betwist worden is dal Vlaanderen missie waarvan de Iloofd-lngenieurs van Brugge uvv’xov Iltic/ti rlnnl nvilnn De ware reden, waarom de Veurnaar don lieer Behaeghel zoo ontijdig, zoo onbetamelijk, zoo on rechtvaardig aanvalt, is, dat de politieke mannen der klerikale partij gewaar worden, dat zij zelven, als vertegenwoordigers der belangen onzer streek, aan hunne heiligste plichten hebben Ie kort ge bleven, en dal zij, met een ander te beschuldigen, de aandacht der kiezers en van bet publiek over hunne eigene werkeloosheid trachten af te wenden. Wij laten aan de klerikale politieke mannen de verantwoordelijkheid over hunne handelwijze. Doch dit zeggen wij, dat liegen en een ander valschelijk beschuldigen, om zich wil te wasschen, verachtelijke middels zijn. Men moet zelve te verkoopen zijn, zegt de Pcur- naar, om anderen daarvan te durven beschul- digen. Wij herhalen het, M’ Behaeghel, heeft daarvan niemand beschuldigd. Maar; zijn het wel uwe mannen, Veurnaar, die hel recht hebben aan den burgemeester van Veurne ten laste te leggen, dal hij uil baatzuclitigheid misbruik maken wil van zijne bediening? Mr Behaeghel is in het Bestuur der Watering sedert twee en dertig Jnnr. Heeft hij er zich niet altijd eervol van zijne bediening gekwe ten’ Heeft hij er niet altijd blijken gegeven van een onafhankelijk en onbaatzuchtig karakter? Heeft hij er niet altijd in geweten de belangen der land bouwers voorgestaan? Heeft hij er niet altijd, van over twintig jaar, moedig gestreden tegen de over- drevene, onrechtvaardige en baatzuchtige eischcn der eigenaars der Moeren? Heeft hij zich dezer laatste dagen, ondanks onpasselijkheid, niet recht verdienstelijk gemaakt? Neen, Fcunmor, hoe venijnig en kwaadwillig gij ook moogl wezen, gij en geheel uw aanhang zijl niet in staal om aan onze landbouwers te doen gclooven. dat Mr Behaeghel aan zijne plichten zal te kort blijven. Ten allen tijde hebben mannen van verdiensten, menschen die bekwaamheid hebben en nuttig zijn aan hunne medeburgers, eerbied en achting ge toond voor andere mannen van verdiensten, zonder acht te geven op hunne politieke denkwijze. Ten allen tijde ook, hebben mannen, die niet zwaar wegen, noch door hunne kennissen, noch door hun karakter, mannen die verblind zijn door toevallige gunsten en door ijdele glorie, zich niet geschaamd menschel) van verdiensten te lasteren en er mede den spot te drijven. De oude vlaamsche spreekwoorden Men wordt maar vuil gemaakt dan door eenen zwarten pot, Die komt van niet tot iet En kent zijn zelven niet, zullen altijd waarheid blijven. Dit bewijst dikwijls de Veurnaar, en dit doel hij nogmaals in zijn nummer van woensdag lest. Ter gelegenheid der pogingen welke M.r Behae ghel aanwendt, om een voorstel te bestrijden, welk zeer nadeelig zou zijn aan de buiten-moeren, durft de Veurnaar beweeren, dat M.r Behaeghel alleenlijk handelt uit politiek belang, en dal hij van eene waleringkweslie eene politieke kwestie maakt. De Veurnaar durft M.' Behaeghel valschelijk beschuldigen gezegd te hebben in eene vergade ring, waar 60 landbouwers tegenwoordig waren, dal geheel bel Provinciaal Bestuur aan de eige naars der Moeren verkocht is hij durft M.' Behaeghel eenen schaandelooze noemen, durft te kennen geven, dal hij te verkoopen is, en neemt daarenboven zijne toevlucht tot leugens, om te doen gclooven dal M.r Behaeghel in deze zaak geene diensten bewezen heeft of kan bewijzen. Al de dagbladen en korrespondentiën zijn het eens om de groole fiasco vast te stellen van de vergadering, door de klerikalen zondag te Namen gehouden. Zij verwachten daarvan de schoonste uitslagen; met duizenden katholijken gingen naar Namen komen om de handen ineen te slaan tol het wel lekken der kiezingen van juni. Eh wel, in plaats van duizenden, schrijven zij zelven dat er maar zes honderd waren, en men mag er alsdan nog een paar honderd afdoen om nabij de waarheid te zijn. De stralen en de omlrek der statie zagen er zonderling uil: gendarmen, agenten van politie, politie-commissarisscn in groote tenue, geconsig neerde troepen, inwoners aan hunne vensters en voor hunne deuren ener was niets te zien of niets te doen. Hier en daar eenige klerikalen die met groepen van vier of vijf door de straten wan- De