aw©;!2
UPUGMT
Stadsnieuws.
Ugenktvuur
bij de gebroeders van Van Coillie,
Ooststraat, Rousselare.
leend.
HewelBeste lezers, landbouwers en
werklieden van Eessen, Clercken en
Woumen, wat dunkt u? Is die spaar- en
leengilde geen allerschoonst en volks
lievend werk? Welnu, wij vragen het u,
wie heeft er dit zoo nuttig werk tot stand
gebracht, en wie doet het steeds groeien
en bloeien? Zijn het de liberalen en de
socialisten die zonder ophouden hunne
zoogezeide volksgezindheid ophelderen?
Neen, niet waar Zij leenen niet aan
den redelijken en gematigden kroos van
4 maar wel aan den woekerkroos
van 10 en trachten alzoo het onwe
tende volk te bedriegen en hem zijne een
ten af te doen om met zijne zuur gewon
nen penningen hunnen eigen zak te vul
len en den grooten Jan uit te hangen. Het
zijn dus de katholieken, en de katholieken
alleen die het volk waarlijk genegen
zijn, en die rechtzinnige liefde bewijzen,
niet door ijdele woorden en alle slach van
valsche en onvervulbare beloften, maar
wel door welsprekende daden. Onthoudt
dat wel, geachte landbouwers en werk
lieden van Eessen, Clercken en Woumen,
en zonder moeite zult gij een onpartijdig
oordeel kunnen vestigen, en weten voor
wien gij in de aanstaande algemeene kie
zingen behoort te stemmen, indien gij
wilt, niet alleenlijk uw geestelijk welzijn,
maar ook uw stoffelijk welvaren voren-
staan en verzekeren.
Een onpartijdige Kiezer.
Zarren<
Voordrachten met lichtbeelden over
Congoland, door den Zeer Eerw. Vader
Vanden Bosch der Witte Paters van
Afrika, op Maandag 25 Maart 1912, om
6 uren namiddag, in de zaal op den
Koordhoek.
1° deel. Wetenswaardigheden over
Congoland en zijne bewoners. a) Uit
zicht van Congoland; b) Over de bewoners
van Congoland.
2" deel. Over de voortplanting van
het geloof in Congoland. a) Toestand
der Congolanders onder den last van het
Heidendomb) Hoe ons heilig geloof en
Christene beschaving langzaam binnen
dringen bij die volkeren.
Kaarten op voorhand te bekomen bij
den Eerw. Heer Onderpastor te Zarren.
Prijzen der plaatsen Voorbehoudene
1 fr. 1° plaats 75 c. 2® plaats 50 c.
Merckem.
Over 5 dagen leze ik in de Gazette van
Diocmude, aangaande die letters die
staan op den gevel van mijn huis en ik
antwoord hier over in het nummer van
heden
Ja, hier hebben al veel brave liên
Naar het einde van mijn huis staan zien
Den eenen lacht, den anderen Is kwaad
Omdat hij niet weet wat er staat.
Groot en klein
Slaan al een oogske fijn,
Als zij hier passeeren,
Om het al bijeen te leeren.
Het zijn niet al ongeleerde llên,
Die daarop staan te zien,
Gendarmen en geestelijken
Staan ook stil om te bekijken.
Er stond nog maar een reke,
Komt daar een uit de streke,
't Was nog geen grooten heer,
't Was Alois, op wandel met den beer,
En hij zei het rechtuit,
En daaameê schei ik uit.
'k Pelsde, dat de ander maar eens
zoeken
Nog geen heb ik hooren vloeken
Moest er mij lomand uitleg vragen
Ik zou het hem zeggen, met behagen.
Vriend luister wel en goéd
Wat die letters beduiden doet
Ziet hoe het gaat
Als gij de rechte weg in slaat.
Lijfrentgilde.
Weeral over de lijfrentgilde hoor ik u
mij toeroepen, en ik zie, gij zijt genegen
dit artikeltje te overschrijden... en gij
zoudt ongelijk, groot ongelijk hebben.
