VAN VEURNE I NIEUWSBLAD VOOR VEURNE EN HET ARRONDISSEMENT i 9 F s XS O VjJei 1891. blijft onverschillig. Daarover verwonderen Zntcrda;; IV.’ duinkerke GIIYVEl.DE veurnk GENT BRUSSEL G;S* jaan Ai 'M I Het vrije woord. Wij treffen ix den Dixmudenaer eene briefwisseling aan die wij aan onze lozers aanbevelen omdat zij groote waarheden beval. Hier volgt dit belangrijkt artikel De liberalen der groote steden vragen zich dikwijls al’ hoe het komt dat de buiteninenschen z»o onverschillig blijven aan den polilieken toestand onzes lands. Onze meesters van vandaag begaan aller hande deugnielerijen zij knoeien in kiezingen, belasten «et vïeesch en werken in hei stille on de granen te belasten, zoodal de landbouwers, in geval van strenge winters, zooals dees jaar, waar door de graanoogst bedorven is, aan dure prijzen hel vreemd graan zullen moeten koopen. Zij hebben in hel grootste getal gemeenten eenen katholieken gemeente raad, die de onderwijzers van hun bestaan bwrooft; niet alleen jonge onderwijzers, maar ook bejaarde, die hunne beste jaren voor hel welzijn der gemeeale ten beste gegeven hebben en vroeger door iedereen bemind en geacht werden. Kunt gij aan nemen dal een onderwijzer, die vijf en twintig jaren in eene gemeente heeft ge werkt voor de jeugd, een nieuw geslacht heeft gevormd dat gewapend is tegen de noodwendigheden des lijds en lol voor een paar jaren nog hel algemeen ver trouwen geaool; kunt gij aannemen dat zoo «en man in eens onschuldig in ieders verachting valt Neen, niet waar En nochtans ziel men niet dal eene gansehc bevolking opstaal om legen zulke daden van geweld te velde te trekken. Meer snoodheden van dien aard worden door onze meesters bedreven eu het volk wij ons en zooveel le moer daar er liberale dag- en weekbladen zijn, die elke daad van willekeur aan den schandpaal stellen. Haar de buitenlieden, die ons over die onverschilligheid hooren jammeren, halen de schouders op en zeggen Haar is niets wonderbaars in. In hel dorp is ecu man, die hel liooge woord heeft en de dorpelingen naar zijne hand leidt. Dat is de pastoor. Wal hij goedkeurt, moeten allen goed vinden; wal hij afkeurt, «oei ook ieder slecht vinden. Zijne wapens zijn het evangelie voor de lichlgeloovigen c« de broodroof voor de sterke karakters, die voor zijnen wil moeten buigen of barsten. Al wal het katholiek ministerie doel keurt hij goed of legt het uil dat hel den schijn heell van goed te zijn. Hij heeft daartoe niet veel moeite, want zijne parochianen lezen geene dan klerikale gazetten of... sehielgebedekens. Eenigen, ja, zijn onafhankelijk genoeg om le durven liberale bladen lezen, maar dezen weet hij wel al le zonderen. Hun salannieuws zal niet veel andere lezers vinden, laar- voor zal hij wel zorgen; fanatieke boeren en dilo knechten en meiden, al de kwezels en pilaarbijters van liet dorp zullen hem daarin helpen, door een oog in T zeil le houden. En dal is zoo. In de boerenherbergen zullen de liberale gazellen verwijderd warden en ik weel dal de pastoor bij min of meer onafhankelijke menschen de vleitaal zal gebruiken, desnoods geld ten beste hebben, on genoemde gazetten door katholieke le vervangen. Noch in da her berg, noch in huis, «och op hel veld, noch in het werkhuis zullen ze gelezen worden. Hij heeft bespieders genoeg om daartoe le komcu. Dal de landlieden zwecren hunne andere