d BffiMI llilllllMIIIWME II ^iiiiiiuiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiie i in yi nlll u® 3»-,, wfi® o 4 ft i |w VOOR VEURftE L a gpMWM s r De Nieuwe Tijd. Zitdagen De Wereldpolitiek c |fWi|4 L LEVE PIUS XI. m Leve Pius XI Voor God, Tsoi en Vaderla. 2J J 'Ufa Tf T I i Eerste jaar N’ 6. Zondag 12 Maart 1922. En vele onzer hedendaagsche gazetteschrijvelaars die er den godsdienst bijhalen.... 1 Drukker-Uitgever, Jules Vanblaere-Decaestecker, Woumenstraat, Diiénude. 1 politieke o geerne ^vat '^öu men daarover al niet kunnen zeggen! Wat er ook van zij, wij mogen ons hier dikwijls in een misèiéland wanen en moesten onze missionarissen van Congo naar ’t moederland terugkeeren, aan ve len zouden zij dezelfde vraag mogen stel len als aan hunne pas bekeerde negers: welke is de allerzaligste leering onder alle wetendheden der wereld? En hier gelijk ginder zou het antwoord klinken; de christelijke leering of de catechismus, Mochten allen, blanken en zwarten, overheden en onderdanen die grondwaar heid even goed begrijpen, betrachten en naleven! ’t Ware de gulden tijd hierop aarde. Maar ja! die gulden tijd was de oude tijd, zeggen of peizen er vele, en nu zijn wü de nieuwe tijd! ’k Zat onlangs op den trein en er was vele volk op reis. Vóór mij zaten eenige bejaarde man nen, duivenliefhebbers; elkeen wist te vertellen hoe men het moest aan boord leggen om de beste soort speelduiven te kweeken, en ieder gezegde wierd ge staafd door het aanhalen van feiten die reeds lang gebeurd en toqh goed onthou den warenAchter mij zaten een troep sportvrienden die al de namen kenden van beroemde velorijders, die met zijn kanten en abouten wisten te vertellen wat er op die en die zes-dagenkoers ge beurd was, hoe zulk een en zulk een op den velo zat of op de pedalen stampte En nevens mij zaten er twee damen waar van de eene kasteeldame was. Zij wist te vertellen aan haar gezellin dat de de ken van haar distrikt overleden was, en dat het zoolang duurde eer er een nieu we deken kwam, en L.oe zij aan een on derpastor gevraagd had waarom de priesters der dekenij nog niet vergaard hadden om een nieuwen deken te kiezen; en er was daar in die dekenij een pastor, qui fait oeuvre de boche omdat men bij de begrafenis van een oud-strijder, in de kerk, een christen vlaamsch liedje had gezongen in plaats van de Braban^onne. En zoo ging het een half nur in die drie groepjes. Dat waren allemaal brave menschen, en God beware mij van te peizen of te beweren dat de mensch geen liefhebbe rij mag hebben of geen verzet mag zoeken. En toch ik dacht in mijn zelven zou den die menschen die zeker allen christen Voortaan zullen er te Dixmude, IN DE VREDE, groote markt, regelmatige zitdagen gehouden worden 1° Den eersten Maandag van iedere maand door M’ Struye, provinciale Se nator, van 10 uren voort. 2° Door Mr Goetghebuer, volksverte genwoordiger, den tweeden Zondag van iedere maand van na 7 12 ure mis tot 10 uren. 3° Door Mr Brusselmans, volksverte- woordiger, den derden Maandag van iedere maand van 10- uren voort. menschen zijn, al evenveel weten van hunnen godsdienst? Zou de kennis en beoefening van dezen niet belemmerd zijn door de kennis en beoefening eener liefhebberij? En de zondagmis, wordt ze nooit verzuimd voor den velo, of de kinderlijke plicht voor de speelduif? ’t Ware wonder om nagaan of deze die goe de duivejongen weten te kweeken, al even goed menschenkinders kunnen op voeden. En deze die den naam van alle befaamde velorijders weten te noemen zouden zij nog den naam van Jesus Chris tus kennen? Verschiet niet, beste lezer: in 1920* verscheen er in ons christen Vlaanderen een trouwer voor zijn pastor om ondervraagd te worden ;en op de vraag wie Jesus Christus was kwam er na vele