Ja, beste lezer, ik handel nogmaals
over de lijfrent, en zoo de goede God mij
't leven verleent, hoop ik nog menigmaal
met deze zoo nuttige instelling voor den
dag te komen, ten gevare zelfs door velen
van zagerij beschuldigd te worden.
En waarom
Om u te doen begrijpen, dat de wel
stand voor den ouden dag; dat het heil
van onzen ouderdom, gelegen is in de
lijfrentgilde en dat niets zoo zoet, zoo
aangenaam is als te genieten van iets wat
men aan zijne eigene spaarzaamheid ver
schuldigd is.
Ware men doordrongen van deze waar
heid, alles zou als op wielkens loopen.
Maar ongelukkiglijk velen die het nogal
goed meenen, begnjpen het niet, of ont
zien het de eerste stappen te doen.
Met innigen spijt bestatigt de lijfrent
gilde de Coninck de Merckem, dat zoo
weinige lieden aan haren oproep, met
belofte van twee frank van over eenige
weken beantwoord hebben.
Velen zeggen; later!... Waarom in Gods
naam, een nuttig werk uitstellen Weet
gij dan niet, dat, hoe jonger men begint,
hoe hooger de rent zal zijn Later wil
den zij het voordeel beseffen dat hun NU
aangeboden wordt, zij zouden LATER
niet moeten beklagen den dooveman, ik
wil niet zeggen den dommerik, gespeeld
te hebben als het tijd was.
Vrienden van allen stand en ouderdom,
een reddende hand wordt u gereikt en gij
grijpt haar niet
Daarom zeg ik met hertzeer
De menschheid is wel onbedacht,
Dat zij de rent niet meer en acht.
En nooit gedenkt den ouden man
Dio sparen noch gewinnen kan.
Men voert, men toert, men rijd in 't wild
Zoo kwistig wordt het geld verspild.
Maar voor "den ouden dag... 't is paf!
Daar mag geen enkel centjen af
C. C.
Joncker shove.
Och Heere Mijnheere Wat dat ze nu
uitvinden om 't volk van 't ijs te leiden
Ze zijn van 't goe jaar, geloof ik, te
Dixmude, of elders, waar dat ze zulk
brood in den oven steken
Wat is dat nu Eene nieuwe bakkerij
Ja als ge wiltmaar al dat ze bakken,
smaakt geveinigd als 't maar versch uit
den oven komt. Gij verstaat mij niet Ik
zal 't gaan uiteendoen.
Zondag laatst kwam er bier eene splin-
ternagelnieuwe Gazet met eenen splin-
ternagelnieuwen naam om een oud ver
sleten blad te vervangen, waaruit de
lezers nog al wat wit papier konden snij
den; al hadde dat blad maar die gave:
profijtig voor den drukker en profijtig
voor den lezer, Maarwaarom daar langer
van praten Dat blad en verschijnt toch
niet meer. Jamaar, jamaar, is 't dat blad
niet, daar komt eene andere gazet uit.
Zeggen ze alzoo, te Dixmude of elders
nog drie maanden, en 't is kiezing; 't is
verloren, wij moeten hot bekennen, wij
hebben ons verbrand met dat blad, en wij
moeten nu op de blaren zitten. En ze
sloegen raad, en ze vonden hetals het
maar dat en is, wist een heer daar te
zeggen, met geen hair op zijn hoofd,
maar veel hair op zijne tanden, peisde
hij, als 't maar dat en is, wij herbakken
ons oud blad,en geven het eenen nieuwen
naam. En daar, de toer is gespeeld. Wij
zullen het allicht eenige maanden uit
houden, tot na de kiezing. En dan, wel,
wij zullen dan zien. En intusschentijd,
veel kurieuze lezers zullen het algelijk
gelezen hebben.
Maar, nu zijn ze verbrand, met hunne
nieuwe gazet, en ze gaan moeten eenen
fermen plaaster leggen, en nog en zal het
niet genezende wonde is te diep. Die
tien reken in die gazet gelezen heeft,
zegt foei't stinkt.
