I. Keer gemakkelijk is hel voor de geestelijkheid Baar hebt gij nu, goedwillige lezers, een kapi taaltje van tien of vijftien duizend frank, eigendom der geestelijkheid, dal in twintig jaar tijds en zonder onkosten van wege den eigenaar, tol eene waarde is geklommen van vijf en zeventig of honderd duizend franks. En hel is alzoo dat de geestelijkheid zich ver rijkt. de vriend van hel Ministerie, hij de vriend der j heelt opgewekt, komt heden verrijkt te worden i door eene prachtige en wonderlijke verzameling Oudsheidsvoorwerpen, die, in rijkdom en pracht, •Ie reeds tentoongestelde voorwerpen ver ovei treft- Wij verwittigen inlussclien tijd de personen de Hel spel begint. De geestelijkheid koopt in deze vooruitgaande gemeente eenen geschiklen terrein, onder den naam van twee of drie priesters van hier of van dildr. Men vindt dan uil, dal de bijeen komsten der coiigreganisten moeilijk in de kerk kunnen blijven plaats hebben, omdat zulke ver gaderingen hoogst noodzakeiijk mei geslotene deuren moeten geschieden, en dat dit die gejoo- vigen hindert, welke gaarne laat in den namiddag ia de kerk gaan bidden. Op zekeren dag wordt er in de congregatie gezegd: wij zouden eene congre- gatiezaal moeten hebben voor ons alleen in den aangekochten terrein, wij zouden daar zijn als thuis. Hierop zijn al de coiigreganisten bel eens. Eene bijzondere congregaliezaal is de alge meene wensch, de algemeene wil. Rap aan het schooienEn men schooit bij de ouders der voor name coiigreganisten, bij de rijke klerikale juffers, bij de rijke klerikale heereu, enz. enz. en men i brengt een schoon sommetje bijeen, en men bouwt eene congregaliezaal. Gregorius. Pont scriptum. En terwijl men schooit voor eene congregalickapel, voor eenen tjeefkenslap, voor een klooster, schooit men daarom niet te min voor S.‘ Pieterspenning, voor de Nieuwjaar- gifl, voor de katholieke universitcit, enz, enz. altijd voor de geestelijkheid En de zielenbewaar ders, wanneer zij hel oog werpen op de menig vuldige gceslelijke gestichten, die in Vlaanderen in min dan dertig jaar zijn opgerezen, en een kapitaal verbeelden welk tot millioenen en millioenen be loopt, zeggen met eene zalige voldoening: hebben is hebben, en krijgen en bewaren is de kunst. G. Men vindt nu nog uil, dat de congregaliezaal en de Xaverianenzaal wel zouden kunnen benuttigd worden voor schoolzalen, of voor iets diergelijks, ware er maar ui den aangekochten terrein eene woonst voor noimekeus of broederkens. Al de priesters van geheel de gemeente zijn hierop hel eens. Rap, rap, aan het schooien, en ditmaal.... hardiMen brengt nu nog eene grootere som bij een, en men bouwt een klooster. zich ie verrijken; want daartoe wordt niets anders vereischt dan onbeschaamdheid en volharding. Onbeschaamdheid, om voor de algemeene geeste lijke beurs te durven schooien onder alle voor wendsels, bij alle lieden, in alle omstandigheden, zelfs in tijden van armoede en nood; volharding, om onverpoosd op zoek te gaan naar nieuwe giften, om altijd te streven naar meer en naar meer. Welhaast vindt men uit, dal eene maatschappij vanXaverianen.of tets soortgelijks, niel welvoeglijk in eene herberg kan vergaderen, vooral wanneer priesters gewoonlijk hare bijeenkomsten bijwonen. Een nieuw lokaal in den aangekochten terrein, en bier aan tien centimen de groole pint, dal ware puik! zegt er op eenenschoonen dag een bierminnende Xaveriaan. Hierop zijn al de Xave- rianen het eens. Een nieuw afgezonderd lokaal en goedkoop bier is de algemeene wensch, de alge meene wil. Nogmaals rap aan het schooien; nogmaals brengt men een schoon sommetje bijeen, en men richt een tweede gebouw op, tweemaal grooler als het eerste. De zandweg leidende van deze gemeente naar Veurne is in slechten staal, en de noodzakelijke verbeteringen die er moeten worden aan loege- bracht namelijk hel-invoeren van veel mager zand worden van jaar tot jaar, onder hel een ot ander voorwendsel, verschoven. Verzuimt men dezen weg nog vóór den winter te doen herstellen, dan wordt hij gedurende verschelde maanden onbruikbaar, en dan zullen de landbouwers van Eggewaertscappelle iwcc uren omweg te doen hebben om hunne voortbrengsels naar Vcurne- markl te brengen. De zandweg in kwestie is eenen weg van groole communicatie, hij slaat onder het toezicht der hoogerc overheid, en bijgevolg heeft de heer du Rus, de invloedhebbende man, slechts een