Volksgezind weekblad der Vrijzinnige Vereeniging van Yper en het Arrondissement. Donderdag, 20" April 1911. Zevende jaar. Nr 23. Hand in Hand. De nieuwe selioolwelen de Ciirislene Volkspartij. Hunne ci jlers. Een en a Eendracht maakt Macht. Ier schijnende des ëëonderdays. Vires acquirit eundo. INSCHRIJVINGSPRIJS Voor den buiten Een jaar, Fr. 3-00, Voor stad Een jaar, Fr. 3-50 Men handelt bij overeenkomst. Men schrijft in bij den Uilgever, Uixfnudestraai, nr 53, te Yper. De aankondigingen van gansch België en 't buitenland evenals de Notahnle en Rechterlijke aankondigingen mogen gezonden worden ten bureele van dit blad. Men wordt vriendelijk verzocht alle hoege- naamde artikels uiterlijk tegen Dijnsdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. AANKONDIGINGEN Aankondigingen 15 c. den drukregel. Reklamen25 c. Rechterlijke aankondigingen 1 fr. id. Het is voorwaar een verheugend ver schijnsel om bestatigen hoe alle anti klerikalen eendrachtig opkomen om uit al hunne krachten protest aan te teekenen tegen het hatelijke ontwerp van schoolwet hoe zij, hand in hand vereenigd, strijdvaardig staan om te beletten dat den hevigsten aanslag te gen onze grondwet door de klerikalen gepleegd worde. Wij wonen waarlijk een gelukkig schouwspel bij en de aandacht, die wij overal in de antiklerikale rangen ont waren om het bedreigde officieele on derwijs te redden, om te voorkomen dat al onze zuurgewonnen centen door de alopslorpende kloosters zouden worden binnengepalmd, om te*beletten dat eene schandelijke schooijacht ont sta, verheugt ons ten zeerste. Óm die eendracht, om dit strijdend samengaan tegen het klerikalismus zijn wij des te gelukkiger, daar de lei ders, zoowel van liberale als socialis tische zijde, reeds zoo dikwerf de ge legenheid lieten voorbij gaan om door een eendrachtig optreden, door een tijdelijk bondgenootschap den alge- tneenen vijand gevoelig te treilen en hem in het zand te doen bijten. Liberalen en socialisten hebben thans het groot gevaar ontwaard dat ons als een dreigend zwaard boven het hoofd hangt, gereed om ons te treffen. Als één man zijn zij opgestaan om het land van die ongelukswet te bevrijden, om de jezuitische pogingen der kleri kalen te verijdelen. In elk politiek kamp kwamen de volksvertegenwoordigers, die wij als leiders der partij beschouwen, bijeen, om het besluit van onwrikbaren te genstand te nemen. In de bijeenkomst der liberale zijde, zagen wij ook met een waar genoegen de kwestie van het antiklerikale kartel te berde brengen. Opmerkenswaardig. Het waren meest al de liberale volksvertegenwoordigers der landelijke arrondissementen die dit belangrijk vraagstuk bespraken, dié eene lans braken ten voordeele van het kartel, die er het onbetwistbaar nut, ja de noodzakelijkheid deden van uit schijnen. Wij kunnen niet anders dan hunne handelwijze goedkeuren, en betreuren tevens de onverschilligheid van diege nen, vooral der groote steden, die aarzelen om hierover uitspraak te doen die, uit vrees van eenige partij gangers, eenige stemmetjes door een antiklerikaal verbond te verliezen, toe laten dat de meest onrechtvaardige wetten in voege blijven ten voordeele der klerikalen. In de groote steden zijn het, hier eens de liberalen die de noodzakelijk heid niet inzien een antiklerikaal ver bond te sluiten, daar eens de socialis ten die weigeren samen te strijden om elk langs zijn kant op eigene krachten te steunen en net als twee honden, die vechten om een been, er den derden, den klerikaal, te laten mede wegloopen of er ten minstens zijn ruim aandeel van laten snappen. Dat dit niet samengaan uitsluitelijk de klerikalen bevoordeeligt hoeft geen betoog. Voorbeelden van den jammer lijken uitslag dier betreurenswaardige strijdtaktiek zijn er ruimschoots bij de hand en zoo wij er een moeten aanha len, dan is het wel de gemeentekies wet. In de groote steden opent zij de stadhuispoorten voor de klerikalen in de provinciesteden sluit zij de deur van het gemeentehuis voor al wie niet klerikaal is. Is die wraakroepende onrechtvaar digheid: ook niet een 'gevaar voor 'ons land Helpt zij niet mede om de kleri kale heerschappij en hare hatelijke dwinglandij te bestendigen Is zij voor de klerikale partij geen machtig wapen ten nadeele