Volksgezind weekblad der Vrijzinnige Vereeniging van Yper en het Arrondissement. Donderdag, 15" Mei 1915. 5 cenliemen. Negende jaar. i\r 27. lie! volk beminnen. ISel volk vleien. Slel volk uitbuilen. Du toeshmd der Selmlkisl Eendracht maakt Macht. 1 t'rsvhijttt'IKle tJonf/ei'finf/#. Vires acquirit eundo. INSCHRIJVINGSPRIJS Voon dun buiten Een jaar, Ft. II-OO. Voor stad Een jaar, Fr. Men handelt bij overeenkomst. VIen schrijft in hij den Uilgever, iJixinudestraat, nr 53, te Yper. De aankondigingen van ganscli Delgië en 't buitenland evenals de Notariale en Uechlerlijke aankondigingen mogen gezonden worden len bureele van dit blad. VIen worth vriendelijk verzicht alle lioege- naatnde artikels uiterlijk legen Dijnsdag middag vrij en onderieekend toe te zenden. AANKONDIGINGEN Aankondigingen 15 c. den drukregel. Reklatnen25 c. Rechterlijke aankondigingen I fr. id. Wij beminnen het volk, maar wij vleien het niet, en-nog veel min bui ten wij het uit. Tên anderen, een vleier bemint niet, en een vleiende uitbuiter leeft op de kosten van jflezen die hij beweert te beminnen. Wij leven in eenen tijd van volks- ontwaking. Het volk wordt van dag tot dag meer bewust, dat het eene macht uitmaakt, dat die macht groot is, dat die macht kan overwegend worden, en slimmerikken maken van die ontwaking, van dat bewustzijn gebruik, om het volk te vleien, om het volk uirte buiten. W ij misprij/.en zulke mannen, en ware het in onze macht, wij zouden ze, vóór het volk. aan den schand paal spijkeren. Voor allen onpartijdigen geest is de waarheid Uaarblijkend het volk is een groot kind, dat te snel opge groeid is, en dat veel te weinig ver stand heeft volgens zijne grootte. Komen er nu oolijkaards af, die het volk omhelzen, en kussen, en vleien, en opmaken, zij gelijken in on/.e oogen aan oolijkaards van eene an dere soort, die geld verkwistende rijkemanskinders op dezelfde wijze omringen om de kluiten te kunnen oprapen die zij, in hunne geweten loosheid,. ongierig rondstrooien. De ware vrienden van het volk zeg.en aan het volk de waarheid die waarheid is hard om hooren soms, en verstandige werklieden zullen hunne ware vrienden erken nen in dezen, die hen waarheden voor oo.en leggen. De waarheid is, dat de gansche opvoeding van ons volk, van ons werkende volk, nog te maken is dat het volk alleen bekwaam is, om dat dat allernoodigste werk te ver richten, en dat, zoolang het dit werk niet. verricht, het volk, als macht zal onbeduidend zijn, en ten prooi geworpen aan den eersten den besten gelukzoeker. De he'ropbeuring der werkende klas, moet van die werkende klas zelf voortkomen anderen kunnen daartoe slechts helpen, door raden en aanmoedigingen. De eerste plicht van het volk is, van de kinderen naar school te zen den, en van te zorgen voor hunne opvoeding. Het is eene ware schande voor ons land, van te moeten besta- tigen, dat vefe kinderen beneden de 14 jaar, zeer vele, die naar 't werk trekken, zoo onbekwaam zijn van te lezen en te schrijven Da ouders zou den moeten verstaan, dat, in onze tijden, een ongeletterde mensch, ge doemd is, om, heel zijn leven, een dompelaar te blijven, een ware slaaf, die werkt vel ijk een beest, en buiten zijn werk zijn genot zoekt en \indt, in de verbeesting, in de verdierlij- king. Hoog tijd is het, dat er radikale maatregels gebruikt worden, en dat het door de wet verboden worde, volstrekt verboden, van kinderen beneden de veertien jaar, naar 't werk te zenden. En voor de meisjes is die ouderdom nog te laag. Zestien -'.jaar ware niet te veel. De jonge meisjes zij n de toekomende moeders zij zijn de spil rond dewelke het huis houden draaien moet. En op het werk zijn geen jonge meisjes meer te vin den. 