Over acht dagen, ja die man
Die dat, zoo dichten kan,
Den dien heb ik weeral beet;
Ik zeg dat hij het ook niet weet,
Want de letters staan daar in,
Groot en klaar In deze zin
M. nke. rt. i. a. u. e. oen.
B. e. ngt. z. e. e. r.
H. bt. g. 1.1. a. d. r. t. d. e.
r. a. g. li. t. a. p. 1. u. e. i. r.
En omdat het gewis
Voor iedereen leesbaar Is
Maar nog eenige dagen
Er zal dan niemand meer moeten vragen
De letters die er ontbreken
Zal Ik er tusschen steken
Dan gaat alle man, groot en klein,
Van mij te vreden zijn
Want niemand zal meer moeten raan;
Het volgende zal er dan staan
Mankeert er iets aan uw schoen
Brengt ze hier
Hebt gij iets anders te doen
Vraagt het aan Pol Cuvelier.
Saint.
.aAssaut
Beerst.
Geheel het voorenste blad der plaatse
lijke geuzen gazette was ternauwernood
groot genoeg voor het verslag dier
grootsche betooging te Beerst.
De schrijver heeftin 'tfijne willen gek
ken met die dorpelijke manifestatie, en
vooral met de redevoering van schepen
Coene. Hij doet Men man daar dingen
zeggen, die hem te fijn door de suiker
trekken, vooral als hij schrijft dat bij
den uitslag der gemeentekiezing, de libe
ralen van Beerst weenden van vreugde,
elkander in de armen vlogen en zich om
helsden!! In wiens armen zijn die
oudersche jonkheden zoo al gevlogen
Wie toch hebben zij mogen omhelzen
Maar de schrijver van het artikel
weet weinig te vertellen van het typiekst
van M. Buyls redevoering. Beerst heeft
de eer gehad eerst en vooral het goede
nieuws te vernemen van den verpletteren
den kopslap, dien Buyl in de Kamers
'ing geven... Ik zal ze daar eens be
schaamd maken, de "kaloten, om de ver
kwistingen, die zij doen, zegde hij, en dat
met sommen en cijfers bewijzen; het
ministerie zal plat liggen gelijk eene zes;
'k mag u zeggen, dat men er zal van
spreken, geheel het land door.
Jammer toch dat al de Kamerheeren
naar 't gelukkig Beerst niet gekomen
waren Zij zouden zoolang niet moeten
liankeren hebben, naar dat meesterstuk
En veel andere schoone dingen zou
den zij daar gehoord hebben, onder meer,
dat al de rechters van 't arrondissement
kaloten waren(M. Vansieleghem, bijge-
voegdrechter, die nevens Buyl stond,
grameelde)dat het advokaten waren
zonder (M. Vansieleghem grameelde
voort)dat al de kaloten vrijgesproken
waren en de liberalen veroordeeld.... en
veel andere wetenswaardige dingen.
Ook dat hij, M. Buyl, in den loop
der week, naar 't ministerie ging gaan,
om M. Coene te doen burgmeester noe
men en dat hij bij zes weken terug ging
komen naar Beerst, om de instellatie van
burgmeester Coene te vieren... En't zal
een goede burgmeester zijn, ging hij
voortals gij een pintje te veel op hebt
hij zal gebaren het niet te zienals gij
uwherbergete laat open laat, hij, hij
zal zijne oogen toedoenen gij jonge
dochters van Beerst, als gij bij hem komt,
om te trouwen voor de wet, hij zal u
zeggen 'i is wel aan eenen zuiverbloed
liberaal, dat gij uw herte geeft Zwicht
u wel van met eene kalote te trouwen?!!!
(Droeve tongen zeiden, dat Buyl uitge
kocht was, om hier reklaam te maken
voor de oudersche liberale jonkheden,
vooral voor sommigen van den Raad).
Wie zou toch geen geld geven, en
veel, om zulke schoone dingen te hooren,
uit den mond van een man als den wak
keren M. Buyl.
Waarlijk hebben de intellectueele libe-
beralen, die daar mêe waren, eenen on-
vergelijken namiddag moeten beleven.
