ONVERWELKTE LAUWEREN. g p 1 o r i I De zegeleekencn van en Ziüdnederlandschc om de liberale grondbeginsels te doen zegepralen. Dit middel is de taal waarin hel volk denkt en spreekt. Dus is de taal voor mij niet liet doel, maar hot middel om in dit land de bevolking liberaal te maken. De hoogcre standen zien met minachting op hel vlaamsch neder; zij gewaardigen zich niet die taal te gebruiken anders niet dan om te spreken tol hunne dienstboden. De lagere klassen hebben aldus geen verkeer met de hoogcre standen, en blijven alzoo verstoken van de beschaving. De ver schillende klassen der samenleving met elkander in aanraking brengen door de taal, dat moeten wij bewerken. Daarom zeg ik en herhaal ik: ik ben vlaamschgezind niet uit abstracte liefde voor de taal, maar hoofdzakelijk omdat ik liberaal ben en over Oost- en West-Vlaanderen door de taal de liberale grondbeginselen wensch te zien versprei den. Ik zal niet verder uitweiden over deze denk beelden, die ik altijd heb gehad, en alhoewel niet begrepen, altijd heb voorgestaen. Ik dank ander maal mijnen vriend den heer Heremans over den toast dien hij op mij heeft voorgesteld en brengt ten slotte eenen toast, niet aan eenen persoon maar aan eene zaak, aan de liberale vlaamsche beweging. Algcnteene Tijdingen. Een smartelijk ongeluk is verledene week te Woumen gebeurd hel lijarig kind van sieur Ch. Demeulenaere-D'hondl is door eene geladene kar overreden en dood ter plaats gebleven. Men meldt uil Oostende, 29 juli De groote hitte, die wij sedert eenigen lijd heb ben, brengen zooveel vreemdelingen in onze stad aan, dal alle hotels en appartementen vol bezet zijn. Gisteren hebben de gewone treinen, erbij begrepen de plezierlrein uil Brussel, nagenoeg 500b reizigers in onze stad aangebracht. De spoorwegcompagnie van Duinkerks naar Veurne heeft tegen 1 augusli reizen naar de badsteden Oostende, Nieuwport, Blankenberg en Heist ingericht. De zeereis van Antwerpen naar Oostende, door de logersmaat- schappij ingerichl, is niet gelukt. De Stad Ant werpen welke boot nogtans alle wenschelijk ge mak van inrichting oplevert, bevatte maar 33 passagiers. Hel maximum was bepaald op 150. De policie van Oostende heelt zondag eene schoone vangst gedaan. Sedert eenigen lijd be klaagden zich badnemers in hunne kabienen besto len te zijn. De policie hield een oog in ’l zeil en zondag eindigde zij met den gauwdief te knippen. De doenwijze is zeer eenvoudig. Men neemt een badkaarlje, men ontkleedt zich, men gebaart zich te baden, en van zoohaast een ongelukkige bader zich in 't water waagt, dringt men de kabien bin nen en men legt de hand op al de voorwerpen van waarde die in het bereik zijn. Maar de policie van Oostende is er in gelukt den behendigen gooche laar in hare klauwen te krijgen. Men schrijft uit Brussel, 30 juli: Een ijslijk ongeluk, nogmaals veroorzaakt door petrool, is den verleden nacht te Brussel gebeurd. Eene vrouw is er hol slachtoffer van geweest, en ziehier in welke omstandigheden: Maandag avond, rond half twaalf, ontstond er brand op de tweede* verdieping van liet luns n* 20, Vlaandcrenstraat, bewoond door de echtelingen Sammens, die han- •del van mutsengoed houden. Terwijl de man uil twas, bereidde de vrouw zich om te bed te gaan, hoen de pclroollamp, op een nachttafeltje staande, .ontplofte en ten zelfden tijde vlogen de kleederen 'der ongelukkige in brand. Op hare kreten snelde 'de. meid, die naast de kamer harer meesteres sliep, toe, maar ongelukkig dacht zij er niet