Volksgezind weekblad der Vrijzinnige Vereeniging van Yper en het Arrondissement. Donderdag, 51" October 1912. 5 centiemen. Achtste jaar. \r 51 Eendracht maakt Macht. Verschijnende des etonderdatjs Vires acquirit eundo. INSCHRIJVINGSPRIJS..: Voor den buiten Een jaar, Fr. 3-00. Voor stad Een jaar, Fr. Ü-50 Men handelt bij overeenkomst. AANKONDIGINGEN Aankondigingen 15 c. den drukregel. Reklatrten25 c. Rechterlijke aankondigingen 1 fr. id. Dour leven, Wij lezen in IJEtoile Beige van 20n dezer Terwijl in de naburige landen ern stige maatregelen genomen worden om in de mate der mogelijkheid aan het volk hulp te brengen in de nood lottige gevolgen van deri opslag der levensmiddelen, heeft men nog niet anders gedaan dan kommissie's aan gesteld. Duitschland onderander, heeft zij ne grenzen wijd opgezet voorden in voer van vreemd vee. Zulke maatre gelen zouden ons oogst nuttig zijn, maar niets laat veronderstellen dat het staatbestuur er zich mee bezig houdt. In deze voorwaarden wordt het drin gend noodig eene oproep te doen tot het land en hem den toestand onder Belgisch oogpunt voor te leggen. Dat heeft M. Georges Brabant, sekretaris van de staathuishoudkundige maat schappij van Belgie goed begrepen en daarover een werk uitgegeven, dat de algemeene aandacht verdient. Het draagt voor titelHet duur Leven on der Belgisch Oogpunt en is het verslag eener voordracht, gedaan in de Han delskamer van Brussel, met eene in leiding en nota's van den schrijver. In deze studie stralen twee belang rijke punten uit i° Het steeds duurder en duurder en duurder worden van het leven komt niet uitsluitend voort uit alge meene en natuurlijke oorzaken, maar is ook te wijten aan de plaatselijke en kunstmatige oorzaken, dat zijn zulk- danige, die aan den wetgever moe ten toegeschreven worden. 2° Deze kunstige oorzaken zijn het gevolg van onze landbouwpoli tiek. Wordt aan die politiek vaarwel gezegd, zoo zullen die kunstmatige oorzaken natuurlijkerwijze ook ver dwijnen. Om dat vraagstuk op te los sen moet men t° Bewijzen dat deze politiek slecht is 2° aantoonen dat het noodig is daar een einde aan te stellen omdat zij de belangen van het land miskend. Dat heeft M. Georges Brabant getracht te doen door zich te steunen op de bewijsgronden, die wel zeer in gewikkeld zijn, maar toch indruk zul len maken. Hij stelt vast dat de Belgische landbouwbevolking eigenaars, land arbeiders, vrouwen en kinderen, al len samen genomen, detweemillioen inwoners niet bereiken kan, en dat is nog maar 27 van de gehesle be volking van ons land; dat zij niet al leen in hare eigene behoeften niet kan voorzien, maar slechts gedeeltelijk van den landbouw leeft, daar zijnog in nijverheid en handel bijwinsten zoekt eindelijk dat zij maar op heel ondergeschikte ijze meedoet aan de huishoudkundige werkzaamheid des lands. Entochishet met haar alleen dat de landbouwpolitiek zich bezig houdt Het is zoo gezegd ten voordeele van dat kleine gedeelte der heele bevol king dat men op kunstmatige wijze de kosten der levensmiddelen ver hoogt van de al_emeenheid en dat nog wel ten nadeele der nijverheids- en handelswerklieden. Ten bate van die kleine bevolking wordt het leven duur 'gemaakt aan de overgroote meerderheid, aan dezen vooral, op wie onze welvaart steunt en die, om de vreemde mededinging te kunnen doorstaan, zouden moeten kunnen rekenen op een beterkoop levenson derhoud. Daarin bestaat een onbegrijpelij ke onregelmatigheid. Maar dat is nog niet alles. Men mag daarbij voe gen dat zou onze landbouwpolitiek onze landelijke bevolking schijnt te voordeelen, dit maar bedrog, eene oogenverblinding is. Volgens M. Brabant zijn er geene twee duizend menschen in België die voordeel trek ken uit