Eene Suikerkoek.
’t Liberaal keerske
is uitgegaan.
44 millioenen en half
Tegen een millioen.
Wat zou er hier van
waar zijn?
De liberale regeering
van 1879 tot 1884 in eenige regels
De ziel van het kind.
M. Buyl
het
Dixmude. G. Baeckeroot-Capoen.
Bureel Gazette van Dixmude.
Men zegt
Dat ons bestuur te niet zal gaan:
’t En zal!
Dat ’t geusgebroed zal boven slaan;
't En zal!
Dat nogmaals ’t volk van Belgenland
Zal zuchten in hun slavenband;
’t En zal, ’t en zal, ’t en zal!
De vader die zijn kind bemint
Houdt de geuzen van ’t bewind.
Op Woensdag 23 Maart stelde het katholiek
gouvernement voor één millioen toelage te
stemmen om de jaarwedde te verhoogen van
de wereldlijke onderwijzers van de vrije
aanneembare scholen die vele honderd duizend
leerlingen tellen, nevens 44 millioen en
half voor de officiëele scholen die vele min
leerlingen tellen.
Weet ge wat liberalen en socialisten daarop
antwoordden? Dat het verschil te groot was
zeker, tusschen beide soorten van scholen? Dat
de vrije scholen maar eene aalmoes kregen?
Gij zijt er wel meê. Al wat zij wisten te
zeggen, het was Weg met de kloosters
Wat willen dus die mannen?
Scholen zonder God. Kiezers onthoudt dat
wel.
De kerken geplunderd, de priesters ver
volgd.
Zoo gaat het in Frankrijk. Zoo zou het hier
gaan.
Maar.... ’t is nog wat vroeg! zegt ons
Vlaamsche volk.
Als we winnen zullen wij doen gelijk in
Frankrijk!
Zoo zeggen de liberalen en de socialisten.
En wat doen de geuzen in Frankrijk!
Luistert
De lastenbetalers in Frankrijk komen te
vernemen
1° Het budjet voor 1910 toont voor de uit
gaven eene vermeerdering aan van
352,000,000 fr.!!..
2° Nieuwe lasten
146,000,000 fr.
3° Te kort en leening
173,000,000 fr.
4° Vermeerdering der schuld, in kapitaal
8,978,000,000 fr.
X
Deze cijfers *werden in de Fransche Kamers
op 3 December 1909 op het tapijt gebracht.
Welk ijskoud stortbad voor de Fransche
burgers en ook voor onze Belgische combisten
’t Blijft gezegd De liberalen doen vet...
betalen
Wie zegt dat?
Een liberaal blad, de Petit Bleu, van ver-
ledene wekehet schreef eenen geheelen
artikel waarin er stond Er zit geen vuur
meer in veel liberalen. Ze doen niet
meer meê.
Ziehier de Petit Bleu ’s eigene woorden, in
’t fransch le flambeau est éteint
Letterlijk vertaald, wil dit zeggen ’t (li
beraal) keerske is uitgegaan.
Hoe dat een dingen wil lukken en passen
Eenige liberale haantjes vooruit schrijven
en plakken nogthans gedurig aan dat het
katholieke keerske uitgebrand is.
Men zal het best zien, den 22 Mei.
De kiezers zullen lament geven, opdat het
katholiek keerske nog lange zou branden, voor
het behoud van ruste en de vrede in het land.
Aanveerd enz.
Het Carillon voegt bij dien brief de volgendé
bemerkingen Mannen van de liberale ver-
eeniging van Oostende, opgelet! het wordt
tijd dat Oostende een liberale volksvertegen
woordiger heeft die op de hoogte weze van
onze Oostendsche belangen Het zeewezen,
de visch vangst, den koophandel en het seizoen.
M. Buyl komt het nieuws, in den brief aan
het Carillon vermeld, te logenstraffen. Gekozen
zou hij volksvertegenwoordiger blijven, zegt
hij. Maar, in alle geval die brief en de bemer
kingen die er op volgen, zijn niet vleiend voor
M. Buyl noch voor M. Vansieleghem. Zij
kennen niet van de belangen van Oostende en
men mag er uit besluiten dat de liberalen zelve
geen hope hebben van eenen tweeden zetel te
winnen.
