I
I
Nijverlieidskredicl meer, waarop 50 p.
he'
BM
1400 fr. hetgeen omtrent 8 per cent
- in 1864. Maar wat is dat sedert
- g*
die boven en aen de besmette stallen ge
legen was, moeste weggevoerd en
De onderhandelingen of conferentien
van doctor Wemaerc nopens de natuur
kunde, zullen later in een boekwerkje, tol
nut zijner vlaamsche medeburgers ver
schijnen. Heden kondigen wij met groot
genoegen aan, dat wij, te beginnen in ons
aanstaande nummer, een belangrijk ge-
vrocht van den zelfden schrijver, in feuil
leton aan onze lezers zullen mededeelen.
Jammer is’t dat hel, oorspronkelijk in het
fransch geschreven, lol nu toe onvertaald
is. Wij willen nochtans de gelegenheid van
het onverwacht voordeel, dat ons te bate
valt niet verliezen, liet werkje draagt voor
opschrift: farrondissement administralif de
Fumes, étudié au point de vue de l'hygtène,
en 1867.
»E AITLIMELIVG hegivt.
Zoo als het te voorzien was, zoo als wij
het, even als veel andere onze liberale
confraters, voorzeid hebben, is den winkel
van M.’ Langrand-Dumonceau aan het
wankelen.
Bij het voorleggen van zijn leste bilan,
heeft den heer Langrand zelf moeten ver
klaren dat er een te kort bestaat van fr.'
3,4o5,948. eislaal gij lezer, drie miljoen,
vier honderd vijf en dertig duizend negen
honderd acht en veertig franks!
Zoo is’t, het eerste jaar 20 ten honderd-
het tweede 10 het derde 5 en het
vierde 0 en 5,455,948 fr.’ verlies.
in 1864 werd de roomsche leening van
50,000,000 geopend, en dan verlieten de
bisschoppelijke gazetten de dagelijksche
politiek, om zich met reclamen en sierlijke
artikels nopens die inschrijving bezig te
houden, dan gingen een aantal buitenpas-
lors, bij hunne schapen om hun die in
schrijving aan te bevelen en bun aan te
manen van die obligation te nemen. En de
onnoozcle schapen lieten zich ’t schaap
maken. De beloften immers waren zoo
schoon de Bank van hel Nijverheidskrediet
wilde wel, zegde zij, twee harer actiën
aanbieden, mits eene premie van 100 fr.‘
aan de inschrijvers op eene romeinsche
obligatie van 1000 fr.* en de circulaire van
M.r Langrand zegde deswegens: aanne-
mende dal deze twee actiën gedurende
de eerste jaren, maar 60 franks intrest
opbrengen (’t zij 50 fr, per actie); deze
som voegende bij 50 fr. opbrengst door
de roomsche obligatie, komt men lot
n eene winst van 110 francs voor storting
van
geeft.
Dal was m
men eenen nieuwen oprdep van geld moet j
doen; ’lis dal op iedere aelie van 150 fr.*
die nu nog 11 fr.* weerd is, de actionua-
rissen nog 100 fr.' te storten zullen hebben.
Voor rijke lieden kan dit weinig maken.
Maar begrijpt men den toestand van den
kleinen rentenier, van den eerlijken en
spaarzamen werkman, van den kleinen
landbouwer, die alle hunne spaarpennin
gen tol het leste toe hebben gegeven en
<lie nu op nieuw 70 p. c. zullen moeten
storten?
De liberale drukpers heeft het publijk
genoegzaam verwittigd en wanneer de kle
rikale dagbladeren de klerikale speculatie
van M.r Langrand tol in den vijfden hemel
verhieven, wanneer de buitenpastors op
hunne parochiën zich agenten derzelve
maakten, voorzeiden de liberale bladeren
hetgeen nu is vastgesleld geworden, en
trachtteden zij de oogen der menschen te
openen op die zoo veel winstgevende wer
kingen waaraan zich niemand verstond.
Hel is het begin van hel einde! De aftui-
meling is begonnen! Mogte zij min groot
zijn dan wij hel vreezen, en een groot deel
der bevolking onzer Vlaanderschc dorpen
van den ondergang en de ellende sparen!
Besluiten 11
va
By koninglijk Ug v
militieraad voor
diiaemenl Veuruc y
Voonitter, <te 11 y vel
provinlialeii rajJ'hecr
Plaaliverva tigcf’
V<urne, -Bek
Lid, de heer
Veurne, eer
Plaat» vervangen
Algen»*-®.
