Fttsf8
y'oer
.k(|«
Ofschoon 1 veil
noglbaii’ 11Ui(‘lesl
bet feest'an
sebe" dijk- Jtijn
Pc Bewe«W'ar
om dat 'ooi
heeft aan de F
stemd tij11- "gei
Indieli l”‘Lj Ceg
gelder <1 i«'f ’j|(Jl>,
dat er sed>'rl tgc
Adinkerksd1 h
I is hij naar zijn kot teruggekeerd, en hij zit
Dikwijls hebben
uitzinnige taal,
tRechterlijke kronljk.
ALWEER TWEE!!
De Temps van 1‘arys deelt een stuk mede
van hel uiterste gewicht. Het is een brief
I .antlbouwnieuwB.
Deze week hebben wij een verbeterings-
stelsel gezien, aan de melkkeernen toegc-
braebt. Deze verbetering beslaat in een
toestel in blik gemaakt, welke men in de
kcern stelt en dat met eene pijp er boven
uilkomt. Deze pijp, die men eene luchtpijp
zou mogen noemen, pompt de lucht en
een soort van gaz, dat door den slag der
melk in de kern oprijst, naar boven, ver
oorzaakt een zoo groot gemak en spoedige
werking dat alles in minder dan een half
uur is afgedaan, zonder arbeid. Daarbij
bekomt men eene meerdere hoeveelheid
boter.
"eiuen.
een man i" ‘j.
kunnen ui* L,
*"r<icii,
^oorbij^L
«lelijk vra’lVjd
en op oH’ ‘Jli
«vond we»‘‘ï/
v-ui hot nó‘ei‘u
"iet Moesel*l.
op- Wat do<
en men zie1 f
'Ltlen der Wj
hciichligcn 7f
geen IcvenJJ,
óa/i- de la i
derste ko0>i*>
hebben.
wij gesproken over de
welke eenige dweep-
zuchtigen, die zich ministers van God
noemen, in den stoel, die zou moeten dien
der waarheid zijn, voeren.
Zie hier een extrakt van een sermoen
onlangs door een pater uitgesproken. Hij
spreekt van den deftige» en betreurden
heer Merghelynck, zoo onverwacht en zoo
ongelukkig te Yper gestorven
Merghelynck van Yperen was een tier
slechtste liberalen. Onder den dekmantel
van liefdadigheid deed hij geneesmiddelen
komen uil l’arys en deelde ze uil aan ge
ringe burgers en arme menschcn. Hij wist
op tlie wijze die ongelukkige» aan te lokken
out ze lol zijne kwade inzichten le doen
dienen. Maar Ons Heere heelt daaraan een
einde komen stellen. Hij heeft toegelaten
dat in plaats van oenen geneesmiddel er
een vergif van 1‘arys werd gezonden, en
het was toen Merghelynck eene derslechlse
gazellen aan hel lezen was dat hij eene
pille nam en plotseling dood viel. Zie daar
hoe Ons Heere de kwaden straft.
Er zijn er veel in n.e 5 te Brugge, die
nooit zoo dwaze praat als dien uitgebrab-
.beld hebben.
er nog, bij denkt niet meer om er uil te
komen, want in zijne nachtwandeling heeft
hij niets gezien dan de onmogelijkheid van
te vluchten. Van dezen kant mag desamen-
leving gansch verzekerd zijn; hel is vast
gesteld dat een misdadige in hel gevangen
huis zittende, in de volstrekte onmogelijk
heid is van het menschdom te hinderen.
Te vervolgen.)
ZAAK BARBARA UBRYK.
Men herinnert zich dat, op verzoek van
den rechter, gelast met hel onderzoek der
zaak l'bryk, de justicic van Rome uitge-
noodigd is geworden, om den generaal
der karmelieten te ondervragen, over de
kwestie om te weten of hij inderdaad be
volen had de arme non op te sluiten, zoo-
als dc zuster overste van hel klooster be
weerd had.
