2® Jaargang Nr 55. DE YPERSCHE BODE Bijvoegsel. Zondag 15 Januari 1928. 'Tf^rrst 3E -' rayi komt. met voor sommige posten aanzien lijke bedragen, en zulks zonder meer uitleg. Ik vroeg mij terecht af of deze persoon wel een aannemer of een leveraar mocht zijn. De achtbare spreker vermeldt een aantal posten, met ingeschreven sommen, en ein digt met het besluit geene veiantwoorde- lijkheid kunnende opnemeu, zal ik en mijn groep ons onthouden. Af. D'Nuvettere vindt dat alle rekening of begrooting, als in 1913, door eene bij zondere Commissie zou moeten onderzocht worden, vooraleer deze, onderworpen wor den aan de goedkeuring van den gemeen teraad. M. Vandamme zal zich onthouden, en zijne handelwijze rechtveerdigen tijdens de bespreking der begrooting. De rekening wordt eindelijk ter stem- ming gebrachtwordt goedgekeurd met 6 ja tegen 2 neen (socialisten) en onthou dingen (HH. D'Huvettere en Vandamme en de groep der Katholieke Vlamingen). 6. Openbaren Onderstand. Begroo ting 1928. Deze begrooting behelst voor 4.392.739,75 frs. ontvangsten en 4.386.421,86 frank uit gaven, die uitloopen op een batig slot van 6317,89 frank. Nadat de 11. Voorzitter lezing gegeven heeft van de begrooting, verklaart M. Vandamme zich te zullen onthouden, zooals hij het voor de rekening deed, omdat hij bestatigd heeft dat bedienden, meerdan 20.000 frank als wedde opstrijken, terwijl het uurloon der werklieden zelfs niet vermeld wordt, en hetwelke zou moe ten als minimum bepaald worden op 3,50 frank. Ook verklaart hij zich te zullen onthouden, zoolang de ouderlingen 's Vrij dags eenen haring zullen krijgen om te noenmalen, (üelach) M. Bonnet deelt ter inlichting mede, dat de kleermaker een opslag van 0,25 frs. ont vangen heeft, wat zijn loon nog ver bene den het minimum houdt. Missiaen verklaart niet t'akkoord te gaan. en kan zelfs niet begrijpen, met welken geest de Heeren der Commissie van Open baren Onderstand behept zijn, om met zulke begrooting voor den dag te durven komen. Deze behelst onder ineer eene in schrijving v. meer dan één millioen, zijn de de opbrengst van den verkoop van lan den, en welke dienen moet tot den herop bouw harergestichten, die reeds lang moes ten heropgebouwd geweest zijn. Waarom heeft zij niet vroeger eraan gedacht al dat land te verkoopen. Eene groote onuitspre kelijke weldaad, volgens hen wel te ver staan, hebben zij te danken aan het minis terie, of liever aan eenen fonctionaris, namentlijk voor het vastleggen van 12.000.000 bank schadevergoeding, en het gebruik van de intresten, t. t. z. 600.000 fr. bestemd tot den heropbouw hunner goe deren. Niemand zou zulke voorwaarden aanvaard hebben, vermits iedereen weet dat de intresten van oorlogsschade naar goeddunken mogen gebruikt worden. Zal de huidige minister nu nog den verkoop toelaten van een deel landen, ten beloope van meer dan één millioen? Zulks zou aan den Openbaren Onderstand eene verar ming te weeg brengen, en 't ware veel beter eene leening aan te gaan van eenige millioenen, gedekt door een zelfde getal van de inschrijving op het groot boek. De Competentie van die Heeren is zoo groot, dat, in geval een partikulier aldus moest te werke gaan, hij het slechts korten tijd zou volhouden. De landbouwuitbating sluit opnieuw met een tekort van 3800 frs van opbrengst der hoeve wordt er geen woord gerept. Niemand weet wat er met de vruchten gedaan wordt, men bemerkt alleenlijk in de uitgaven, posten voorzien aankoop van boter, vet, visch, vleesch, groenten, met daarnevens een kolossaal bedrag. Voor drank alleen, 33.000 frank, wat