N.° 220 Dixkude, 20 February 1851. Vyfde Jaer. DIXMUDE. Een Donderdagblad voor Aenkondigingen, Tydverdryf en algemeene Belangen, KIEZINGEN VAN DIXMUDE. I KRONYK. schryvingsbesluit, spreekt (Patrie). Dixmude, 14february <851 Over eemge dagen had ik een gesprek met eenen Veuinaer, hetwelk klaeriyk aenduidt boe het gedrag der Dixmudsche zoogenoemde liberalen by onze geburen gewaerdeerd wordt. Ik verzoek u er gebruik van te maken volgens gy hel zult ge- radig vinden. ■w Dixmude, 12 lebruary 1851. M. de Opsteller Dal hel my toegelaten zy dezen vierden brief, over de kiezing van 12 december, te beginnen met eenige omstandigheden dergene van 11 juny. Men weet dal het alsdan M, de arrondissements-kom- missaris van Veurne-Dixmude was die met de ministeriële taek van de kandidaluer des heeren Debreyne door alle middels te ondersteunen, belast was. Men kent de menigvuldige brieven en loopin- gen van dien agent der nieuice en driemael regtzin- nige politiek, en men heeft nog niet vergeten de bedreigingen vau afstelling, welke gedaen wierden het gansche distrikt door, en dat meer dan een burgemeester, sekretaris en ontvanger de knie buigden om het gevaer te ontsnappen. M. Cassiers, in den Senaet, en M. Dumortier, in de Kamer der Representanten, hebben de listen aen den dag gebragt, welke de ministeriële agen ten alsdan beraemd hadden om, desnoods, die kiezing van M. Desmaisières door de liberale meer derheid der Kamer te doen vernietigen. By gevolge eener instructie van den arrondissc- Een groot gedeelte onzer Representantenin plaels van op hunnen post te zyn, blyven voort de zomerdagen genieten welke de Hemel ons over zendt in den winter. Op 108 leden der Kamer zyn er doorgaens niet meer dan zestig aenwezig. Een dagblad van Brussel vraegt, ter dezer gelegenheid, of het niet geraedzaem ware onze wetmakers eene boete van tien franks op te leggenten voordeele van den armeneiken keer dat zy liever wandelen dan werken? Dit mieke in de veronderstelling van 25 afwezigen daegs, eene maendelyksche somme van 6,000 franks, of 48,000 by eiken zittyd. Op deze wyze zoude de ledigheid toch ergens toe goed zyn.—De aenwezige Representanten dan hebben beraedslaegd over eene wel op de genootschappen van icederzydschen onderstand voor de werklieden, welke hun verspaerd geld te zamen zouden brengen om er van te leven in tyd van nood. Wy zullen den uitslag hiervan afwacbten maer het is zonderling, t, dat onze liberale farizeëjr altyd spreken van de werklieden te -doen sparen wanneer liet Lijkt dat zy, in ’t algemeen, niet genoeg kunrien winnen om hunne familie te onderhouden. De befaedslagingen over de wet tegen de cat- holyken aengeboden, worden met hevigheid te Londen voortgezet, en alles voorspelt dat dezelve door het parlement zal aengenomen zyn. Dit is de herneming der kerkvervolging in Engeland en Ierland. De bisschoppen en geestelykheid van Ierland hebben eene protestatie in het licht gegeven tegen het wetsontwerp van hel Engelsch ministerie. De tydingen uit Frankryk zyn van weinig belang. De Voorzitter der Republiek heeft zyne dienaren laten weten dat zy met 1 maert konden vertrekken, ingezien hy hun niet meer zal kunnen betalen. .De mogendheden gaen maetregels nemen om Zwitserland te beletten het legerveld te zyn van al de revolutionairen en vlugtelingen uit Europa. ments-kommissaris, mogelyks door den gemeente- sekrelaris van Clercken niet goed verslaen, had deze vyf herbergier^ op de kieslyst gebragt, van welke er drie geheel, en gansch afhankelyk waren van den doktoor Woets, zwager van M. Debreyne en dezes byzondere agitateur. De arrondissemenlskommissaris beroept zich den 18 mei, by de bestendige deputatie, tegen de inscbryving dier vyf kiezers van Clercken. Den 25 mei neemt de deputatie een besluit om de af- schryving derzelve te bevelen. Den 29 mei doet de kommissaris, by brieve, zyne ongerustheid aen den voorzitter van bet kieskollegie kennen over het niet bekomen van tydingen van wegede besten dige deputatie. Hy verzoekt M. den voorzitter onverwyld te laten weten of hy het besluit van afschryving niet regtstreeks heeft ontvangenen deze antwoordt hem den 51 mei dat hy van niets weet. M. de kommissaris dieden 50 meizoo on gerust was over het niet bekomen van het af- schryvingsbesluit, spreekt van niets meer; van 51 mei tot 11 juny, en zelfs vau 51 mei tol 5 juny had hy meer dan tyd genoeg om dat besluit van M. den gouverneur, voorzitter der deputatie, zelve te bekomen. Ook, verre van hierover de minste ongerustheid te betoonen, hy sluit den 5 juny de kieslyst, laet er de namen der vyf kiezers van Clercken op. pn zendt, den 5 juny, deze lyst naer M. den voorzitter van hel kieskollegie, zonder de minste melding te maken van de beslissing den 25 mei door de bestendige deputatie genomen ter afschryving der vyf herbergiers van Clercken. Deze beslissing blyfl dus voor iedereen onbekend. Den dag der kiezing, komt M. den kommissaris naer Dixmude en speelt er geheel den dag de rol van kieskontroleur, in plaets van te