Gazette Yan Yperen. Menigvuldige kiezers van hel platte land verzoeken de Kamer, dat, voor hel gemak der kiezers, men moge het kiesregt uitoe fenen in de hoofdplaelsen der kantons. Dit verzoek is zoo gegrond dat eenige libe ralen zelve durfden zeggen dat dit noodig was. De liberalery is er van verschrikt en men gaet over tot hel dagorder, 't is te zeggen dat de pelitien gezonden zyn lot de vuilmande. Ten minsten zeventig duizend Belgen vragen in hunne pelitien aen de Kamer gezonden, dat de onregtveerdigsle der wet ten, eene wet in voege gebragt in de jaren negentig, door de fransche sans culotten, behouden onder het bestier van Willem den arglistigen, dat de wet der conscriptie afgeschaft, of ten minsten veranderd worde. De liberale gazetten en hare voor- staenders, die in de Kamer zetelen, zeggen dat dit petitionnement geschiedt door order der Klerikalen en der kosters; zy spotten er mêe, en in de Kamer durven eenige brabbelaers, de onderteekenaers dezer petitien te schimpe stellen. Wy zul len zien dat de handteekens van zeventig duizend Belgen zullen gezonden worden naer den vuilbak. De koophandelaers, de nyverheiddry- vers, de landbouwers lyden by gebrek aen munt; men pelitionneert opdat het fransch goud wettigen koers hebbe; wat doet de liberalery der Kamer? Meester Previnaire, liberale represen tant der stad Brussel, zegt dat hy hoopt dat de teekenaers van slegt beredeneerde petitien, zullen eenen afkeer krygen door de discussie der Kamer; M. Alph. Yan- denpeereboom stelt voor van vyf en tien franken stukken te maken van papier; daerop vraegt M. Orts, het dagorder en, krakde petitien wegens het gouden geld worden gezonden naer Portugael. Wie spreekt er tegen onze petitien? Wie spreekt van papiere geld? Liberalegasten! Wie verdedigt den koophandel en zyne regtveerdige verzoekschriften?Onze deftige afgeveerdigden der bewarende party! De HH. Malou, Rodenbach, Yan Renynghe, Coomans,Dehaerneen meer anderen, ver dedigen onze regten tegen de mannen der liberalery, die niet anders begeeren als te bestieren op hun gemak, zonder iets te veranderen aen de wetten die de onder vinding betoont nadeelig te zyn, en tegen welke wy niet zullen ophouden te rekla- meeren. Kiezers! belanghebbende! petilionaris- den opstand kenbaer maken. Den volgenden dag vondt men op dezelve plakaten geschreven, dat de gene die zouden kenbaer tnaken waer de luite nant Jooris verborgen zat, tot de belooning zou ontvangen eene som van 800 guldens. Jooris ziende dat de Bruggeliugen op hem ver bitterd waren, kwam naer Yperen en naer Pope- ringhe om zyne oude kennissen te groeten. Hy vertrok langs Wervick en Meenen naer Ronsse- iaere en Thourout, alwaer hy een cordon deed slaeo jegens Brugge, op dat er in die stad geene beesten zouden in of uit trekken zonder oorlof. Korts na den opstand van Brugge, wierden er verscheide Bruggelingen aengevat en naer Gent vervoerd, alwaer zy, op 22" julius 1772, voor den pilori van het Graven kasteel gestraft wier den. Een wierd ten toon gesteld met een strop aen den hals, een anderen geregt in afbeelding, twee andere wierden gegeesseld met een strop aen den hals, gebrandmerkt en voor het leven gebannen op straffe der galge. Twee vrouwen wierden ook gegeesseld en veroordeeld tot 20 jaren balling schap, als belhamers van dienen opstand. sen! weest den liberalen handel indachtig tegen de kiezing van 1859. REGTEN DER ONDERWYZERS. Wy zeiden hier boven dat onze liberale ministers niet geern de petitien tot de Kamers zien aenkomen; zy rusten immers geern op de kasseikroonljes die zy in de kiezingen van 10" december 1857 ver kregen hebben; zy willen niet gestoord worden, die groote mannen!! Nochtans zullen de petitien altyd voort tot de Kamer gezonden worden, moest er ook gevaer zyn, de vuilmande te zien over- loopen. Voorledene week kwam in de Kamer een verzoekschrift der onderwyzers van het kanton Florenville (Luxemburg) voor oogen leggende dat het regtveerdig en noodig is de pensioenen te vermeerde ren van deze klas van bedienden, die ge durig werken en slaven tot verbetering van het menschdom. Wy voegen hierby eenige uittreksels uit dit verzoekschrift op dat alle onze lagere onderwyzers zien konnen hoe zy hun regt mogen doen gel den. 1" Sedert 1842, de bezigheid van den onderwyzer, ingezien hy zonder ophouden moet school houden,gedurig werken moet voor deconferentien, groeitaltyd aen, daer integendeel het pensioen altyd hetzelfde blyft. 2° De rampspoedige jaren, die komen voorby te vloeijen, hebben vele onderwy zers in den nood gedompeld. 