lIO
V A K
V E U E& E
wi
M
i
IE
VEURNE 14 JANUARIJ.
JAAR.
ZATERDAG 14
4
150
;5 oo
JANUARIJ 1865.
gezin om zijne kinderen het onderwijs le
geven dat hij wilt wordt door den Paus
i
en rf
een Supplement ^op hall' blad, per
LAAT TOT MIJ DE KLEJNE KINDEREN KOMEN.
Wy lezen in eene korrespondenlie uit
Luik
59.c
ontkent. Alle dagen roepen de kalholijke
dagbladen deze vrijheid in legen het ondei-
wijs van den Staat en de Paus keurt die
vrijheid af!
Door deze verschillige voorbeelden kan
men zien hoe onbezonnen die menschen zijn
met te durven bevveeren dat men aan de
grondwet kan getrouwig blijven en zich
aan de encijcliek onderwerpen.
Door deze verschillige aanhalingen kan
men zien dat onze grondwet en de encij
cliek overeenkomen gelijk het water en
bet vuur.
Op deze waarheden dal wij hier voor
oogen leggen, wat zullen de kalholijken
zeggen? Zy zullen zeggen dat wij liegen
en dal het Adverlenlie-blad een slecht blad
is, maar zij zullen volgens hunne prijsbare
gewoonte niets weerleggen.
algefyeene Tijdingen, Marktprijzen en llandelzaken.
week.
Blad voor Annoncen, Landbouwnieuws, politieke
Een Nummer, en
En ziet daar hoe die menschen handelen!
Ziet daar hoe zij het woord van Krislus
Laet tol mij dc kleine kinderen komen ver
staan.
N.r 2058.
n vrijheid, zonder eenige beperking of be-
slralling der geestelijke of burgerlijke
macht, openbaar en uitwendig hunne
gedachten le belijden en le verspreiden,
’tzij door het woord, ’tzij door de druk-
pers ’tzij door al andere middel.
Hiertegen komen op de artikels 15 en 18
onzer Grondwet, hel eerste luidende.
Niemand kan gedwongen worden op
welke wijze hel zijn moge deel le nemen
aan de akten en ceremoniën van eenen
Godsdienst, noch van deszelfs rustdagen
na te komen.
Het tweede. Dc drukpers is vrij, de cen-
suttrzal nooit kunnen ingébracht worden.»
Verder vindt men nog in liet pauselijk
schrift
Niet te vreden met den godsdienst uit
de openbare samenleving le verbannen,
willen zij voor hem zelfs de deur der
familien sluiten!bevestigende dal van
de burgerlijke wel alleen voorkomen en af-
hangen al de rechten der ouders op hunne
kinderen en voornamelijk dal van zorg te
dragen ov&r hunne opvoeding en onderwijs.
Art. 17 der grondwet zegt: het onder-
wijs is vrij; alle voorkomingsmaalregelen
zijn verboden; de verdrukking der over-
tredingen is slechts door de welbepaald.»
Dus de vrijheid van den vader eens huis-
ONZE GRONDWET EN DE ENCIJCLIEK.
De kathol ijke dagbladen, en onder andere
de Patrie van Brugge en de Journal de
Bruxelles, beweeren dal men aan de encij
cliek van den Paus kan onderdanig zijn en
den eed, aan onze Grondwet gezworen,
kan eerbiedigen.
Wij zullen hier eens eenige uittreksels
van het pauzelijk schrift tegenover eenige
artikels onzer Konstilutie stellen, om onze
lezers aan le loonen, hoe deze twee zaken
met elkaèr wel overeenkomen. Ziel hier:
men ontmoet, zegt dc Paus, in
dezen lijd mannen, en niet in klein getal
die durven onderwijzen dal de beste regel
van staat en burgerlijken vooruitgang
vereischen dat de menschelijke samen-
leving ingericht en bestuurd! worde, zon-
der eenig acht te slaan op de religie en
alsof deze niet bestond, of ten minste
zonder eenig verschil le maken tusschen
de ware en de valsche religiën.
Wal meer is, tegenstrijdig mei de lee-
ring der Heilige Schriftuur, der kerk en
der heilige Vaders, vreezen zij niet te be-
vestigen dat dc beste voorwaarde van
samenleving degene is in welke men aan het
Bijk dc pligt niet toekent van, door straften,
de schenders der kalholijke religie in ontzag
te houden, ten zij in ’t geval dat de open-
bare vrede het vereischt.
Ziet hier nu het artikel 14 onzer Grond
wet: de vrijheid der Godsdiensten, hunne
openbare oefening alsook de vrijheid van
zijne denkwijze te uiten over alle zaken zijn
gewaarborgl, behoudens dc beteugeling der
overtredingen ter gelegenheid van hel ge-
bruik dezer vrijheden begaan.
De Grondwet waarborgt de vrijheid der
Godsdiensten; de Encijcliek veroordeeld ze.
Zonderlinge overeenstemming, voorwaar!
Volgens de Grondwet zijn alle de gods
diensten vrij, en volgens de encijcliek zou
deslaat moeien een verschil maken lusschen
den waren en dc valsche godsdiensten en de
overtreders der kalholijke religie straffen!
Ziet hier nu nog zoo een staakje:
Als gevolg van dit valsch denkbeeld
der maalschappelijken besluurs, vreezen
zij ook niet deze verdwaalde denkwijze
te begunstigen, oprecht doodelijk voor
de zaligheid der zielen en door onzen
voorzaat Gregorius XVI van geëerbiedige
gedachtenis, raaskalling genoemd, name-
lyk dal de vrijheid van geweten en gods-
diensten een recht is aan iederen mcnsch
eigen, dal de wet hetzelve moet afkon-
digen en het in alle goed ingerichte
samenleving waarborgen, dat de burgers
het recht hebben, in eene volkomcne
-iv
-v*
jan.