van liberalen en socialis ten, aldus stelselmatig uitgesloten Heeft die hatelijke kieswet geen nadee- ligen invloed zoo voor de liberale als socialistische partij Is het niet sluiten van een antiklerikaal kartelgeen spoor slag voor de klerikalen om met de stoutste en meest gewaagde voorstel len voor den dag te komen Is dat dan ook geen ernstig bestaande gevaar dat zonder verderverwijl dient bekampt en afgeweerd te worden Mag er dan nog langer geduld wor den dat de persoonlijke zienswijze en vooroordeeien van enkelen de boven hand behalen op den algemeenen wensch der door de klerikale kieswet verdrukten'? Of begrijpen zij, de lei ders der groote steden, dan niet hoe de kampers in de kleine steden ge meenten en dorpen gansche jaren door hardnekkig moeten strijden om hun vaandel recht te houden en standvas tig lijden om hun politiek ideaal Be grijpen zij dan niet welken pijnlijken indruk hunne soms lichtzinnige be sluiten het gansche land door verwek ken en ontmoediging en neerslachtig heid zaaien in plaats van door een een drachtig optreden den strijdlust aan te vuren Is het dan voor liberalen en socia listen in die omstandigheden geen plicht de middelen in het werk te stel len waarover zij beschikken om de hardnekkige klerikalen die niet hoo- ren willen te doen gevoelen wat wij vereenigd vermogen Is het dan voor de liberalen en so cialisten der groote steden geen drin gende plicht door een kartel te sluiten de klerikalen uit de raadshuizen te verjagen en hen aldus te meten met de maat waarmede zij ons, provinciebe woners meten Een voor allen en voor allen dezelf de gelijkheid de enkele zuivere recht vaardigheid, en weze voortaan de leus! Van hoffelijkheid, van onderlinge dienstwilligheid kan er thans geen spraak meer wezen immer dreigen der en dreigender zweeft bet klerikale spook. Aan ons het te verdelgen 1 Aan ons de klerikalen te doen gevoelen hoe zwak zij zijn tegenover onze vereenigde krachten Aan ons hen te toonen dat wij vast besloten zijn alle onrecht te bekampen en ons recht te eischen, ja te veroveren door het kartel. Zegepralen moeten en kunnen wij daartoe is slechts eene tijdelijke ver standhouding noodig. Dat van uit elk hoekje des lands een kreet opga om eendracht en samenwerking tegen den algemeenen vijand te wenschen Die kreet van verlossing zal dra weerklank vinden bij diegenen die nog halsstarrig zijn. Algemeen moet den opstand tegen die klerikale onrechtvaardigheid we zen van uit alle gewesten moeteu de leiders onze wenschen vernemen om eendrachtig vereenigd, ten strijde te trekken, niet alleen, om zooals nu voor wat de schoolwet betreft, den klerika len gewetensaanslag te verijdelen, maar altijd en overal waar door de klerika len onrecht wordt gepleegd. Hand in hand en de vijand moet en zal het onderspit delven Ag»5SSï8'-«SlSS5&aSH3S'fflS,I£®S«S'»8«S De klerikalen hadden reeds aan de vier hoeken des lands triomfantelijk i¥- Igebazuind dat de Christen Demo craten het Schoolontwerp Schollaert mits eenige kleine wijzigingen be trekkelijk den toestand der onderwij zers, ten voile goedkeurden. Zij heb ben te vroeg mosselen geroepen, en ziehier, in breede trekken, hoe een hunner hoofdmannen, priester Fon- teyne, de wet bespreek in een hoofd artikel heden verschenen in zijn blad De Volkseeuw. De democraten, zegt priester Fon teyne, willen den leerplicht, verster king van het volksonderwijs, verbete ring der schoollokalen, een deftig be staan voor de onderwijzers, staatson- dersteuning mits een degelijk staats toezicht Priester Fonteye, behandeld breed voerig die punten en onderzoekt wat de nieuwe wet ons aanbiedt De voorgestelde leerplicht is een gebarenspel. Er zijn 20 millioen, voor het vrij onderwijs. Billijke staatsondersteuning, dat aan al de hoogerbesproken vereisch- ten beantwoord, goed... maar die staatsgelden moeten dienen voor de verbetering van het onderwijs, van de ouderwijzers, van de schoolloka- len, daarvoor en anders niet Waar vinden wij die verzekering Waar is bet ernstig.staatstoezieht Wij hebben in het vrij onderwijs nog lokalen met 70, 80 en tot 100 leerlingen Daar vinden wij ook nog onder de geestelijke onderwijzers, 2385 mees- ters en meesteressen die NIET gedi- plomeerd zijn, tegen 4274 gediplo- meerde