Verleden din»*'h
tag»» waard igh*’*
l*lage tier Koeijen.
(i.“’ vervolg).
In het begin van dese mortaliteyl der
beesten, was hel in hel Fransche scherpelik i
verboden van eenige te vladen, iusgeliks
te vertransporteeren van de eene plaets
naer de andere op groole boete, De ge
storven koeijen moesten gedolven zyn, met
den huid, acht voelen i.iep in de aerde;
maer dit is seerkorten lyd onderhouden ge
weest, want van omtrent augusli van desen
jaere, beeft men beginnen te vladen, het
roet uyl te nemen, en het vleesch te eten
gelyk in 1744, 1745, 1746 en 1747. Maer
sonde dese rotte spyse niet konnen ver-
oorsaekl hebbende kwacdaerdige korssen,
dewelke heel Nederland uoorluopen heb
ben in 1770, 1771, 1772, 1775, 1774 en
1775De beste medecyns komen overeen
ie verbieden het eten hel vleesch van sulke
heesten, die men misschien sonde kunnen
slagten op het eersic teeken dat sy geraeki
syn van die sickle, self van de melk niet
te gebruiken van de koeijen die men gist
besmet te syn.
In de ooslenrykscbe Nederlanden ging
men voort met vele voorsigligheid. Volgens
de placaten, uitgegeven van hel hof van
Brussel, moesten de koeijen gedolven wor
den acht voeten onder de aerde, het vel in
liên al veranderd Heden doen die 1400 fr. stukken gesneden en daerop eene groole
lor beurse maar 720 fr. voor de romein- i partie kalk geleyd worden; alle de fouragic
~he obligatie, en 51 fr. in plaats van 400 1
fr voor de twee aklien van het Grond- en
soo wel nu 1 d
andersints en
eyscht gelyk syh
hebben; maer
pen bleven
gebleven, en
meer naer ge*®jinn
Het magistral
wel in het fr.»n te
men God njel
eemgte middelt
trikt te bewae^Iai
van Bergen pa^7slt
wierd men u*ie ejjr
Van daer is 4|e
onze kasselrie-
was, in de ,nae<s j
van Houlhein*
hof van Brussel» b
stede al hel boe'
sond, ook de 0
sloot de menscj
mede de plaefi1
Maer «at W"
kasselrien van
lende aen het lr£ f
niet de minste i b
dese besmette de
het gemeente
doen aen God 1
ren? Ook heeftM
in VeurnambagV
op de proebic
ter hofstede ge’
en is apparent!1
de eerste begi^
Vossem, van dl
brandende veil!
de prochien va
haer voorders F1?
land, de kasseit"' I’
de maend octob 1
desen voortgang k
stut door een t
wagten, dragot511
rontom de geiP™
meert was.
l Was een jf
heer Van Vossei,nc
beesten welke l'
waeren en aldrcs
der te mogen v£l‘c
vervolgens, ’l s) y
hel afgaen van ll’
moesten verga*'1
den landsman 4L11
gers en van h^11^
selve geen gel’1.11
welke particuli‘‘:u
te veinedieereiy
een bysonder
beesten by pry’'*1
selve ter plael»
daernaer in fus1 c
vleesch te verkc cu
deelende dal h^1
lileyt door dese'l) c
te lyden, als daP°
persoonen sotio
c. worden; het mest in den mestput bevonden
- i nihe nriir 751 fr. i weggevoerd en acht voeten diepe in deaerde
zijn gestort, hetgeen in alles maar i.ri uylvoei.‘g yan a, hel
W^iLlus de» uU.l»R hierron? Is <la< i «elke, ««sonde» vierden naer Weslvlae.,-
,s uus.u n deren, uyl Brabant, de marchausseen en
van gelyke vele dragonders van Gent.
Daer wierden commissarissen gesteld,
op ieder kasselrie vier of vyf, dewelke een
cordon geslagen hebben in Veurnambagt,
eerst aen de frontieren, daernaer opwaers
naer het Houtland, dan werderom op
andere plaatsen.