aan het vuur uil te dooven. Hel alarm werd gegeven, de policie en de pompiers snelden toe. Doctor Joux verzorgde verscheidene uren lang het slachtoffer, maar te vergeefs, want zij bezweek om 4 uur des morgens, na ijselijke pijnen, veroorzaakt door talrijke brand wonden over gansch haar lichaam. De heer Sam mons was korts na de gebeurtenis te huis gekomen, en was getuige van hel schrikkelijk ongeluk. Hi t vuur dal reeds het be<|dcgocd aangetast had, werd weldra gedempt. De cchgenoote Sammens was 52 jaar oud. Men veronderstelt dat de lamp gespron gen is, omdat er te weinig petrool in was. De namen van hel dochtertje des konings duiden aan welke waarschijnlijk haar meter zullen zijn. Clementina is de naam van eene moederlijke tante des konings, de prinses van Orleans gehuwd I met den prins van Saxen-Coburg. Albert is de naam van den prins van Wallis, vermoedelijke erfgenaam zijn diegene dos konings en der koningin. Te Brussel zal den 22 augusti hel internatio naal congres plaats hebben van anthropologic en voorhistorische wetenschapen. Meer dan 360 leden hebben zich reeds doen inschrijven om de zittin gen bij te wonen; daaronder merken wij onder andere op: Virchow uil Duilschland, Carl Vogt uit Zwitserland, Sleenslrup uil Denemark en de voor naamste mannen van hel vak uit Frankrijk. Een ingenieur, met name Lebas, sedert eeni gen tijd aan belangrijke werken te Brussel gebe zigd, is aangehouden, onder beschuldiging van tal rijke aftroggelarijen ten nadeele van verschillende personen, voornamelijk van den heer Lagazy, ge zichtkunde, welke zooals men zich zal herinneren, cenige maanden geleden, het slachtoffer van eenen groolen diefstal is geweest. voorspoedige wetenschap. Als dwalingdc begoocheling der opperwachl van eeuwen aan hare zijde heeft, dan is zij eene krach tige tegenpartij zelfs voorde meest beraden enver- lichlste kampvechter voor hervorming, en zoo ooit cenige vorm van dwaling eenen moegelijken dood stierf, dan is hel die der oude school van ge neeskundige behandeling. Holloway heeft door eene verstandige en zegevierende theorie, die door hel behoud van duizenden levens is opgeluisterd, millioenen, die met de begrippen der oude genees- 1i waren, geheel en al gebragt lol de erkenning van de twee groote ringen, werd het kwaad in gezegde gemeenten ge- In Weslvlaanderen heeft de ziekte van 1 decem ber 1H71 tot 3 maart 1872 opvolgens 5 gemeenten en twaalf stallen bezocht. De gemeente Pitlhem werd het zwaarste bezocht. In hel geheel zijn er 152 hoorndieren afgemaakt in die provincie. Twee afgezonderde gevallen hebben ook nog plaats gehad in de provincie Henegouw, op 17 en 27 december 1871; een enkel geval in Luxemburg op 17 januari 1872 en een ander ietwat later in Brabant. Het is opmerkelijk, dat, op weinige uitzonderingen, in al de plaatsen, waar de runderpest zich in Belgie vertoonde, de geesel onmiddellijk gedempt werd, en zonder dat de ziekte zich in den omtrek uit- breidde. In de plaatsen waar hervallingcn plaats hadden zooals te Oudenaarde, Pitlhem, Dailly, I Baltincourt en Corbion, werd er vastgesteld dal die gevallen plaats hadden door de nalatigheid der belanghebbenden, die de overheid niet verwittig den, zoodra de ziekte zich vertoond had. In het geheel heeft de ziekte, van hare verschij ning tot hel einde loc, 88 stallen, over 35 gemeen ten verspreid in Belgie bezocht; 57 hoornbeesten stierven voor de aankomst der veeartsen en 478 andere werden afgemaakt, waarvan er 334 door ziekte waren aangetast, 