y
I
1
Algemeene Tijdingen».
men
4
van eenen
delicten,
I
U
In hare zitting van den 12 II. is de per
manente deputatie dezer provincie, volgens
art. 18 der wet van 19 december laatst,
overgegaan tol de benoeming der leden
samenstellende de provinciale besluur-
kommissie der fondatien dersludiebeurzen.
Zijn benoemd: MM. De Ridder-Du Jardin
en Kesleloot, voor het arrondissement
Brugge; MM. Vandevenne, de advocaat
Ghesquière en Mabieu-Charpentier voor
hel arrondissement Kortrijk; MM. Beke en
Malou-d’Assonville voor het arrondissement
Yper, en MM. De Keuwer en De Blauwe
voor het arrondissement Veurne.
Thans is het verslag uitgedeeld van den
heer Delcour, in name van de bijzondere
commissie opgemaakt, welkcdoorde kamer
was gelast om de kwestie van grondwette
lijk recht te onderzoeken, belrekkelijk het
Gij zult, bij voorbeeld, de verdeeling der
studiebeurzen goedkeuren en uwe bewijs
redens bijbrengen, zij zullen u gecne reden
in tegenspraak der uwe geven, neen, zij zul
len zeggen dal de ministers dieven zijn en
dat gij ook aan de dievenbende toebehoort.
Gij zult beweeren dal alle de Belgen ge
lijk zijn voor de wet, dat alle de menschen
gelijk zijn voor God en dus allen eene
ordentelijke begraafplaats moeten hebben
na hunne dood; zij zullen u niet tegenspre
ken, zij kunnen niet, maar zij zullen zeggen
dat gij een goddeloozen zijt.
Gij zult houden slaan dal de kerk geheel
en gansch onafhankelijk moet zijn van den
slaat, alsook de slaat geheel en gansch
onalhankelijk van de kerk;
Gij zult hun zeggen dal de priester, met
te werk te gaan zoo als hij hedendaags
doet, met zich heerschzuchlig en onver
draagzaam te toonen, veel meer kwaad doet
aan de religie, dan alle de solidairs van de
gansche wereld, zij zullen het tegenstrijdige
niet zoeken te bewijzen, neen, zij kunnen
niet, maar zij zullen zeggen dal gij een
dommerik zijt en dat gij zoekt de religie
in den slijk te smachten.
Men leze dan hunne bladeren, die zijn
verdienstelijk, loffelijk en men zal er veel
uit leeren.
Maar geene liberale gazetten mag
lezen, o neen, die zijn te slecht.
Die bladen zijn immers door mannen op
gesteld die den vrijen wil voorden mensch
voorstaan; die houden staan dat de mensch
zijne verstandelijke vermogens geschonken
is van God om er vrij gebruik van te maken,
cn niet om gebukt te gaan onder hel juk
van mannen die zoeken de gansche wereld
onder hunne heersch- cn hebzucht te doen
plooijen.
Die bladen willen de scheiding van kerk
en staat; de burgemeester op het stadhuis
en de priester in de kerk.
Zij houden slaan dal de priester zijne
missie niet vervuld, wanneer hij zich met
andere zaken bemoeid dan met deze die
den Godsdienst aangaan.
Zij houden staan dat de priester, wanneer
hij de dorpen afloop, als stemwerver in
kiezingen, of om aktien van Langrand-
Dumonceau te plaatsen, oneindig veel
kwaad doet aan de religie.
Daarom zijn dal slechte gazetten en men
mag ze niet lezen.
Maar men mag de klerikale gazetten lezen,
in deze vindt men stichtende dingen, zoo
als wij hier voren er een staaltje van ge
geven hebben.
Wij liberalen, hebben niets omonze bla
den aan te bevelen dan de rechtvaardigheid
onzer zaak. Wij vragen niets liever dan
dat men benevens de onze, ook klerikale
gazellen leze, wij zijn van de vergelijking
i.i ‘i bevreesd, in tegendeel.
Maar wal doen onze tegenstrevers? Zij
trachten met alle middelen de liberale
bladeren te doen verdwijnen; zij gebruiken
daartoe niet alleen preek- en biechtstoel,
maar nog verklikking, afspiedingen trouw
loosheid.
