Gehoor van Dinsdag, 18 juli.
doen doorga*»n.
IIecliterlij ke kronijk
HOF VAN ASSISEN VAN WESTVLAANDEHEN.
De kapelaan A. De Lancker, is te Aarzeele, bij
Thicll, in 1837 geboren. Na dal hij zijne latijiische
studiën had gedaan, begaf hij zich naar de univer-
siteil; doch hij ondervond! welhaast, dal de
studiën er voor hem te lastig waren, en hij wierd
seminarist. In 1865 ontving hij zijne benoeming
als kapelaan van Proven. Hij was dan ongeveer 28
jaar oud.
eenen onverzadelijken haal tegen de liberalen,
door eenen overdrevenen zucht naar heerschappij,
door grove en lasterende politieke sermoenen,
door geweldige en oneerlijke middelen om de
menschen, in zake van kiezingen, aan zijnen wil
te onderwerpen.
Die pooging is de eerste niet om van Vande
Putte te bekomen dat hij zijne verklaringen zou
intrekken. Nauwelijks was hij uit het gevang, dal
de geestelijkheid trachte hem te doen spreken, in
eenen aan haar gunstige» zin. Een priester begaf
zich bij den genaamden Delobel, waar Vande Putte
inwoonde. Delobel was te bed en hij heeft het ge
sprek dezer twee menschen kunnen hoorei). Sedert
dien heeft Delobel verklaard in het openbaar dal
de priester gevraagd had aan Vande Putte, Virginie
Takkens onplichlig te verklaren en de liberalen te
beschuldigen.
Is Vande Putte de eenigste die men zoo tracht
te dwingen tol logen’ Ziethier wal de Flandre
libérale daarover verhaalt.
Een genaamde Pieter Bossuyt, schrijnwerker te
St-Denijs, was aangedaan van eenc ongeneesbare
ziekte. Voelende dat hij ging sterven, riep bij den
pastoor. Die laatste kwam en zegde dal hij hem
de laatste sakramenten zou geven, maar op een
voorwaarde dal hij, Bossuyt, zijne biecht zou
spreken in tegenwoordigheid van twee getuigen,
die de pastoor zou aanduiden en medebrengen.
Bossuyt weigerde, de pastoor volherdde. Bossuyt
vroeg dat er, in plaats van twee getuigen, vier
mochten zijn, waarvan hij er twee zon mogen aan
duiden. De priester weigerde! Bossuyt weder
stond lot het einde. De laatste sakramenten niet
kunnende verkrijgen te St-Denijs, hij deed zich
voeren naar Kortrijk, met hel rijtuig van een zijner
vrienden, om daar te biechten. Daar vond hij
eenen priester daartoe bereid, en op dezelve wijze
wierd hij naar St-Denijs terug gevoerd. Twee
dagen dagen later stierf de ongelukkige.
De kapelaan De Lancker legde zich voornamelijk
toe, in hel belang zijner politieke inzichten, om
invloed uit te oefenen op de vrouwen. De congre
gatie van Proven, waarvan hij de weerdige Direc
teur was, was een oprechte politieke kring; en
wat hij aan de gehuwde vrouwen, zoo wel als aan
de jonge dochters oplegde, om kiezers te winnen,
is ongehoord
De jongeling B. is niet aangehouden, noch ook
niet gevlucht.
De kapelaan De Lancker, integendeel, had aan
gehouden geweest ware hij niet ontsnapt op
het bevel van den zeer katholieken rechter van
instructie van het tribunaal van Veurne.
De eerweerde zielenherder wordt van GEENE
ANDERE MISDAAD BETICHT dan van aanslagen
op de eerbaarheid van meisjes van min dan 14
jaar oud.
Men heeft nog niet vernomen, dat de moedige
strijder uil zijnen schuilhoek is verschenen om
zijne onschuld te komen pleiten.
Hel schijnt, dal het onderzoek ten einde is, dal
de getuigenissen altijd even zwaar blijven wegen
op den kapelaan De Lancker, en dat men er
moeilijk in gelukken zal de beschuldigingen ten
laste van den weerdigen en moedigen priester
(a digne et courageux prêtre voor lastertaal te
Ziedaar hoe diegene werden behandeld die den
moed hadden aan de geestelijkheid te weerstaan.
Maar, integendeel, men had slechts lofluigingen
voor diegene die de geestelijkheid hielpen in
hunne plannen om de liberalen te beschuldigen.
Een der getuigen in de zaak der brandstichtingen,
de genaamde Buyssens, veranderde voor het hoi
de verklaring die hij had gedaan voor den in-
structierechter, en beweerde, met eene zeldzame
onbeschaamdheid, dat de twee instructierechters
zijne woorden niet hadden aangeleekend gelijk hij
ze gezegd had. Hij werd vervolgd en veroordeeld.