plichten te buiten gaan, ja, leven zooals zij willen, maar geene liberale bladen lezen. Voor alle misbruiken heeft hij vergiffenis, maar voor liberale propaganda heeft hij geene genade. Op den buiten heeft hel volk geen vrij onderzoek. Hel hoort maar één klokskeu luiden en dat klept altijd Huldü aan hel katholiek ministerie!» Het vrije woord is er onbekend. Zoo was hel lol «ver eenigo maanden. Doch de zaken schijnen eene andere wending genomen ic hebben. De vrije geesten der sleden zijn uit hunne schelp gekomen. Met eene lofwaardige stout moedigheid begeven zij zich naar de dorpe», geven en verspreiden daar Irunue denkbeelden. Door sluipmiddclen kon de alleenheerscher de schriflelijke propa- gaude verijdelen, maar de massa beletten naar de lokalen te gaan om daar het vrije woord le hooren, dal de oprechte belan gen des volks doel kennen, kan hij niet. Enkelen kan hij in T genipt dwingen; de massa van meeiingen afhouden kan hij niet. De boer heeft zijne knechten, de nijveraar zijn werkvrouw noodig. Daar kan niemand legen op. Zelfs de katholieke grondeigenaar kan zonder zijn pachters niet, ingeval deze eendrachtig willen zijn. Hij zal desnoods mijnheer de pastoor laten schieten wanneer zijne geldeiijke belangen op het spel slaan. Daarbij het staatkundig leven is op den buiten zoo dood, dal de gazellentaal door de menigte niet verstaan wordt en de liberale geldmiddelen zijn niet toereikend om bij middel der drukpers de gedachten le verspreiden, waarvan dan nog zeer weinige ingang vinden en dal wel om bovengemelde redenen. Hel vrije woord dus. Dat moet er zijn om aan hel volk veel en verstaanbare zaken lo vertellen, zijne belangen le bespreken. De pasloor heeft sinds eenigen lijd taaie tegenstan ders gevonden. Zijn rijk van alleenheer- Alle Belgen zijn gelijk voor de wet. Dal staal mei groote loiters in de Grondwet geschreven. Gelijk voor de wel, wat beteekent dal Vooral wie lezen en schrijven kan wil zulks zeggen dat ieder evenveel rechten en plichten moei hebben in den Staal. Door rechten verstaal men vooral het kiesrecht dal in ons laiidekcn enkel toe* gestaan wordt, aan menschen die geld hebben, al kunnen ze zelfs lezen noch schrijven. De eenvoudige werklieden hebben dus geene rechten meerzijn versloote- lingen. Is er echter kwestie van plichten, zoo als contributie betalen, patenten enz. zooals soldaatje spelen, burgerwacht, enz., dan is hel wal anders. Hel kleinste herbergsken in hel kleinste dorp betaalt patent; de arme duivel die mei mosselen leurt, betaalt patent; hel vleesch dat den werkman eet betaalt inkomende rechten, dus kost het duurder; het graan dat uit den vreemde komt, vermits wij er alle jaren le kort hebben, zal wellicht ook inkomende rechten betalen, dus zal hel brood duurder kosten. Zoo is het met de koffie, den rijst, de tabak, in een woord met al wal de geringe werkman dagelijks in zijn huishouden van doen heeft. Wij mogen dus gerust zeggen dat de volksklas weinig rechten beefl maar veel plichten vooral als hel op betalen aan* komt. Ware dal alles, dan zou er men nog oen kruis over maken en denken T is altijd zoo geweest maar T ergste van al is dat juist diegenen vVelke veel patent en con tributie betalen, en daarentegen geen stemrecht hebben, dat juist die, en die alleen soldaat moet worden. Een seminarist is vrij van dienst omdat hij eenen zwarten