Veurne te blyven waer zyne pligten van kiezer hem riepen; dien dag nog sprak hy geen woord van bet besluit van 25 mei. M. Desmaisières bekomt 557 stemmen van welke 554 (getal der volstrekte meerderheid) onbetwist- baer zyn; M. Debreyne bekomt er slechts 555 waervan verscheide betwist kunnen wordenondcr andere degenen van ten minste drie der vyf k:ezers van Clercken. Men blyfl voort het grootste geheim onderhouden over het besluit van 25 mei der bestendige deputa tie, en het is slechts op het oogenblik van hel onderzoek, in de Kamer, der kiezingswerken, in de maend november, dat dit besluit eindelyk voor den dag komt om de wettigheid der kiezing van M. Desmaisières te betwisten. De meerderheid der Kamer, het princiep van de bestendigheid der kieslysten over het hoofd ziende gelyk hetgeen van de nietigheid eens vonnis hetwelk uiet aengezegd is geweest op bekwamen tyd, ver breekt de kiezing van M. Desmaisières. De nieuwe politiek haddegeloofd, na de kiezin- gen van 11 juny en waerschynelyk met het voor- nitzigt van eenen nieuwen kiesstryd, den iever te moeten beloonen van Dixmnde’s Grooten-Kiezer M. Woets, doktor een oud lid van den gemeente- raed. Men biedt hem eerst eene gouden medalie aen onder voorwendsel van bewezene diensten ten tyde van den cholera en van den typhus, welke maer zeer weinig geheerscht hebben te Dixmude. Veer tien dagen later wordt hel eerekruis van Leopold geschonken aen dezen schoonbroeder van M. De breyne, welks zónen de heuschheid gehad hadden M. de senaleur Deneckere, hun kozyn,den!2 december, dag der kiezing., uit te schuifelen, Doch, by de tweede kiezing, was het niet alleen- lyk M.de distriktskommissaris van Veurne-Dixmude die in werkelyken dienst gesteld was tën voor- deele van M. Debreyne, door het driedubbel regt- zinnige ministerieen hetwelkzich met geenekiezingen bemoeit, maer nog daereuboven de arrondisse- mentskommissaris van Ypere, de doorluchtige en zeer vermaerde M. Carton, ja de gouverneur zelve benevens een groot getal slaetsbedienden en ver dere handlangers. Men heeft zelfs gehoopt de toegenegenste vrien den van M. Desmaisières te kunnen verleiden. Ziethier twee daedzaken die zulks bewyzen De achtbare senaleur M. Cassiers betrachtte van overlang het aenleggen van eenen steenweg door zyne bosschen van Houthulst. Eenige dagen voor de kiezing van 12 deeember heeft hy eenen brief ontvangen van wegens den arrondissemenlskom- missaris, by welken deze meldde dat genoemde weg toegestaen was. ’S anderendaegs kwam de kommissaris te Clercken toe om kiezers aen te werven voor M. Debreyne, en men verspreidde het gerucht, op andere gemeenten van bet distrikt, dat byna al de kiezers van Clercken, hun burge meester aen het hoofd, het legerveld van M. Des maisières verlaten hadden om over te saen naer dat van M. Debreyne. Byna op hetzelfde tydstip ontving M. de pastoor van Ceenen brief, alleenlyk met drie voor letters onderteekend en welks geschrift, vergeleken by dat van zekere ministeriële brieveneen geheim verraedde komende uit denzelven winkel als de berugte nota van M. den gouverneur Dejaegher (dat men de hand op de overtollige goederen det ryken moet leggen) en de nog vermaerder prokla- matie van 14 december, by welke M. Debreyne den minister van binnenlandsche zaken aenklaegt als hebbende geschreven dat M. de vrederegterzot is! In dezen brief wierd gezegd, dat hel gedrag van den heer pastoor niet billyk noch regt was; dat hy van zyne dwalingen zoude moeten afzien_en dat hy wel zoude doen de kandidatuer van MDesmaisières te laten varen om deze voor te staen van M. Debreyne, die degene was van de vriendin der goede orde. Men voegde by dal M. Debreyne de kandidaet was van het geuvernement van welk M. de [asloor zoo menigvuldige diensten had ontvangen. Men vraegde hem of hy vergeten had wat al subsidien hy er van had bekomen. Men smeekte hem wel te willen indachtig zyn dat de jongste subsidie, hem toege staen, uit geen ander inzigt gegeven was geweest dan om hem regtzinniglyk lot M. Debreyne te doen wederkeeren. Eindelyk men wekte hem op om rondborsliglyk op zyne stappen lerug lekeeren, wilde hy later er zich niet moeten over te berouwen de raedgeving te hebben miskend van hem die nog wel geweerdigde zyne misslagen te vergeven. En wat valt er te besluiten by het zien van zulke dokumenten ET BOTERKUIPJE I geplaelst. De Veurnaer. Wat nieuws? De Ditrmude’naer. Geen dat ik weet; gy die er vraegt Jf. den uitgever van het Boterkiupje. Uw geabonneerde. ii PRYS DER INSCHRYVING, betaelbaer voorop Voor een jaer, in stad. fr. 500 Buiten stadvrachtvry 600 MET EEN GRAENTJE ZOUT. Mi 119 »tyIERDE brief. ANN0NCEN. 15 centimcn den drukregel. Degenen, welke tevens in hetzondags SUPPLEMENT moeten geplaetst wordengenieten eene mefkelyke prysvermiudering. Alle aflichen, by den uitgever van dit blad gedrukt, worden onvergeld in het eerstkomende nummer Brieven en geld vrachtvry toe te zenden.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Boterkuipje (1846-1871) | 1851 | | pagina 1