politie, heeft den omlrek van den katholijken De heer en hel klooster hadden ook bun kudde- recht op hun eigen, wal wil zeggen dat hun vee naar de weide ging voor dit der andere dorpsbe woners. Het vee van den boer had dus maar den overschot en verging van magerheid. De hoeve van den heer of der abdij had nog het duivenrecht, hare ontelbare duiven bedekten de velden. Men moest van alles dubbel zaaien om op een oogst te mogen rekenen. Daarbij, was elk huisvader, in den loop van het jaar, aan den heer schuldig vijftien malen haver, tien kiekens, tachtig eieren. Hij moest voor zijne rekening drij dagen werken; drij dagen voor elk zijner zonen of dienstboden, en drij per paard of wagen. Hij moest het gras maaien rond hel kasteel en hel in de schuur gaan bergen op T eerste klokge- klep, op straffe van zware boet. Hij moest ook de steenen en hel noodige hout voor de herstellingen der hoeve of het kasteel vervoeren. De heer voedde dan den boer met een stuk brood en een handvol groenten per dagwerk. Ziedaar wat men karweien heette. En hel is naar dien gelukkigen lijd dal de ullra- montanen ons zouden willen terug brengen. Hel is daarom dat zij de groole omwenteling van 1781) met de zwartste kleuren afschilderen Hoe rechtzinnig!.... Hel is litRiertnnl te beweeren, dal M.' Behae ghel van deze Waleringkweslie eene politieke kwestie heeft gemaakt. Het is in hel belang der streek, dat de burgemeester van Veurne de land- gebrnikers der buiten-moeren heeft bijeen ge roepen. Hij heeft dit gedaan bij middel van eenen gedruklen zendbrief, dien hij aan al de belang hebbenden, zonder hoegenaamd politiek inzicht, lieeft doen ter hand stellen. Het islantcrlnnl te beweeren, dal M.' Behae ghel in de vergadering van 12 april over politiek heeft gesproken, dat hij uitgeroepen heeft tol het vergaderd publiek «dat geheel het Provinciaal Bestuur aan de eigenaars der Moeren verkocht is. Het is logentnnl staande te houden, gelijk de Feurnaar doet, dal de zaak in kwestie niets anders is dan eene vraag om advies, daar, I integendeel, de voorgestelde maatregel (hel open blijven der sluizen langs hel Kingslol gedurende de zes is. gedaan aan het Gouvernement door eene com- Mijn Vlaanderen heb ik hartelijk lief, is een schoon refreintje, dat door de katholieke volks vertegenwoordigers op alle toonen gezongen wordt, zoo gauw ze als kandidaat voorgesteld worden. Maar eens dat die instrumenten van bisschop pen, dekens en pastoors op de kussens zitten, houden ze den bek gesloten en knikken ja als Malou hel hen beveelt. Hierdoor worden de grootste belangen van Vlaanderen verwaarloosd, want ’t is niet al knik kende, zwijgende en slapende dat men Vlaanderen van verval kan redden. De japneuzen en pilaarbijters zitten daar te pronken en te lonken, maar de miljoenen bespre ken die ten nadeele van Vlaanderen worden ont- fulstcld, daarvoor is het grootste getal te dom! en van Rijscl deel maken. Hel is iogentaal te durven verklaren, dat do Minister van Openbare Werken niets over deze zaak ontvangen heeft, want, slechts over weinige dagen, op II" dezer, heeft de Hoofd-lngenieur aan de heeren der Watering geschreven, (lat hij hun nen brief (over deze zaak) aan den Minister had toegestuurd, en dal deze hooge ambtenaar hem met eene gewichtige mededecllng voor de Watering had gelast. Hel is logentnnl te durven zeggen «daler in de Bestendige Deputatie geen enkel woord toe gekomen is, dal betrek heelt met de kwestie der Moeren aangezien er in eenen brief van 10 februari 1874 door de eigenaars der Moeren wel uitdrukkelijk en klaar aan de Bestendige Deputatie gevraagd is geweest 1dal er eene verandering zou gebracht worden, ten voordeelc der Moeren, aan de bestaande besluiten betrekkelijk hel peil in hel Bingslol; 2.* dat de sluizen langs de Duinkerke- vaart en langs de Bergenvaart zouden worden toegemetseld; 3.