0 00
'au.
Voor stad
worden
j.'
>n.
n.
n.
t.
1.
l
00 00
00 00
22 40
00 00
0 00
0 00
0 00
0 00
)0 00
19 00
10 00
16 00
8 00
3 30
10 00
7 00
2 18
2 13
)5 kil.
00 80
•k 00
fr.
Ik heb u oen stichtend verhaal mede te doelen
dat bewijst hoe de publieke opinie gelijk heelt zich
tegen de verovering van het onderwijs door de gods
dienstige sekten, te verzetten.
Eene eerlijke kunstenares van onzen koninglijken
schouwburg heelt eene kleine wettige dochter ik
onderschrijve hel woord wettig op dal de laster niets
te zeggen zou hebben, een bevallig meisje reeds
blad, Ooststraat
van het rijk.
Men abonneert zich oj» het bureel van het
|J.' 33, te Veurne, en op al de postkantooren
'5 Insertien, IScentimen den drukregel.
Een afzonderlijk nummer 20 c.', het supplement 15 c.*
Alle affichen, bij de uitgevers van dit blad gedrukt,
tt.vuAAL onvergeld in hetzelve geplaatst.
Brieven en geld vrachtvrij toe te zenden.
Prijs van inschrijving, BETAALBAAR \U0R0P:
6 franks ’s jaars.
8 fr. 25, 6 maanden.
1 fr. 75. 3 maanden.
7 franks ’sjaars.
Voor buiten, vrachtvrij: 3 fr. 75 6 maanden.
2 fr.25 3 maanden.
Voor frankrijk 16 fr. 50 ’s jaars.
aan «Telde om hare opvoeding te kunnen beginnen.
Deze dame, als goede moeder en om reden waarvan
ik de welvocgelijkheid niet te beoordeelen heb, zou
geern hare doclher in pensioen gedaan hebben in
het een of ander nonnenklooster onzer stad dat zich
met hel onderwijs der jeugd gelast. Zij nam inlich
tingen, bij zeer treffelijke persoonen, over het ge
sticht dat zij kiezen zou, en de zaak besloten zijnde,
geleidde zij zelf haar kind in een onzer beste nonnen
pensionnaten.
Mits die dame een zeer onderscheiden voorkomen
heelt en het kind waardig is van de moeder, zoo
deden de zusters het liefelijkste onthaal aan de moe
der van hel meisje, welke op den prijs niet afdong
en over de inrigting van het buis zich zeer te vredeu
toonde. Van dien dag af werd het kind in de kost
school aanveerdt.il, zal u het verhaal der lofspraken
sparen welke men aan de moeder over de bevallig
heid en goede opvoeding van baar kind deed. Ge
lukkig van haar meisje in een huis dal haar alle
waarborgen gaf geplaatst te hebben, verliet de moe
der het geslicht, dc tranen in de oogen, men verwij
derd zich van eene beminde dochter niet zonder wat
te weenen, maar doch voeile die achtingswaardige
moeder de hoop dal haar kind eenige zoete jaren zou
overbrengen in het gezelschap van jonge gezel linnen,
en ver van de wederwaardigheden van het arlisten-
leven. Deze hoop moest van korten duur zijn.
Des anderdaags, ’s morgens, klopte men op hare
deur en eene zuster kwam haar het kind weder-
brengen met den prijs van hel pensioen dat zij be
taald had, er bijvoegende dat men in do kostschool
geen uitstaans had met de dochter van een aktrice.
De eerlijke kunstenaarster verbleekte op deze
belediging dat het kind, aan zijne jaren, gclukkelijk
nog niet kon verstaan, zij omhelsde koortsaclilig
hare dochter als wilde zij den vlek van haar bedrijf
op het voorhoofd der kleine afvagen en vond niets
te antwoorden aan de dochter van God, die schaam
teloos die booze daad kwam te begaan.
liet eerste oogenbiik van verbazing voorbij zijnde,
zoo dacht deze dame dat het toch ónmogelijk was,
dat men van haar kind eene paria zoude maken, om
dat zij de dochter eene eerlijke artiste was, dat alle
de godsdienstige huizen die onverdraagzaamheid
niet zouden hebben, dat zij eene ongelukkige keus
had gedaan, en zij besloot dus eene tweede proef aan
te gaan. Zij begaf zich in eene der vermaardsle kost
scholen, en na eene zoo vleijende ontvangst dan in
de eerste, liet zij hare dochter aan du zorgen der
godvruchtige zuster van liet order der Bover.
Twee dagferi daarna kreeg zij den volgenden brief:
A M. D. G. J. M. J. B.
Mevrouw,
liet spijt ons zeer van U te moeten bekend maken
dai wij ons in de noodzakelijkheid bevinden van de
aanneming uws dochterke in onze kostschool, in te
trekken. De stiel die gij doet, mevrouw, zet er een
hinderpaal aan. Wij zouden gelukkig geweest zijn
goed aan uw kind te doen, ware hel niet dat deze
omstandigheid er zich tegen verzet, en, werst er van
overtuigd, het is niet zonder moeite dal wij ons ver-
pligt zien er van af te zien.
Voor onze eerwaarde kloostermocder.
Dame E B....
Luik, 19 december 1864.
De brief was beleeft, zeeniaclitig, maar de blindste
onverdraagzaamheid liet er zich in iedere reek zien.
Onnoodig te zeggen dat de. artiste zich verhaaste haar
kind te gaan halen, dat voor de tweede maal uit een
godsdienstig onderwijsgesticht weggejaagd was,