VAN VEURNE. VEURNE 7 FEBRUARI. AAN HET WOENSDAG 7 FEBRUARI 1866. Verdachte 148 I 20 288 veekwaal zooverre inogelijk van ons ver wijderd te honden, ten strengste te doen uitvoeren. ’t Is enkel ten dien prijze dat wij de run derpest, wanneer wij haar zoodra inogelijk den pas afsnijden bij eiken inval, bijna ongevoelig maken en den landbouw de grootste, de onberekenbaarste diensten zullen bewijzen. zij reeds 1710 beesten getroffen. Men rekent dat in de provincie Zuid- llolland de ziekte wekelijks bijna 5000 beesten aantast. Op 15 dezer maand, had men officieel 28,757 gevallen beslaligd, waaronder 8785 gestorvene, 6964 afge maakte en 9477 genezene dieren. Dank aan de waakzaamheid door ieder een, maar bijzonder door den minister van binnenlandsche zaken uitgeoefend, is Belgie, tot heden toe, oih zoo te zeggen, bevrijd gebleven van de runderpest. Echter is het niet alleen hoogst noodzake lijk dat men blij ve voortgaan op het inge slagen pad, men moet daarenboven zijne waakzaamheid en iever nog verdubbelen. Vooral is het de plicht der gemeentebe sturen al de voorgeschrevene maatregelen en andere, welke strekken om de ijselijke In de verledene eeuw heeft de run derpest ook in Vlaanderen geheerschl, en er werden toen ook maatregelen genomen door de Algemeene Staten van Vlaanderen, gelijk aan deze die de minister van binnen landsche zaken genomen heeft. De inwooners van Veurne-Ambacht be weerden dat de Algemeene Stalen hun geene bevelen te geven hadden; dal zij eénen vrijen Staat uitmaakten, en zich niet gingen ondergeven aan de maatregelen die geno men werden. Zij weigerden hunne dieren te dooden en namen van hunnen kant andere maatregelen om den inval der péstc te beletten. De Algemeene Stalen van Vlaanderen gaven voor antwoord: liet is wel; doet naar uw goeddunken; maar wij zullen gezondheidspalen stellen en uw vee niet laten inkomen. En wal gebeurde er! Vlaanderen behield zijn vee, en Veurne- Ambacht verloor tol zijne laatste heeste toe. liet gebeurde van dien tijd bewijst hoe noodig eene wet is die maatregelen voor schrijft om het opkomen der runderpest zoo veel inogelijk te beletten, en het voort zetten van dien vreeselijken geesel tegen te houden. Te Marcinèlle, bij Charleroi, is een 1 van drie jaren opgebrand, dewijl de moeder afwezig was. De Gazette de Mans meldt dal 400 mijnwerkers derkoolmaalschappij van Haul- Flenu hun werk hebben laten staan. Zij eischen eene vermeerdering van dagloon. De verledene week heeft de minister van binnenlandsche zaken aan de kamer de volgende statistiek medegedeeld, over de verliezen waarmede de runderpest Belgie beeft getroffen. Tol 51 december 1865, waren er in Bel gie, ten gevolge van de runderpest, 456 hoornbeesten en 8 schapen gestorven of afgemaakt. Deze dieren behooren tot 46 verschil lende gemeenten: Hoornbeesten gestorven Zieke hoornbeesten afgemaakt. Totaal 456 Zieke schapen afgemaakt 8 Te beginnen van 1 lol25 januari, hebben zich de volgende gevallen voorgedaan: 1. ° Te Leffingh'e; afgemaakt 99 schapen, waaronder 12 zieke en 87 verdachte; 2. ° Te Antwerpen, bij twee koeiboeren: afgemaakt 12 beesten, waaronder 5 zieke en 7 verdachte; 5.° Te Wilryck, in twee stallen: afge maakt 5 beesten, waaronder 2 zieke en 1 verdachte; 4.° Te Aarlselaar: afgemaakt 5 beesten, waaronder 1 gestorven, 2 zieke en 2 ver dachte. Zoodat men, sedert 1 januari, 99 schapen in West-Vlaanderen en 19 hoornbeesten in de provincie Antwerpen heeft afgemaakt. Wanneer men deze cijfers voegt bij de genen van het verleden jaar, zal men het volgende totaal bekomen: Hoornbeesten 476 Schapen 107 In dezelfde zitting heeft de minister ver klaart, dat de kwaal niet ophoudt van voort gang te doen in Engeland. Tolden dag van heden heeft men er officieel 94,256 gevallen beslaligd, waaronder 55,519 gestorvene, 15,595 afgemaakte en 10,008 genezene dieren. Bij dit reeds zoo ontzaglijke cijfer moet men de nog niet gekende of niet aange geven gevallen voegen, welke hetzelve nog met een derde en misschien nog wel met de helft zullen verhoogen. In Holland doet de toestand zich niet beter voor. De ziekte breidt zich hoe lan ger hoe meer uil in het land, maar vooral richt zij de grootste verwoestingen aan in Zuid-Holland. In de provincie Utrecht heeft SUPPLEMENT IBVEBTETTIE-BUB i oud or- 1864. fr. 12,168 23 13,308 07 13,572 14 12,168 23 13,308 07 13,572 14 Total i het jaer en in n Zoon. >eten ten 'schappy 120 Ib6 7466 55 65 40 6040 19 6963 50 1 76 77 6267 80 6400 06 80 31 5687 86 Total der belaeldo ipremita. gemeente n beloopt. aen eene istaet uil igen to C.