dubben en aarzelen dit verbazend en bedroevend antwoord van. zulken naam heb ik nooit gehoord. Pijnlijke on- wetenheid waarover Pius X zaliger zoo bitter klaagde, en waaraan die heilige Paus de grot ste on heilet» 'rró on-r be roerden tijd toeschreef. Die onwetenheid in zake godsdienst is zeker erg te betreuren en met alle mid dels te bekampen. Maar de wanbegrip pen in diezelfde zaak, zijn ze beter te'ver ontschuldigen, zijn ze min noodlottig voor de menschen en de samenleving? Ik zou het hard betwijfelen omdat een mensch die in zake godsdienst valsche of onjuiste begrippen opgedaan heeft dikwijls moei- 1 ijker op den rechten weg terug te bren gen is dan deze die daarover geen begrip pen heeft. Zie maar de ketters die altijd met valsche ofonjuiste gedachten begon nen om in stijfhoofdige koppigheid te eindigen. Al Hinken en Pinken Zoo gaan wij naar Genua! Maar’t is op verre na niet zeker dat wij er geraken of dat er daar eenig nuttig werk kan verricht worden.Iedereen begint alzoo zijn eischen te stellen Vrankrijk, England, Duitsch- land', Sovietland. Waar gaat dat naar toe? En waren, dat al nog maar gelijkloopende eischen! maar neen, ze vechten met malkander gelijk wateren vuur. En daar bij nog hoe gaat het vergaan in England Daar brokkelt de regeeringspartij uiteen, Lloyd George, de eerste minister wil ont slag nein^n de andere ministers houden hem tegen en alles is er onzeker. Moest dat ontslag toch doorgaan, wat gaat er geworden van Genua Zou het niet zijn lijk met de conferentie van Cannes waar alles in duigen viel met het ontslag van Briand. Dat ware poets wederom poets. Ondertusschen istr nu toch weerom iets goeus gebeurd met Egypte dat zijn z Jfs- beschikkingsrecht, door England aan geboden, aanveerd heeft. Er is nu weer om een ministerie - .kamer en senaat zullen bijeengeroepen worden en dan verder zal de Egyptische regeering eene na tionale regeering met England beraad slagen om den vrede in al zijne bestand- deelen nader te bepalen. o Daarna zal ’t wellicht de beurt zijn van Palestina alwaar er ook verandering moet komen. Het Sionisme, ’t is te zeggen het Jodendom, dat door sommige engelsche staatslieden tot het leven geroepen wierd, is er heer en meester. Welnu dat Sionis me'is eene kleine minderheid, en de Ware op dat oogenplik de trotsche Keizer van zijn troon gedaald, en hadde hij aan dien vreemdeling, uit’t Oostersche Palestina, de vraag gesteld Wat komt gij hier doen bij ons? dan zou die man, die oude visscher, geant woord hebben Keizer, gij houdt in uw handen den scepter der wereld, uw rijk is machtig en uitgebreid uw Rome, uw troon is er het glanzend middenpunt van.. Welnu, ik die hier voor u sta, ik kom naast uwen troon den zetel opichtren door het offer van zijn eigen bloed niet door het bloed der oorlogen, maar door dat der vervolging en der marteling. Van Nero tot Decius, en van Decius tot Deocletianus, zag men die heldhaftige grijsaards malkander, van hand tot hand, met den herderstaf van Si Pieter de getu.genis geven van het bloed En wanneer de H. Eusebius den keten der vervolgingen en bloedige opofferin gen zal sluiten, dan treedt uit dit lang durig doopsel des bioeds het roemrijke Pausdom vooruit stralend en blinkend, dragend op het voorhoofd, boven de glansrijke lidteekens der foltering de edelste kroon van geloof en liefde, de eeuwigë Pauselijke tiare. o - Maatschappijen storten ineen. Tronen vallen. Vorstenhuizen vergaan. HET PAUSDOM BLIJFT. Op Benedictus XV is Pius XI opgevolgd Elk graf is een wieg, en waar de oude boom valt, rijst dadelijk een nieuwe op met frissche beloften van hoop en toe komst. De Kerk kent geen ander grenzen dan de grenzen der aarde en de grenzen van den tijd. Zij omvat de geheele we reld en blijft onvergankelijk