Boerenfoppers.
Slecht Menage
Voor rust en. vrede.
In den stoet der socialisten van den 1 Mei,
■was er een geschrift te lezen
Weg met de huidige samenleving
’t Zou er dus wel op toe gaan moesten die
mannen aan
en beroerten overal!
Boerenklap.
’k Was onlangs op Commerce.
Hewel, Boer Haese, hoe gaat ’t zitten,
met de kiezing?
Hoe gaat ’t zitten, ja! Een dingen is
zeker, ze moeten op geen boeren re
kenen, een boer die voor de blauwe stemt
is een fameuze dom
Zoo gaat ’t rood-blauw Cartel ten strijde,
al zingen van dat machtig tweegespan dat
België’s voorspoed voeren wil.
’t Is bijna spijtig dat ’t niet lukken zal,
want waarlijk, ’t zou geestig zijn een nieuwen
Babeltoren te zien bouwen door die metsers,
die van 's morgens tot ’s avonds roepen en
schelden en tuiten en tieren op malkaar.
In de provincie Brabant geven de kartel-
mannen meetingen op den buiten en
stad.
in de ’t gewaar en in 1884 wierden ze hun ketel
vertind.
lasteraars moeten ondervinden dat de katho
lieken hunne mannen niet ongewroken laten
belasteren.
Hier volgt de orde van den stoet.
De stoet zal ziek vormen in de statiestraat
•n Eessenstraat ea zal door de volgende
straten trekken Statiestraat hoek der
Markt Eessenstraat Maria Doo-
laeghestraat Nieuwe wandeling
Weststraat Markt Beerststraat
Groot en Dijk Appelmarkt
Kiekenstraat Wilgendij k.
B. W. Kartelplankjes met de namén der
gemeente zullen in de Statiestraat en Eessen
straat geplaatst zijn om elke Gemeente hare
plaats aan te wijzen.
Na den stoet zullen de Heeren Kandidaten
en andere gevierde sprekers het woord nemen
op de Speelplaats van ’t College.
Aan de landbouwers
Socialist Bertrand schrijftAls wij zullen
meester zijn, zal de landbouwnijverheid in
openbaren dienst herschapen worden, de Staat
is meester van hof en land, veld en bossehen.
Aan de fabrikanten en bazen
Socialist Bertrand schrijft Gronden,
huizen, fabrieken en machienen, alles moet
eigendom worden van den Staat dat is het
socialisme.
zoete bruidegoms en blijde zegepraal.
Helaas’t was al maar katteliefde en reeds
krijgt de zoete wederhelft de roode roe op ’t
lijf; ’t is slecht menage.
De socialisten spelen baas en in al de ge
meenteraden hebben ze de liberalen doen
stemmen voor de roode Meifeest; Hoort de
blaiwe Journal de Liége nu zuchten
Dit bewijst een keer te meer dat ’t nutte
loos is aan d® radikalen toe te geven, deze
wille» voor de liberalen geen duim achteruit.
Hoe dom, alzoo voor de kiezing, het meeren-
deel der kiezers misnoegen »n Cit. Troclet als
werkelijk hoofd der Luiksche gemeente te
erkennen.
En de oude liberale Chronique beweent
evenzeer de boosheid van den socialisten huis
baas
Terwijl onze vrienden alles doen wat
mogelijk is om aan hun bondgenooten te be
hagen, slaan deze hen vierkant in ’t gezicht.
Ge moet weten, de socialisten hebben een
vluchtschrift uitgedeeld te Brussel waarin de
’t bewindkomenomwentelingen liberale vriendjes heel onzacht over den hekel
OP DEN BUITEN zeggen zeLieve
Boerkens, als wij baas worden, dan zulle»
we eene wet stemmen, waardoor de eigenaars
gedwongen zullen worden u den grond goed
koop te verhuren. De Burgers hebben u al
lang genoeg gefopt!
IN DE STAD spreken ze zooLieve
Burgers, als wij baas worden, dan zullen
wij eene wet stemmen, waardoor de boeren
zullen gedwongen worden u hunne beesten,
eiers, boter, vruchten, aardappelen, kaas,
enz., goedkoop af te leveren. De Boeren
hebben u al lang genoeg gefopt
En zoo spreken de kartelmannen overal
Weg met die boerenfoppers
In de oogen der liberalen zijt ge maar
pijpekoppen, ploegen die in God gelooven,
barbaren, ezels! In Juni zullen diepijpekop-
pen de liberalen loon naar werk uitdeelen.
Vooruit, mannen van den buiten Vooruit
voor ’t katholiek ministerie Vooruit voor
onze katholieke kandidaten, uit erkentelijk
heid voor het goede dat zij u doen.
