BERIGT. I Vyfde Jaer. Dixmude, 25 January 4851. algemeene Belangen, Een Donderdagblad voor Aenkondigingen, Tydverdryf en 11 (Emancipation.) Heeft men den toestand in acht genomenvoor aleer aen de Kamer liet boven aengehaelde stuk mede te deelen Of schept men vermaek in de dub belzinnigheid der dingen uit te rekken? Dit laetste begint echter iedereen te vervelen. De ministers zyn verscheide malen by den geroepen geweest om uitleggingen te atmuarc mxr jmciry auejai Men weet niet wat de uitslag dezer ge- tegenstrydiger tegen dc begroeting De wyze op welke het ministerie zyn ontslag ter beschikking van den Koning heeft gelegd, is op meerman eene manier uilgelegd geworden. Han delen, hier by deze ontslaggeving de ministers met regtzinnigheid? Zy bidden den koning zich te be raden op hetgeen er in de tegenwoordige omstan digheden te doen staet. Men vraëgt of zulks hel ko ningdom volkomene vrybeid geeft. Het publiek legt dit vraegptinl uit op deze wyze de Koning scbytil geroepen om zich lusschen bet ministerie en bet leger,temiten. Derhalve moet by het leger aen het ministerie ten offer geven, of het ministeiie aen bet leger slachtofferen. (Emancipation.) Koning geroepen geweest om uitleggingen te geven. I" sprekken zal zyn. Hoe het zy, he* lydt geenen twyfel dat de aftredende ministers liet onder elkan der niet eens zyn, niettegenslaende de beweringen der liberale drukpers. -- KAMER DER VOLKSVERTEGENWOORDIGERS. Sedert vvf dagen hield de Kamer zich bezig met het beraedslagen over den budget van oorlog. Nog nooit had een kabinet hoegenaemd meer listen en logens gebruikt om le doen gclooven dal al de ministers het eens waren wegens de kwestie van het leger, en alzoo hunne plaetsen te kunnen blyven behouden. ’T is aldus dat generael Brial mont, minister van oorlog, na eindelyk gewaer te zyn geworden hoe behendiglyk MM. I rère en Rogier het aengelegd hadden om hem te misleiden, vrydag verklaerde dat hy zich van zyne ambt genoten afscheidde; dat zyn geweien hel hem niet toeliel mede te werken in de vernietiging van het leger. Deze vrymoedige en vaderlandslievende ver klaring des ministers van oorlog opende de oogen van allen, en men kon van dan ai' oordeelen over de goede verstandhouding in welke de ministers zegden le verkeeren. Ook is M. Rogier zalurdag de Kamer gaen aenkondigen, dal al de ministers hun ontslag hadden gegeven. De toestand, in welke het land zich thans bevindt, is vol gevaren; want de kwestie van hel leger is noch klerikaelnoch liberacl hetgewaegt hier om le welen, ol België zyne onafbankelykheidzyne vryheden en instel lingen zal behouden, of wel, als het werk van 1850, dat zoo vele bloed en opofferingen heeft gekost, beschikt is om te verdwynen by den eersten opstand in Frankryk, of zoo haest onze liberalen het in hun hoofd zullen krygen de Constitutie te veranderen en ons koningdom te vervangen door eene republiek naer hunnen zin. Want de eene of andere dezer stellingen moet zich noodzakelyk ver- wezenlyken, indien het land zelve er zich niet krachldadiglyk tegen verzet; de Nieuwe Politiek het libe.rahsmus,geleidt ons naer den afgrond door het gedurig krenken onzer zedelyke en slollelyke belangen. In Frankryk heeft liet gansebe ministerie zyn ontslag gegeven ten gevolge der stemming, by welke de wetgevende Vergadering de ministers laekte wegens de afstelling van generael Changar- nier. Het schynt nu zeker te zyn, dal het Duitsch Verbond hersteld zal worden, en dat Pruisen en Oostenryk hetzelve, elk op zyne beurt, zullen voor zitten. Te Berlyn hebben ze den 1 1verjaerdag gevierd derkroouing van den eersten Koning van Pruisen. Ter dezer gelegenheid zyn vele dekoiatien uilgedeeld geworden. V. RKUIPJE HET BO Alle affichen, by den uitgever van dit blad gedrukt, worden onvergeld in het eerstkomende nummer geplaelst. Brieven en geld vrachtvry toe te zenden. MET EEN GRAENTJE ZOUT. PRYS DER INSCHRYVING, betaelbaer voorop Voor een jaer, in stadfr. 500 Buiten stadvrachtvry 600 ANNONCEN. 