144 waren slechts ver dachte dieren. Ook werden 12 geiten geslacht, omdat zij verdacht waren met besmette dieren te zijn in aanraking geweest. De som die aan de eige naren der geslachte dieren betaald is, beloopt tot 122,683 fr. 78 cenlimen. Door die opoffering werd onze landbouw voor de verliezen gespaard, waar- j minioenen, die met de begrippen d< van men de belangrijkheid heeft kunnen nagaan bij kundige voorbeelden doordrongen onze geburen in Frankrijk. r Runderpest Men leest in den Moniteur: De gehecle verdwijning der runderpest in Frank rijk, heeft aan het belgische gouvernement toege- laten om al de maatregels op te heffen, welke het sedert bijna twee jaren genomen had, ten einde het land tegen de overrompeling van den geesel te vrijwaren. De lijdelijke belemmeringen welke aan den veehandel en de zaken, welke aanleiding kon den geven lot hel invoeren van den geesel, waren opgelegd, zijn dus opgegeven. Ondanks de voor zorgen die genomen waren om de invoering der ziekte te beletten, hebben er zich plaatsen opge daan waar de pest uitbrak, plaatsen die echter bijna allen aan de grenzen gelegen waren. Het eerste geval van veepest ontstond te Hail- leule, in Luxemburg, op 12 november 1870; andere gevallen zijn opvolgens vastgesteld in zeven ge meenten derzelfde provincie lot op 6 april eerst volgende en teisterden 32 stallen. Te Baltincourt en Corbian richtte de runderpest de grootste ver woestingen aan. Toen werd de provincie Namen aangetast; vier gemeenten en tien stallen werden er door de veepest bezocht, van 3 februari tot 4 maart 1871. Op 19 maart, werden twee gemeenten en drie stallen der provincie Henegouw door den geesel getroffen en op 2 april, een stal der pro vincie Limburg. Al deze afgezonderde gevallen konden aanstonds gesmoord worden. Sedert dien heeft de ziekte geen nieuwen inval meer gedaan in Belgie, dan rond de maand decem ber 1871, tijdstip waarop zij met hevige woede heerschte in hel Noorderdeparlemenl van Frank rijk. Ondanks de strengheid der maatregelen van voorzorg, werden West- en Oost-Vlaanderen beur telings aangetast. Een groot brandpunt van be smetting ontstond in het arrondissement Aude- naarde; 22 stallen, uil 8 verschillende gemeenten, werden aangetast van 16 december 1871 tot 6 januari 1872 en men moest al het hoornvee, ten i getalle van 120 stuks afmaken. Door die opofïe- nen. Ik betuig hem hier daarover mijnen dank. Ik 1 ringen, werd het kwaad in gezegde gemeenten ge- heb altijd het grondbeginsel erkend en verdedigd, *,ce* uitgeroeid. dat in Vlaanderen de vlaamsche taal hooldzakelijk ’>“«0 i de volkstaal moest blijven. De heer Heremans, in de commissie van stadsscholen, en den heer Vuyl- steke, in den gemeenteraad, hebben de gelegenheid gehad zicli van mijne genegenheid om de vlaam sche taal te bevorderen, te overtuigen. Ik sla de vlaamsche taal voor, doch niet uil abstracte liefde voor die taal. Hel kleed is iels, vorm is iels, maar ideeën zijn iets anders, princiepen zijn iets anders, zijn meer. Ik bemin de vlaamsche taal, omdat ik voor alles liberaal ben, libeiaal wil leven en ster ven; ik wil vlaamsch, omdat die taal hel voertuig is der liberale gedachten. Want mijne heeren, waar zijn wij hier? Wij zijn in Vlaanderen, dat wil zeg gen, dat wij ons bevinden tusschcn Frankrijk, Holland en de zee. Hebben wij iets te zoeken in Frankrijk voor onze verlichting* Niets! Hebben wij iets te verwachten van Frankrijk voor onze be schaving'' Ook niets! En van Noord-Nedcrland? Ongelukkig