I En hoe wordt de toestand verbe- terd van het onderwijzend personeel? Ten allen kante klagen de katholieke onderwijzers dat zij van den millioe- nenkoek maar de kruimelingskens zullen krijgen. EN DAN DE SCIIOOLBONS. Dat schrijft priester Fonteyne - kan ik en dat zou ik nooit aanvaar- den Op het papier kan er dat heel mooi uitzien, maar inderdaad moet dat stelsel bijzonderlijk op den buiten, uitkomen op nen ik- en hebzuchtige jacht op den schoolbon, op een nieu- we schooloorlog geweldiger en drif- tiger dan ooitop de hevigste broe- dertwisten die nog eens de huisgezin- nen zullen overhoop zetten. Schoolbon, dat is kort en klaar gezegd, het schoon en edel werk van 't volksonderwijs verlagen tot eene bazarkwestie En priester Fonteyne besluit Voor de millioenen die men ons vraagt eischen wij beter, veel beter. Heeren Bewaarders, gij zult uwe wet herbakken, zooniet vliegtge er mede den dieperik in Zand ii» de oogen. Als men onze klerikale regeering moest gelooven, dan bestaat er geen land ter wereld, waar het onderwijs beter is vooruitgegaan. 'Cijfers, zegt men, zijn welsprekend, maar dan moeten die cijfers ook met eerlijkheid opgegeven worden. Naar het schijnt, wil onze Regeering slechts cijfers mededeelen om aan het volk zand in de oogen te strooien. Dat wisten wij sinds lang, en de me morie van toelichting der nieuwe schoolwet brengt ons daarvan een nieuw bewijs. Iedereen weet dat de toestand Yan het onderwijs in Belgie een openbare schande is. De algemeene volksont wikkeling is jaren en jaren ten achtere, in Vlaanderen nog veel meer dan in de Waalsche gewesten. Maar nu de Regeering weeral met cijfers voor den dag komt, gaan wij die eens nader beschouwen. De heer Schollaert beweert dat het lager onderwijs op een prachtige wijze is vooruitgegaan. Ziehier zijne cijfers In 1884 waren er 4,810 lagere scholen en 324,867 leerlingen. In 1910 telde men7,525 lagere scholen en 929,347 leerlingen. Maar de heer Schollaert noemt voor het jaar 1884 enkel en alleen de openbare scholen terwijl hij voor het jaar 1910 bij het cijfer der openba re scholen het getal aangenomen scho len voegt. In 1884 waren er reeds talrijke kleri kale scholen de Regeering had dus dat getal bij het cijfer der openbare la gere scholen (4,810) moeten voegen, omdat hare cijfers iets zouden kunnen beteekenen. Waarom heeft zij het niet gedaan Hoe is het mogelijk dat zij op dergelij ke cijfers durft steunen Zoo er in 1884, toen de liberale Re geering het bewind verloor, 4,810 la gere (openbare) scholen hestonden, dan zou de Regeering ook voor het jaar 1910 het getal openbare lagere scholen moeten opgeven. Die cij fers, welke door de Regeering worden medegedeeld, beteekenen niets, en wij kunnen slechts eens te meer dergelijke praktijken aan die ver achting van de openbare meening prijs geven. Overigens zoo er in 1910 eenige kle rikale scholen meer zijn dan in 1884, terwijl zooveel gemeentescholen wer den afgeschaft, is dat een bewijs dat het lager onderwijs in Belgie vooruit ging In 1884 waren er 5,700,000 Belgen. In 1910 zijn er 7,500,000. Belgie telt dus nagenoeg 2 millioen inwoners meer. Wie zou in die voorwaarden eenig belang kunnen hechten aan de cijfers, waarop de heer Schollaert zoo fier is ais een kleinen jongen op een papieren hoed en een houten sabel. Wij zullen hier geene cijfers mede deelen waaruit ten vollen blijkt dat de schoolbevolking in Belgie, ondanks ai de toelagen verleend aan het kleri kaal onderwijs, nagenoeg niet is ver meerderd. Voor het oogenhlik vestigen wij slechts de aandacht van iedereen op de middelen door de Regeering in het werk gesteld om veel beslag te kunnen verkoopen met cijfers, die niets betee kenen. Wij weten dat onze Regeering heel veel van bluf houdt. Maar nu gaat het oprecht wat te ver. ii der 130 jaar oud. Te Melilla in Ma rokko is een Khabyl, die beweert 130 jaar oud te zijn, de bescherming der overheden komen inroepen tegen zijn kinderen en kleinkinderen, die hem mishandelen. Hij bezit prachtige witte en gezonde tanden, die, zoo zegt hij, voor twintig jaar terug zouden gewas sen zijn. Zijn kindereu en kleinkinde ren, allen grijsaards, zien er veel ou der uit dan hij. WEERGA Lil

HISTORISCHE KRANTEN

De Weergalm (1904-1914) | 1911 | | pagina 1