op de rots vast. De Paus, spijts miskenningen en verdachtmakingen, blijft ’t middenpunt en het Christen Rome de hoofdstad der geheele wereld. Aan Hem onze onderdanigheid, onzen eerbied, onze liefde. Zekerlijk zou de Keizer, hoe want rouwig ook, op die woorden den vreemdeling voor een droomer aanzien en hem wandelen gezonden hebben. —o Ook liet de Roomsche Keizer Claudius minachtend Petrus en zijn eerste vol gelingen hun wegen gaan. Eerst, na vijf en twijntig jaren werd de keizer gewaar, dat die man veld won. De Keizer heette niet maar Clau dius maar wel Nero, En Nero besloot alras ermee gedaan te maken. Naar een middel daartoe zoekend vond hij er echter geen ander dan de beul. En toen zag, men den vreemdeling uit het Oosten.'Mien ouden Visscher, die den slaap der Keizers stoorde den heu vel van Janiculus beklimmen, en daar als op een tweeden Calvarieberg voor het kruis dat hem wachte, vroeg hij maar een genade aan den beul van Nero gekruist te worden met het hoofd omlaag, niet weerdig te sterven gelijk zijn Meester. Met de marteling kwam het Pausdom ter wereld. Het Pausdom bekrachtigde de leer van Jesus op den Janiculus in het bloed. Drie eeuwen lang wordt Petrus’ stoel, de Troon en het Altaar van Christus met bloed bevestigd. Want hier beneden ontstaat er niets duurzaams, tenzij door vervolging en marteling; door het bloed en in het bloed niet door het vergieten van het bloed van anderen, niet door het opof feren van het bloed van anderen, maar van een Rijn en den Tanais en en geen Ten jare 795 sedert de stichting van Rome, het 12e jaar sedert de stichting der H. Kerk, toen Keizer Claudius aan het hoofd stond van het nog machtig Roomsch rijk, stapte met langzamen trad een vreemdeling op den Appiaweg, die leidde naar Rome’ s marktplaats het Forum. Daar gekomen, in het hert der wereld stad, leunend op zijn reisstok, liet de man (een oude visscher) (fe blikken rondom zich heen dwalen. Daar voor zijn oogen rees het senaatsgebouw het kapitool, met de lauwerkransen en de ontroovingen van duizend overwinningen. Wat verder rees het paleis der keizers op, waar een mensch, met een woord met een gebaar deed buigen en beven. En na dit alles aanschouwd te hebben, hief de vreemdeling de oogen ten hemel, en staarde dan peinzend voör zich uit. rijk, dat zich ver over den Eufraat, ver over den den Nijl zal uitstrekken, ander grenzen zal kennen dan de grenzen der aarde, geen ander grenzen dan de tijd. Ongetwijfeld zou de machtige trotsche Keizer medelijdend en spotlachend gevraagd hebben maar man hoe zult gij dat aan boord leggen om daartoe te geraken Waarop de vreemdeling hem kalm en koelbloedig zou geant woord hebben Luister keizer gij regeert door het zwaard het bloed der volkeren was het ciment van uwen troon. Ik, ik heb geen ander zwaard dan mijn reisstok bloed van andere leerden ik niet storten maar wel de wonden heelen, en mijn eigen bloed ten beste geven. jk kom alleen, zonder wapens, zonder geld, zonder macht, zonder invloed, maar dragend op mijn lippen en in mijn hart een woord dat machtiger is dan uw zwaard, uw legioenen soldaten, uw keizerrijk Dat woord sprak tot mij, nu twaalf jaar geleden, een Man die meer was dan mensch, een Man die God was, Dit woord sprak hij tot mij, arme visscher die netten herstelde aan den oever van het meer. En hij, die God was zegde tot mij die niets was Tu es Petrus, Gij zijt Pettus, dat is steenrots en op die rots zal ik mijn Kerk bouwen. Ziedaar het woord dat Hij mij na liet,, en met dat woord zal ik de wereld veroveren, en onderwerpen aan mijn rijk, dat het rijk is van Chris tus, het Rijk van God Prijs 15 centiemen.Voorgansch ’t jaar 5 fr. 5 N {..A3- j ~Q- O y jVZ72L1.

HISTORISCHE KRANTEN

De Yzerbode (1922-1940) | 1922 | | pagina 1