*, het n Gpu- ;n mili- H. Fan van D. leraeve, bouwer, :A land- ■r, Oost- Leyselè; l. ïnge- nchove, en in het ;e, Zilver- Veurne, De Hrau- Desomer; nde, Mr. yAe. ippihgen d vocht- i>p, allo I, iwaer- ichtb.aer, kind van Enge 'klust. uwkwael, a, kwade van de gen, ver- van eene f 16 luael uw kramp nenc ver- igheid; t.- iring, die i gaf. - iekte met n 3 jaren 12, myn. russel. .ilo 60,fr. de maand jan. 1865. 420 ten byge- hrcvenen slen niet 180 187 15 195 30 202 30 208 213 75 219 80 225 55 232 80 241 45 24'9 50 259 20 270 282 10 294 306 318 330 342 360 390 Reizigers Bagagien Koopwaren Maand jan. Vorige maand. SPOORWEG VAN LICHTERVELDE OP VEDRNE. Ontvangsten van 1866. DE VERTOONING DER RHETORIKA. Zoo als wij in ons vorig nummer gezegd hebben, was de verlooning, welke de Rhetorika alhier op stadsschouwburg heeft gegeven, voortreffelijk. Ook had het publijk ditmaal den oproep beantwoord, on de zaal was voorzien van talrijke aanschouwer». De drama: de familie Dyckmans is een heerlijk ge wrocht van den heer Ondereet, dat door MM.“" de Terre en Fauconnier, alsook door onze Veurneschc lief hebbers op eene uitmuntende wijze is uitgevoerd geworden. Juffer de Terre vooral, in de rol van Karo lina, loonde zich eene verhevene treurspeelster. De heer Louis Pinte, in de rol van Dyckmans was onver- beierlijk en heeft door zijn natuurlijk spel, even als de hoofdaktrice, menigmaal de toejuichingen Afeten te verwekken. De heer Degrooteals baron de Valbonte, toonde zich op do hoogte van zijne rol, en bij de heer Poupeye, hebben wij met voldoening voortgang, ja veel voortgang beslaligd. De overige akteurs speel den insgelijks wel, kortom du ensemble was uitmun tend en, laat het ons regtuit zeggen, met deze drama mogen onze liefhebbers, met zekerheid van bijval, overal optreden. Na regen schoon weder, zegt het spreekwoord: Na weenen, lachen. Onze lieve Veurnsche juffers, die talrijk de verlooning bijwoonden, en wier zakdoeken door het drama waren nat gemaakt geworden, kon- nen nu eens hun hart ophalon om te lachen met Tony. Vieze spreuken, lachverwekkende toestanden, karikaturen, enz. niets is in dat stuk te kort om de toeschouwers te vermaken. M.“* Faucopnier, Tony, (Degroote), vader Vincent, (Quartier), Dtik, (Poupeye) en vooral Biscolt (Pinte) Biscott met zijn suikerbrood op bet hoofd en zijnen mantel van ten tijde van Pontius Pilatus hebben dikmaals de gansche zaal doen schaterlachen. Nogthans, indien het ons genoegen doet den ver dienden lof toe tc zwaaijen, aanzien wij het ook als eene plicht het gebrekkige aan te wijzen. In Tonij waren er eenige rollen die beter geleerd hadden kunnen zijn; dit veroorzaakte haperingen die veel van de zwierigheid van hel stuk afnamen. Ook liet de zang te weiischen over; geern zouden wij zien dat onze liefhebbers zich hierop wat meer toelegden. Nog iets dat, volgens ons, zou moeten gedaan wor den, is eene oproep aan de jongelingen, om in onze Rederijk Lamer, eene sektie van vlaamsche kooren te vormen. De vertooningen zouden er veel bij winnen; de akteurs zouden zich meer in den rang beoefenen, een gegeven tijd zouden onze Veurneschc lief hebbers met goeden uitslag bet zangspel kunnen uit oefenen, hetgene wij, voor het oogenblik als onmo gelijk aanzien. Wij mogen onze theaterkronijk niet eindigen zon der een bloemptje aan den orkestmeester en zijne inuzij kanten legeven, welke het publijk in de lus- scheupoozen met lieve polkas, enz. verlustigde. Eindelijk, de verlooning van vrijdag, heeft het publijk ten uitersten voldaan, en dit geeft ons de verzekering dat de vertooningen van Rhetorika voor taan altijd wel zullen gevolgd worden. E EN

HISTORISCHE KRANTEN

Het Advertentieblad (1825-1914) | 1866 | | pagina 1