Thans meldt men, dat de generaal der
Karmelieten die beweering leugenachtig
heeft gemaakt, er bij voegende dal de
geestelijke overheid nooit iels geweten heeft
van Barbara (Jbryclis’s opsluiting.
De justicic zal derhalve weldra de schul
digen voor de rechtbank brengen.
van pater Hyacinthe aan den generaal der
ordevan de BarvoeterCarmelieien te Rome.
De beroemde kerkredenaarjschrijft aan
zijnen generaal, dat hij aan het bevel, hem
onder ingeving der Jesuilen gegeven, niet
kan gehoorzamen, aangezien hij tegen
zijnen God niet kan spreken, en dat hij
bijgevolg den preekstoel der O. L. Vrouwe-
kerk van Parijs niet meer beklimmen en
zijn klooster verlaten zal, dat voor hem
een kerker van zijne ziel is geworden.
Hel stuk is te lang om heden medege
deeld te worden, echter zullen wij hel in
ons eerstkomende nummer opnemen.
Veurne S2» September.
DE DOODSTRAF.
Hl.
BEWEEGREDENS TOT HET AFSCIIAFFEN DER DOODSTRAF.
Men zou ons kunnen vragen is hel nu
dc tijd om de doodstraf afteschaflen? Is
Belgenland rijp genoeg om zulk eenen
maatschappelijke» vooruitgang aan te ne
men? Is zijn verstand vermogen genoeg
ontwikkeld; zijn hart genoeg verheven,
zijne ziel kloek genoeg oiu hel menschdom
in zijne wellen le behouden? Kan een
belgisch hart er aan twijfelen! Sedert 1848
heeft men op alle toonen aan de Belgen
gezeid dat zij het beste volk der wereld
waren, en dat zij het meest waardig waren
te leven. Dus, om voort te leven als volk
moet men vooruitgang doen: Indien de
schandvlek der barbaarschhcid nog eenige»
tijd in onze wetboeken bestond, zouden
wij onze plaats verliezen in de hoogach
ting der wereld, wij zouden den eersten
rang afslaan aan dc volkeren die de dood
straf afschalTcn. Betwisten dat deze maat
regel bij ons niet mag genomen worden,
is ons lafharliglijk lasteren. Men zou
ons ook kunnen opwerpen: Wal zult gij
doen met de misdadigen, veroordeelt gij
ze tot eene levendurige gevangzitting, zij
zouden kunnen uitbreken en in alle geval,
indien zij niet gelukken er uil te komen
zal hunne vaslzilling meer aan het land
kosten dan met de tegenwoordige wetten
le behouden.
Deze opwerping is zeer ernstig, en wij
bewimpelen er de gewichtigheid niet van.
Zie hierwat wij antwoorden: Hedendaagsch
breekt men nooit meer uit het gevang,
want de slimheid der bouwkundigen heeft
deze der behendigste misdadigers overtrof
fen. Hel geene hel bewijst is dal sedert on
ze maatschappelijke ontvoogding niet één
tot dwangarbeid veroordeelde uil het ge
vang gevlucht is. Bezoekt hel gevangenhuis
van Gent, gij zul ter misdadigen vinden die
er sedert meer dan dertig jaren in zitten,
en vraagt hun wat zij denken over hel ge
lukken eencruitbreking? Degevaarlijksten’
de behendigste» hebben alles aangewend
om te vluchten, en nooit zijn zij er in ge
lukt. Men herinnert zich dat over eenige
jaren, de gazetten gesproken hebben van
vluchtpooging. Ziehier wat er voorgevallen
is: Een galeiboef is uil zijn kol geraakt, hij
heeft geheel den nacht in de wandelplaatsen
en in de gangen gedoold, over de binnen
muren klimmende boven deschildwachlen,
zich latende glijden langs de traliën achter
de gevangenbewaarders, en, met het krie
ken van den dag, van krachten uilgeput,
Hel »1"J .„f1
werk heb^-jar
geef hier t"'
die men hu
ning.
