Stadsnieuws.
Lantaarnaansteker,
ZONDAGRUST
De invoer van hel vee.
De VVerkrechlers.
Een goed liberaal abon
neert zich aan DE WEER
GALM
Mengelwerk.
Onze «iijschool.
Hel weldadigheidsfeest
van 14 Februari.
Vlaamsch looneel.
DkTslal.
Onze kampioenen.
STAD YPi^R.
Lijst dei' Apothekers
De Zon- en Feestdagen
VI. A„ DO VLk,
Thielt, Doornijk, Verviers en Yper
worden uitgesteld tot in het jaar 1910.
De maand, waarin deze verkiezingen
alsook deze betredende de overige in
1910 gedeeltelijk te vernieuwen raden
zullen plaats hebben, zal bij koninklijk
besluit vastgesteld worden.
Bij hetzelfde besluit zal het jaar der
volgende gedeeltelijke hernieuwing
bepaald worden.
Vraag in de Kamer gedaan door
M. Nolf, aan den Minister van LancL-
bouw
Het beheer dat tegenwoordig den in
voer regelt van mager vee van franschen
oorsprong laat den invoer toe der koeien en
der vaarzen.
De vetweiders van West-Vlaanderen
vragen dat de invoer der ossen zou toegela-
worden in dezelfde voorwaarden.
Zijn er redens om zich tegen deze vraag
te verzetten en dewelke
Antwoord von den minister.
Ik heb reeds de eer gehad te antwoorden
aan M. Nolf, dat ik het inzicht niet heb het
regiem te veranderen betrekkelijk den in
voer van bet fransch vee in Belgie.
De Kamer heeft verleden week de
wet op de werkrechters in tweede
lezing gestemd. Onder de nieuwe
schikkingen melden wij de uitbrei
ding der Jurisdictie op de kooplieden
en handelsbedienden, de inrichting
van eene Jurisdictie van beroep, sa
mengesteld uit zes gekozen leden en
voorgezeten door eenen magistraat
en eenen greffier, door het gouver
nement benoemd.
De nieuwe wet wettigt
Het stemrecht en de kiesbaarheid der
vrouwen
De verplichtende stemming.
De evenredige vertegenwoordiging
die gestemd is geweest door 87 stem
men tegen 36 (liberalen en klerikalen
tegen socialisten).
Een amendement van M. Vander-
velde, het quorum vaststellende voor
de evenredige vertegenwoordiging,
is verworpen geweest door 94 stem
men tegen 38, (liberalen en klerika
len tegen socialisten).
DE
25
LOTGEVALLEN EENER WEES
Uit liet Engelsch.
Zeventiende hoofdstuk.
Wie zijn gelukkig
Na eenigzins breedvoerig te hebben uit
geweid over de teleurstelling dat zij nog
niets van hem vernomen had, en bericht te
hebben gegeven van het laatste bezoek, dat
zij, eer zij de stad verliet, bij zijne moeder
had afgelegd, vervolgde zij
Maar gij hebt mij doen beloven, Willie,
dat ik over mij zelve zou schrijven, en ge
zegd dat gij verlangen zoudt alles te hooren
wat er bij den heer Graham voorviel en mij
maar eenigermate betrofals dus mijn brief
vervelender is dan gewoonlijk, is het uwe
eigene schuld, want ik heb u veel te vertel
len over ons verhuizen naar D*** en de
wijze waarop wij hier leven, zoo gebeel
anders dan in Boston. Mij dunkt, nu gij zoo
ver gekomen zijt hoor ik u zeggen Och,
hemel, nu zal Geertje mij eene beschrijving
van mijnheer Graham's landgoed gaan
doen Nu maar gij behoeft niet ba ig te
zijn ik hebt niet vergeten hoe ge mij, toen
ik dat de laatste maal doen wilde, de hand
voor den mond hield, met de verzekering,
dat de plaats u zoo goed bekend was alsof
gij daar uw leven lang had gewoond, daar
ik ze ,u sedert ik acht jaar oud was ten
De dagbladen van Brussel kondi
gen de volgende tijding af
Het schijnt dat men 111 het ministerie
van oorlog voornemens is de Rijschpol die
zich tegenwoordig te Y,er bevindt, naar
Brussel te verplaatsen.
Zij zou de kazern der gendarmerie, op
de Waterloo laan bezetten en de gendarmen
zouden te Etterbeek gehuisvest worden.
