KORREKTIONNELE RECHTBANK VAN VEDRNE. ZITTING VAN 30 APRIL. Emiel Hennebau, werkman te Rousbrugge, 1 gische onafhankelijkheid, en togen ons, Duitschcrs, de natuurlijke vrienden en beschermers van Belgie, meer of min onvriendelijk gezind blijven Moeten wij niet denken, dal de ultramontaansche en de comincrcicelc belangen Belgie onwedcr- staanbaar in de armen van Frankrijk lokken, en dat de Belgen het niet ernstig meenen manneer zij pochen op hunne liefde van onafhankelijkheid'' Wanneer de Belgen voortgaan hunne natuurlijke belangen zoo te miskennen, is het hoegenaamd niet onwaarschijnelijk, dat de zelfde eeuw den belgischen Staal zou hebben zien beginnen en zou zien eindigen. Henant. De Senaat is maandag bijeen geweest. Hij heeft verscheidene wetsontwerpen van weinig belang dringendheidshalveaanveerd en de kiezing van M. de Namur d’Elzée, tot senateur van Namen geko zen, goedgekeurd. Eenc deputatie is gelast geworden zich dinsdag naar ’t paleis tc begeven om den koning geluk te wenschen, in naain der vergadering, over de ge boorte van den tweeden zoon van den graaf van Vlaanderen. Er is een nog al belangrijk feil gebeurd in de commission van den Senaat. De commissie van handel en nijverheid heeft met vier stemmen tegen een, hel wetsontwerp verworpen, de afschaffing der handclskamers medebrengende. En de commissie van justicie heeft met 4 stem men tegen 4, van haren kant het wetsontwerp op het notariaat verworpen, M. Hubert Dolez is ver slaggever benoemd. Algemeene Tijdingen. Ter gelegenheid der HBloedprocessie, die te Brugge, maandag toekomende, 3 mei, uitgaat, zijn de volgende bijzondere treinen ingericht Vertrek van Adinkerke, ten 7-23 id. van Veurne, ten 7 - 36 Aankomst te Brugge, ten 8 - 57. Terugkeer van Brugge ten 6 ure 5 m. ‘s avonds. Mel 1 mei zijn er eenige veranderingen in de vertrekuren van den ijzerenweg. Men ziet aan T hoofd van ons blad. De brug van Adinkerke, gelegen op T kanaal van Plasschendaelc-Nieuporl, naar de fransche grens, tusschen Veurne en Duinkerke, zal binnen kort vernieuwd worden. De begrooling beloopt tot 58,800 fr.; de borgstelling 3000 fr. De beer Gouverneur der provincie van Westvlaanderen zal later de dag der aanbesteding vaststellen. De wateren van hel kanaal van Nieuport naar Duinkerke zullen dit jaar durende 45 dagen afge laten worden; diensvolgcns zal de scheepvaart van 1 Juni tol 16 Juli aanslaande op de Veurnevaart onderbroken wezen. Bij ministerieel besluit van 21 april, zullen de milicianen voor den dienst en in het contingent begrepen der lichting van 1875, aan de krijgsover- heid worden overgeleverd op de hierna volgende tijdstippen, te welen Milicianen waarvoor de storting van 200 fr. voor de loting niet is gedaan. Den 7, 8, 9 en 10 juni, in de prov. Westvlaanderen. Milicianen waarvoor de storting van 200 fr. is gedaan. Den 1 juli, in al de provinciën. Dinsdag morgend, is M. de baron Vander- brugghe. burgemeester te Wynghene, overleden ten gevolge van hel geweerschot dat wildstroopcrs eenige dagen geleden op hem gelost hebben. Binst den nacht van woensdag lot donderdag zijn er dieven in de statie van Avelghem binnenge drongen. 'Zij verbrijzelden de sloten der pupiters van den statie-overste en van een bedienden, en doorzochten ze. Maarzij vonden er niets dat hun aanstond en hielden zich te vree met twee over jassen mede te dragen, ter weerde van 80 Ir. Een wreed ongeluk heelt plaats gehad in de gemeente Berchem-St-Agalhe. Een achtbare huis moeder, die van eenieder bemind en geacht werd, is hel slachtoffer harer moederliefde geworden. Deze vrouw, wier echtgenoot barreelwachter is, op eenigen afstand der statie van Berchcin, zag haar kind langs den spoorbaan spelen, toen de sneltrein van Gent naar Brussel in volle snelheid kwam aanstoomen. Zij liep naar haar kind en ge lukte erin hel te redden, doch werd zelf door de lokomotief getroffen en op den slag gedood. Hel kind werd op eenige afstand geworpen, doch be kwam zelfs geene kneuzing, De wanhoop des vaders is onbeschrijfelijk. Men schrijn uil Doornik: Cornil heeff woens dag onze stad verlaten om de rest zijner straf in de gevangenis van Leuven te gaan uitdoen. Aan de statie was hij bet voorwerp der algemeene nieuws gierigheid. Verscheidene vrienden en familieleden zijn hem daar vaarwel komen zeggen. Cornil heel’ll gelijk men weet, de gelukwenschingen verdiend von hel bestuur der gevangenissen, door hem te doen zien dal al zijne sloten geen oordje waard waren. Hij beeft