8 I telyke Jeer in de scholen? Waerom de scholendie zy opgeregl hebbenzonder het geld der contri- buabelen, willen doodigen? Zyn die scholen slecht? worden er verdertelyke leeringen in verspreidt, schadelyk voor het volk, voor het vaderland, voor hel opkomende geslacht? Indien gy het gewild had, de vrede, de goede verstandhouding was allerge* inakkelykst; hiertoe moest gy slechts onpartydig te werk gaenen het goede nemen daer waer gy het vond. Maer neen T is den oorlog dien gy van overlang verkiaerd hebt aen den catholyken gods dienst. ’T is het liberalismus, of om beter te zeggen het egoismus, de ikzucht, die gy wilt, in de herten der menschen de plaets doen vervangen van de godsdienstige gevoelens en van den eerbied vooralle gezag, uitgenomen voor hei uwe. Dai de kiezers moediglyk hunnen pligt vervullen zonder om te zien; indien er zich kandidaten voor stellen die legenstrydiglyk handelen aen den Gods dienst of Grondwet, dat zy ze verwerpen. De ge-- volgen dier verwerping vallen op de party welke, zonder regl of redenons den oorlog aendoet en ons lafhertiglyk met eenen opstand bedreigt, zoo zy in haren boozen gang tegenkant wordt; zyen zy alleen is verantwoordelyk voor de gevolgen. Kiezers! kwyt uwen pligt, de uitslag zy zoo als het God belieft. volledig. Slechts twee leden, de heer Malou en de baron de Royer de Woldre waren door onpasselyk- heid te huis gehouden, en woonden de zitting niet by. Dus waren er. 52 leden tegenwoordig. 52 hebben de wet aengenotnen 19 hebben er tegen gestemd; 1 heeft zich onthouden. Hebben gestemd voor MM. Van Remoortere, baton de Potesta, Grenier-Lefebvre, baron de Bagenrieux, baron Daminetde Ridder, graef de Renesse, Vergauwen, Dindal, baron de Favereau, Savait,graef de Marnix, P.Spitaels, VanMuyssen, F. Spitaels, baron de Tornaco, baron de Chestret, graef Coghen, prins de Ligne, de Pitteurs, de Schieter, baron d’L’dekem, Ch. Rullen, V. Van Leempoel, de HaussyVanwoumen, Mosselman Van Schoor, baron de Waha, Ch. Wyns, Pieten en Dumon-Dumortier. Hebben gestemd legen MM. d’Omalius, Ch. de Bethune, graef de Ribeaucourt, Eloi de Burdinne, baron Gilles baron de Pelichy, Ch. du Trieu-de Terdonck, Cogels, graef d’Hane, graef Vilain XlHI, graef de Baillet, baron d’Anethan, Ch.deWouters, markies de Bodes, hertog van Ursel, d’Hoop, burggraef Desmanet de Biesme, de Neckere en Cassie rs. Indien men de schynliberalen gelooven wilde geestelykheid mag zich met geene kiezingen be- moeijen; dit belaemt hacr karakter niet, zeggen zy, en de priester, met zich in het slrydperk.Ie be geven, benadeeligl niet alleen zyne weerdigbeid,, maer daerenboven,werpt hy de misachting op den godsdienst zelve; zyn ryk is immers van deze we reld niet. Indien deze aengehaelde tekst tot bewys van het gezegde der liberalen dienen moet, er is byna niets waermede een priester zich zal mogen bemoeijenwant er is een oneindig getal zaken in de wereld welke, schoon lydelyke zaken, evenwel met de godsdienstige gevoelens in nauw verband staen, ja, onder elkander schier broeder en zuster zyn. Zekerlyk, indien de kiezingen uit kwamen op enkel stolfelyke belangen, op loutere wereldscbe zakende pripsler zou wel doen van in de strydbaen niet te tredenmaer ongelukkiglyk zoo gaet het in de staetkundige wereld niet. Onze wetgevers bemoeijen zich maer al te dikwyls met zaken die den godsdienst betreffenen om die reden is het zeer noodzakelyk dat de wetgevende kamers zamengesteld zyn uit mannen die den