Ingezonden A.i*tllcela.
steenachtig
bovengemeld 1
hel hertogdom van
I van Bouil-
Pieter de
Hel assisenhof van Oise heeft in twee zijner laatste
verhoeren twee geweien broederkcns der chiiitelijkr
leering, l.epelley en Alexander, de eerste tot 10 pat
en de tweede tot eeuwigdurende dwangarbeid ver
oordeeld, voor aanslagen op de eerbaarheidmet of
aoiKlcr geweld,op kinderen min dun lAjaaroud.
Jan d’Avesnes, graaf van Henegouwen en aan mevrouw
Philippa zijne echtgenoole. Deze verkoop werd, duren
de hel zeilde jaar, goedgekeurd door Beatrix wed.'
van lleuri, met afziening van harent "ege, van alle
aanspraak op douarie of andere dal rij op gemeld
landgoed iou kunnen gehad hebben. Ten jarc 1803,
werd Jlirwart door Adolf, bisschop van Luik, bele
gerd en afgebroken; maar de gravin Philippa en
haar loon Guillielmus, werden tes jaren later, op
nieuw in bezit van hun landgoed gesteld, Hetzelve
werd dan, na in 1312 in lijfrent aan Euslaas, heere
van Roels on aan Fastrein van Roels zijn broeder,
gegeven te lijn geweest door genoemden Guillielmus,
graaf van Ilenegauwen, met alle zijne afhangelijk-
heden verkocht aan Jan, korting van Bohemen en
Polen, graaf van Luxemburg, voor de som van
30,000 florentijnsche guldens.
Heden, zoo als ik te voren gemeld heb, behoort
dezen eigendom aan den graaf van Vlaanderen, na
in handen van vcrscheidc andero eigenaars te tijn
geweest, onder andere van den heer Leon Vander-
linden d’Hoogvorst.
De statie van Longlier verlatende, tiet men op wei
nig afstand rechts, en op de helling van een berg,
het stadje Dieufchatcau, dat een schilderachtig tichl
opleverd.
Allengskens worden de bergen kleiner, de schoone
rotsen schaarseher, eehter «iet men dal den grond
,-u keer te 11“"l’;woo
en hebben. 1 j voo
man. Zij. dat
meer blij'*-’111
ik ging *e»'Rjk g
Mijnheer hï^ielJ
vervangen ""^,en I
het nlleina»l sim
Mijnheer
Perdu;
'oezendt. H1'1
burgers, zie'e
huis. Maar "'n
bier, dit i’ >c
men voor
- j en onvruchtbaar is. Hoe meer men Arlon
nadert, hoe platter en min heuvelig de streek wordt
en men iou dit gedeelte der provincie bijna de
nederlanden van Luxemburg mogen noemen. Wat
arme streek heide en brem komt men meest tegen
en hier en daar een stuk haver waarvan destengels
nauwelijks een voel hoog zijn en mager en treurig er
uiltien.
Wij laten Arlon op zijde en komen aan tot Sler-
penich, waar men onto reiszakken komt afhalen
deze zullen in de naastkomende statie door de Groot-
Hertogdomsche douann onderzocht worden.
Bettingen alle de reizigers stappen af voor de
visiet!» Wel zij duurde niet lang deze visiel; men
deed ons slechts onze reiszakken openen, zonder de
zelve te onderzoeken, vroeg men ons of wij niets to
declareeren hadden, en op ons ontkennend ant
woord, liet men ons gaan.
Luxemburg Eindelijk zijn wij ter onzer bestem
ming en wij zijn er niet kwaad om. Het is 7 1/4 ure
cn sedert 12 ure 30 min. zitten wij op den ijzeren
weg en daar de maag begint hongersnood te roepen,
zal hel ons aangenaam zijn haar voldoening te geven.