15 eeutimen den drukregel. Degenen, welke levens in hetzondags SUPPLEMENT moeten geplaetst worden, genieten eene merkelyke prysverminderiug. zou seffens opofferingen te komen vragen welke hare vaderlandsliefde niet zou-weigeren. Aldusonzekerheid over het cyfer van 25 millioenen, en die onzekerheid uitgedrukt in zulke woorden, dat men begrypen kan dat de generael niet gelooft aen de ifco- gelykheid van de vermindering tot die som te brengen belofte om eene commissie aen ie stellen om de kwestie te onderzoeken; zie daer wal de redevoering van M. den minister van oorlog bevat. Daerover is het kabinet eens. De achtbare heer Thiefry is allejaren van langs om meer van oorlog. Dingsdag i heeft hy dezelve uitgepluisd per franken en centiemen en dezelve vernelcken met de. begroetingen van twaelf Europesche Statenwelker beloop hy in de Kamer opge- haeld heeft. M. Thiefry, men wee h I, wil eene volledige herinrigting van het leger. Hy heeft de wel over de ver- hooging van graden met kracht aengerand, welke wet door de willekeurige bevorderingen die zy toelaet, acndryft tot de verachting der militaire overheid, de officieren den dienst doet walgen, en, hen tot eene te vroegtydige af treding dwingende, eene aenztenlyke vermeerdering van pensioenen veroorzaekt. De redevoering van M. den prins van Chimay heeft de. eer der zitting g had. Hy is fel toegcjuieht geworden en heeft eenen indruk gedaen. M. de Chimay heeft het ministerie drie zeer stellige vragen voorgelegd, zynde dezelve in substantie als volgt Op welke grondslagen is het ministerie van 12 augusty overeengekomen in zake der begroeting van oorlog? Spannen de ministers te zanten itt een gemeen overleg van ontregeling en van vernieling van ’t leger, en zal de commissie, welke men voorstéll, die ontregeling ten doel hebben? Maerom bepaelt men eene ronde som van 25mi)lioenen, en niet min noch meer, en welke redenen heeft men om de begroot ittg op die som te bepalen? M. Rogier heeft op M. de Chimay geantwoord. Hy zag er zeer vermoeid uit, en zyne vermt e jenis was meer ia zyn gemoed dan in zyne ligchaeinsgesteltcnis, M. Rogier moet, inderdaed, wel weten hoe hard hel gezag drukt. Hel byzotiderste punt des antwoord van M. den minister van binnenlaiidsche zaken, was dit men dryll het gou vernement gedurig aen om dc uitgaven te vermeerderen, en men weigert de middelen welke noodig zyn om die te bestryden. M. Rogier heeft gezegd dat hy niet veranderd was, dat hy de ware vriend van het leger is, en dat de bezuinigingenwelke het kabinet najaeglallen in het beiang van deszelfs behoud zyn. Het kakinel w il dé b< gloo iing van oorlog bpveil'g-’n tegen de vcrarderlykhedcn tegen de verminderingen tegen de jaerlyksclie discussiën en den o eer leg derparlyen. Niets valt M Rogier lastiger dan de steun van den regleu vleugel in deze kwestie. Hy wordt er door gedrukt en hy zegt het met droefheid, den linker vleugel aeuroepeiide eu smeekeude hem die vernedering te sparen. Kortom M. Rogier gelooft dat het mogelvk is lot de 25 millioenen te dalen. In geen geval zal nien lager komen, hy belooft hel stellig. Mat meer is iudien hel bewezen wordt, door het verslag cener speciale commissie, dut de begrooting tot die som niet verminderd kan wordeuzal mtn ophouden wacr men ophouden moet. Eindigende heelt M. Rogier-cems litislerlyke löftuiging gedaen van de burgerwacht; daerna heeft hy\le ineeiücr- lieid gebeden de begrooting te stemmen én ilc Voorste lien van het gouvernement af te wéal litén; M. Rogii r heeft vergeten te antwoorden tjp de kwdstie van M. de Chimay, betrekkelyk de een.tge'zindlre'td van’-het kabinet. M. Osy met wiens redevoering de zitting gesloten is, vermeent dal, met de tegenwoordige inrigting, welke hy beknibbelt, men niet gelukken zal de begrooting lol 25 millioenen te verminderen. My hebben, zegt hy, maer een leger van officieren. Volgens hem moet het effektief’van hel voetvolk en van de artillery verminderd worden. Overigens is hel hem aengenacm dat het gouvernement stellig be loofd heeft eene kommissie te benoemen en de zaek te onderzoeken; hy z..l de begrooting van dit jaer sUmmeu, op voorwaetde nogthaus, dat die van 1852 niet gestemd zal worden dan na dat dé speciale kommissie hacr rapport gemaekl zal hebben. Woensdag is de zitting der Kamer geopend door eéue redevoering van M. den generael Brialmont. De achtbare minister heeft eindelyk