't Is hertverscheurend om zien, hoe zij, aan eenen ouderdom, op welken zij nog met de pop zouden moeten spelen, reeds aan 't slente ren zijn, den blos van hunne jeugd, de reinheid van hun hert, verwelken de voor den bloei, en op dwazen ou derdom, houwelijken aangaan, tot welke zij noch onder lichamelijk, noch onder geestelijk oogpunt voor bereid zijn. Wat moet er van zulke houwelijken geworden Die jonge moeders zijn niet bekwaam van eene kous te vermaken, van een kleedirtg- stuk te herstellen, van eene eetbare soep te koken Waar zouden zij het geleerd hebben Pin dit zijn de huis vrouwen, die het toekomende ge slacht moeten opkw eeken De grootere werklieden moeten leeren verteren Wij steunen op dat woord verteren», en gebruiken ongeerne het woord sparen Sparen, sparen roept men van Fal len kante het werkvolk toe. En het vol k antwoordt Sparen, met wat? Wij winnen met rooi genoeg om te leven. Dus, werklieden, spaart niet, maar leert verteren gebaar niet te verstaan dat wij zeggen ver kwisten 0. Gij moet dat niet leeren gij kent die kunst reeds lang, en gij kent ze maar al te wel. Gij moet leeren verteren 't is te zeggen tere naar nere stellen. Gij, jonge lieden, gij wint zooveel. Maakt eens uwe rekening, maakt een gedacht op hoe gij dat geld zult verteren Zooveel voor dit, zoo veel voordat, en zooveel om weg te leggen. Sparen is eene manier van verteren Getrouwde lieden, doet het zelfde, 't Zal u misschien moeilijker vallen. Beproeft het, gij zult er u wel mede bei inden. En bijzonderlijk, werklieden, zorgt voor uwen thuis Een van de redenen, waarvoor de werkman het huis ontvlucht, is, dat hij in dat huis geen gemak, geene aangenaamheid vindt. Terecht zegt men, dat de herberg de salon is, van den werkman. Maar dat de werkman eens onderzoeke, hoever! geld hij verteert om dien salon te helpen schoon maken, en hij zal verbaasd staan opzien, als hij bestatigt* dat hij met min on kost, van zijn eigen huis een salon zoude kunnen maken. Het drankmisbruik, is de grootste plaag die den 'nedendaagschen werk man teistert. W ij zeggen het drank misbruik. 't Is voorzeker geoorloofd van een glas bier te drinken, en heeft iemand, een verwaaide keer, bij bijzondere omstandigheden, eene vlieg in zijn oog, hij verdient daarom niet opgehangen te zijn. 't Is het re gelmatig, het dwaas, het verbeestend drankmisbruik dat ophouden moet. Eindelijk, werklieden, vereenigt u om uwe belangen te bespreken, om uwe krachten vruchtbaar te maken, om uwen eigenen stand te veredelen en te verheffen. Maar vereenigt-u tusschen u zei ven, verheft u door u zei ven, ver edelt u voor u zei ven. Aanveerdt raden, aanveerdt ondersteuning, aan veerdt goede wenken van alle dezen die, uws oordeels, het met u wel meenen, maar vlucht als de pest de vleiers die u willen streelen, en ver bant uit uw midden, de mannen die u willen uitbuiten. Luistert naar ons wij zeggen u harde waarheden dus, wij zijn uwe echte vrienden. Redevoering van den heer Franck De redevoering, welke de heer Franck in de Kamerzitting van Dins- daover den toestand der schatkist heeft uitgesproken en welke wij in haar geheel hieronder ceven, werd door de bijzonder talrijk opgekomen Kamerleden met de meeste aandacht aanhoord en maakte dan ook veel indruk. De rechterzijde was schijnbaar onverschillig het viel te bezien dat velen hunner den toe stand niet al te duidelijk inzagen. \Y at den héér Levie, minister van Geldwezen, betreft, deze scheen niet al te best op zijn gemak best mogelijk zou de man 's lands géiden op minder beknibbelbare wijze wil len beheeren, doch met eene regee ring welke er alleen op uit is om tegen elke prijs aa i 't be vind te blij ven, kan hij bezwaarlijk anders te werk gaan. De redevoering van den heer Franck, die bijna anderhalf uur duurde, was zeer zaakrijk en weer legde op voorhand al de argumenten die tegen zijn standpunt konden worden ingebracht. Den heer Franck's rede was eene smadelijke veroordeeling van het financieel beleid der klcrikalen. Met dergelijk beleid zijn wij in tijden van krisis tot een onvermijdelijken gelde- lijken ondergang gedoemd. Het is dan ook een plicht voor iederen libe ralen propagandist dezen toestand voor oogen der kiezers te brengen. Ziehier nu een beknopt verslag dezer voor de re ;eering onaangena me rede, welke in het land grooten