besloten zijne straf ui) te doen: al stelde men -al de deuren van zijne gevangenis open, hij zou gerust in zijne cel blijven zitten en als hij ergens, als hij zijne gevangenis zal verlaten hebben, een bankbriefje vindt van 1000 fr., zal hij niets haastiger te doen hebben dan het in het policiecommissariaal te gaan neerleggen. T Is al tijd een goed besluit, maar T is gelijk, in de plaats van den bestuurder der celgevangenis van Leuven zouden wij maar met één oog te slapen. Er leeft te Sainzée, in de provincie Luxem burg, een ouderling met name Burnolte, die in juli aanstaande zijn 100*le jaar zal bereikt hebben. Hij kan nog schrijven zonder bril en schrikt nog niet terug ivoor lange wandelingen te voet. Hij werd in 1775 onder Maria-Theresia geboren en zag 14 gouvernementsvormen elkander opvolgen. om versterkt te worden in de constilulionccle be ginselen. Toen de schilderkunst weder opbloeide in Belgie, werden de nieuwe meesters in Duitschland bij kans even sterk gevierd als in hun vaderland. En zoo zouden wij nog ontelbare bewijzen kunnen leveren van onze sympathie, maar wij slaan ver legen, als het er op aankomt de blijken der weder- keerige sympbalhic van Belgie voor Duitschland op te tellen. Onze rijnsche zangmaalschappijen hebben zich meermalen mogen verheugen in cene vriendelijke ontvangst van wege de Belgen, en de Vlamingen voelen zich natuurlijk als kinderen van de groole germaansche moeder. Maar in het algemeen draagt gansch Belgie, en vooral de hoogerc standen, een franschen stempel; het loont voorliefde voor Frankrijk, alhoewel men dit moeilijk begrijpen kan, wanneer men de poli tieke toestanden beschouwt. Een ontelbaar getal keeren heeft Frankrijk op ondubbelzinnige wijze hel verlangen aan den dag gelegd, om Belgie weder te veroveren, en bij het uitbreken van den laalstcn franschen oorlog, werd het voor de Belgen bewezen, zwart op wit, uil het handschrift van den franschen gezant Benedetti, dat Pruisen de grootste voordeelen, ja hel bezit van gansch Zuid-Duitschland kon bekomen, indien het Belgie had willen overlaten aan de fransche veroveringszucht. En nogtans toonde hel grootste deel der belgische drukpers, gedurende dien oorlog, eene bepaalde deelneming voor Frankrijk. De Belgen moesten dan bij zich zelven zeggen, dat de Franschen te velde trokken, om den linker oever van den Rijn te veroveren, en dat zij, indien het hun gelukte dit doel tc bereiken, zeker Belgie erbij zouden genomen hebben om hunne kaart wat af te ronden. Nu moeten de Belgen nog bij zich zelven zeggen dat hunne onafhankelijkheid, waar van zij zoo gaarne spreken, altijd van fransche zijde, nooit van duitsche zijde bedreigd geworden is. Zij weten zeer goed, dal de Franschen en zelfs Thiers onbewimpeld laten hooren, dal zij bij den aanstaanden wraakoorlog, over Belgen zullen moeien marcheren, daar de andere wegen naar Duitschland thans gesloten zijn. En dit alles belet die voorliefde, zeggen wij die apenliefde voor Frankrijk en alles wat maar fransch is, niet. Neem een belgisch dagblad in de hand, en ziet hoeveel plaats Frankrijk er in neemt: meer dan Duitschland en de gansche overige wereld te samen. Parijs schijnt het middenpunt hunner ge dachten te zijn en Brussel, eene voorstad van Parijs. Wij welen wel dat de gemeenschap van taal een machtige band is, en dat de ontwikkelde standen in Belgie, zelfs die, welke van germaan- ■schen oorsprong zijn, zich aan de fransche taal hebben gewoon gemaakt. De duitsche taal werd -tot hiertoe in Belgie zeer vernalatigd, alhoewel kor telings daarin eenige verbetering is aangebracht. De Belgen kennen Duitschland niet, hou zouden zij het loeren hoogschatten Wat de Belgen zeggen en denken willen is hunne zaak. Maar zij moeten niet vergeten dat hunne onzijdigheid en onafhankelijkheid nergens een krachligeren steun vinden, dan in Duitschland. Want Engeland drijft de onverschilligheid voor de zaken van het vasteland zeer ver; en aangenomen zelfs dal het den goeden wil bad, om Belgie te ver dedigen tegen de veroveringszucht, dan is het engelsche landleger nog veel te zwak, om te kun- •nen wederstaat! aan de ontzaglijke iegermassas, die Frankrijk thans te been roept. Het gansche verdedigingslelsel van Belgie, dat zooveel gekost heeft, en waarvan Antwerpen het middenpunt is, is berekend op de ondersteuning van Duitschland. Het moet dienen, om het kleine Belgische leger te bedekken, lot de duitsche troepen ter hulpe snellen. Op het tegenovergestelde geval, moet