gelijk staat met 650 liters per week de haringen, waarvan M. Vandamme sprak, zijn er misschien wel voor een groot deel de oorzaak, dat onze oudjes zich aan drank niet te kon laten. Hij besluit tot de onmo gelijkheid eene goedkeurende stemming uit te brengen. M. Leuridan verklaart voor dezelfde redens als voor de rekening, 1.1. z. te sim plistische opgave vooi fabuleuze cijfers, het voor hem en zijn groep onmogelijk zal wezen, de begrooting goed te keuren, en zal zich nogmaals onthouden. M. Delahaye noemt het een schoone daad, voor de Commissie'van Openbaren Onderstand, eene som van 4000 frank op hare begrooting ingeschreven te hebben, als toelage voor mutualiteiten. M. Bossaert was intusschen binnengeko men. M. Missiaen spot ermede, want het is enkel oogenverblinding. Zij eischen een speciale kontrool om de leden der ver scheidene ziekenbonden te kennen, doch 't zal hem hiermede bepalen. M. Vandamme vraagt eereteekens voor de werklieden, die aanspraak erop inogen maken wegens jaren lang goeden dienst in den Openbaren Onderstand. De Voorzitter belooft eene vraag in dien zin aan den beheerraad over te makenr Aan M. Missiaen zal hij zeggen, dat hij wel tot den verkoop van die goederen zal besluiten, omdat hij weet dat het anders voor de Commissie van Openbaren Onderstand onmogelijk is, hare gestichten herop te bouwen. .Wen mag alpjd schulden maken, als men ermede geld wint, anders niet. Wegens het akkoord met den Staat geslo ten, den Openbaren Onderstand is er toe verplicht geweest. Na lang genoeg vruch teloos gewacht te hebben naar de schade vergoeding moest hij toch het middel vin den om aan geld te geraken, ten einde zij ne gebouwen te herstellen of te vernieu wen. Alzoo is de Belle en S' Antoniusge- sticht heropgebouwd geraakt. Van den an deren kant brengen die goederen zeerwei- nig op, en het is nu het geschikste oogen- blik om te verkoopen, en er het meeste profijt uit te trekken. Op deze manier zul len de twalf millioen kapitaal onaangeroerd blijven. Wat de landbouwuitbating betreft, heeft deze, van den verkoop harer produk- ten, de ronde som van 133000 f. gemaakt. Daarom zal hij ook de begrooting goed keuren. M. Glorie van zijnen kant, verklaart wa- rotn hij insgelijks de begrooting zal goed keuren. De Heeren der Commissie van O- penbaren Onderstand, hebben bewijs ge leverd hunner bevoegdheid, en den toe stand zal niet verbeteren, indien er onder hen zouden vervangen worden. Natuurlijk zal M. Missiaen enkel vo!daanzijn,alswan- neer hij er zal in zetelen, niettemin verklaar ik dat zij ons aller vertrouwen waardig zijn. Hij doet het voorstel eene com missie te be noemen gevormd uit eenige gemeente raadsleden, die zich met die kwestiën zou bezig houden en desgevolge zou meer klaarheid kunnen komen, in de kwestiën hier ter goedkeuring onderworpen. 't Akkoord met uw voorstel, zegt M. Leu ridan, maar het is spijtig dat het niet in toe passing zal kunnen gebracht worden, ge zien dat M. Glorie en zijn vriend weiger den van nog eene Commissie deel te ma ken. Toch werden eenige namen vooruitge zet, onder meer: Declercq, Missiaen, Leu ridan, D'Huvettere, Glorie. De begrooting werd ter stemming ge legd, dewelke uitliep op 6 ja, 3 neen (so cialisten) en 6 onthoudingen (D'Huvettere, Vandamme en de vier kath. Vlamingen.) 