Jammer dat er zoo weinig waren
W oumen- J onckersho ve
Janverdikke, zullen wij ons heden niet
moeten verwachten aan de vernieuwing
der straatjongensstreken, waarmede onze
mannen eertijds zoo gretig ons Schepen-
kollegie vereerden! Meester Buyl immers
is weerom in zijne toeren geweest; alzoo
van die toeren waarvoren zijne partij-
genooten in de Kamers zelve als ver
stomd, of voor 't minste bitterlijk
neerd stonden.
Oh ja, ingezien onze gasten dien groo
ten man voor hunnen heer en meester
houden, door wien zij zweeren, wiens
woord en voorbeeld hun als een bevel
voorkomt, aan wiens knien zij als oot
moedige knechten zich zoo gewillig ver
nederen, 't is wel te peizen en heel waar-
schijnelijk dat wij ze ditmaal niet min als
voortijds dit edel stieleke zullen zien
vernieuwen.
Ah wie herinnert zich niet meer den
tijd der fameuse 13,000 geleende franken?
't Was dan, niet waar, bij onze mannen
een huilen en een tieren, om hooren en
zien te vergaan, 't Was al van scherre-
weg en verbuischen welke ons Schepen-
kollegie zou begaan hebben, dat er vloog
en gehoord wierd. 't Scheen zelve
Woumen al met eens te klein was
worden om hun gehuil te bevatten, want
zij moesten, benevens menig ander bunsel
nog, van denzelfden aard, door de stem
oei, aan 400 fr. gepensionneerd van
meester Buyl, dit nog doen uitbellen in
de Kamers der Volksvertegenwoordigers;
dit zelve deden zij waarschijnelijk, opdat
de snoodheid hunner werking des te beter
zou uitkomen alhoewel al hunne uit
vindsels reeds menigmaal door de stellig
ste bewijzen waren geloochenstraft ge
weest en dat men hun eene premie van
13,000 franken had beloofd, indien zij
hunne beschuldigingen konnen verrecht-
veerdigen!
Welnu, al dat gerammelsel had geenen
anderen oorsprong als de alsdan huidige
werking van meester Buyl. Te voren
kenden zij zulkdanige houding niet; vuilig
heden van eenen ganschen anderen aard
op hunne politieke tegenstrevers werpen,
zoolang men hunne neus en hunne eigene
vuilnissen niet had gesteken, ja, dit had
den zij begaan, doch vermoedens zoeken
te verwekken van gemeentegelden achter
gehouden en gebruikt te hebben, aan
zulke eerloosheid hadden zij tot dan nim
mer geroerd. M. Buyl hadden zij nog aan
't werk niet gezien. Maar daar, die groote
man komt op. Lijk dezer laatste dagen,
hij schaamt zich niet en schept zijn ge
noegen in al wie eene eerlijke naam
draagt, in al wie katholiek en godsdien
stig is, te bezwadderen en de ernstigste
vermoedens op hunne eerlijkheid te smij
ten. Verders, wie zal het zeggen, wellicht
geeft hij aan zijne verslaafden 't gedacht
van in hunnen strijd te doen lijk hij,
muizennesten overal te zoeken en daar
mee, t mag kwetsend zijn of niet, waar
of geen waar, op de bres te springen en
in den wind te slaan om meegedreven te
worden en zoo, te mogen hopen, dat er
iets van hunne uitvindsels overblijve. En
ziet, 't was gepast en gedaan en hun ge
rammelsel, stinkende van de vuigste on
waarheden, ging aan den gang.
Ook daarom is het dat wij peizen mo
gen en ons verwachten van met deze om
standigheid, hetzelfde "spelleke te
hernemen.
Dat het maar geschiede't Zal intus-
schen ons de gelegenheid geven eens te
meer de snelle gastjes te ontmaskeren,
't Zal ons d'occassie verschaffen, van met
cijfers voor hunne oogen te leggen, wat
zij en hunne goden, vermogen, ja, wat
zij al voor 't welzijn en den voorspoed
van 't land gedaan hebben, immers buiten
beloften, en voor daden en werken buiten
afmaken en afbreken, komt alles uit op
Oh binst gansch den tijd dat zij de
macht in handen hielden, wat hebben zij
gedaan voor den landbouw!