gods- eerbiedigen. Sedert dat de godlooze Voltaire, de groote patriarch der hedendaegsche liberalen openlyk geleerd heeft, dat de eerlooze, ’t is te zeggende godsdienstmoest verpletterd worden; sedert dat hy zyne liberale tydgenoten wys gemaekt heeft dai het goed is geduiig te liegen en de katholyken zonder ophouden te lasteren; sedert dat Keizer Joseph en vader Willem gepoogd hebben de katholyke religie in slaverny te brengen; sedert dat. dit alles, zeggen wy, plaets gehad heeft, er heeft zich eene party gevormd die dezelfde ver- De liberalen stellen alle slach van middels te werk om hunne mannen in de Kamer te behouden. Ztfnder te spreken vatl de bevelen die door het mi nisterie gegeven zyn aen de Distriktkommissarissen en verdere beambten, ten einde zy al hunne krachten zouden inspannen om de kiezingen meester te zyn, wordt menigte schrift in het licht gegeven, om de kiezers den schrik op hel lyf te jagen. Wy hebben versebeide dier boekjes gelezenin welke er gezegd wordt dat de kiezers zich wel moeten wachten de liberale representanten nie te her kiezen wantzeggen zezoohaest de meerderheid der Kamers niet meer liberael iswordt eene re geringloosheid, een opstand,onvermydelyk. Men ziet het, *t is altyd dezelfde taktiek; of wel de libe ralen zullen alles meester zyn en blyVen of zy zullen eene revolutie maken; en daerin bestaet hunne liefde voorde vryheid en voor het vaderland! Maer, vryzinnige broeders, de catholyken hebben er niets tegen dat gy aen het schoteltje zit’t zyn zy die er u, sedert 1831, overal aengezet hebben, metuit toegevendheidu tot byna al de ambten en bedieningen te benoemen. Zy hadden nogthans moeten voorzien dat zy eene slang in hunnen boezem kweektendie hen zou dooden zoohaest zy er de kracht toe haden niettemin zouden de ca tholyken er nog niets tegen hebben datgy ministers, gouverneurs, representanten bteeft, ware het niet dat gy alles doet wat gy kunt om hen te tergen en te onderdrukken. Waerom, dewyl de goede verstandhouding onder al België’s kinderen zoo wenschelyk en zoo noodig is, byzonderlyk in deze akelige tydenwaerom de catholyken den oorlog aengêdaen voor de liefdewerken die zy plegen iegens den arme? waerom hun goddelyke zending miskennen voor het onderwys der cljris- foeijelyke leeringen in België tot stand tracht te brengen. Om tot haer einde te komen, deze party heeft niet zoo zeer ter herten dan de goede en be kwame katholyken uit de wetgevende kamers te verdryven en ze te doen vervangen door mannen bet valsche liberalismus toegedaen. Waerom zyn immers de verdienstvolle heeren DubusDumortier, D’Huart, Malou Dumonceau, Desmaisièresenz., uit de wetgevende kamer gesloten geweest? Om niets anders dan om hunne aengekleefdheid aen den godsdienst onzer voorvaderen. Met weet dat het in al de francmaconiesche logien en andere klubsis, dat het valsche libera lismus zynen zetel geplaetst heeft; dat het daer is dat allerhande verderflyke leeringen gebroeid worden;en dat deze genootschappen hunne zendelingen en nieuwsbladeren hebben byna geheel België door; en een priester, juist omdatjjhy priester is, zou dit alles moeten aenschouwen met eene onverschillige oog! In het bywezen van alle deze middels van verleiding, hy zou zyne armen op de borst moeten kruisen en zeggen dit alles gaet my niet aen; want, als priester, mag ik my met geene politieke zaken bemoeijen; myn ryk is van de wereld niet! Niet een onpartydig rnensch zou den priester gelyk konnen geven overjoo