men niet denken; want Duilschlands vijanden, die ons nog tans zooveel kwaad op den rug schuiven, hebben ons nog nooit beschuldigd van Belgie tc willen inpalmen. Het duitsche rijk heeft geen verlangen, nu vooral dat het den Elzas en Lotharingen terug gewonnen heelt, zich verder uit te breiden. Wij weten zeer goed, dat iedere stap buiten de natuur lijke grenzen, aangewezen door onze taal, ons niet versterken, maar verzwakken zou. Ja, tijdens de stichting van den Noord-Duilschen bond in 1866 hebben wij zelf Luxemburg en Limburg gemakke lijk laten schieten, omdat de bevolking er gemengd is. Wanneer wij Belgie beschutten, zijn wij gansch vrij van eigenbelang, wij zijn edelmoedige vrien den; want Franschen zelven hebben min of meer duidelijk bekend, dat zij zich het verlies van Elzas- Lolharingen zouden laten goedvallen, indien zij maar Belgie in de plaats kregen. Dat is de ware, onvervalschte uitlegging van den toestand. Wat moet men nu denken van de Belgen die, niettegenstaande dit, maar altijd voort hunne liefste lonkjes voor de inpalmingszuchtige Fran schen behouden, voor de eenige jijanden der Bel leen kort antwoord. De Veurnaar behelst in zijn nummer van woens dag lest, een zoo gezegd antwoord op ons artikel aangaande de onbelamelijke handelwijze van M.r den deken, bij de begraving van M.r Dewilte. Dit zoo gezegd antwoord, een soort van sermoen, is eene aaneenschakeling van onwaarheden, in zeemzoete bewoordingen opgesteld, om aldus de menschen gemakkelijker te misleiden, en die eenen wonderlijken haal legen M.r Desmedl verraden. Het is, in der waarheid, het armzaligste ding, dal ooit den schijn heeft gehad, iets tc weer- leggen. Weerleggen? daarvan is niets! Gelijk hij gewoon is tc doen, draait de Veurnaar rond de kwestie, en wacht zich wel rechtzinnig onze vraag te beantwoorden. Inderdaad, zijn arti kel bevat niets anders dan onverdiende aanvallen tegen M.r Desmedl alléén gericht. Wal moet M.r Desmedl toch veel in den weg van de mannen van den Veurnaar loopen!.... Wat moest hel antwoord zijn van den Veurnaar? Zeer eenvoudig: Alleenlijk te zeggen, waar, wan neer en aan wie M.r de deken hel verbod van in de kerk te spelen heeft gegeven. Het heilig blad, in zijne hooge schranderheid, meent hel zoo niet en spreekt van alles: van recht, van belgische wetboeken, van welvocgc- lijkheid, in een woord van alles, uitgenomen van hel noodzakelijkste, van dit wal de onbetamelijk heid van M.r den deken eenigzins zou hebben kunnen verschooncn. Waarom die nalatigheid? Waarom? Of wel M.‘ de deken heeft het verbod gegeven, hetgeen de Veurnaar niet zou moeten verzwijgen, of wel hij heefl het niet gegeven, en in dit laatste geval heeft hij, wetens en willens, van logentaai gebruik gemaakt, om M.r Desmedl publieklijk te hoonen. Dit ware den haat en de wraak wat ver drijven! Dit ware slichtend, treffelijk voor oenen geestelijken!!Maar men ziet hedendaagsch zooveel aardige dingen, dat waarlijk niets meer verwonderd. Tol wat dient nu de flauwe praal van den Veur naar? Voor ons, lol niets. Zoolang de Veurnaar ons niet op de stelligste wijze bewezen heefl, dat hel verbod aan den muziekmeester (T is te zeggen aan den dienaar in plaats van aan den meester? is gegeven geweest, gelijk hel M.r de deken, in de kerk, aan M.r Desmedl toegesnauwd heeft, zullen wij ons veroorloven te twijfelen aan de rechtzin nigheid van alle de christelijke eertitels welke de Veurnaar M.r den deken toekent, zoo als: geest van vrede, goedheid, gezonde rede, voorzienigheid, voorzichtigheid en welvoegelijkheid. Wij houden dus tot nu toe staande, dal M.r de deken een klaar bewijs heeft gegeven van onver draagzaamheid en politieken haal. Overigens, hel is reeds lang genoeg dat men weet hoe M.' de deken zich gestadig met politiek bemoeit, hoe bij iedereen over het hoofd ziel en gelukkig schijnt te zijn als er moeilijkheden oprijzen: verdeden om te heerschen, is immers de leus der politieke gees telijken. En nu om tc eindigen Veurnaar, neen, het Advertentie-blad is niet bloedig kwaad integen deel: wij volgen geene slechte voorbeelden! Indien er iemand kwaad is geweest is het zeker wel M.r de deken, die in eene. uitzinnige dolheid, zich ver oorloofd heeft, in volle kerk, zoo onbetamelijk te handelen en dfuir een schoon voorbeeld te meer heelt gegeven van waardigheid en van christelijke broederliefde. Tot wederziens, Veurnaar.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Advertentieblad (1825-1914) | 1875 | | pagina 2