woord te spreken om een einde te stellen aan gegronde en algemeene klachten. Eliwel, M.' de Pastor van Eggewaertscapelle, gij die de dienstwilligheid van M.r du Bus en zijne bezorgdheid voor de openbare belangen zoo hoog geprezen hebt, gij hebt er belang bij dat de voor naamste uitweg uwer gemeente in goeden staat van onderhoud worde gebracht, want gebeurd dit niel, wellicht zullen uwe parochianen van u zeg gen, dat gij hun prullen hebt verteld om stemmen te winnen. Hoe <le geeutelijklieicl zich ver rij kt. Wie de vlaamsche streken van ons liberaal Belgic doorreist, ziet in alle steden en groole dorpen nieuwgebouwde kloosters van allen aard, geslichten voor congregaties, patronages, geeste lijke tappen, enz. Al die nieuwe gebouwen belmo ren toe aan de geestelijkheid, zijn opgericht in min dan dertig jaar met geschooid geld, en ver beelden een kapitaal welk tot millioenen en millioenen beloopt. TENTOONSTELLING VAN OUDHEIDSVOORWERPEN. Deze tentoonstelling, onder alle opzichten zoo belangrijk, en die zoo zeer de nieuwsgierigheid Een voorbeeld. Veronderstellen wij, goed willige lezers, dal w ij ons in eene gioolc gemeente bevinden, waar er eene congregatie voor jonge dochters bestaal, alsook eene maatschappij voor Xaverianen, Eransciscanen, ol andere tjeefkens van de zelfde soort, congregatie en maatschappij, die groeien en bloeien. Voor de geestelijkheid is dit eene goede gemeenteer is vooruitgang. Veurne, den 15 October 1874. .1// de Uitgever, Uil vele vlaamsche Sleden verneemt men, dat de rederijkers ieverig aan bel werk zijn, voor het openen van het tooneeljaar: hier te Veurne inte gendeel is alles dood en stil, men hoort noch van schouwburg, noch van tooneelvertooning spreken; men zou zeggen, dat er hier geene maatschappij van Rhetorica bestaal. Betreurenswaardig is de werkeloosheid onzer Rhetorika; wij weten hel, aan ervarene looneelliefhebbers, ontbreekt het haar niet; dikwijls, verwierven dezelve hier ten schouburgzale, algemeene toejuichingen. Indien hel beoefenen der looncelkunst aan eeni- gen van hun, moeilijk geworden is, toch blijven er nog anderen, die zich in gunstiger omstandig heden bevinden en wier talent hoog gewaardeerd is; waarom verzaken deze ook, aan hunne lief hebberij voor hel looneel Rhetorica is zonder hoofdman en zonder prins: maar, zooveel te loffelijker ware het voor de werkende en voor de spelende leden, indien, door hun bijzonder initiatief, en door hun initiatief alleen, de tooneelliefhebberij erleefde. Wel is waar, de rederijkers zouden kunnen ant woorden: ons getal spelers, is te klein geworden, opdat het ons nog mogelijk weze, van stukken of zelfs stukjes, op het tooneel uit te voeren. Wij willen hel bekennen, hel gclal der spelers is klein; maar, indien zij het waagden, om lot de jonge lieden van Veurne, eenen oproep te doen' zouden zich, ons dunkens, veel medewerkers rond hen komen scharen; want, er valt niel aan te twijfelen, onder de jonge lieden van Veurne, zijn er veel liefhebbers van hel tooneel, aan wie alleen de gelegenheid ontbreekt, om zich aan de studie der tooneelkunsl toe te leggen. Aan de Vcurnschc rederijkers, spelende leden, komt hel loc hun deze gelegenheid te verschaffen. Van ben hangt het af, hier in Veurne, hel vlaamsch looneel te doen erbloeien. Moed dan, rederijkers en akteurs; moed en vol- herding. Doet eenen oproep aan deze jongelingen, bij wie het vuur der tooneelkunsl misschien in stilte blaakt; vercenigt u met hen in eenen nieuwen looneelkringEr is nog tijd genoeg voor het aan- leeren der stukken eaner eerste vertooning, te geven op stadsschouwburg op het einde der maand december; het ware dan de spelers niel overlasten met van ben, in Maanmaand, eene tweede ver tooning te verwachten; en dan le Veurne-kermis, en dan de toekomende tooneeljaren, altijd met onvermoeibare!! iever vooruit. Hei publiek zou deze eropbeuring van ons tooneel met vreugde.begroeten. Al waren de eerste proe ven des nieuwen tooncelkrings wel iets beneden de volmaaktheid der vertooningen van Rhetorica, doch zou hel publiek tevreden zijn, daar hetzelve, den goeden wil der akteurs zou inzien, en van vertooning tot vertooning, verbetering en voor uitgang, van hen zou verwachten. Moge deze wensch, door rederijkers en akteurs aanhoord, en verwezenlijkt worden; dan zou het vlaamsch looneel, hier te Veurne, erlevcn. Tijdens de laatste kiezing, werden de dienstwil