eene pligtige onverschilligheid. Ja maer, zeggen onze hedendaegsche liberalen wy aenveerden al de leeringen van Voltaire niet; wy eerbiedigen den godsdienst en deszelfs ware dienaren. Schynheilige taelwelke is de godsdienst dien gy eerbi.edigt?Is liet dezen die door de hoofden der kerk geleerd wordt? Neen, duizendmaal neen; gy wilt eenen godsdiehst volgens uw beeld en ge- lykenis, volgens uw goeddunken, overeenkomstig met uwe driften en vooroordeeleneenen gods dienst gelyk uwe liberale confraters van Zwitserland en Italië tot stand gebragt hebbengy beweert u wyzer, in zake van religie, dan al de Bisschoppen van België. Gy eerbiedigt, zegt gy, de priesters; gy wilt datzy de achting van iedereen verwerven. Schoone eerbied voorwaer! En in uwe klubs-, in uwe dagbladengy noemtze klerikalen, onwetende heerschzuchligefanatieke menschen! Gy zegt,, met den wulpschen Eugeen Sue, dat zy het menschdomtot slaverny willen terugbrengendat zy verfoeijelyke leeringen uifstrooijen, enz. Vindt men al deze schoone dingen en duizende andere niet dagelyks in uwe gazetten en andere schriften En gy noemt dit de priesters eerbiedigen Men heeft schoon te zeggen dat de priester in de kiezingen met dwang te werk gaetdat hy zynen enkelen wil als een gebod de kiezers wil opdriugen welker overtreding hun de hel opent. Onze li- beralisten weten wel dat zulks niet geschiedt; dat het loutere beschuldigingen zyn welke zeer wel ge* lyken aen deze die de volksvertegenwoordiger M. Lebeau, over eenige jaren, voltairiaensehe vo/ deryen naemde, geensints weerdig van wederJeiu te worden. De schynliberalen laten toe dat de priesters wel iets of wat te zeggen hebben in de kiezingen, maer dan moeten zy enkelyk te werk gaen als borger etl niet in. hunne hoedanigheid.van priester. Wy vragen aen onze tegenstrevers hoe zy dit verstaen. van kinders heeft my hem verkocht.... ’t is zy die hem genomen heeft.... T en is ik niet.... doth'ik heb zeer slecht gehandeld met dat kind te koopen.... Och! myn God! myn God! vergeef my. God zal u vergeven gclyk de priester 11 vergeven heeft. zegt my alles. Wat wilt gy dat ik u zegge.... ik zie niet meer..,, daet* is myne grafstede, niet waer?.... en dan een regter, en eene vrouw, eene moeder.... och! vergeving, vergeving. De stervende bewëegde zich op zyne bedstede. De Engelschman vreesde niets te kunnen vernemen eensklaps zet de stervende zich regl, vestigt zyne oogen op eene oude kist, die in den hoek van de kamer stoitd, start uit zyne bedstede op, gaet regt naer den koffer, êir zich buigende om denzelven te openen, valt...;, valt pm niet meer op te staen. Hy was dood.... De wille van den Savooijer was nu genoeg gekend om tien Engelschman loc te laten den koffer te openen.,.. In den zelve vont! hy eenig verspaerd geld van dep ouderling, ett in eenen lederen handschoen, een blad papier op. Wtifkdeze woorden geschreven stonden .By myne dood zal het geld, dat'ik-hezil, Georges toebehoonn.... Dit klein signet is het zyne, de vrouw had het gevonden in dm zak van het kind...s en zegde dat men er misschien' veel geld mede zoude kunnen winnen.... ik heb geene vrienden meer.... alles zal Voor Geoiges.zy'n.... ik verklare hél in den naem des Vaders en des Zo'ouS en des Héilig-Geest. AWmóSittt. Dit testament zegde alles;, op het signt t, 'Öat.'u il Schot - landsch steen-gesneden washerkende de engélsché lord het Mmsitraed der familie Montaguen de eerste letter van dien naem....' ''Hél tinde