Ik heb eenen hond, een prachtig beest, met
tanden Tijk pijkhouweels en oogen Tijk
fakkels al de jongens van de streek vluchten
als ze hem zien en nochtans...
’t Is de zachtmoedigste sul van de wereld.
Maar ge moet hem kennen.
Ik haal mijn doornknippel te voorschijn en
zie... daar ligt hij met zijn steert tusschen
Ge zult de roode vlag volgen zijn achterpooten, zijn ooren in zijn nek, en
Trouwen is geen zijn vreeselijke doggemuil aan mijn voeten, te
kreunen en te kriemen Tijk... ja Tijk een
liberale geus acht dagen voor de kiezing.
Ik peis er soms op als hij om ’t een of ’t
ander misdrijf zijne kastijding krijgt en ik
zegge ’t hem zonder omzien O gij leelijke
kruiper, gij geus.
Ge moet weten, op zekeren dag moest ik
hem om reden van openbare netheid, zijne
ribbekas duchtig overgaan en dat heeft hij
onthouden.
Ik ben zeker, vriend lezer, dat ge daar ook
soms op peist als ge in tijden van kiesstrijd d«
liberalen ziet kruipen aan uw voeten en hoort
kriepen
O vlaamsche kristene kiezer, we zijn
tegen den godsdienst niet
Want zij ook hebben op zekeren dag van
den stok gekregen en ze zijn niet dommer dan
een ander, ze hebben het onthouden.
Ze speelden ee»s meester en heften ook
hunnen poot op, en staken hem diep in de
zakken van de laste»betalers, om ’t land te
overdekken met alle «lach kweekscholen van
jong geuzengebroed. Maar de kiezers werden
Trouwen zonder liefde, geloof me vrijis
altijd maar flauw werkdat maakt een slecht
menage.
Zie, niet langer dan gisteren, viel ik on
verhoeds binnen bij Gusten mijn gebuur en ’k
vond er Lena met een paar blauwe oogen, te
schreeuwen gelijk een kind.
Zie, Gusten was maar een wildvang, een
wijstergaai, en Lena had wat kluiten ze
kwamen ’t hoope, God weet hoe, en ’t duurde
geen twee maanden of de poppen waren aan
’t dansen.
’t Was zagen en knagen, roepen en
schelden, kloppen en kletsen, een honden
leven, een weeklacht zonder einde.
Een huwelijk zonder liefde, een. slecht
menage.
En zie, binst dat ’k nu aan ’t vertellen ben,
’k moet ’t zeggen lijk of ’t is, ’k peize daar kinderspel,
altijd op als ’k aan de politiek geraak.
Dat rood-blauw Cartel is noch min noch
meer, een slecht menage en slecht zal het
eindigen ook.
Dat socialist gebroed is al wat niet en
deugtgoddeloos, zedeloos, omwentelaar,
moordenaar.
Maar ach, haat en liefde zijn blind, de
liberale partij liet haar bekoren.
Lang hebben ze geloopen, getwijfeld en
gedibberd en ’t was er om ook.
De liberalen waren koningsgezind en be
warend, om reden van hun geldkasze waren
tegen’t werkvolk en lachten met zijn rechten.
’t Was water en vuur.
Maar de framassonnerie heeft daar een
panen broek verdiend.
•o komt overeen, zei de loge, op een punt
den oorlog tege» Kerk en priesterskomt te
samen, we zullen zien, als ’t al te slecht gaat
kunt ge scheiden.
En ’t huwelijk was gemakeld.
De liberalen sloten de oogen dicht, ze
droomden, en ’t wemelde al dooreen van
worden gehaald.
Wilt ge een staaltje? Luistert
Het zot verlangen om baas te worden
heeft de liberale partij volksgezind doen
spreken, maar ’t komt van de lippen, aiet van
het hert.
De liberale partij staat het algemeen
stemrecht voor, omdat ze niet verder ka»,
sedert dat ze verplicht is het socialist pro
gramma aan te nemen.
Het liberaal dagblad zucht onder die
zweepslagen Wij hebben, zoo klinkt zijn
klaaglied, altijd en overal de eenheid voor
gestaan, wij hebben met eene nauwe eerlijk
heid de voorwaarden van het verbond onder
houden en wij vragen rekening aan degenen
die zoo schandelijk tegen ons uitvallen.
Hoe roerendhoe hertverscheurend
Slecht menage, arme Lena, en ’t is nog
maar ’t begin. Grootmoeder Marianne heeft
het u gezeid
of ge zult verdwijnen.