3° Zich in de onmogelykheid bevindende om zich aen eenig werk of nyverheid toe te geven, waerdoor hy zou verkrygen het- gene hem ontbreekt, is de onderwyzer, ingezien zynen loon, en de verhooging der pagten enz., in eenen staet die niet beter is dan deze welken hy had vóór de wet op het lager onderwys. Het staetsbestuer zal zeggen dat de gemeenten moeten voorzien in de vermeer dering van de pensioenen der onderwy zers. Indien de ministers doof blyven, de gemeenten zullen ook niets doen en alzoo zullen onze onderdrukte onderwyzers droog brood eten. De ministers paeijen de onderwyzers met hun een pryzeken te geven, toen zy den schoolopziener behagen of somwylen het liberael speeltje helpen spelen. Dit volt den zak noch den buik niet. Yeel beter ware het indien de onder wyzer een eerlyk bestaen hadde voor zich voor vrouw en kinderen. Op bet einde van januarius 1772, heeft de ziekte zich vertoond te Voormezeele, en op 28" september 1773, wierd men haer nog gewaer in eene weide van het schoudervliet, gemeente Wul pen en hier en daer in eenige gemeente van Veurne-ambacht. Zy borst ten dien tyde zeer fel uit op Meessen, Wytschaete Comen, Wervick en Meenen en op de grenzen van het fransch gebied daer aen palende. Gedurende het jaer 1774 heerschte de plaeg nog by zeldzame gevallen, somtyds in plaetsen dry of vier mylen van elkaoderen afgelegen. In 1775 was zy gansch uit Westvlaenderen verdwenen. In Oostvlaenderen bleef zy voortduren tot ontrent den jare 1777, wanneer, in april, de jointe deed afkondigen dal zy voor goed verdwenen was. Twee jaren na het einde der plaeg zag men in de weiden van Vlaenderen zoo veel beesten als te vooren. De uitgever der gazette van yperen be houdt als eigendom deze aentnerkingen op de koeiplaeg. Wy wakkeren de onderwyzers aen om hel voorbeeld te volgen van die uit het kanton Florenville. Doet uwe klagten aen de afgeveerdigden des volks, vermits gy de kinderen des volks onderwyst; gy zult by de Kamer beter aenhoord worden dan by de liberale ministers, die u doen meer en meer werken zonder een centiemken belooning meer te geven. Wy zullen de regten der onderwyzers voorenstaen en alle stukken uitgeven die zy ons zullen toezenden tot het verdedigen hunner regten. In het verslag der laetste zittingen van de Kamer, lezen wy dat onze stem ten voor- deele der vermindering van patent regten, verstaen is geweest door de molenaers. Verscheide hebben reeds hunne verzoek schriften tot de Kamer gezonden. Indien de andere dit goed voorbeeld volgen, zy zullen voldaen worden in hunne eisschen. Spannen wy te samen om de erstelling der miskende regten te bekomen. De minis ters moeten niet slapenzy worden betaeld tegen 21,000 francs 's jaers. Molenaers! geeft ze maer eene goede schudding. Men spreekt met veel lof over eene nota door M. Vanderzanden post inspekteur aen den ministervan finantien toegezonden wegens de post ervorming. Er zou in ieder gemeente een post- bureel bestaen, en twee uitdeelingen daegs overal gebueren. In de gemeenten zouden de sekretarissen of onderwyzers met het postbureel worden belast, en daer over betaeld worden; dit zou hunnen toestand verbeteren. En 't beste van al is, dat al die verbete ringen geeneenen duit meerzouden kosten dan de tegenwoordige organisatie der brievenpost. Is het zoo, dat de Kamer zich verhaeste die ervorming te stemmen, en dat de minister zich aen 't werk stelle! NEDERLAEG VAN HET MINISTERIE. Het ministerie dat reeds nog eens weder gekeerd was tot zyn willekeurig stelsel in materie van liefdadigheid,komteenegroo- te nederlaeg te ondergaen voor het hof van appel van Luik. Zie hier in welke omstan digheden Aen de arme van de gemeente Soiron waren er legaten gedaen en bezondere be- stuerders aengesteld om de goederen in die legaten vermeld te bestueren. Het wel dadigheids bureel van Soiron kwam legen die legaten op, en bragt M. den pastor Pholien, die er bezitter van was, voor de regtbank van eersten aenleg van Verviers. Die regtbank verwierp de vrage van het weldadigheidsbureel, en gaf M. den pastor Pholien gelyk in een zeer merkweerdig vonnis. Het bureel ging tegen dit vonnis in be roep; en sinds 5° january lest was de zaek hangende voor het hof van appel van Luik. In het gehoor van 24° february, bragt M. de prokureur generael Raikem zyn ad vies uit, en hy besloot tot de bekrach- tihing van het vonnis der regtbank van Verviers. Het hof heeft die besluitselen aenveerd, en by arrest verleend op 11" dezer, heeft het de vryheid van liefdadigheid, die reeds door het Hof van Cassatie aenveerd was, herkend, den pastor van Soiron gelyk gegeven en het weldadigheidsbureel in al de onkosten verwezen. Dit is eene merkweerdige gebeurtenis MULDERS EN STAMPERS'.

HISTORISCHE KRANTEN

Gazette van Yperen (1857-1862) | 1858 | | pagina 2