En ondanks alle de bed ri egel ij ken mid
delen welke zij te werk stellen, moet de
waarheid boven, het licht zal zich maken,
en alle hunne kuiperijen en buitensporig
heden zullen slechts dienen om het libera-
listnus wat haastiger te doen aankomen.
In ons supplement van woensdag lesl
hebben wij doen kennen, dat, in de weck
van I tot 7 dezer maand, de merkt van
Veurne deze was van alle de merkten van
Belgie waarop het meest tarwe is verkocht
geworden.
Deze steeds aangroeijende voorspoed
onzer merkt, hebben wij aan niets anders te
danken dan aan de steen- en zandwegen
welke alle de omliggende gemeenten aan
onze stad verbinden en welke zich gedu
rende de lesle jaren zoo zeer vermenig
vuldigd hebben.
Aan ons tegenwoordig stadsbestuur zijn
wij het meest verschuldigt, van het initia
tief in het leggen dezer wegen te nemen.
Niets wordt door hetzelve verwaarloosd om
nieuwe gemeenschapsmidddelen te ope
nen, onze stad te bevoordeeligen en.onze
merkt in aanzien te doen groeijen.
Reeds is men bezig met hel leggen.van
de kalsijde van aan de Wazebrug door Boils-
houcke lot den steenweg van Ramskapelle
naar Pervyse, en welken bestemd is om
de inwooners van Boitshoucke, welke des
winters uit den slijk niet konden, ten allen
tijde met de stad in gemeenschap te bren
gen. Welhaast zalte Avekapelle eenen steen
weg gelegd worden van aan de ijzerenweg-
stalie door de dorpplaals, naar de kalsijde
van Veurne op Brugge rechtover d<j herberg
den Papegaei, en eenen steenweg van de
dorpplaals door Rosdamme tolaan Pervyse..
Nog andere steenwegen zijn nog in ont
werp, en zullen eerlang hel met onze ge-
meenscbapslinicn komen vergrooten;
tweegevecht tusschen de heeren de Laet
en Ghazal.
Ten aanzien der stellige schikkingen van
de art. 90 en 154 der grondwet heeft de
kommissie met algemeene stemmen erkend,
dat de inbeschuldigingstelling
minister, voor misdrijven en
vreemd aan zijne function, aan de kamer
behoort, maar dat, in den legenwoordigen
toestand der wetgeving, het hof van kas-
satie alleen bevoegd is om den minister
te oordeelen.
De kommissie heeft beslist dat de om
standigheden haar niet veroorloven een
algemeen wetsontwerp op de ministeriëele
verantwoordelijkheid op te maken, of
schoon verscheidene leden der kamer den
wensch daartoe hebben uitgedrukl. Ziet-
hier het wetsontwerp dat door de kom
missie aan de kamer wordt voorgesteld:
Art. 1. De misdrijven en delicten, door
eenen minister buiten de uitoefening zijner
function gepleegd, worden voor hel hof van
kassatie, vereenigde kamers, gebracht.
Art. 2. De instructie zal niet kunnen be
gonnen of voortgezet worden, dan op
machtiging der kamer van volksvertegen
woordigers.
De preventieve aanhouding van eenen
minister zal slechts met dezdfde machti
ging mogen plaats hebben.
Bij aldien de minister lid van den senaat
is, zullen de vervolging en aanhouding niet
mogen gebeuren tijdens den duur van den
zittijd, dan met de machtiging van die
vergadering.
Art. 5. De prokureur-generaal bij hel hof
van kassatie is met de vervolging gelast,
ten minste als de kamer van volksvertegen
woordigers niet eenen of meer kommissa-
rissen afvaardigde. De kommissarissen zul
len al de altributiën van openbaar minis
terie uitoefenen.
Art. 4. De kamer van volksvertegen
woordigers kan altijd van ambtswege de
vervolging bevelen.
Art. 5. Op verzoek van den procureur-
generaal, zal het hof eenen of meer zijner
leden aanduiden voor het onderboor der
getuigen, of voor alle andere akten van
onderzoek welke er kunnen te doen zijn.