Heeft het Journal d'Ypres offi-
cieele moniteur van het Stadhuis in -
lichtingen nopens,deze zaak
Ofwel is die kwestie zonder belang
voor onze stadhuismannen
Hunne stilzwijgendheid is waar
achtig om iemand van zijn steek te
brengen
Het weldadigheidsfeest door het
garnisoen van Yper gegeven, Zon
dag laatst, heeft ten volle gelukt.
De Delbeke zaal, in de Halle, was
proppensvol al het puike onzer be
volking was er bijeengekomen.
De verschillige nummers van het
programma werden zeer goed weer
gegeven. De muziekstukken uitge
voerd door het muziek van het 3de
linieregiment, de gymnastische oefe
ningen, liederen, enz. hebben het
publiek goed bevallen.
Voorzeker heeft men er eene aan
zienlijke winst gedaan ten bate der
ongelukkiger! van Sicilië en Calabrie.
5Je en
Maandag jl. woonden wij de
laatste vertooning bij, gegeven door
onze zoo goed befaamde Vlaamsche
Ster. Hoewel het feest verschoven
werd, ter wille van het liefdadigheids
feest van Zondag, was de tooneeizaal
toch gestampt vol. Weeral leverde de
zaal een prachtigen aanblik op. Overal
lieve toilletten en bevallige gezichtjes.
Het puik onzer bevolking was daar
bijeengestroomd en men heeft er ge
noten en zich vermaakt dat liet ver»
heugend om zien was.
De vertooning was een parelke van
"kunst onder alle opzichten en, hoewel
wij dezen winter bedorven werden
door eene reeks vertooningen zonder
weerga, mag men toch gerust zeggen
dat deze al hare voorgangers nog over
trof.
Eerst vertolkte men Martha cle krank
zinnige, een drama, in drij bedrijven
en een voorspel. Het is eene puike
minste eens in de w<-ek had beschreven. Ik
heb u toen verschooning doen verzoeken
voor uwe onbeleefdheid maar ik geloof toch
dat ik over mijn eerste bezoek hier buiten
genoeg heb gepraat met te verontschuldigen
dat gij de zaak geheel moede waart. Thans
evenwel, zeer tot mijne teleurstelling,
schijnt alles kleinder en minder schoon dan
het mij toen voorkwam en hoewel ik niet
voornemens ben het u neg eens te gaan be
schrijven, moet ik u toch zeggen dat het
voorhuis en de gangen veel smaller zijn dan
ik verwacht had, de kamers lager, en de
tuin en de zomerhuisjes lang zoo groot niet.
Jufvrouw Amf-lia vroeg mij eten paar dagen
geleden hoe de plaats mij beviel, en of zij
er eveneens uitzag als vroeger. Ik zegde
haar de waarheid, en zij werd volstrekt niet
onvergenoegd, maar lachte om mijne oude
herinneringen van het huis en den aanleg,
en zegde dat het altijd zoo was met dingen,
die wij gezien hadden toen wij kleine kin
doren waren.
Ik behoef niet te zeggen dat jufvrouw
Amelia zoo goed en vriendelijk voor mij is
als ooit want niemand haar zoo wel kent
als gij, zou denken, dat zij ooit iets anders
kon zijn dan het beste en beminnelijkste
wezen op de wereld. Ik kan nooit half ge
noeg doen, Willie, om al hare goedheid
voor mij te vergelden en toch is zij zoo
wel in haar schik met kleine gaven en zoo
dankbaar voor geringe oplettendheden, dat
het mij voorkomt alsof iedereen iets zou
kunnen doen, dat haar genoegen gaf. Ik
vond gisteren eenige viooltjes tusschen het
gras, en toen ik ze haar bracht, kuste en
dankte zij mij alsof het zooveel diamanten
geweest waren en de kleine Benjamin
Gately, die een hoed .vol paardenbloemen
plukte, zonder aan een daarvan eenen steel
te laten, en toen aan de goordeur belde en
brok, vol leerrijke lessen en gemoede
lijke toestanden, doorweven met ziel-
schokkende tooneelen. Het stuk wérd
meesterlijk vertolkt ook.
Mej. Zulma en Jeanne Devers en
Julia Windels, in de rollen van Martlia
en Zuster Justina, Laura en Tecla en
zuster Barbara waren alle drij onbetaal
baar. Zij speelden met zooveel gevoel
en natuurlijkheid dat zij de zaal menig-
werfin vervoering brachten. Eenprach-
tigen bloemenkrans voor die talentvol
le vertolksters.