indruk heeft verwekt. Uedeuoering van den heer Franck. HET BELEID VAN HET LIBERAAL MINISTERIE. I)e h. Franck (van op hef spreekge- stoclle). De Regeering heeft op dit oogenblik voor 450 1 ni 1 lioen schatkist- bons in omloop. Dergelijke toestand is tot dusverre alleen opgemerkt in landen, waar de linaritiën in benarden toestand ver keerden. Zij is zonder voorbeeld in een voorspoedig land zij is zonder voor gaande in onze fxnantieele geschiede nis. Toen het laatste liberale kabinet het bewind verliet, liet het geen enkele schatkistbon in omloop. De schuld was gekonsolideerd. Hare koers stond 7 booger, dan toen de liberale regeering het bewind aanvaard had. DE REGEERING VAN DEN HEER BEERNAERT Zoo het regeeringsbeleid van den heer Beernaert aanleiding gaf totgroote beknibbelingen, moet toch erkend worden dat hij zich bekommerde om de zuinigheid in het beheer der open bare gelden. In tien jaren steeg zijne begrooting van uitgaven slechts 00 mil- lioen. Met den heer de Smet de Naeyer verdween alle bekommering om maat en zuinigheid de begrootingen zwol len op buitengewone wijze en de open bare schuld steeg met snelle spron-. gen. EEN VERDERFELIJKE FINANTIEELE POLITIEK. De oppositie deed haar plichtzij stelde het misbruik der leeningen aan de kaakde heeren De Lantsheere, Gooreman, Beernaert zelfs stonden daar bij niets baatte echter. De heer Liebaert verviel in dezelfde dwalingen als de heer de Smet de Naeyer. Deze politiek van voortdurende lee ningen was niet alleen verderfelijk, maar in alle opzichten gevaarlijk zij moest noodzakelijker wijze ons kre diet tot een algeheelen ondergang lei den in tijden van krisis. (Flerhaalde blijken van instemming links). Van af 1907-1908 hadden de voortee kenen van eene stijging in de krozen van het geld en de immer toenemende beperking van het afzetgebied onzer rente de oogen moeten openen aan een helderziend minister. Al de verschijn selen van de stijging van den intrest bestonden de plaatsing van de rente 3 t. h. werd zoo moeilijk, dat de Re geering, ten opzichte van de maat schappijen waaraan zij eene belangrijke inschrijving verschuldigd was, daartoe alleen overging door de betrokken maatschappijen op het hart te druk ken om de rente, welke zij hun over handigde, in portefeuille le houden, zoodat de minister, die beter geplaatst is dart het publiek, op de hoogte van den toestand was of moest zijn. Edoch, de loopende verbintenissen, in aangevatte werken en begonnen uitgaven, met al wat er mee gepaard gaat, overtroffen op dit oogenblik 700 tot 800 millioen. Het spreekt van zelf dat het noodza kelijk was, ofwel dit programma te be perken, ofwel nieuwe inkomsten Ie scheppen, ofwel eene groote krediet operatie aan te gaan, van aard om uil- gebreide verbintenissen te dekken. Doch de verkiezingen waren nakend. De regeering liet het nur voorbijgaan waarop eene groote leening hare finan ciën hadden kunnen redden en de krisis afweren die zich aankondigde. Het was daar een onvergeeflijke font. Meer dan een milliard hebbend, ging men voort te leven van den dag tot morgen, de beurs overstelpend met rentetitels en men zag de verwarring die zon ontstaan, kuchthartig te ge- moet zonder zich om de belangen van het sparend volk te bekreunen. Hel is daar een der voornaamste grieven die wij de regeering aanwrijven. DE BELGISCHE RENTE. De overtollige uitgifte van rentetitels en het hooge diskonto dat men moest voorzien brachten de Belgische rente aan den koers dien zij voor 1870 aan schreef. De rente daalde niet alleen als openbaar fonds, doch werd geöe- klasseerd daar zij beneden den koers van gelijkaardige titels viel. DE SC H AT KJ STBONS En dan nam men zijn toevlucht tot de schatkistbons. Al de staathuishoud kundigen verwerpen het gebruik van deze bons op groote schaal. Wel zal men zeggen dat men betere tijden afwachte om de schatkistbons door rentetitels te vervangen. Daaraan moest vroeger gedacht worden. - IMéT I'm PT TT CALM

HISTORISCHE KRANTEN

De Weergalm (1904-1914) | 1913 | | pagina 1