hierna.) zingen.... Zeg hem dathy kome, ik wil aenstonds vertrekken. Hola .Mare kom dan spoodig naer benedende mynheer wil dat gy koorat. Aenstonds hield het gezang van den schouwvegcr open het hoofd dal men zich had zien bewegen boven op de schouw, verdween...!. Intusschen was- het rytuig op het voorplein van het kasteel gebragt. De engelsche mynheer stapt er inen doet de twee kleine schouwvegcrs voor hem neérzitten. Naer Bazel, riep hyde voetknecht die de poortier hield, herhaelde tegen den koetsier naer Bazelen dc koets rolde voorwacrts. Te Bazel gekomen zynde, geleiden dc kinders den mynheer naer de arme woning van hunnen meester... De Savoyard, gelegen op een slecht bed, was overvallen van dc koorts, en in zynen angst riep hy naer Georges en Mare, die hy het liefst zag van al de kinderen die voor hem werklén. Meester, riep Georges, spoedig by hem loopende, wy brengen u geld... veel geld. Er zal er niet veel noodig zyn om iny te doen be- erven. Meester, gy znlt niet sterven Meester, wy zyn in een schoon rytuig gekomen, voegde Marc by. Wat begeert die béer,..'diëq gy lyer gebragt hebt, kinders?' Myn goede' man, die kleine jongen op (Georges wyzende)nheeft dezen morgen, in myn kanteel, twee honderd engelsche guihïés gevonden', welke een engelsch- man die liet kasteel bewoonde voor myin eenen schoor steen verborgen had, ik geef ze.... j Mynheer, ik heb altyd gemeend dat het geluk met Georges was; inaerik, die ga sterven, ik gevoel dat onregt- ---- Iets over dc tusschenkoinst der geestelykheid in zake van kiezingen. - «u» uem - veerdig geld zwaer weegt wanneer men op het punt is Georges is mvn zoon niet.... eene Gypsy, eene diefegge tusschen vier planken genageld te wordendie Engelschman tinders heeft mv hem verkncht ’t is™ die hem «e.m, had erfgenamen en voor aleer er over te beschikkenzoadt gy moeten zoeken Die erfgenaem is reeds gevonden; ik ben 't, en ’t is ik die verklare aen Georges te geven het geld dat hy dezen morgen gevonden heeft. Ikik heb er zoo veel niet noodigen ik deel het met mynen meester en Mare, Goede kleine jongen, ik wil niet datgy schouwveger blyft, ik zzl u met my nemen. Ochniet aenstonds, mynheer, meester is zieken hy heeft my noodig. God zal u zegenenGeorgeskoom dat ik u zegene in zynen naemvoor dat ik sterf. Zult gy toestemmen, brave mandat kind aen my over te latenik ga eene reis doen naer Engeland...... Naer Engeland! herhaelde de ej.le Savooijér', naer EngelandGeorges ’t is.... maer, myn God, dit geheim behoort my niet toe....Ten is ik niet, mynheer... Georges, ten is ik niet.... ’t is de Gypsy-, de zwarte vrouw.... ik heb slechts, gekocht.... Oh! myn God! myn God! 't isgjslyk.... ik ben zeer pli^tig.-., en indien de menschv, die eenew denier gestolen.heeft aen.eett'ander, in het ryk der hémelen niet zal gaenhoe zal het zyn met hem die g’esjoten beeft?. maer, nog eens,'t en is ik iriet, ’t is de Gypsisi.ii Van dat oogeüblik af konjnew uit de gezegden van den Savoyard niets verstacnbaers meer vattetr. Eindelyk, de calholyke priester gehoord hebbende, dat eén behoeftige- vreemdeling op eene. arme bedstede tjf sterven lagbragt .er de .vertroosting van den\godsdieasty.Me stervende en d« trooster wierden alleen gelaten,en toen (hipriester benedeh kwam, de Savooijer, kalmer zynde, riep dew.Engelsehman boven, en, met eene onderbrokeue. slemzegde*hem Mynheer, ik inoet my spoeden.-... ik moet it zéggen....

HISTORISCHE KRANTEN

Het Boterkuipje (1846-1871) | 1850 | | pagina 2