zyne meetdag gezegden lynt* ver klaringen laten niets te vvenschen over. Het leger I.eelt-van hem niets te vreezen, en hy zal de hand niet henen aen de ontregeling dier groole nationale magt. Dc zoo ernsthaftige aenmaningen van M. den •prins de Chimay, dal beroep op zyn geweten, als Sajldael. in idiCn De budget vau oorlog. Onze lezers weten dal de Kamer, by de opening der zitting, do discussie over de begroetingen van hel leger heeft begonnen. M. de generael'Brialmont nam liet eerst hel woord. Na hem heeft M. Thiefry gesproken, waerna M. de prins de Chimay e<ne bondige, krachtdadige enin haren vorm, zeer óuberispelykë redevoering gehouden heeft. M. Rogier heeft, met eene groole levendigheidgeant woord hel kabinet C het eens. Maer waerop is het eens? Dal gael men zien uil den beknopten inhoud welken wy gaon geven van de redevoering van M. den minister van oorlog. M. de generael Biialmont vermeent niet te moeten ge tuigen van zyne verkleefdheid aen de be'angen van bet leger, lly heelt aen hetzelve verloofd al zyne genegenheid eu al zyne bezorgdheid en hy heeft geen ander doel dan hetzelve te zien gevestigd worden op eenen eerbiedwekken- den voet. Hy begreep de debatten welke tol het constituti- onueel beheer beboeren; maer de beraedslagingenwaer- v«u de begrooting van oorlog alle jaren de gelegenheid is, werpen de onzekerheid en de onsteltents in het leger. Onder dat opzigtzou men het leger eenen grooten dienst bewyzen met die begrooting builen alle betwisting ie stellen. Om dal doel te bereikenvervoegt )l. Brialmont zich by de iilzigtcn van het kabinet om zekere verminderingen in te voeren in de onkosten om al degene te verwezenlyken welke docnbaer zullen herkend zyn. Mat aengaet de kwestie van te welen of hel mogelyk is de begrooting van oorlog le kunnen vaststellen op vyf-en-lw inlig millioen, zonder eenen aenstoot aen de inrigting van hel leger toe le brengen ten dien opzigte zyn de studiën van M. Brialmont nog niet voltooid, en hy kan niet stellig antwoorden op die kwestie, welker oplossing moeijelykhcden opleverl. Men gevoelt daer wel eeuig geschil lusschen generael Brialmonleen man van ondervinding cn kennis, die zyuen stiel goed kent, en zyne ambtgenoten van het kabinet, die eene ronde som van 25 milioetlen gesteld hebben als een vaste grondslag ett als eene uiterste beperking van de verminderingen. M. Brialmont zal met zorg onderzoeken den zamenhaug dezer militaire inrigting; hy zal, des noods, te rade gaen de bekwaemheid van eene commissiezamengesteld uit verstandige en onpartydige mannenen,, wanneer zyne opinie teenemael en voor goed zal gevormd zynzal hy vrymoedig en rondborstig zyue manier van zien eh zyn besluit doen kennen. Mal de begrooting van dit jaer betreft, M. de minister van oorlog verzoekt de Kamer dezelve le stemmen zoo en gelyk hy die voorgesteid heeft. Deze begrooting biedt eene vermindering aen Van 4f<> d rizand franken voor f850; maer die vermitideriog stuift Ke,dproni weg door de ver meerdering van den prys der fonrragiëtiwelke 4(J0,C00 fr. hooger dau het voorleden jaer aenbesteed zyn. Om een gedeelte van dien hoogen prys te vergoedenzal B|. Brialmonl, voor de begrooting van 1851 ,de toepassing vragen van de bezuinigingen, welke hy verwezenlykt heeft op de begroeting van 1850 met iuzigt om den opslag te bestryden welken hy op de iourragiêu voorzag. Malde meerderest betreft, hy zal make»die le vinden op de arti kels van de begrooting van 1850. M. Biialmonl heeft, eindigende, doeo acnmerken dat hetgeen hy gezegd heeft, maer mpel toegepast wordeu op eéne normale of vastgcjegelde bejpootiiig,dat is le zeggen, op de begrooting in lyd van vrede builen alk- vooruilzigten van ongewone omstandigheden. De Kamer zal begrypen, ff zegde de eerzame ministerdatindien er zulke om- standighedeó moglcn voorkomenik er uiel op varziuuen IFt/ herinneren eeniyen van onze lezers, dat de prys van inschrijving betaelbaer is VOOROPen verzoeken hen, zoo veel mogelyk, de betaling ten onze huize le doenom ons de kosten van inzameling met den post te besparen ONTSLAGGEVING VAN HET MINISTERIE.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Boterkuipje (1846-1871) | 1851 | | pagina 1