het beschermingstelsel onzer vleeschsoorten. Met het meelstelsel hebben alleen de meelhandelaars profijt en ons suikerstelsel geeft maar voordeel aan de speculanten. Kor tom, wij staan hier tegenover maat regelen, die al de kenteekens dra gen van eene waresocialetafelschui- merij. Het kwaad is zoo groot dat op 1 Mei 1912, M. Van Maenen, burge meester van St. Nikolaas en vriend van ons staatbestuurin vollen Senaat uitriep Voor het Land van Waas, B. V. worden degrenzen gesloten niet uitnoodzakelijkheid, niet om de ver spreiding van gelijk welke besmet telijke ziekte tegen te houden, maar om zekere personen in gelegenheid te stellen, hunne zakken te vullen. Ziedaar de waarheid Zooals men ziet, is het meer dan tijd dat het land ingelichtvvorde. Dat toont ook al het belang aan, dat de gewetensvolle studie van M. Brabant oplevert, die daarom wel verdient overwogen te worden. De Spaarkas verliest 17 millioen door hel dalen der Heli>iselie Kent. Volgens de officieele cijfers, bezat de Spaarkas op 31 December 1910 voor 313 millioen Belgische Rente aangekocht voor eenen gezamentlij- ken koopprijs van 289 millioen 271.206.65 franken. Wij zeggen twee honderd negen en tachtig millioen, twee honderd een en zeventig duizend, twee hon derd en zes franken. Weet gij welke waarde die Rente nu nog heeft, volgens de laatste prij zen der beurs 272.328.500 frank. Of een zuiver verlies op den koop prijs van 16.942.545.15 franken. Door het dalen der Belgische Rent, verliest dt spaarkas nu sedert 31 December 1910 bij de zeventien millioen. Dit is een verlies van 4.85 t. h. In andere woorden, op elke hon derd franken, op de Spaarkas sedert 31 December 1910, neergelegd en door haar geplaatst in Belgische ren te, is er thans een verlies van 5 fran ken 85 cent. of meer dan den intrest van 2 jaren En het is eene regeering onder wier beleid de Rente van 100 frank op 85 is gevallen, die zich de Regee ring van den Nationalen Voorspoed -durft noemen A la porte met zulk ministerie Brloflen en voile appels. Onder meer valsche beloften, waarmede de klerikalen aan onze lichtgeloovige landsche kiezers" hun ne stemmen afgetroggeld hebben, was deze bijzondere Moesten de li beralen aan 't hoofd komen, zij zou den het leger vermeerderen, terwijl zij, de klerikalen, beloofden van, on der geen voorwendsel, de krijgslas ten te verzwaren. Dit was de eenige beschuldiging die de klerikalen tegen ons richten, die gegrond was. 't Is waar, hadden, wij liberalen de overhand behaald, wij nadden het leger versterkt, en wij gelooven te mogen bevestigen, dat het liberalismus van langs 'om meer genegen is, den algemeenen krijgsplicht, met korten diensttijd, opzijn programma te stellen. Wij hebben zulks, tijdens den kiestrijd, manmoedig beleden, omdat wij ge loofden dat ons bestaande leger on bekwaam is, om de onafhankelijk heid des lands te verdedigen, en dat wij die verdediging boven alles stel len. En wat zien wij nu gebeuren De klerikalen, spijts hunne kiesbeloften, die ten andere, volgens de bekente nis van M. Woeste, niet bindend zijn, beseffen het gevaar in 't welk wij verkeeren. Zij zien want het steekt de oogen uit, dat het vaderland bedreigd is, en zij bazuinen op alle tonen, dat het leger moet versterkt worden, en dat in de aanstaande zit tijd, een nieuw wetsontwerp te dien einde zal nedergelegd worden. Zeer wel, en wij keuren die strek- kinggoed. Maar wat wij niet goed keuren, is de ware aftroggelarij, het woord is niet overdreven die onze klerikalen gepleegd hebben, toen zij, tijdens den laatsten kies strijd, het volk met valsche voor wendsels, vërleid hebben. Ja, het leger moet versterkt wor den, maar de klerikale ministers moeten de politieke onbeschaamd heid