De heeren L. Vancampo, J. Ossieur
en Karei Deweerdt, in de rollen van
Hector, Willem en Frank waren ais
voor hunne lastige rol in de wieg gelegd.
Goed, opperbest wisten zij hunne per-
sonnages in te kleeden en weer te geven*
De heeren G. Pottel, K. Wolff E. Slosse
en J. De Groote in de rollen van Frede-
rik, Wenk, Bavo en Dirk speelden op
eene uitmuntende wijze en maalden de
toestanden, waarin zij voorkwamen,
zooais het zijn moet. Ook de figuratie,
de tooneelschikking en versiering ge
lukten opperbest. Geen wonder dat de
zaal zoo menigmaal dreunde onder de
langdurige toejuichingen. Een gul
bravo voor al die knappe tooneelis-
ten
Daarop volgde Meirozeken, blijspel
met zang in een bedrijf, een heel lief
brokje, dat krioelt van schoone zede-
lessen en lachwekkende toestanden.
Wat men daar gelachen heeft, kan
door geene woorden uitgedrukt wor
den. Elk oogenblik schaterde men het
uit. Ook werd het stukje heel goed ge
speeld. Mej. Zulma en Jeanne Devers,
in de rollen van Monika en Meirozeken
waren om te stelen en heel en al in
haar vak. Een dikke tuil voor beide
kundige speelsters
De heeren K. Deweerdt, K. Wolff,
J. Tasseel en J. Ossieur waren een
Koolman, een Spriet, een Barabas en
een Frans naar de natuur geschetst.
Die spelers zijn allen opgewassen voor
hunne rol en begrijpen ze ten volle.
Hartelijk proficiat aan allen Figuratie
en tooneelschikking waren ook hier
onberispelijk en alles liepoprollekens.
Men heeft er toegejuicht en bis geroe
pen dat de stukken in de
vlogen en 't was met reden ook.
Het orkest, bestuurd door den heer
M. Tasseel, dischte ons eenige aange
name zoetluidendeen meesleepende
stukken op, die een welverdienden
bijval genoten. Dat ook droeg bij om
het feest in ieders smaak te doen val
len. Het was eene vertooning die tijd
vak maken zal in de jaarboeken der
Ster. en die bij allen den besten der
indrukken nagelaten heeft. De Sterre
lingen hebben hunnen goede faam
eens te meer hoog opgehouden en zijn
daardoor nog meer de troetelkinderen
en de gevierden van onze tooneelmin-
nende bevolking geworden. Zij hebben
ons dezen winter toch zooveel hart- en
geeststerkend genot verschaft. Ook
haasten wij ons hen hier, namens het
verrukt publiek, openlijk en hartelijk
dank te zeggen NatüS.
geburen
naar jufvrouw Graham vroeg, om ze haar
zelf te geven, kreeg een vriendelijk lachje
voor zijne moeite, en een (jankje Bennie,
dat hij niet spoedig zal vergeten. Was dat
niet aardig van jufvrouw Amelia, Wil
lie
Mijnheer Graham heeft mij een tuintje
gegeven, en ik denk weldra bloemen in
in overvloed voor haar Ie hebben, namelijk
als jufvrouw Ellis er niet tusschen komt
maar dat denk ik wel, want dat doet zij
bijna in alles. Willie, die jufvrouw Ellis is
eene beproeving, eene groote beproeving
voor mij, zij is juist zulk eene soort van
een mensch als ik niet kan uitstaan. Ik ge
loof dat er sommige menschen zijn waarvan
andere menschen niet kunnen houden
en zij is juist van die soort, waarvan ik
niet houden kan. Ik zou niemand anders dit
zeggen, want datzou niet behoorlijk zijn, en
ik weet niet of het wel behoorlijk is er iets
van te zeggen. Jufvrouw Amelia spreekt
mij over haar en zegt dat ik moet leeren
haar liefhebben, en dat ik, als ik dat doe,
een engel zal zijn.
Ik weet wel, gij zult denken dat dit een
staalte van Geertje's oud humeur is, en mis
schien is dat zoo maar gij weet niet hoe
zij mij plaagt het is in kleinigheden, die
ik u niet gemakkelijk zou kunnen vertellen,
en waarmede ik u toch niet zou willen lastig
va'len al kon ik het doen. Dus wil ik maar
niet meer over haar schrijven ik zal
pogen volmaakt te worden om haar harteli k
lief hebben.