rok draagt. Een baronszoon is vrij van dienst, om dat hij een plaatsvervanger kan koopen. Een arme duivel daarentegen moet loten, en valt hij er in dan kan hij voor 3 a 5 jaar oplrekkcn, en is hij 13 jaar lang blootgesteld om, bij den minsten opstand in de groote steden, weer binnen ge roepen le worden. Die seminarist, die baronszoon en die arme duivel, zijn die drie gelijk voor de wel? Ongel ijk voor de wet, ja. Onze Koning heell al dikwijl» laten hooren dat zulks onrechtvaardig is, maar de katholieken die het land besturen, <le groote uitgaven, welke voor de spoorwegen noodig waren. D« op brengsten der Staatsspoorwegen waren 27 millioen mark honger dan de raming, maar daarentegen waren de uitgaven ook 65 millioen mark hooger. Dc heer Richter maakte van de ge legenheid gebruik om nog eens te velde te trekken tegen do syndicaten der ijzerfabrikanten en kolenmijn eigenaars, waardoor de regeering het geen zij noodig had re duur moest betalen. Dcconservatie ve en nationaal- liberale fabrikanten en inijnbezitters bleven het antwoord natuurlijk niet schuldig en zoo eindigde duze eerste zitting met een wel is waar vruchte loos, maar toch zeer levendig woord- gevecht over de voor- en nadeelen van syndicaten, Ringen en Kartells. Bij een feestmaal tot opening van de landhuishoudelijke tentoonstelling te Straalsund zegde de duitsehe mi nister von Böttichcr ten opzichte van den buitcnlandschen toestand liet i« des keizers ernstige wil, de open bare welvaart te bevorderen. De onrustbarende geruchten, welke men in omloop tracht te brengen, zijn ongegrond; dc staatkundige gezicht einder is helder en zuiver. Laat u niet door dc overdrijvingen van russische en fransche zijde verontrusten. In geen enkel opzicht bestaat er een redelijken grond om met ons te beginnen, en wij zullen nooit beginnen. sching is uit zoo de verspreiders van liet vrije onderzoek maar stand houde», ja nog talrijker opkomen. Gseu dorp, geen groot gehucht zou meer moeten gevonden worden waar geene zondugsche meeting plaats heeft. Daar zou niet legen in le werken .zijn. No» ecus; de massa houdt men niet gemakkelijk in loom. Van eenen anderen kant, waarom moet de pasloor de mededinging vreezen Indien zijna inzichten goed zijn zullen zij door hel vrije onderzoek niets doen dan winien. Ontvoogding dus. Politieke ontvoogding. Ieder Bel» moet zijne rechten kennen. Kent hij zijne plichten niet eu is zulks •orzaak dal hij daardoor onwettig han delt, hij wordt door hel gerecht gestraft, dal niel vraagt of hij zijne plichten kent; hij is verondersteld ze le kennen. Lijdt hij integendeel schade omdat hij zijne rechten niel kent, geene wel komt hem de schade le vargoeden. Er is een goede lijd aangebroken voor de liberale! de lijd der propaganda. De katholieken welen hel en zijn bevreesd. Welaan dan. Dal is hoopvol en wanneer er volhard wordt in het spreken op den builen, dan is de zaak des volks gewonnen. Dit Blad verschijnt den Zaterdag, en allen Woensdag in Supplement. Inschrijvingsprijs, voorop betaalbaar: 6 Ir. 