Wij plaatsen ons in een omnibus cn worden wel
haast door twee kloeke poerden in volle draf stad
waarts gevoerd. De afstand lusschen de statie cn de
j stad is icer groot cn wij mogen ons gelukkig achten
de ingeving gehad Ie hebben van den omnibus te
Hit be^'jal,
opdijginff 8,‘ o v
cTi andere
luvlingc"- vaIic
De A<li"k,Jr,
den der fr d
gevierd
ambacht l’,'1 |A’t<
Rdijk
di> kermis-1' jon
den dijk, Al
en dergrlll1, ,(m<
Hoewel I’1i»
du toeloi'i' ijk.
wal legijei' jnd
Rond de
openin-; 3ei(
du knip'1"' p-
loe«cliou«er^>g<
wandelaar*. a
kens,
slrenijelein'^in
stand cn
Al dcie '“„«cl
luchibal jnd
loop, dat ^lfdi
zei ten op1*’” v/o|
(ot den d 'l! p»
versel'“'^l.l|j i'0
ll.l0 ,r*l:"
heeft alU,?n
H. t *’rs, 6-
bel heeft ^jjkr
7.00 >k pDa
vaiieenaa'’1il)^-‘'
mei onlp 0'
Dengalscl'^Js
voor den U|! o
tocht b'J
Men sprf./l
van Alexa1'
Mijnheel- Rjckcböer, will |;ij eonu plaats geven
naii ilc/vi» hrii-f;
Alveringbcm, den 50 September 1809.
Sedert dat gij dc artikels ttfgekondigd hebt van
Alvcringliem, in uw blad, hel is curieus om tien
hoe den eenen eongregalie man den anderen nan-
spreekt; wij hebben van de kennis op eenen avond
een conversatie tocvalliglijk afgeluislerd tuMehcn
twee congregatiemannen. UuH eenen is eenen dikken
gezonden broere mei favoris, den anderen eenen
mageren doorjager, bel vel over du beenen. Hebt rij
bet artikel gelezen in Rjckeboer? AVat gaan zij doen?
Wie stelt er hem op rang? Clep cn Julm Siiiedl en
zouden wel niet content zijn daaraf? Jamaar het
schilt toch ook te vcele. Clep en Jules Smedt komen
nooit bij. Dat en kan alzuo niet gaan. Dit waren
ontrent de woorden van den man met favoris. Den
mageren doorjager verdedigde hem met le zeggen:
ik ben kurieus om die geleerde mannen te zien die
j’bulder op rang zullen stellen.’t Is genoeg gekend
wie dat die artikels schrijft, is t genoeg gekend; den
dien van nevens nzou willen meester zijn. Hola
nog zoo zeerc niet, dat en zal nog zoo li*.le niet ge
beuren; me zijn wieder eet: geheeie fatnilïic en ’t zal
uitbekking open, waar hel oog do schoonste zichten
ontwaart.
Jemelle! hier slappen de reizigers die de grot van
Rochefort willen bezichtigen, af en klimmen in den
omnibus dtu hen in 20 minuten ujds tot bovenge
noemde grol brengt. 0
Tusschcn Gruponl en Puit, bij St. Hubert, draait
den ijveren weg rond eene steile rots, waarop gezeten
is, gelijk een arend in zijn nest, hel overheerlijk
kasteel van Mirw.ar(, dat onlangs door den graaf van
Vlaanderen is aangekocht geworden.
Het zal niet ongepast zijn, denk ik, hier eenige
historische aanteekeningeii over bovengemeld ver
maard kasteel neer te schrijven.
liet kasteel van Mirwarl dut aan het hert
Bouillon toebeltoorde, werd door Godfried
Ion, wanneer deze, aan den oproep van
Ereinyt beantwoordende, met veel andere kasleel-
heeren naar de 1.'" kruisvaart ging vertrekken, ver
kocht aan Aubert, bisschop van Luik, voor 1300
marken zilver en 3 marken goud.
Dit tnerkweerdig kasteel, dat heden nog door de
reizigers zoo bewonderd is, om zijne zoo schilder
achtige cn woeste gelegenheid, was in 1290, den
eigendom van lleuri de Mirewaut (of Mircwart). Ten
jarc 1203, habiaux, zuster van lleuri en Jan, heere
van Cons, echtgenoot van Isabiaux, hadden het kas
teel met alle zijzie afIsangdjjkheden verkocht aan