7. Openbare Onderstand Open bare verkooping van verscheidene perceelen grond. Aangezien in zake oorlogsschade, deze bepaald geregeld is, mits eene inschrijving van wegens den staat op het grootboek voor een naam kapitaal van 12.000.000 met in terest 5 van 1 Januari 1925, en volgens akkoord den Openbaren Onderstand, her- beleg zijner vernielde goederen behoort te doen, geraamd op 10.720.090,97 f. Aangezien den heropbouw moet gebeu ren, met de rente, t zij 600.00 0 f. s jaars. wat zou veroorzaken dat slechi> na meer dan 17 jaar den herbeleg zou veruezent- lijkt worden, terwijl den heropbouw onmo gelijk nog vertraging kan ondergaan;daar om stelt den openbaren Onderstand voor 92 perceelen grond te verkoopen, geschat voor eene totale waarde van 1.415.200 f. M. Missiaen is van gedacht dit punt te verdagen en eerst de Commissie voor te stellen, eene lecning aan te gaan. Zulks we re beter dan zich gedurig van eigendom men te ontmaken. M. Vannieuuenhove vindt het wensche- lijk, de heeren van den openbaren onder stand uit te noodigen naar eene geheime vergadering, dan zouden wij meer uitleg over duistere punten kunnen bekomen. M. Leuridan stemt er ten volle mede in, en meent dat eene confrontatie veel zou bijbrengen, en kans verleenen elkeen vol doende klaarheid te verschaffen. Nochtans isM. Missiaen van meening dat zulks weinig zou baten, vermits het gemis aan vertrouwen blijft voortbestaan. Juist de klas die meest belang heeft in de Com missie van den Openbaren Onderstand vertegenwoordigd te zijn, is het niet. Hij herhaalt zijn voorstel van leening. «Als er geen liefde is, kan men moeilijk zeggen, ik zie u geerne scherts M, Glorie waarop M. Leuridan laat volgen zooals inen zegt, van liefde 't hert instampen. Dit punt wordt uitgesteld. 8. Openbaren Onderstand Pachtver- mindering. Eene pachtvermindering wordt gevraagd ten voordeele van Hillewaere van Merckem voor geledene schadetengevolgevanover- strooming, en geschat op 1600 fWordt zonder opmerkingen goedgekeurd. 9. Openbaren Onderstand School- soep Toelage. Eene toelage van 1500 f. voor het uit delen vau soep aan de kinderen, wordt toe gekend aan ieder der drie volgende scholen: Stadsmeisjesschool der Rijsselstraat, Maria- school en S» Josephsschool. 10. Finantiën. Leening van een millioen 500.000frs. Herziening. De leening kan niet aangegaan worden, aan de voorwaarden tot hiertoe besproken, namentlijk met eene jaarlijksche afkorting en voor 20 jaar. Een afgevaardigde van het Gemeentekrediet heeft voorgesteld twee jaar interest te betalen en eene leening met ongeveer driemaal langer termijn aan te gaan. Uitdrukkelijke voorwaarden, zwart op wit, zullen aankomen, dewelke iedereen zullen kunnen bevredigen, gezien hunnen voordeeligen kant. M. Missiaen verklaart, alhoewel hij de leening in die voorwaarden genegen is, hij toch er tegen zal stemmen, omdat hij geen vertiouwen heeft in het schepencollege. M. Leuridan zal in princiep goedkeuren, in afwachting der geschrevene voorwaar den. Dit punt wordt ook uitgesteld. 11. Aatobnsdienst Yper-Meenen (Ba rakken.) Een autobusdienst wordt ingericht van Yper naar Meenen en terug, alle werkda gen door M. Hector Slosse. Hij zal kunnen 45 personen vervoeren, voor een weke- lijksch abonnementsprijs van 27 frank. M. Vandamme zal zich onthouden, ver mits hij, bediende zijnde van den ijzerweg, meent dat met den trein de werklieden genoeg gelegenheid vinden om zich te verplaatsen. (Algemeen gelach) Aange nomen. 