Gij zult denken dat ik nu, terwijl ik niet
school ga, haast niet weten moet wat ik
met mijnen tijd zal uitrichten maar ik
heb overvloedig te doen. In de eerste week
nadat wij hier kwamen, vond ik echter
den morgend weer vervelend. Gij weet wel
De onderliéutenant Collin, van het. 3-
linieregiment bestatigde Maandag mor
gen de verdwijning van 6 briefjes van
'l OO frank, die zich in een meubel van
zijn appartement bevonden. Hij had
aanstonds vermoedens op zijnen op
passer, bijzonderlijk daar deze naar de
kazerne niet was teruggekomen. Men
denkt dat hij Frankrijk binnengevlucht
is.
Het sedert lang verwacht prachtboek
is verschenen Wij twijfelen geen
oogenblik of het zal bij aide Sport
liefhebbers der vlaamsche provinciën
een gunstig onthaal genieten. Wij be-l
trouwen ons op den vooruitgang van
Het Sportblad en zooals deze onderne
ming hopen wij wel Onze Kampioenen
steeds zoo prachtig en fijn geillüstreerd
mogelijk te doen verschijnen. Het is
eene prachtuitgave met vijftig platen
dat maandelijks verschijnt en fr. 3,50
's jaars kost. Het nummer 30 c. Vraagt
een proefnummer Vestingstraat 228
Antwerpen-Zurenborg.
FOOR, gezegd KATTEFEEST
De Burgemeester der stad Yper'
brengt ter kennis van het publiek dat,
tengevolge van eene beslissing van den
Gemeenteraad, in datum van 7 Novem
ber 1908, de jaarlijksche foor, gezegd
Kattefeest, voortaan plaats zal hebben
te beginnen van den tweeden Zaterdag
die op Aschwoensdag zal volgentot en
met den vierden Zondag van den Vasten
zij, dit jaar, van 6 tot 21 Maart.
Yper, den 4" Februari 1909.
De Burgemeester,
G. COLAERT.
vuil dienst zijnde
van 's middags Lol 10 tl ren s'avonds
VOOR 'T JAAR 1909.
ZONDAG 21 FiSBIlUARl 1909,
RIJ FELST RAAT, N° 15, YPER.
dat ik altoos vroeg opsta, maar daar het
jufvrouw Amelia niet schikt zoo kort te
slapen, zie ik haar nooit voor acht uur,
twee volle uren nadat ik op en gekleed
ben.
Toen wij de Boston waren besteedde ik
dien tijd altoos aan mijne lessen maar in
dit voorjaar verbeeldde zich jufvrouw
Amelia, die opmerkte dat ik snel groeideen
mijnheer Arnold hoorde zeggen dat ik er
bleek uitzag, dat het niet goed voor mij
was zooveel tijd met mijne boeken door te
brengen en toen wij dus te D*** kwamen,
bepaalde zij mijne leer en lesuren, die zeer
weinig zijn, en verkoos dat ik na het ont
bijt e.i in hare eigene kamer daartoe zou
gaan zitten, /ij raadde mij des morgerids
ook langer te blijven slapen als ik kon;
maar dit kon ik niet, stond dus op mijn ge
wonen tijd op en kuierde dan door den tuin.
Eens was ik zeer verwonderd mijnheer
Graham daar aan het werkute vinden, want
dit kwam niet overeen met zijne manier
van leven in den winter maar hij is een
zonderling man. Hij vroeg mij hem 'e
komen helpen om ajuinzaad in den grond
te brengen, en ik geloof eenigzins dat ik dit
tamelijk wel deed, want daarna moest ik
hem nog helpen om allerlei dingen te planten
en stokjes met de namen daarbij te zetten.
Eindelijk bood hij tot mijne blijdschap aan,
mij een stukje grond tot een tuintje te geven,
waarin ik bloemen kon kweeken. Hij geefc
niet om bloemen, wat ik heel vreemd vind
hij kweekt niet anders dan groenten en
boomen. D
Dus zal ik een tuintje hebben. Maar
maak het zeer lang. Willie, en heb g«en
meer om duizend andere dingen te zeg"
gen- die ik nog wilde zeggen. O als ik a
maar kon zien, zou ik in een uur meer kun
nen verteller, dan ik in eene week ka"
OF DB
0
zraa gaarg mrrnsasumn