Stadsnieuws. a Volksgezind weekblad der Vrijzinnige Vereeniging van Yper en het Arrondissement. Donderdag, 16" Januari 1915. Negende jaar. Nr 10. Besparingen. Hel Goevernement en de Herziening. Legerkweslie. Hoe men aan overschotten geraakt. Eendracht maakt Macht. Verschijnende deS SPonderdagS. Vires acquirit eundo. INSCHRIJVINGSPRIJS Voor den buiten Een jaar, Fr. 3-00. Voor stad Een jaar, Fr. '•£-50 Men handelt bij overeenkomst. Men schrijft in bij den Uitgever, Lux mudestraat, nr S3, te Yper. De aankondigingen van gansch Melgié en 't buitenland evenals de Notariale en Kechterlijke aankondigingen mogen gezonden worden ten hureele van dit blad. Men wordt vriendelijk verzocht alle hoege- riaamde artikels uiterlijk tegen Dijnsdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. AANKONDIGINGEN Aankondigingen 15 c. den drukregel. Reklamen25 c. Rechterlijke aankondigingen 1 fr. id. De minister van finantiën komt aan al zijne onderhoorigen dringend te bevelen in iedere omstandigheid de spaarzaamheid en de kleine be zuinigingen in 't oog te houden en op elk oogenblik er aan te denken Zoo spreekt nu de baas van de Schatkist, die tot een uur nog vóór de kiezing het geld zoo maar met volle handen door deuren en vensters naar buiten te gooien had Nu de overwinningsroes goed en wel is opgeklaard, zien onze klerika le ministers dat ze op 't uiterste boordeken van 't failliet zitten, en dat men hun even goed de maan vragen kan als de uitvoering van hun ki'esbeloften, of maar eenvoudig de naleving van de verbintenissen, die ze vbèr de kiezing hebben aange gaan. Een massa staatsbedienden, wie nog opslag of andere voordeelen be loofd waren, hooren van niets meer. In sommige diensten hebben de be ambten weken lang naar hun pree moeten wachten. Maar het schoonste van al Tal van onderwijzers en onderwijzeressen, wie op 't aller laatste minuutje vóór de kiezing een opslag was gestuurd, hebben thans bericht ontvangen dat de bureelen hun een te groote verhooging hebben toegekend, en dat ze een bepaalde som in de kas van den belastingont vanger terug te storten hebben En nu maar gespaard, bezuinigd Het is natuurlijk een schoon ding de spaarzaamheid en niemand kan het afkeuren, dat de minister tracht deze deugd zoo veel mogelijk te doen wortel schieten in al de beheeren van den Staat. Maar er is sparen en sparen. Er is welbegrepen zuinigheid en er is wat men in het Fransch noemt «l'économie des bouts de chandelle», in 't Vlaamsch een cent in vier bijten En die spaarzaamheid, dat is de spaarzaamheid van den Belgi schen Staat. Sparen dat is aan al de dienst- bestuurders een bepaald budjet ter beschikking stellen, oneindig veel te mager voor de behoorlijke uitoefe ning van den dienst, en dan nog. door bevordering of anderszins, die bestuurders bijzonder beloonen, welke het middel gevonden hebben om op dat budjet nog wat over te houden Sparen dat is in den post- en telegraafdienst, het werk van tien bedienden laten uitvoeren door drie, en zeven op de tien winketten pa- reeren met het beruchte hermé- Gesloten Het publiek uren laten wachten de klerken hun eigen pen laten meebrengen, de openbare inkt kokers vullen met straatslijk, de kantoren maar alle maanden doen opkuischen lak gebruiken, die stinkt een uur in den ronde. Sparen dat is in den toldienst de douaniers laten verstikken s Zo mers, en bevriezen 's Winters in echte hondenkoten, en het geld op strijken dat door den handel als overuren voor de beambten wordt betaald. Sparen dat is de belastingont vangers laten wonen in hun eigen huis, en de menschen, die hun zuur gewonnen centjes komen aftellen, een halven dag op