* dal de sluizen langs het Bingslol zouden worden afgebroken. Over dit rekwest is er geschreven geweest door hel Bestuur der Watering aan de Bestendige Deputatie op 22 Mei, 17 Augusti en 27 October van het zelfde jaar 1874. Dit Bestuur heeft mede- deeling gevraagd van liet rekwest, om aldus in de gelegenheid gesteld te zijn de ongegrondheid er van te bewijzen, maar nooit heeft de Bestendige Deputatie zich geweerdigd aan de Watering te antwoorden, of haar hel gevraagde stuk loe le sturen Wilde men misschien de zaak dood zwijgen, om ze intussebentijd door eene andere overheid te laten beslissen Mijn Vlaanderen hel» ik hnrtelijk Hei!... Wij lezen in do Zweep: Al wie zijn Vlaanderen lief heeft, moet mol hartewee den zoo nadeeligen invloed der ultra- montanen beslaligen. Men goochelt soms nog al licht met cijfers en Statistieken, doch wal onloochenbaar is en door wintermaanden)’een zeer ernstig voorstel (lelden. nnn imt P. »n vurnomonf door eene coin- De u< De klerikalen verbieden de liberale gazetten; wij, integendeel, wcnschcn dal er nevens onze bladeren een klerikaal blad ligge. Waarbij komt dit verschil? Omdat wij, liberalen, hei recht, de rede en de waarheid voor ons hebben. Degene die, bij hel lezen van liberale bladeren, nog maar een wankelende liberaal is, zal welhaast allen twijfel ter zijde schuiven en zich onder ons vaandel scharen, als hij de klerikale modder- papicren leest, de beleedigingen en laster ziel welke de klerikalen naar deftige burgers werpen, als hij ziel met welke loosheid de waarheid door de klerikalen den hals wordt gebroken en de mannen lol den hemel verheven worden, die, als door een don Carlos, het bloed bij stroomen ver giet, als de Langrandislcn miljoenen aan (luizende werklieden en kleine burgers ontstelen. De klerikalen willen niet dat hunne kiezers ook liberale bladen lezen, omdat zij geen vertrouwen in hunne princiepen hebben, of liever omdat ze weten dat ze liegen en ’t volk bedriegen, en dat door het lezen van twee gazetten, hel klerikaal bedrog zou uitkomen. Ware het anders, zouden de klerikalen dan niet wenschen dat de slechte gazetten ook gelezen worden? Want het lezen onzer gazellen, als ze wezentlijk slecht zijn, zou de oogen van volk openen en aan de klerikalen veel goed doen. Wal geluk voor ons ongelukkigen dal de om wenteling gekomen is, en vooral voor de boeren!» Wam zoo de ellende groot was in de sleden, deze te velde overtrof alles wat de verbeelding kan schilderen. Vooreerst de boeren droegen dezelfde lasten als de burgers; daarbij waren zij nog met eene me nigte andere geplaagd. In ieder dorp van Lorrei- nen bestond er eene hoeve van den lieer of van het klooster, en deze gebruikte al de goede landen, alleen de slechte bleven aan de arme lieden. En de boeren mochten zelfs niet planten en zaaien in hunne landen wal zij wilden; de weiden moesten weiden blijven en hel bouwland zaailand. Zoo de landman zijn veld in weide veranderde dan verloor de pastoor de tienden; zoo hij zijne weide in zaailand veranderde dan verminderde hij het weiderechl; zoo hij klaver in de braaklanden zaaide, kon hij aan de kudde van zijnen heer of hel klooster niet beletten er te grazen. De landen waren overlast met fruitboomen, die elk jaar ver huurd werden ten profijtevan den heer of de abdij; hij mocht deze hoornen niet uitroeien en was zelve verplicht hen le vervangen binnen hel jaar dal zij te niet gingen. En dan nog hadden de heeren hel jachlrccht, ook van de velden te doorloopen en de oogsten le vernietigen ten allen tijde des jaars, en de boerdie het waagde een enkel stuk wild le dooden, zelfs op eigen grond, liep in gevaar van naar de galeien gestuurd te worden. niemand kan nog gedurig achteruit gaal. Ge moet ook niet denken dat bel staatsbestuur iels doel voor dien vergeten hoek, die eens fran- sclic koningen verjoeg en versloeg en wier be- woners thans vastgeketend zijn aan Home. We hebben hier voor oogen liggen het budjet I van openbare werken, en ons Vlaanderen krijgt met moeite kruimeltjes, terwijl miljoenen en miljoenen aan de andere provinciën worden verleend. Waar gaan wie naar loe? De tinancicmannen, met hunne waggelende in stellingen, hebben aan ons Belgie weinig dienst bewezen, want ons credict wordt tegenwoordig in alle vreemde landen op zeer nadeelige wijze besproken. De nijverheid kwijnt, de handel vervalt, het kre diet loopt mank, de eene bank springt na de andere en de kassiers maken gaten in de maan met geene miljoenen te stoppen. Be Veurnaar en M.r Behaeghel. Be kleriknl® l>etooging t<» Aininen. B«* <li*nkpei*M.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Advertentieblad (1825-1914) | 1876 | | pagina 2