Art. 6. De instructie gedaan zijnde, zal
de prokureur-generaal, in elk geval de zaak
voor het hof van kassatie brengen en zal
er zulke rekwisitie aan geven als hij zal
noodig oordeelen.
Art. 7. De burgerlijke aktie, voortsprui
tende uil het misdrijf of het delict, kan niet
dan voor het kassaliehof en tegelijkertijd
als de publieke aktie vervolgd worden.
Art. 8. Het hof van kassatie zal de vor
men in acht nemen, door het wetboek van
krimineel onderzoek voorgeschreven.
Art. 9. De overtredingen, door ministers
begaan, worden in de gewone vormen
door de rechtbanken geoordeeld.
Art. 10. De tegenwoordige wet zal den
dag na hare afkondiging verplichtend zijn.
Ze zal herzien worden binnen de drie
jaren, te beginnen van heden.
I
I
MINISTERIEELE VERANTWOORDELIJKHEID.
STADSBELANGEN.
Zanieiislelliiu; der kamer van Notaris» n vuor het.
regl»gcbied Veurne:
Voorzitter: M. Jooris te Nieuport.;.
Sijudic: 81. Van Iseghem te Nieuport;
Verslaggever: 81. Sieverlynck te üixmude;
Schatbewaarder: 81. de Bruuwevu te Veurne;
Sekretaris; 81. Holly te VVuivesingbem;
Leden: 8181. Planlefeue te Veurne en Van ilei».
Berghe te lluusbrugge.
Morgen lichtend, om 11 ure, zal het muzijkge—
nootschap S.*’Cecilia, zich op nieuw in deu hol van.
den heer Bieswal-Bi icoult laten hooreu. Er. zal dit
maal strengelijk gewaakt worden dal. slechts de
werkende en verleden en hunne gezinnen, er in.
toegelaten worden.
Op SS’mxendag aanstaande, zal Z. 11. de bisschop.
van Brugg alhier zijne plechtige intrede doen.
Dezer dagen deelde het Journal de Urugir zijne
lezers het volgende mede:
Wij vernemen dat den ingenieur belast met hek
ontwerp van eenen ijzeren weg van Brugge langst.
Nieuport naar Veurne, niet vertakking, van Nieuport
naar Oostende, zeer werkzv.nn met de studiën der-
plans en den opstel van alle noodige stukken bezig,
is, en die het vast ontwerp van deze linien zuilen
uitmaken; dal voornaam werk zal nog voor de sluir
ting der kamers aan het bestuur van'slands open
bare werken kunnen aangeboden worden. ludieti.
het Staatsbestuur, van dit par heileggen van deze-
belangrijke linien, sedert november jl. in concessie
gevraagl, loestaat, <1 werken zouden met het begin,
van het toekoiuei.de jaar kunnen aangevangen en
voltrokken zijn, derwijze dal zij voor het bad tijdstip,
van 1807 gebezigd zouden worden.»
Onlangs was er te Poperinghe eene som van FOO.
franks in gouden geld gestolen, ten nadeele van
Karei de Grens, dienstknecht bij den landbouwer
Coevoet. Alle opzoekingen nin> op het spoor van den.
dader te komen, waren vruchteloos, toen de heen
Collier onderpastor van Si. Bertinus-kerk aldaar,
dezer dagen de gestolene som in zijnen bichtstoel
vond. De heer Collier beeft de 500 franks terug ge
geven aan de Crens, die opsprong van blijdschap.
Men heeft den 12 dezer ’s morgens, vroeg in een.
boschken nabij de herberg de K.alteroche, het lijk
meteen vermorzeld hoofd gevonden van den briga
dier der douanen te Lisseweghe. De ongelukkige,
een man van omtrent de 50 jaren, lag nog met de
pistool in de hand, waarmede hij zich den kop ge
brand had. Men had hem eergisteren avond, omtrent
ten 8 ure, nog in de Kalleroche gezien alwaar hij
rustig een paar glazen bier gedronken heeft.
De Kolnivche leiiung meldt dal de koning der
Belgen den heer Leusenians, gouverneur der provin
cie Luik, en generaal Fleury-Duray naar Aken ge
zonden heeft, om er den koning van Pruisscn in
zijnen naam te begroeten.