12. Mededeelingen. De Openbare Onderstand laat weten, dat hij besloten heeft de aanvraag door het het gemeentebestuur gedaan, en het bedrag der ouderdomspensioenen van 40.000 op 70.000 frank te brengen. Hij vernieuwt zijn verzoek, voor licht en water, en zijne belui ken kosteloos te mogen gebruiken. De gemeenteraad blijft bij zijn voorig besluit, zal kosteloos licht geven, maar den taks voor het water, zal vereischt blijven. De Openbare Onderstand geeft den toe stand zijner kas voor het laatste kwartaal 1927, en sluit met een batig slot van 519.458,29 frank. M. Missiaen voert nogmaals kritiek uit over die rekeningen, en noemt het een lichtzinnig schenken van vertrouwen in een bediende. Twee brieven van dank zijn toegekomen. Een van Vlaamsche leergangen aan de Hoogeschool van Leuven, en een van den Bond der Kroostrijke gezinnen, voor de toelage die hen is verleend geweest. M. Missiaen ondervraagt het Schepen college over den toestand van de Commis sie, welke in de voorlaatste zitting besloten geweest is te vormen, voor het onderzoek wegens het aanpassen der weddeverhoo- ging en der uit te voeren werken in de Justiceschooi. De Voorzitter antwoordt dat geene Commissie is gevormd geweest, wat de weddeverhooging betrett, de schepen- raad heeft het zelf gedaan, en aangaande de werken in de Justiceschooi uit te voeren, wenscht hij te wachten, tot de ontvangst der beslissing der hoogere Overheid, aan gaande het besluit van den gemeenteraad over die school. M. Vandamme meldt dat aan de Rijssel- poort het visschen verboden is, in een deel van het stadswater, en vraagt waarom dit verbod uitgevaardigd is geweest. Nie mand weet er iets van, en een onderzoek zal geopend worden. M. Leuridan klaagt over de verwarming in 't Hospitaal, en wijst op de noodzakelijk heid eene oplossing te vinden aangaande de centrale verwarming daar geplaatst, en ook op de noodzakelijkheid de binnen werken op te doen. De Heeren Sobry en Lemahieu bekrach tigen zijne gezegden, en zullen trachten het mogelijke te doen, om daar verbetering te bezorgen. M. Missiaen leest eene petitie, hem toe gezonden door eenige bewoners van het Noordelijk gedeelte van het Minneplein, die vragen om verbetering te zien brengen aan den weg leidende naar den Veurne- steenweg. M. Declercq doet hem opmerken dataart dezen weg is gewerkt geweest, maar door het slecht weder, gedwongen is geweest dat werk te staken. M. Laton doet aan het Schepencollege opmerken dat de plaats, beschikt tot het bouwen der tweewoonst aan den Dicke- buschvijver, altijd overstroomd zijnde, en gezien de opbouwwerken nog niet begon nen zijn, vraagt, of het niet wenschelijk wa re, de tweewoonst te bouwen, op de plaats waar dat de onderzoekscommissie het best bevonden had, namentlijk tusschen de filters en de bewoonde barak. Die plaats is immers altijd droog gebleven. Hij vraagt ook aan het Schepencollege, voorzorgen te willen nemen, om het ver keer aan de Kaai mogelijk te maken tijdens slecht weder. Verschillige dagen lang heeft er daar groot gevaar bestaan voor alle gerij en voetgangers. Vermits het een pro vincieweg is, ware het goed den betrokken dienst te vermanen. Aan den watertoren van de citadel, was het water op zekeren dag gedurig en ge weldig aan het overloopen. Welke was de oorzaak hiervan, en kon zulks niet verme den worden. M. Declercq antwoordt dat er nog iets in orde niet is in de electriesche leiding, wel ke de pomp verbindt met den toren, en die moet toelaten te zien aan den werkman bij de pomp; hoe hoog het water staat in den toren. M. Van Nieuwenhove vraagt eenigen uitleg over een dossier van den Openbaren Onderstand, en wordt door den heer Voor zitter ingelicht De openbare zitting wordt geheven, het is pas negen uur voorbij. In de geheime zit ting wordt de begrooting 1928 der nijver- heidschool, welke de perequatiewedde voorziet, bijna algemeen goedgekeurd.

HISTORISCHE KRANTEN

De Ypersche bode (1927-1928) | 1928 | | pagina 3