Niets voor den werkman, nietsBelof
ten genoeg, maar daden, geene! Zij had
den zelfs geen cent pensioen voor hem.
En nochtans zag men dan de lasten jaar
lijks genoeg opklimmen. Maar zij hadden
liever die te verbruiken om Kerk en
Godsdienst te duivelen en scholen zonder
God te maken, vandaar hun jaarlijks te
kort terwijl de katholieken, om nu maar
van 't pensioen te spreken, meer dan 200
millioen eraan besteed hebben sedert 1901
tot 1912 en dat al zonder verhooging van
zien
lasten en daarbij nog een jaarlijks over
schot hebbende. Ziet dan... en zoo is't
ook voor al andere punten. Maar 't zij
genoeg voor heden. Wij zullen nu eerst
onze mannen aan 't werk zien
IIOOGESCHOOL-UITBREIDING.
Deze laatste voordracht van dezen
winter is Zondag waarlijk prachtig ge
weest en zet de kroon op het werk van
dit jaar.
Gedurende twee uren onderhield ons
Z. E. H. Lemaire over de Schilderkunst
der XV(,e eeuw. Na een korte inleiding
over de geschiedenis der schilderkunst en
hare studie, kwam geleerd spreker ten
volle in zijn onderwerp
1° Wat de schilderschool der XV',e
eeuw, t. t. z. beide Van Eycks met hunne
volgelingen Vander Goes, Memlynck,
Vander Weyden, Bouts, enz., hebben af
gemaakt, welke hunne onderwerpen
warenen
2° hoe ze die onderwerpen hebben op
gevat en uitgewerkt. Eenige profane
onderwerpen komen in die tijden voor,
zooals portretten en landschappen doch
veruit het meeste getal zijn godsdienstige
onderwerpenhetgene zeker heel wel in
overeenkomst is, met het tijdstip van
godsdienstig leven der Middel-Eeuwen.
Ze zijn ontleend, enkele aan het Oud
Testament, zooals Elias door den Engel
gesterkt, het grootste getal aan het
Nieuwe Testament, en wel aan het leven
van Onzen Heerze verbeelden twee
groote tijdstippen de geboorte en zijn
dood en verheerlijking; heiligen beelden
ook treft men aan 't zijn onderwerpen
die aan de legenden van die tijden hun
ontstaan zoeken zoo een H. Barbara,
een H. Christophorus, een H. Sebastiaan,
enz., die gemakkelijk door de toen be
staande gilden tot beschermers werden
aangenomen, en als zulkdanigen hoogst
vereerd.
De eerste zijn alle geschiedkundige tafe-
reelen. De laatste zijn devotiebeelden.
Andere heiligen ook werden op het
doek gebracht als geschiedkundige tafe-
reelen, heiligen die verbeeld wierden als
mirakeldoeners, of martelaars in de fol
teringen die ze doorstaan hebben.
Daaruit blijkt klaar het doel der kunst
van die tijden onderwijzen en bewogen
leeren en predikenZelfs de profane af
beeldingen hadden immer een zedelijke
strekking.
Doch hoe kwamen de schilders er nu
toe, zulke onderwerpen op te maken?
Omdat die tijden van godsdienstigheid de
mysteriespelen kenden, of opvoeringen
binnen de kerk van een of ander tafereel
uit de geschiedenis onzes Heeren, ofwel
omdat de relikwiën van deze of gene
heiligen dan vooral werden vereerd.
Daaruit valt dan ook gemakkelijk te
begrijpen hoe die voorstellingen alle, zelfs
de grootste martelien, als de marteldood
van den H. Erasmus, zelfs ook de leven
digste, kalm en zonder beweging of actie
werden afgeschilderd. I)e schilder immers
nam zijn tafereel, zijn personnagen niet
af van het mysteriespel, daar en op den
oogenblik dat het werkelijk werd uit
gevoerd, maar wel na afloop van het spel,
als een levend beeld, als personen die
vóór den schilder poseeren zooals
men zegt, zonder gebaar of beweging. En
daartegenover komt Rubens in de XVI<,(
eeuw met zijn geweldig leven en bewe
ging.