scheidt een muur, een akelige muur ons van onze noorderbroeders, een muur die niet te verbreken is: hot verschil van godsdienst. Wij kunnen ons met hen niet vereenigen: hunne boeken kunnen niet tot ons komen, door dien zekere men seden die er belang bij hebben alle licht te dooven, zulks beletten; de index is de barreel die de geestes vruchten van Noord-Nedcrland op onze grens tegenhoudt. Onze stam- en taalverwanten van het Noorden kunnen ons dus weinig helpen. Van de zee hebben wij ook niets te verwachten. Waar moeten wij dan iels vinden om de. liberale denk beelden in West-en Oost-Vlaanderen te verboogenï jn Vlaanderen zelf moeten wij het middel vinden uit talrijke Noord- letlerkundigcn. Negen redevoeringen wierden op liet graf uitgesproken door leden van maat schappijen van Gent, Eecloo, Antwerpen, Brussel, enz. Om vijl en hall ure had er een banket plaats in het Post-hotel, welk bijgewoond was door tachtig persoonen en voorgezeten door den heer Vervier met den zoon van van den groolen dichter den heer hazimier Ledeganck, doctor te Brussel aan zijne rechter zijde. Talrijke redevoeringen en gezondheids dronken wierden op dit banket uitgespro ken, onder de welke wij er slechts twee zullen mcdedeelen, namelijk die der heeren professors Hermans en Wagener, en dit om te doen zien hoe de voorname vlaamsch gezinden van Gent de vlaamsche beweging verslaan. De heer Heremans bedankt den heer Hoste, voor den drong, door hem gebracht aan de vlaamsche leden van den provincie-en gemeenteraad. Ik doe hel met zooveel te meer dankbaarheid, zegt spre ker, omdat de heer Hoste ook het princiep gehul digd heeft, waarvoor wij strijden. Vlaamsch en liberaal, en liberaal en vlaamsch is hetzelfde, het eene kan niet zonder hel ander. Toen ik vóór 27 jaren hier in Gent hen gekomen, heb ik mij tot taak gesteld het vlaamsch liberaal te maken. Aan die taak ben ik steeds getrouw gebleven, en zal haar getrouw blijven lot mijnen laalsten zucht. Ten slotte zegt hijIk mag te dezer gelegenheid niet vergeten te spreken van onzen achtbaren heer schepen, den heer Wagener; wij weten dal hij altijd op de bres is geweest, waar er kwestie was hel vlaamsch recht te laten wedervaren. Ik drink met volle overtuiging op zijne gezondheid. De heer Wagener, schepen van onderwijs en schoone kunsten te Gent, spreekt nagenoeg als volgt Mijnhceren, de toast door mijn geachte vriend en collega uitgebracht, maakt mij, ik zal het ronduit bekennen, eenigzins verlegen. Ik heb wel is waar wat men de vlaamsche beweging noemt, mol be langstelling gade geslagen en haar overal, waar ik er de gelegenheid toe vond, verdedigd. Nogtans, gij weet hel, heb ik de eer niet als een der vaandel dragers der vlaamsche beweging beschouwd te worden. Men heeft mij meer dan eens beschuldigd liet onderwijs in onze volksscholen te hebben wil len verfranschen. Wat daaromtrent gezegd is ge weest, is ten onrechte gezegd, was valseh. Ik ben ccnigszins verlegen juist daarom omdat ik niet als een vaandeldrager der vlaamsche beweging aanzien word. Ik beken helechter, dat hel mij genoegen doel te zien, dat degenen die, zonder overdreven te zijn aan die beweging verkleefd zijn, dal die overtuigde mannen geëindigd hebben met mij recht te laten wedervaren. Woorden zijn niets, daden alles, en dat ik daden heb gesteld die van mijne vlaamschgezindhcid het bewijs zijn, heeft mijn geachte vriend Heremans gereedelijk willen erken- I i 7 I

HISTORISCHE KRANTEN

Het Advertentieblad (1825-1914) | 1872 | | pagina 2