's jaars; met de post 7 fr. Een afzonderlijk nummer 10 cent. Bekendmakingen ‘20 centiemen deu drukregel. De groot» letters volgons plaatsruimte. Reklamen 50 cent. Rechterlijke eerherstellingen 1 fr, De \nnonren voor Belgie, utigezonderd beide I laanderen, alsmede die voor het Buitenland woeden ontvangen door den OretcE de Public.ité, Magdalenastrimt, Brussel. Men schrijft in bij t.. I'ANiitEw KEKCKiioVK, D: nkkcr-Eilgever, Oostslraat, 6, le Veurne, «i iu de Postkantoren des Rijks. STAATKUNDIG OVERZICHT. In de zitting van zaterdag van de fransche Kamer werd een voorstel beraadslaagd van den heer Vigar, strekkende om van vijf tol drie frank de douarienrecht.cn te verminderen, ■waarmede het graan krachtens de wet van 29 maart 1887 belast is. De heep Develle, minister van landbouw, zegde, dat de regeering dit voorstel bijtrad; ook werd het aangenomen met 319 stemmen tegen 136. Maandag word de beraadslaging van het donanentarief voortgezet. De heer Rotenrs vraagt bescherming voor den landbouw. Men mag wel den werkman beschermen, doch men mag den landbouw niet verwaarloozen. De heer Dclahayc zegt dat de uit zondering der grondstoffen tegen strijdig is aan al de wotten van sociale rechtvaardigheid. Hy zal de rechten stemmen, en worden zij verworpen, dan zal hij stemmen tegen al dc be schermende rechten dor nijverheid. Het recht van 10 fr. op de ossen word aanvaard met 406 stemmen legen 115. De heer Develle, minister an landbouw, vroeg om enkel een recht van 6 fr. op do koeien te heffen, in plaats van 10. Meestal de koeren, die uil Zwitserland en Belgie komen, zijn melkkoeien. Men kan er zulk geen hoog recht van vergen als van de ossen. Niettegenstaande die tusschen- kornst van den minister werd het recht van 10 fr. aangenomen met 107 stemmen tegen 109. Ook de stieren, jonge ossen en kalfkoeien, alsook de zwijnen, worden mot een recht van 10 frank getroffen. De engelsehc Gemeentenkamer zal nog Kit het einde vnn juli zitting houden, ten eind® zooveel mogclijk van den arbeid af te doen. De voor raad, die nog moet behandeld worden, is echter zoo groot, dat van het wets ontwerp tot regeling van ’t kosteloos volksonderwijs niets kan komen. De regeering zal wel het ontwerp deaer dagen by het Parlement indienen, maar de behandeling zal worden uit gesteld tot den volgenden zittijd. In dc pruisischc Kamer der afge vaardigden is een aanvang gemaakt met de laatste behandeling der be groeting. Bij dc algemeene beraad slagingen deelde dc minister van financiën mede, dat het jaar 1890-91 vermoed cl ijk geen grooter saldo dan 13 millioen mark zal opleveren, of schoon toch de uitkeering, welke Pruisen van ’t duitsehe rijk ontvangt, •11 millioen mark bedraagt. Dat er, terwijl de bagrooting 1889-90 een batig slot van 100 millioen mark op leverde, nu slechts 13 millioen over blijft, is hooldzakelijk te wijten aan 1 .«jnntaw? BRUSSEL O ENT VKURNE (JMYVKI.HK ÜIHNKKRKE lul<J 1» ii 1-42 5-35 8-97 8-26 8-.T7 NIEUPORT DIXMUDE D1XMUDE NIEUPORT 5-58 7-36 10-05 10- 31» 11- 03 10- 51 11- 31 12- 15 3-15 5-21 5-0» 5- 34 6- 20 9 20 11-V0 11-5» 2-55 0-10 3-08 3-43 1-24 7- 03 8- 38 Om 5-00 7- 32 8- 43 6- 17 7- 45 10-95 10-23 10-52 i --w-twir -- 3-»0 09 6-90 6-29 8-52 Vredelievende verzekeri«gen. Vertrekuren vnn <len tjz.erenucg van Duinkerk*», Vetu-»., Oënt naar Ui-tiMuel en Diivnuiile naai- X'ieiiporl. 6-09 6- 32 7- 15 9- 34 10- 55 7-0t» 9-56 12-06 1-56 4-21 7-01 7-36 10-28 12-36 2-26 4-51 7-31 7- 45 10-36 12-45 2-35 5-58 8-24 8- 17 11-06 1 15 3-07 6-28 8-54 Het fransch Parlement. Het engelsch Parlcmeat. Do pruislsche begrooting.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Advertentieblad (1825-1914) | 1891 | | pagina 1