Daarbij hadden de schilders voor doel
decoratief werk te verrichten schilde
rijen af te werken om een bepaalde plaats,
huis of paleis, doch meestal kerken te
versieren. Daaruit komt het dat do Ita-
liaansche school grooter en breeder tafe-
reelen heeft afgemaald daar ze de groote
muren van de Italiaansche kerken en
kapellen moesten mede bedekkenzoo
de Pauzelijke kapel van Sixtus in het
Vatikaan; terwijl onze Vlaamsche kun
stenaars kleiner, en dan ook fijner werk
verrichtten in onze gothieke kerken,
vooral in 't versieren van altaren met
retabels, gelijk er dan in groote hoeveel
heid te vinden waren, dewijl elke gilde
zijn autaar had, dat ze moest opschikken
en versieren.
Deze waren de algemeene princiepen
die Hoogleeraar Lemaire op klare en
leerrijke wijze wist uiteen te zetten, en
met wel verlichte, juist gekozen beelden
nog duidelijker te maken. Om te eindigen
liet hij nog menig werk van onze zoo
gewaardeerde schilders der XV<le eeuw
zien, en wees op menige fijne détails, die
slechts een kunstgeleerde tevens en min
naar vermag na te sporen.
Waarlijk, gelijk Z. E. H. Lemaire het
verlangde, hij heeft ons weten te onder
wijzen en te bewegen, ons te doen trillen
van bewondering en liefde voor die hoog
edele kunst, en onzen katholieken gods
dienst die, hij alleen zulke opvattingen
kan ingeven, en zulke kunstmeesters be
zielen.
Twintig kussen wil ik u
wel geven
Zeg wat is de beste zeep?
SUNLIGHT is 't waar
mede ik dweep.
Beetre zeep vindt gij niet
in uw leven.
een aanstekelijke ziekte, aan de gozond-
heidskommissie of bevoegde overheid
kenbaar te maken2° de afzondering van
het aangetaste lid der maatschappij, uit
school, huis, in hospitaal, lazaret of
andere daartoe geschikte afzonderings
huizen 3° de ontsmetting binst den duur
der ziekte, van de kamer en omgeving
van den zieke, ontsmetting ook na de
ziekte, met aanduiding van verschillende
praktiekst te gebruiken ontreiniging-
middclcn4° de gezondmaking. In dit punt
stemde de geachte spreker vooral op het
toevoeren van zuiver drinkwater in
steden en dorpenop het goed aanleggen
van een degelijk riolennet, en op het
zuiveren van de stoffen die uit de riolen
worden ontbloot, zooals het in grootere
steden gelijk te Berlijn en te Parijs be
staat en nu ook allernuttigst is tot stand
gekomen in Oostende.
Hier miek hij ons ook bekend met een
serum dat met gansch gelukkige uitsla
gen als behoedmiddel voor den typhus in
verschillende landen in 't leger vooral
wordt aangewend zoo in Duitschland,
Frankrijk, Amerika.
Eindelijk trad de lesgever nog in menige
leerrijke bijzonderheid af, aangaande de
meest aanstekelijke ziekten pest, chole
ra, typhus. Iets dat in dit opzicht valt aan
te stippen is wel dit hoe bedevaarten,
vooral bedevaarten van een gansche
natie zooals Muzulmanen, Indianen, enz.
naar heilige steden,waar duizende samen
vloeien en reinigingceremoniën plegen,
een allergeschikst middel zijn om besmet
telijke ziekten te laten ontstaan en uit te
breiden.
Vele pratieke lessen kan de leergierige
toehoorder uit apotheker Ghyssaerts
loering naar huis mede nemen, ten slotte
in zijn laatste raadgevingen samengepakt:
netheid en zindelijkheid in huishouden
en op 't lichaam te behoudenovervloedig
gebruik te maken „van .gezond water,
frissche lucht, en helder lichtmaar met
liet lichaam, tevens ook de ziel van geeste
lijke ziekte vrij te houden.