de straat laten staan. Sparen dat is op het Justicie- paleis zoo weinig rechters zetten, dat de processen dan maar eerst voor kunnen komen wanneer eigen lijk geen der berokkenen nog precies weet, waarover het gaat, wie de be schuldigde en wie de aanklager is. Sparen dat is, in het Leger de soldaten zooveel mogelijk naar hun huis zenden, geen manceu^ers hou den, wapenen en schietvoorraad ver- waarloozen tot een mobilizatie ab soluut onmogelijk wordt en de vijand ons maar op te slokken heeft. Sparen dat is, in het spoorweg- beheer lokomotieven en wagons ge bruiken tot ze onderweg uiteen val len de reizigers hun trein laten missen omdat er geen winketten genoeg open zijn voor den kaarten- verkoop dat is zoo weinig mogelijk geld uitgeven voor den onderhond van de baan barreelen laten bewa ken door oude halfdoove en drie kwart blinde sukkels aan 75 centie men per dag, en arme wisselwach ters tot twaalf uren aan één stuk aan hun zenuwmoordend werk houden, tot ze nog slechts bij mirakel de treinen op het rechte spoor houden. Sparen dat is op den ijzeren- weg miljoenen bezuinigen om ze dan aan de slachtoffers van die zuinig heid als vergoeding te kunnen uit- keeren. Daar hebt ge het Goevernement dat geen weg wist met het geld... voor de kiezing Thans moet het-'al bekennen dat het tot over zijne ooren in den krot zit, dat het een kei het vel zal moeten af stroopen. als het nog z'n eindjes samenknoöpen wil 1 En toch zal wel één beheer van dit ministerieel beroep op zuinigheid verschoond blijven onnoodig te zeggen het welk. Voor de geestelijk heid heeft het Goevernement immers het maximum van zuinigheid be reikt Wat wil het goevernement ei en- lijk Wij hebben redenen om te geloo- ven dat een groot getal van zijne leden, dan nog de meest invloed rijke, de herziening der Grondwet al iets onvermijdelijks beschouwen binnen een min of meer lang tijdver loop. Zij zijn er overigens volstrekt niet bang voor. Zij rekenen er op dat, eens het algemeen stemrecht ingevoerd, een groot deel der be- houdsgezinden, die thans nog voor de liberalen stemmen, hunne rangen zullen komen versterken. Zij zoeken dus anders niet dan tijd te winnen. Zij willen aan eene gan- sche reeks andere vraagstukken den voorrang verleenen. Zij weten dat de rechterzijde, aan wie de kiezingen grof geld hebben gekost, weinig lust gevoelt voor eene nieuwe ontbin ding in 1914. En vooral, zij aarzelen den hardnekkigen, koppigen tegen stand te trotseeren, die de reaction- naire elementen hunner meerderheid, met M. Woeste aan het hoofd, hun zouden bieden. Dit vastgesteld, schijnt elk voor wendsel hun goed om de bittere pil der kiesrechthervorming niet te moe ten slikken. Zij roepen het princiep van het gezag in. Zij beweren «niette willen beraadslagen onder de bedreiging en spreken ongeveer als volgt de arbeiders toe Verzaakt, van nu af aan, aan elk denkbeeld van werkstaking. Laat ons zonder beletsel de krijgswet maken, de nieuwe lasten stemmen, die onvermijdelijk zijn, laat ons met M. Helleputte, den schoolaanslag plegen, en na dit alles, binnen twee, drie of vier jaar, als gij zeer braaf zijt, weigeren wij niet te onderzoe ken of het mogelijk is of niet zich op eene formule van kieshervorming 't akkoord te stellen. Iedereen moet herkennen dat in deze voorwaarden, de aanhangers van A. S. bewijs zouden geven van eene grenzelooze naïveteit, indien zij slechts voor een oogenblik hunne beweging ten voordeele der grond wetsherziening onderbraken. Hunne meesters bieden hun slechts aan te onderhandelen nadat zij zich op voorhand goedzakkig tot onmacht zouden hebben gedoemd. Zij handelen tegenover hen als de