Het liberaal dagblad Le Carillon van
Oostende, heeft volgens zijn zeggen, den
volgenden brief ontvangen van eenen groep
Oostendsche liberalen.
Mijnheer de Bestuurder,-
Verschillige dagbladen en nog onlangs de
Patrie van Brugge, hebben vermeld dat M.
Buyl, na zijne verkiezing, zijn ontslag van
volksvertegenwoordiger zal geven, om aan
het hoofd te gaan zijn van eene nieuwe alge-
meene liberale kiespropaganda, die te Brussel
zou gesticht worden.
Buiten zijne gewoonte heeft onze volksver
tegenwoordiger M. Buyl dat nieuws, dat als
een vuur rond loopt tot nu toe niet geloöchen-
straft.
Wij achten het ons eene plicht de
Oostendsche liberalen te waarschuwen tegen
de gevolgen, die het ontslag van M. Buyl zou
kunnen medebrengen.
In 1900 heeft de scheidsraad M. Buyl als
kandidaat opgeleid, maar het was wel ver
staan, dat de opvolger van M. Buyl een
Oostendenaar moest zijn.
Zelfs had M, Buyl, volgens de beslissing van
den scheidsraad, reeds van in 1902 moeten
plaats maken voor eenen Oostendenaar, maar
dan, om de eenheid te bewaren, heeft men de
zaken gelaten zooals zij waren.
Maar moest M. Buyl na zijne verkiezing
zijn ontslag geven, zooals men het zegt, het
zou een geheel ander paar mouwen zijn.
Het zou M. Seruys niet zijn die in zijne
plaats zou komen, maar wel M. Vansieleghem
van Dixmude.
1° Overal verdeeldheid, twisten, twee
dracht, haat en nijd.
2° 43 miljoen nieuwe lasten.
3’ 514 miljoen nieuwe leeningen.
4° Een tekort ven 59,767,117 fr.
5° De gemeente kassen uitgeput, door
betalen van schoolmeesters en scholen zonder
kinderen, die dienden om konijnen in te
kweeken.
En wat zou er nu nog bijkomen
Alle vrije scholen gesloten.
Geen godsdienst meer in de scholen.
De kloosters verkocht, de kloosterlingen
M. Vansieleghem zou nooit zijn ontslag verjaagd,
geven en zoo zou Oostende zonder liberale
vertegenwoordiger staan. Om wel te zijn zou
M. Buyl moeten beginnen zeggen wat hij van
zin is, en men zou de plaats van eerste plaats
vervanger moeten toekennen aan M. Seruys
of aan eenen anderen Oostendenaar.
Aan wien is de ziel van het kind?
Aan wien behoort het. staat het toe voor
de ziel van het kind te zorgen
Die zorge, zegt elk weldenkend mensch,
komt aan de ouders, aan vader en moeder,
Neen, roept socialist HUBIN in de
kamers, de kinderen beboeren aan den
Staat.
Neen, zeemt VANDERVELDE, peizende
eene groote spreuk te doen, de kinders be-
hooren toe aan hen eigen zelven.
Dus, volgens de socialisten lijk Hubin, als
de kinders ter wereld komen, zij moeten aan
hunne ouders ontrukt worden, vader en
moeder moeten zij nooit kennen en de Staat
moet er zorg voren dragen.
Zorge voren dragen, ’t is te zeggen die
kinders moeten, in zoogezeide onzijdige
scholen, goddeloozen worden.
Volgens socialisten lijk Vandervelde, als
die kinders geboren zijn, klein, krachteloos,
onbekwaam, zij moeten maar zien hen eigen
zelven te redden.
En alzoo durven mannen spreken die den
werkman genegen zijn
’t Gaat toch alle menschen te verre.
Is dat geene monsterachtige leering?
Vaders, die aan uwe kinders houdt als aan
den appel uwer oogen, als aan uwe eigene
ziel, uw eigen leven, zoudt gij durven, door
uwe stem, aan ’t hoofd van ’t land mannen
helpen brengen die alzoo uw recht, uw gezag
onder de voeten trappelen, die met uwe
kinders zouden willen handelen gelijk men
handelt met dierenjongen?
Zij willen, ja! maar
Zij en zullen haar niet hebben
De schoone ziel van ’t kind,
zoolang men in ons Vlaanderen
een christen vader vindt!
sssw
ooQ^Oo