ligheid, gezag en invloed van M.r du Bus door den heer Pastor van Eggewaailscapelle lot in den derden hemel verheven. Met M.r du Bus, als senaleur, zou men alles verkregen hebbenhij c_ Permanente Deputatie. Welnu, het oogenblik is gekomen om aan de in woners van Eggewaailscapelle een bewijs te ge ven der dienstwilligheid en invloed van den edelen burggraaf. gebied te verdrijven? Stelt u den gezant van Italië voor, niets hoorende dan het geroep van Leve Pius IX, paus koning! en dit opschrift op alle kerkgevels, op honderde vaandels en huizen lezende De minister van eenen vorst, die men als eenen overweldiger voorstelt, wier val men wcnscht, is die niet beleedigd, en hel rustig geëerbiedigd leven dal men hem beloofd heeft en dal men hem ver schuldigd is, is dal hem voldoende verzekerd? Dat men eenedeigelijke betooging nueens moest doen in Frankrijk, in Duitschland, ten voordeelc der aanhechting van België bij die stalen, en zeg gen dat Leopold II een overweldiger is, zou Belgic het recht niet hebben zich te beklagen, omdat de franschccn duitsche overheden zulke vijandige bc- loogingen voor ons land toelaten Dat degenen die loochenen dat de bedevaarten geene vijandige daden zijn tegen den koning van Italië, eens dergelijke durven inrichten tegen den keizer van Duitschland of tegen hel fransche gou vernement en zij zullen zien of onze machtige na buren, die zonder reklamatie zullen laten voorbij gaan. Die bedevaarten zijn herhaalde beleedigingen tegen het ilaliaansche volk en zijnen koning, zij kwetsen de Italianen die ons land bewonen en die nen om tusschcn de twee natiën eenen haat en vijandigheid aan te vuren. Wij roepen op de onverstandige daders dezer feiten de strengheid der wet niet in, wat kwaad zij ook door hunne schuldige betoogingen aan ons land berokkenen, Italië zelfs wil niel reklameren en acht dit beneden zijn weerdigheid en hel ge recht laat ze ongestraft voort gaan, omdat men er het uitoefenen van een openbaar recht, hoe jamer lijk ook, in ziet. Maar men moet hel toch weten, dat onze bis schoppen, onze klerikale kopstukken, als zij bede vaarten inrichten, zij hel internationaal recht en ons strafwetboek overtreden; zij geven zooals in zoovele kwestien, hel voorbeeld van opstand legen de wettelijkheid. God geve, dat een dag dit voor beeld tegen ons niel gevolgd worde. Gaan wij verder: onze klerikalen beweren dat de duitsche geestelijkheid vervolgd, gemarteld wordt; dat de klerikalen onder den indruk dier denkwijze, nu eens eene bedevaart inrichlen om de wegjaging van Keizer Wilhem te vragen of welden afstand van een duim grond; dal men in onze straten ecus rondwandelde met vaandels, bij voor beeld met het opschrift: Leve de koning van Ha nover! of een hoegenaamd ander opschrift, om de vernietiging te vragen der soevereiniteit van den duitschen Keizer. Denkt men dat de Duitschers zoo met de armen gevouwen die betoogingen zouden afzien en ze aanschouwen als eene wettige uitoefening van hel recht der belgische burgers? Denkt men dal er een enkel gouvernement in Europa is, dat zal houden staan dat die daden niel verboden zijn door hel internationaal recht. Men zal zeggen: bedevaarten zijn eene gods dienstige plechtigheid, maar men mag onder een voorwendsel, hel zij godsdienstig of anders open baarlijk de wegjaging van eenen bevriende» vorst niel vragen. Er is geen enkel wel die dal ver schoont, maar integendeel is er eene wet dal zulks straft. Hel is dns onloochenbaar dal de bedevaarten in strijd zijn met de voorkomendheid die de natiën aan elkander verschuldigd zijn, met de algemeene erkence regels die liet internationaal leven, met eene zekere veiligheid, moot mogelijk maken, met de weerdigheid en den eerbied die de overheden en de burgers van ieder land elkander moeten toe dragen. Er is meer, hel belgisch strafwetboek ver oordeelt stellig die betoogingen. Zondereen onderscheid temaken lusschengods dienstige daden en degenen die hel niel zijn, beval artikel 123 van hel strafwetboek hel volgende Alwie door niet goedgekeurde daden van hel gouvernement, den staal zal blootgesteld heb- ben aan vijandelijkheden cenervreemde mogend- heid, zal gestraft worden met eene gevangzitling van 5 lol 10 jaren, en indien er vijandelijkheden zijn opgevolgd, met een gevang van 10 tot 15 jaren.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Advertentieblad (1825-1914) | 1874 | | pagina 2