Een andere, de genaamde Delcamp, werd ver
oordeeld voor laster, omdat hij den heer Delebec-
que, een liberaal van St-Deuijs, beschuldigd had
den dader te zijn der brandstichtingen.
Wil men nu welen op welke manier de geeste
lijkheid die mannen behandeld!’
In een banket gegeven in den katholieken kring
van Sint - Denijs, worden zij uitgenoodigden
vriendelijk onthaald.
Waarlijk men vraagt zich in welk beschaafd
land zulke feiten kunnen gebeuren! Men vraagt
zich met angst, wat er moet geworden met een
land, in hetwelk de zedelijke macht van het ge
recht zoo wordt misprezen, men vraagt zich wat
er moet geworden van eenc bevolking, in dewelke
de geestelijkheid op eene dergelijke wijze de baat
en tweedracht gedurig zaait.
GEWICHTIG VOORVAL! - ONGEHOORD SCHANDAAL
Dinsdag morgend moest de zaak opgeroepen
worden van den genaamden HENRI VAN DOORNE,
wonachtig te Denterghem (arrondissement Thicll),
beschuldigd van verkrachting op een meisje van
13 jareu, welk meisje een kind ter wereld ge
bracht heeft.
Van Doorne is daar en boven beticht van aan
slag op de zeden van twee gehuwde vrouwen, om
welk feil hij voor de korrcclionneele rechtbank
van Korlrijk zal verschijnen.
Van Doorne dal men hier we) oplette is
een der klerikale kopstukken der gemeente Denier-
ghem en opperhoofd des Giestjes of Congrega-
nislcn.
T Was rond 11 ure toen hel hof de verhoorzaal
binnentrad.
Bij het openen der zitting neemt den beer
Depauw, prokureur des Konings, hel woord.
MM. Ik neme T woord, zegt hij, onder de pijne-
lijkste indrukking, en een gevoelen van veront
waardiging welk ik moeilijk kan bedwingen.
Beweging.
Wij waren bereid om te samen, het Hof, de
jureën, de verdediging als ook de beschuldiging,
de zaak te onderzoeken van Van Doorne, beschul
digd van verkrachting.
Wij zouden mot een gerust geweten, onze plicht
volbracht hebben, wanneer ik, zoo even, kome te
vernemen dat er een feil daargesleld is die niet
alleen betreurlijk is, maar zelfs schandelijk, en zoo
er misschien sedert 1830 niet is gepleegd geweest.
Op UE. heeren Jurés, gij de hooggeplaatste
rechters van Belgie, durft men drukking uiloefe- 'J
nen; men durft van uw geweien twijfelen met u
brieven te schrijven in welke men u vraagt om,
indien gij aangewezen zijl om uwe plicht te ver
vullen, den beschuldigden Van Doorne, zoudt
onplichlig verklaren. Groote beweging
Ik zal u niet beleedigen mot te zeggen dat zulke
Van den beginne af onderscheidde zich de jonge
priester, niet door christelijke hoedanigheden, niet
door menschlievendheidzachtmoedigheid, ver
draagzaamheid, niet door gevoelens van vrede en
j verzoening, alle deugden, die men zoo gaarne in
i eenen priester ontmoet en zoo goed overeenstem-
1 men met zijne Goddelijke zending, maar wel door
nnvprvndoliiLnn limt tpann /lo lihi.rnlnn
twee getuigen wanneer dit niet waai- is en die
twee getuigen zelven thans verklaren dat de pastor
heeft gelogen.
Zie hier wat er gebeurde aap het sterfbed van
Vande Putte, volgens de verklaring van de twee
door de pastoor geroepen getuigen en die zij op
hun dorp herhalen.
De moedige en onoverwinbare strijder, de man
met de vlèkkelooze reputatie, was bijzonderlijk
bevreesd van hel gerecht. Zoo is het gekend, dal
als wanneer de jongeling B. beschuldigd wierd
van aanslagen tegen de zeden, de kapelaan aan de
schoolmeisjes, die op den openbaren weg hel
voorwerp waren geweest der onzedelijke vervol
gingen van B., den raad gaf, of, om juister te
spreker, gebod er niets aan de gemeente-o verheid,
noch aan de justicie van te zeggen, om reden,
voegde hij er bij, dal de vader van B. een goede
katholieke kiezer is.
Die getuigen zijn Jan de Vos, herbergier en de
schepen Lodcwijk Mullie, beide te Si ut-Denijs. Jan
de Vos heeft verklaard, in tegenwoordigheid van
20 getuigen die bereid zijn zulks te bevestigen dat
de pastoor hem had verzocht met hem mede te
gaan bij Vande Putte, daar gekomen had de pastor
tot Vande Putte gezegd dal zijn einde naderde, en
hij nu de waarheid moest zeggen, en de echte
brandstichters noemen. Vande Putte ging spreken,
toen de pastor hem beval te zwijgen, hem zeggen
de dat hij niet te spreken had over Virginie
Takkens, maar alleen over zijne eigene daden.