tot het hoogste punt drijven, om, daags na hunne zegepraal, hun woord te eten, en om noodzakelijk te verklaren, 'tgene zij voor de stem ming, en met het doel van stemmen te winnen, als nutteloos, als wraak roepend deden doorgaan. Dat zal voor de klerikale stem- mors eene eerste ontgoocheling zijn. De tncede die hun te verwachten is, is 't pensioen van een frank daags. Zullen de klerikale dutsen nu ein delijk hunne oogen openen, of zijn zij zoodanig dwaas, dat, moesten de priesters hun wijs maken dat ge- bradene appels uit den hemel zullen vallen, zij zouden staan gapen tot het mirakel gebeurd jÉ 1' Iw Een goed liberaal abon neert zich aan DE WEER GALM. Gebrek aan moed. Het stilzwijgen der Regeering Tot nu toe heeft geen enkele on zer ministers iets gezegd over den politieken toestand. In andere landen zijn er ministers, die ook wanneer het Parlement niet zetelt, over belangrijke politieke vraagstukken verklaringen afleggen. De Grondwetsherziening en de landsverdediging worden onze mini sters doodgezwegen. Waarom Wat ons kiesstelsel betreft, heb ben klerikale bladen beweerd, dat de ministers niets zouden zeggen, zoolang de bedreiging van de alge meene werkstaking zou bestaan. Wij lieten reeds uitschijnen dat een klerikale minister, die ons hul dig kiesstelsel zou veroordeelen, niet alleen de overtuiging van alle libera len, socialisten en kristene demokra- 'ten, maar ook van duizenden katho lieken zou uitdrukken. Dereden, welke opgegeven wordt, opdat de Regeering hare inzichten niet zou moeten bekendmaken, is weinig ernstig. Met meer recht nog mogen wij het stilzwijgen van onze ministers ve roordeelen, in zake nationale verde diging. In klerikale bladen verschijnen er allerlei berichten, die een nieuwe le- gerwet voorspellen. Maar dat alles blijft onbepaald geen enkel katho liek blad durft zeggen wat de Re geering eigenlijk wil. •Dat stilzwijgen noemen wij een po litieke lafheid. Er gebeurt thans in de katholieke pers een wonderbare ommekeer. Klerikale bladen, die gedurende den kiesstrijd beweerd hebben, dat de liberalen de krijgslasten zouden ver- hoogen, beginnen thans te verklaren dat er in elk geval moet gedaan wor den wat er voor onze landsverdedi ging noodig is. Wij hooren nog de stem van kleri kale kiesdravers, die aan eenvoudige buitenmenschen zegden Luistert niet naar die liberalen zij willen dat België een kazerne worde. Op een kruisweg, bij een Vlaamsch dorp, hebben wij zoo ge durende den laatsten kiesstrijd wel een half uur daarover geredetwist met een klerikalen kiesdraaver. De kiesdrager riep voortdurendGij wilt de krijgslasten vehoogenen boe ren beletten te werken en hij zwaaide met zijn armen, opdat zijn vrienden ons door daden zouden be wijzen dat zij het klerikaal schimp- blad... De Afrosser gelezen had den. Maar die stokslagers waren te laf wij gaven hun immers de gele genheid niet om ons in den rug aan te vallen. Hebben wij thans het recht niet de vraag te stellen of er wel een groot verschil zou bestaan tusschen die stokslagers die te laf zijn, en een ministerie, die niet spreken durft, terwijl het wellicht inlichtingen be zit, die aantoonen dat de internatio nale toestand voor ons land kan ge vaarlijk worden Waarom al die alarmberichten in de klerikale pers Waarom dat ge- DE WEERGALM Men schrijft in hij den Uitgever. Lnxtnudeslraai, nr f>.'5, te Y|>er. De aankondigingen van gansch België en 't buitenland evenals de Nolariale en Rechterlijke aankondigingen iriogen gezonden worden ten bnreele van dit blad. Y!en wordt vriendelijk verzocht alle Itoege- naamde artikels uiterlijk tegen Dtjosdag middag vrij en onderieekeml toe te /..unlet).

HISTORISCHE KRANTEN

De Weergalm (1904-1914) | 1912 | | pagina 1