Maer van al die commissarissen allee-
nelik den heer Tack, schepen der slede en
de kasselrie van Veurne, de ordonnantiën
doende onderhouden, of te anders geseyd,
alleen synepligten en consciëntie kwytende,
is den lutenant Jooris commissaris gene
raal gemaekl over geheel Westvlaenderen,
denwelken andere commissarissen aange
steld heeft, te welen: d’heer de Ruc, balliu
van Poperinghe, over het distrikt van die
stad en over nog eenige prochien; den heer
Van Reninghe, over de acht prochien;
d’heer Tack, over de kasselrie van Veurne
en van Yper, dewelke de placaten ten uyt-
voer brengende, hebbende van plaetse tot
plaetse alwaer de sickle haer vertoonde,
alle de koeijen soo gesonde als sieke ge-
doodigd. Soo haest de siekte in eene hof
stede haer kwam te openbaren, waren de
boeren verpligt.op de boete van 50 guldens
voor iedere koeibeesle ten hove bevonden
ie betalen, en deselve te sien dooden pon
der vergeld ofte prysie indien sy dal niet
en waerschouwden aen de commissarissen.
Soo haest de kennisse gegeven was, kwam
den commissaris van hel distrikt met eenige
dragonders, een of twee exporten om te
sien of de siekte de plaege was, en eenen
griffier of deelman, om de beesten le pry-
sen; waernaer sy die dood deden, sondcr
een le sparen, alwaert dal sy genesen had
den geweest, soo datler dikmaels een sieke
met 20 of 50 gesonde in de aerde gedolven
wierden, alle de huyden in stukken gesne
den, en daerop eene mande of twee levende
kalk geworpen, en alsoo gedekt met aerde.
Terstond was eene boerenwagt gesteld
ter plaetse en daerby eenen soldaet, op dat
I niemand binnen de 21 dagen, uil ol in en
I soudc gaen of komen. Ook wierd den grond
in de stallen uylgedolven een voel diepe,
daer nieuw land ingehaeld, en daerop ge-
paveerl gelyk het te voren was. De muren
en weegen wierden al beplakt en bezet met
levenden kalk. De fonragie boven de stal
lingen, of daer nevens liggende, wierd alle
verbrand, maer het verbranden der fou-
ragie en heeft niet lange gedeurd, ten op-
sichte van de groole klagten die daer tegen
opkwamen over hel groot verlies.
Verders heeft men alle de wegen afgeset
met wagten. De eerste boerenwagt op
Haringhe is gehouden geweest den 28 mei
4770), en wagthuysekens om het cordon te
bewaereUjOp datler geen beesten en souden
passeeren, nogte selve geene menschen
en vermogten door de binnen wegen sig
te verlransporteej’fen van d’eene prochie
naer de andere, sondcr voorsien te syn
van eenen permissie brief van den lutenant
Jooris of van eenen commissaris.
Daer wierd ook een placaet uytgegcven
van T hof van Brussel, dalter geene honden
en vermogten le loopen agter wegen of
velden, selfs dalter geene jager met hon
den en inogle jagen; alles op de boete van
25 guldens van den hond, en ook deselve
gedood te worden: ook dat men alle kony-
nen moeste dooden binnen de twee mael
24 ueren op gelyke boelen.
Soo haest dese ordonnantie uylgegeven
was, hebben de marchausseen met de
dragonders en voetgangers wel gaen veil-
verbraud i leeren op de honden en Lebbender. in den
het algemeeii bestuur der politiek die
tot hiertoe gevolgd heeft.
De heer De Theux, die na minister Frère
het woord neemt, drukt de meening uit
dat het gouvernement de afbraak van de
citadel van Gent besloten heeft’, enkel om
de Gentenaars content te stellen. Verders
wenscht hij de inzichten te weten van hel
gouvernement nopens de conferencie.
De woorden van den heer De Theux
krijgen eene welsprekende wederlegging
van den heer d’Elhoungne, waarna M.r
Dumorlier het woord neemt en onder
andere aan den heer minister van financiën
vraagt, welke politiek deze zal volgen en
of hel ministerie zich voorstek het wets
ontwerp over het tijdelijke der eerediens-
ten en eene hervorming der wel van 1842
in beraadslaging te brengen.
De heer Frère antwoordt dat de meer
derheid het niet eens is op het verwereld
lijken van het lager onderwijs. Wal het
wereldlijke der eeredienslen betreft, er is
een ontwerp nedorgelegd, waarover de
kamer zal kunnen beraadslagen als zij het
goed vindt. De spreker treedt hiernopens
nog in verdere bijzonderheden en wordt
dan door den Van den Peereboom vervan
gen die verklaart niets bij de uitleggingen
van den heer Frère te voegen te hebben.
Dan nemen de hoeren Jacobs en Coo-
mans nog opvolgenllijk hel woord, dezen
lesten om eenige boertigheden te vertellen
en kwinkslagen te geven, en de zitting
wordt ten 5 ure geheven.
De twee volgende zittingen zijn insge
lijks toegewijd geworden aan het onder
vragen en antwoorden over de ministe
riele krisis.