Vande Putte verklaarde toen het volgende en niets
anders. Ik heb de waarheid gezegd voor het hof
van assisen van Brugge, wat mij betreft, ik heb
twee branden geslicht bij Van den Drieschc en bij
de weduwe Everaerl.
Niels, geen enkel woord heeft hij er bijgevoegd.
De andere getuige, de heer Mullie, schepen van
Sint-Denijs, ilie kalholijk is, maai- vooral eerlijk i
man, heeft, na het sermoen van den pastoor, zijne I
veronlweerdiging niet kunnen bedwingen. Hij j
beeft ook verklaard dat de woorden des pastoors j
tegenstrijdig zijn met de waarheid.
Vóór 4865 was alles rustig te Proven: men
leefde ei- vreedzaam onder elkander, vol eerbied
voor de overheden, vol erkentenis voo»- alwie aan
de gemeente diensten bewees. Maar welhaast, ten
gevolge der onchristelijke handelwijze van den
kapelaan De Lancker, waren de inwoners dezer
gemeente in iwec vijandlijke kampen verdeeld
kwaadwilligheid, nijd, haat, vervolgingen hadden
er alle vriéndelijke gevoelens vervangen; de kie
zingen geleken er aan ware burgeroorlogen; en,
in 1872, waren er de verblindheid en de verdwa-
ling, maar bijzonderlijk de vrees van den wraak
zuchtige!) kapelaan, zoo groot, dat de weldoener
der gemeente, de heer Baron Mazeman, die sedert
36 jaar met zoo veel bezorgdheid als bekwaamheid
het ambt van burgemeester van Proven had be
kleed, uit den gemeenteraad wierd gestemd!
l>e »il<l<lelbnrc Hchool vnn
Veurne.
NVij kunnen aan hel genoegen niet wederstaal)
nogmaals de aandacht onzer lezers te vestigen op
de schitterende zegepraal, welke twee leerlingen
onzer middelbare school, August Van Heileghen)
van Adinkei kc en Louis NVackenier van Wulpen,
in hel aanvaardings-examen als Normalist hebben
behaald.
August Van Belleghcm, die de eerste is geweest
op 30 mededingers, is slechts zestien jaar oud.
Hij is leerling onzer middelbare school sedert
april 1873, waar hij zich boven alle andere leer-
linden door zijne iiocrsughcid en zijn irocd jzedrntr
onderscheidt.
Louis NVackenier, die in hetzelfde examen de
zevende is geweest, heeft gedurende zes jaar de
lessen der Veurnesche Staatsschool gevolgd en
verbleef hij zijne ouders sedert 1874.
Het is dus wel aan de goede lessen, die in deze
school door uitmuntende en ieverige professors ge-
geven worden, dat de jongelingen Van Belleghem
en NVackenier hun schoon succes verschuldigd zijn.
Het doel ons waarlijk goed dit te mogen ver
klaren en den lof te mogen uitspreken van een
gesticht, welk zoo ten onrechte als hardnekkig
door de priesterparlij onophoudelijk wordt aan
gevallen.
Eu denkt niet, lezers, dat wij overdrijven, want
nauwlijks treedt er een kind in de schooljaren,
of de priesterparlij tracht het, door alle valsche
en hatelijke beschuldigingen ten laste der middel-
i bare school, voor hare eigene school aan tc wer-
ven; en dit doet zij niet alleen bij de welhebbende
lieden, maar zelfs bij de ouders der leerlingen der
lagere knechtjes school, wanneer deze laatste, bij
hel verlaten dezer school, hunne studiën mogen
voortzetten.
De geestelijken noemen onze middelbare schooi
eene goddelooze eene slechte schoolHoe durven
zij’ Is het niet reeds honderdmaal bewezen, dal
i de kinderen in de middelbare school zeer goed in
de christelijke leering onderwezen worden, en
dat, onder opzicht van wetenschappelijk onderwijs
en goede opvoeding, die school niets te wenSchen
laat en oude»- de beste mag gerekend worden die
er te vinden zijn.
NVanneer zullen de geestelijken ophouden onver
draagzaam te zijn’ Ja, wanneer’
NVanneer zij volkomen zullen meester zijn over
alle inrichtingen, over alle gestichten, over alle
huisgezinnen, over al wal er beslaat.
De kapelnan van Proven.
Al de priestergazelten hebben het artikel mede
gedeeld, welk uit hel bisdom, op den zelfden dag,
aan de Patrie, den Standaard en het Nieuwsblad
is toegestuurd geweest, en waarin men heeft ge
tracht den moedigen en weerdigen kapelaan Be
Lancker wil te wassehen. Sedert, zwijgen zij over
deze zaak, en niet zonder reden, want, hoe beter
zij gekend is, hoe zwarter de zoogezegde vlekke-
looze reputatie wordt van den onoverwinbare»
strijder van Proven met den welken wij ons nog
heden willen bezig houden.
31