Bulgaren tegenover de Turken, toen zij dezen voorstelden vóór de vredes onderhandelingen, gansch de verde digingslijn en al de versterkte plaat sen af te staan, die hunne eenige waarborg tot verdediging uitmaak ten De Turken hebben in deze voor waarden niet toegestemd. Zij hebben Tchataldja behouden en toch geëin digd met te onderhandelen. De werkende klas, die niet over wonnen is, kan zich zooveel te meer op hun voorbeeld beroepen. l)e klerikalen en de Gaat nu niet meenen, lezer, dat onderstaande' regels uit een anti-mi- litarisch propagandablad, zooals De Loteling of De Kazerne zijn overgenomen. Letterlijk nemen wij 't artikeltje over uit het meest gelezen klerikaal orgaan van Lim burg, Maeseycker Weekblad l'roef dat Maar is dan het leger zoo ge vaarlijk, dat wij zoo dikwijls op het gevaar terugkomen ja, duizendmaal ja, wij hoeven er geen doekjes om te winden. In het leger ligt voor onze jonge lieden een groot gevaar voor geloof en zeden. En de reden Omdat er onder de officiers een macht van vrijmetselaars zijn. En gij weet het, die vrijmetselaar is, is eerst en vooral vrijmetselaar en dan officier, in andere woorden, hij zal zijn officierschap gebruiken om zijn vrij metsel aarshaat tegen den gods dienst uit te werken. Daarbij wie telt de minderen in rang sergeanten, korporaals, die zooveel om God en zijn gebod geven, als een hond om hooi die geestelij- kerwijze bedorven zijn tot in het merg hunner beenderen, en wier be dorvenheid zich lucht geeft in vloe ken en gemeen vuilen klap. Dat mag niet zijn, zult ge zeg gen, dat is verboden, door de mili taire verordering. Ja, en wat nog Gij zult me zeg gen, dan heeft de soldaat het recht dat te doen ophouden, en er tegen verzet aan te teekenen. Heel mooi, heel mooit op 't pa pier. Ge moet wel weten, een soldaat is heel mooi met zijn kleurig pakje, zijn blinkende knoopen en schoenen, maar in de kazerne, in het leger, moet het zoowat een vuilloos ding zijn dat maar moet gehoorzamen en verder... basta: die minder te zeg gen heeft dan een kind van zeven jaren in den huiselijken kring. Verondersteld dat een soldaat eens zijn klacht doet en besloten is dien godsdienst- en zedenkwetsen- den praat te doen ophouden. Wat zal er gebeuren Het kan lukken ja, maar dik wijls dan nog ten koste van vele koe- jonneeringen voor den soldaat, die op allerlei wijzen door zijne oversten kan gekweld worden. En ik zeg het u, het zijn arme jongens, die als mikpunt zijn gekozen door kwaad willige oversten. Maar gewoonlijk zal van de re clamatie niet veel te recht komen dan een schouderophalen, een spot lachje, een gemeen praatje wat ook verbeeld zich die soldaat wel, hij heeft hier niets te commandeeren en maarte luisteren. En als de jonge soldaat, die van goeden wil is, ziet, wat uitslag hij met zijn recht uithaalt, laat hij op den duur moedeloos het hoofd hangen. Ik houd vol, dat het leger op godsdienstig en zedelijk gebied aan de jongelingen nadeelig is en ik vrees niet te overdrijven als ik zeg 9 op de 10. Hoe menig brave jongeling heb ik bedorven zien terugkomen Het moet dan ook niemand ver wonderen, dat wij volstrekt geen ge negenheid voelen voor het nieuwe wetsontwerp Andere klerikale bladen schrijven ook artikelen in dien aard laat ons de bespreking in de Kamer afwach ten wij zullen zien wat daar zal van komen. Indiende Stand nog geen schutters heeft voortgebracht, zoo onontbeerlijk tot de verdediging van het land, mo gen wij ons vleien dat hij nochtans, sedert eenige jaren, zijn reden van bestaan heeft gehad. Men weet dat de stad jaarlijks in EK WEERGALM

HISTORISCHE KRANTEN

De Weergalm (1904-1914) | 1913 | | pagina 1