De heer Ars. Glorie stuurde den toege-
wijden lesgever een hartelijk dankwoord,
in naam van alle aanhoorders toe Wei
verdiend voorwaar.
Het Peest der K. J. W.
Nog acht dagen, en wij zijn er!.... Op
31 Maart geven wij ons eerste avondfeest,
en vol verlangen zien wij dien blijden
stond te gemoet, immers wij zijn over
tuigd dat dit puik feest lukken zal, gezien
de kunstenaars die er optreden, gezien de
beste aanmoedigingen die wij overal ge
nieten.
Wij wisten wel dat onze opgeblazene
liberale farizeërs het feest niet zouden
laten voorbij gaan zonder hunne afgunst
te laten blijken Zij schijnen verontweer-
digd omdat zulk feest gegeven wordt in
den Heiligen tijd van den Vasten, wijl zij
er voor hun eigen geen beletsels in vinden
te maskeren op den eersten Zondag van
den Vasten, en een gemaskerd bal te
houden op Half-Vasten.
Daarin ziet ge dus de valschheid onzer
liberalen, maar wat kan ons dat maken
iedereen weet geheel goed, dat de liberale
partij de schijnheiligheid en de valschheid
verpersoonlijkt, en dat zulk de oorzaak
is van hare verdwijningimmers wat is
zij nog anders dan het trekzotje der
socialisten
Gezondheidsleer.
Dinsdag avond werd door den heer A.
Ghyssaert, lid der provinciale commissie
van openbare gezondheid, waarlijk een
prachtige, nuttige, gansch leerrijke les
gegeven, die ons volkomen bekend heeft
gemaakt met den openbaren strijd tegen
de besmettelijke ziekten.
Eerst miek hij zijne toehoorders in
korte woorden duidelijk hoe de ziekten,
door de microben in 's menschen lichaam
teweeggebracht, worden overgezet, 't zij
door onmiddelijke, 't zij door middelijke
besmetting, door tusschenkomst van
vliegen, ratten, muizen, en andere dier
gelijke, die de ziektekiem op zich rond
dragen
In een tweede punt wist hij de strijd
wapenen aan te duiden waarmede de be
smetting hoeft bakampt; 1° de plicht van
Laat ons dus verders om dat liberaal
gezwets niet bekommeren, en houden wij
het oog op ons feest van 31 Maart ge
richt; op dien kunstavond waarop de
moeilijkste Muziek- en Tooneelliefhebbers
ten vollen zullen voldaan wezen.
Welaan dan Katholieke Leiders en
Vrienden, die ons zoo goed ontvangen
hebt, bepaalt u niet bij het nemen eener
kaart, maar maakt er gebruik van, komt
in ons midden u eenige uren verzetten
en zoek vooral geene uitvluchtsels. Zoo
zult gij toonen dat gij de Katholieke zaak
met hert en ziel genegen zijt, gij zult zoo
doende de Jongelingen aansporen des te
verkleefder aan u gehecht te zijn, des te
moediger te strijden voor den zegepraal
der Katholieke Vlag, want vergeet im
mers nooit het aloude Vlaamsche spreek
woord dat zegtEendrachtig in alles
en voor alles in een woord Een
dracht maakt macht
Leve de Kath. Jonge Wacht!
Kaarten zijn ten alle tijde te verkrijgen
bij de Bestuurleden alsook in de Gouden
Balans
plaats, 2,00 fr. -
3a plaats,
2® plaats 1,50 fr.
1,00 fr.
Bericht.
Alle mededeelingen moeten uiterlijk
tegen den Donderdag noen in het Bureel
beiteld worden.
vtLOMAKERS vraagt AGENTSCHAP
WIELRIJDERS vraagt GRATIS
LUXECATALOGUS
Mil THE ÜHTVERPIA CYCLE Cv Lid, M, PELIKAAIISTHAAT, HTBERPEN,
TARIEF VRACHTVRIJ
nu fi*fVh nnrrl -ariorrl qdat