs Vergulden eermetaal, aan
M. Amand Dechièvre.
2" prijs Zilveren eermetaal, aan
M. Vinckier-Parret.
3n prijs Bronzen eermetaal, aan
M. A. Van Nieuwenhove.
Wij kuDnen de leden van het Comi
teit der Hofbouw maatschappij niet
genoeg over hun initiatief goedkeuren
en wij wenschen uit ganscher hart de
laureaten geluk, de hoop uitdrukken
de dat wij, te naaste jare, de pogingen
volvoeren en de huisbaas mij uit doze ellen
dige woning verjagen. God, 0 God, wat
moet ik beginnen 1 Zend toch een engel om
mij te troosten of te vernietigen. En een
ijselijke gil klonk tusschen de druipende
muren.
Terwijl zij daar zat, aan een doode ge
lijk, trad haar man binnen. Ik heb brood,
riep hij, gij kunt u verzadigen op ver
scheidene plaatsenis de bedelaar afgewezen,
maar eindelijk heeft men zich toch zijner
ontfermd. Ik ben het laatst gegaan waar ik
'teerste had moeten komen, maar waar mij
de vrees terughield de bakker,- aan wien
wij ruim twee gul ien schuldig zijn, heeft
mij dit brood geschonken. Ik zeidehem.dat
gij en ons kind van honger stierven, en be
schreef hem onze bittere armoede terwijl
hij mij het brood toereikte, stopte de bak-
kerin mij een paar dubbeltjes in de hand
daarvoor ga ik u thans wat te drinken ver
schaffen.
Hij nam een pot uit de kast en trad nog
maals de woning uit na eenige oogenblik
ken keerde hij weder de pot was met melk
gevuld in de hand droeg hij een papieren
zak met koffie. Alvorens deze te zetten, gaf
hij zijne ongelukkige vrouw van de melk te
drinken zij scheen niet te verzadigen
trouwens zij had sinds den vorigen avond
niets genuttigd. Weldra dampte de koffie in
de gescheurde kopjes, en waren van het
roggebrood eenige sneden afgenomen. De
vrouw at het droge brood, als ware 't het
heerlijkste gebak, en had in korten tijd een
dikke snede ten lijve geslagen. Willem
dronk van de koffie maar raakte het brood
niet aan. Zijne vrouw zeide hem
Waarom eet gij niet, gij ook moet groo-
ten honger hebben
Ik heb geen honger, koude of ontbering,
'«airj<jS5sOjSr*»^R^